Gemeenteblad van Bergen (L)
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Bergen (L) | Gemeenteblad 2023, 490297 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Bergen (L) | Gemeenteblad 2023, 490297 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Algemene subsidieverordening gemeente Bergen (L) 2024
De raad van de gemeente Bergen,
Gelet op artikel 4.21 e.v. van de Algemene wet bestuursrecht;
Gezien het Model Algemene Subsidieverordening 2019 van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten;
Mede gelet op de notitie Subsidiebeleid Sociaal Domein 2024;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 26 september 2023;
Vast te stellen de Algemene subsidieverordening gemeente Bergen (L) 2024
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
De-minimissteun: steun die wordt verstrekt op basis van Verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag op de-minimissteun (PbEU L 352/1); Verordening (EU) nr. 2019/316 van de Commissie tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1408/2013 van de Commissie van 18 december 2013 inzake de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag op de-minimissteun in de landbouwproductiesector (PbEU L 51 I/1); Verordening (EU) nr. 717/2014 van de Commissie van 27 juni 2014 inzake de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag op de-minimissteun in de visserij- en aquacultuursector (PbEU L 190/45), of Verordening (EU) 2018/1923 van de Commissie van 7 december 2018 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun verleend aan diensten van algemeen economisch belang verrichtende ondernemingen (PbEU L 313/2);
Europees steunkader: een mededeling, richtsnoer, kaderregeling, besluit of vrijstellingsverordening op het gebied van staatssteun die de Europese Commissie of de Raad van de Europese Unie, gelet op de artikelen 106, derde lid, 107, 108 of 109 van het Verdrag heeft vastgesteld, waaronder de Algemene groepsvrijstellingsverordening: Verordening (EU) nr. 2017/1084 van de Commissie tot wijziging van Verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard (PbEU L 156/1); de Landbouw vrijstellingsverordening: Verordening (EU) nr. 702/2014 van de Commissie van 25 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard (PbEU L 193/1); en de Visserij vrijstellingsverordening: Verordening (EU) nr. 1388/2014 van de Commissie van 16 december 2014 waarbij bepaalde categorieën steun voor ondernemingen die actief zijn in de productie, de verwerking en de afzet van visserij- en aquacultuurproducten, op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard (PbEU L 369/37);
Deze verordening is van toepassing op de verstrekking van subsidies door burgemeester en wethouders, met uitzondering van subsidies waarvoor bij afzonderlijke verordening een uitputtende regeling is getroffen en subsidies als bedoeld in artikel 4:23, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (subsidies waarvoor geen wettelijke grondslag nodig is).
Artikel 3. Subsidieregelingen en subsidieovereenkomsten
Burgemeester en wethouders kunnen bij nadere regeling, hierna te noemen: subsidieregeling, vaststellen welke activiteiten in aanmerking komen voor subsidie. Voor zover van toepassing, wordt hierin tevens bepaald welke doelgroepen voor subsidie in aanmerking komen, hoe de hoogte van de subsidie wordt vastgesteld en hoe de subsidiebedragen worden uitbetaald.
Burgemeester en wethouders kunnen door middel van een subsidiebeschikking en een eventuele aanvullende subsidieovereenkomst nadere voorwaarden stellen aan subsidies die verstrekt worden aan lokaal, regionaal of landelijk werkende rechtspersonen waarmee een financieringsrelatie wordt aangegaan ter verwezenlijking van de gemeentelijke beleidsdoelen en die niet onder een subsidieregeling kunnen worden gesubsidieerd.
Artikel 9. Weigerings-, intrekkings- en terugvorderingsgronden
Voor zover dit niet is bepaald bij subsidieregeling, wordt bij de verleningsbeschikking vermeld op welke wijze de subsidie-ontvanger de besteding van de subsidie dient te verantwoorden.
Artikel 11. Algemene verplichtingen van subsidie-ontvanger
Als aannemelijk is dat een of meer van de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend niet, niet tijdig of niet geheel zullen worden verricht of dat niet, niet tijdig of niet geheel aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen zal worden voldaan, meldt de subsidie-ontvanger dat onverwijld schriftelijk aan burgemeester en wethouders.
Artikel 12. Aan een subsidie te verbinden bijzondere verplichtingen
Bij subsidieregeling of verleningsbeschikking kunnen aan de subsidie-ontvanger ook andere verplichtingen dan genoemd in artikel 4:37, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht worden opgelegd, voor zover deze strekken tot verwezenlijking van het doel van de subsidie. In de toelichting wordt uiteengezet waarom daartoe wordt overgegaan.
Bij subsidieregeling kunnen verplichtingen die niet strekken tot verwezenlijking van het doel van de subsidie aan de subsidie worden verbonden, voor zover deze verplichtingen betrekking hebben op de wijze waarop of de middelen waarmee de gesubsidieerde activiteit wordt verricht. In de toelichting van de subsidieregelingen wordt uiteengezet waarom daartoe wordt overgegaan.
Bij subsidieregeling of verleningsbeschikking kan worden bepaald dat de subsidie-ontvanger, voor zover het verstrekken van de subsidie heeft geleid tot vermogensvorming, daarvoor aan burgemeester en wethouders een vergoeding verschuldigd is als zich een gebeurtenis als bedoeld in artikel 4:41, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht voordoet. Daarbij wordt tevens aangegeven hoe de hoogte van de vergoeding wordt bepaald.
Artikel 13. Wijze van verstrekken en eindverantwoording subsidies tot en met € 15.000
Als bij verleningsbeschikking de subsidie-ontvanger wordt verplicht om op de daarbij aangegeven wijze aan te tonen dat de activiteiten waarvoor de subsidie wordt verstrekt zijn verricht en dat is voldaan aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen, vindt de vaststelling plaats binnen 13 weken nadat de gevraagde inlichtingen zijn verstrekt.
Artikel 16. Subsidievaststelling
Als een aanvraag tot subsidievaststelling niet voor het tijdstip, bedoeld in de artikelen 14, eerste lid en 15, eerste lid, aanhef en onder a tot en met c, is ingediend, kunnen burgemeester en wethouders de subsidie-ontvanger schriftelijk een nieuwe termijn stellen. Wordt de aanvraag niet binnen deze termijn ingediend dan kunnen zij overgaan tot ambtshalve vaststelling.
Aldus vastgesteld in de vergadering van 7 november 2023,
De griffier
I.C. van ‘t Hof
De voorzitter
M.H.E. Pelzer
De gemeente wil subsidiëren waar dat nodig is (dus waar andere financieringen tekort schieten), voor activiteiten die ten goede komen aan de inwoners van de gemeente en die passen bij de doelstellingen in het gemeentelijk beleid, zoals verduurzaming en de beweging van zorg naar gezondheid. Subsidies zijn publiek geld. Dat betekent dat er verstandig mee wordt omgegaan. De gemeente houdt de basis op orde, want zorgt dat ook subsidies passen binnen daarvoor gegeven financiële kaders en dat duidelijk en verantwoord is wat er mee gebeurt.
Na een in de jaren 2021 en 2022 uitgevoerde evaluatie heeft de raad de volgende kaders vastgesteld voor het subsidiebeleid in de jaren 2024 en verder:
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
Deze bepaling spreekt voor zich.
Sommige subsidies hebben een eigen wettelijk kader buiten deze verordening. Burgemeester en wethouders kunnen bijvoorbeeld uit het oogpunt van eenduidige uitvoering en gelijkheid van gevallen besluiten om de inhoudelijke bepalingen toch van toepassing te verklaren.
De praktische invulling geschiedt door burgemeester en wethouders door middel van subsidiebeschikkingen. Voor groepen gelijksoortige subsidierelaties kunnen burgemeester en wethouder beleidsregels vaststellen. Ook dit kan de eenduidige uitvoering en gelijkheid van gevallen bevorderen.
Burgemeester en wethouders zullen terughoudend omgaan met het beperken van subsidies tot bepaalde doelgroepen.
Deze bepaling is opgenomen vanuit het Europees recht.
Artikel 5. Subsidieplafond en begrotingsvoorbehoud
Het subsidieplafond voorkomt dat de gemeente open-einde risico’s aangaat die niet kunnen worden overzien. In de praktijk zijn de meeste subsidierelaties en -aanvragen goed te voorspellen. De gemeenteraad heeft tot nu toe geen subsidieplafonds vastgesteld.
Als het subsidieplafond al moet worden vastgesteld voordat de begroting definitief is, kan dat leiden tot een (verdere) verlaging als de begroting uiteindelijk lager wordt vastgesteld. Dit wordt uitgelegd in lid 3. Een dergelijk plafond is altijd tijdelijk. In de bekendmaking van een dergelijk subsidieplafond wordt het tijdelijke karakter vermeld en de gevolgen daarvan potentiële aanvragers uitgelegd. Zo ontstaan geen valse verwachtingen.
Een aanvraag moet in ieder geval schriftelijk worden ingediend en burgemeester en wethouders bepalen de rechten en verplichtingen voor de aanvrager mede aan de hand van deze aanvraag. Omwille van de eenduidigheid kan een formulier worden vastgesteld, maar dat mag niet gaan werken als een beletsel voor de aanvrager. In de toekomst zal de gemeente de digitale aanvragen steeds verder gaan ondersteunen, als alternatief dat aan de inwoner geboden kan worden.
Het is van belang om het aanvraagproces zo eenvoudig mogelijk te houden. Dat beperkt administratieve lasten voor inwoner en gemeente. Daarom is voor terugkerende subsidies een meerjarige aanvraag mogelijk gemaakt. Na amendement is de maximale periode daarvoor vastgesteld op vijf jaar, waarna een nieuwe aanvraag mogelijk is.
Dit artikel stelt zeker dat de aanvrager de aanvraag tijdig indient, zodat de gemeente voldoende ruimte heeft om deze te beoordelen. Wordt de aanvraag door overmacht of verschoonbare onwetendheid te laat ingediend, dan kunnen burgemeester en wethouders ervan afzien om de termijn aan de aanvrager tegen te werpen. De termijn is immers niet als verplichte weigeringsgrond benoemd in artikel 9 lid 3.
Dit artikel borgt dat inwoners tijdig uitsluitsel krijgen. De wet geeft zelf in principe niet altijd termijnen.
Artikel 9. Weigerings-, intrekkings- en terugvorderingsgronden
Leden 1 en 2 bevatten de verplichte doorwerking van Europees recht.
Lid 3 bevat gemeentelijke afwegingsregels. Hier zijn ook de inhoudelijke kaders opgenomen die bij de recente evaluatie door de raad zijn meegegeven. De weigeringsgronden zijn opgenomen als ‘kan’- bepaling. Dit impliceert dat burgemeester en wethouders afwegingsruimte hebben om de weigeringsgronden niet toe te passen als zij in het concrete geval niet passen bij het te dienen belang.
Mocht achteraf blijken van weigeringsgronden, dan kan dit gelet op artikel 4.49 van de Algemene wet bestuursrecht leiden tot een intrekking en terugvordering. Hier spelen de algemene beginselen van bestuur een rol: bijvoorbeeld of de aanvrager wist of behoorde te weten dat hij niet in aanmerking kwam voor de subsidie. Een subsidie die is gebaseerd op informatie die door de aanvrager onjuist of onvolledig is ingediend zal kunnen worden teruggevorderd tenzij de aanvrager geen verwijt kan worden gemaakt. Abusievelijk toegekende subsidie kan worden teruggevorderd als de aanvrager zich redelijkerwijs had moeten realiseren dat de subsidie onjuist was.
Deze bepaling spreekt voor zich.
Artikel 11. Algemene verplichtingen van subsidieontvangers
Deze bepaling ziet erop dat, als relevante omstandigheden wijzigen, de aanvrager dit meldt zodat bekeken kan worden of de subsidie zou moeten worden aangepast.
Artikel 12. Aan een subsidie te verbinden bijzondere verplichtingen
Deze voorwaarden gaan voornamelijk over de verantwoorde besteding.
Met name bij grote en terugkerende subsidies is het van belang dat een goede verantwoording wordt gegeven van de besteding van de gelden, zowel uit beleidsinhoudelijk oogpunt als uit het oogpunt van rechtmatigheid. Na de evaluatie is deze bepaling daarom versterkt voor de jaarlijks terugkerende subsidies.
Bij kleine incidentele subsidies is vaak bij de aanvraag al voldoende duidelijk wat de uitkomsten zullen zijn en hoe die geborgd worden. Om onnodige administratieve lasten voor inwoners en gemeente te voorkomen, wordt daar in beginsel geen verantwoording gevraagd.
Subsidie is bedoeld om daadwerkelijke kosten te dekken. Het is daarom niet de bedoeling dat via de subsidie vermogen wordt gevormd, die een reële algemene reserve voor het opvangen van risico’s te boven gaat. In voorkomende gevallen treffen burgemeester en wethouders met de aanvrager een regeling tot terugbetaling van bovenmatig vermogen.
Artikel 13. Wijze van verstrekken en eindverantwoording subsidies tot en met € 15.000
Kleine incidentele subsidies worden zoveel mogelijk direct verleend en vastgesteld, zonder administratieve verantwoordingsprocedure achteraf.
Artikel 14. Eindverantwoording subsidies tussen € 15.000 en € 50.000
Voor middelgrote subsidies is in dit artikel de specifieke wijze van eindverantwoording en vaststelling geregeld. Met name als bij eindverantwoording blijkt dat minder subsidie nodig was dan aangevraagd en verstrekt, of de gesubsidieerde activiteiten deels of geheel niet zijn uitgevoerd, kan de definitieve subsidie lager worden vastgesteld en een deel van de subsidie worden teruggevorderd conform artikel 4.46 van de Algemene wet bestuursrecht .
Artikel 15. Eindverantwoording subsidies van meer dan € 50.000
Voor grote subsidies is in dit artikel de specifieke wijze van eindverantwoording en vaststelling geregeld. Met name als bij eindverantwoording blijkt dat minder subsidie nodig was dan aangevraagd en verstrekt, of de gesubsidieerde activiteiten deels of geheel niet zijn uitgevoerd, kan de definitieve subsidie lager worden vastgesteld en een deel van de subsidie worden teruggevorderd conform artikel 4.46 van de Algemene wet bestuursrecht .
Artikel 16. Subsidievaststelling
Dit artikel borgt dat burgemeester en wethouders tijdig een besluit nemen op de ingediende eindverantwoording. Wordt door de aanvrager geen eindverantwoording ingediend, dan stellen burgemeester en wethouders de subsidie ambtshalve vast (eventueel als opmaat naar een terugvordering als de aanvrager bijvoorbeeld verwijtbaar in gebreke is om gemaakte kosten aan te tonen).
Artikel 17. Berekening van uurtarieven, uniforme kostenbegrippen
Deze bepaling spreekt voor zich.
Vanuit de evaluatie wordt de hardheidsclausule aangepast en in lijn gebracht met de meer algemeen gebruikelijke formulering in andere verordeningen en bij andere bestuursorganen.
Om lichtvaardig gebruik te voorkomen, is bepaald dat de hardheidsclausule niet in ambtelijk mandaat wordt toegepast, maar uitsluitend door het college zelf.
In de oude verordening werd ook de onverhoopte termijnoverschrijding bij het indienen van aanvragen onder de hardheidsclausule gebracht. In de nieuwe verordening achten we dat echter niet nodig. Burgemeester en wethouder kunnen te late aanvragen ook op via artikel 7 afwegen en – indien nodig – pardonneren.
De nieuwe subsidieverordening leidt niet tot het verlies aan aanspraken van inwoners of organisaties. Een overgangsrecht is niet nodig. De nieuwe tekst kan in het eerstvolgende jaar direct ingevoerd worden.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-490297.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.