Gemeenteblad van Vlissingen
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Vlissingen | Gemeenteblad 2023, 489574 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Vlissingen | Gemeenteblad 2023, 489574 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Huisvestingsverordening Vlissingen 2023
HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN
Zelfstandige woonruimte: Woonruimte met een eigen toegang die door een huishouden kan worden bewoond zonder dat het huishouden daarbij afhankelijk is van wezenlijke voorzieningen die met een ander huishouden moeten worden gedeeld. Voor de zelfstandige woonruimte is tevens een bouwvergunning of omgevingsvergunning activiteit bouwen vereist dan wel verleend en is op grond van de Wet Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG), van gemeentewege een huis-nummer toegekend (of moet worden toegekend).
HOOFDSTUK 2 WIJZIGING SAMENSTELLING WOONRUIMTEVOORRAAD
Artikel 3 Vergunningplicht wijziging woonruimtevoorraad
Het college is met het oog op het behoud of de samenstelling van de woonruimtevoorraad en/of met het oog op een geordend woon- en leefmilieu bevoegd bij aanwijzingsbesluit voor een gebied, wijk of straat een quotum of percentage vast te stellen voor het aantal te verlenen vergunningen per kalenderjaar. In dat geval wordt ook voorzien in een transparante verdeelprocedure.
Artikel 4 Aanvragen vergunning
Artikel 5 Persoonsgebonden vergunning
De vergunning wijziging woonruimtevoorraad voor onttrekken en omzetten (als bedoeld in artikel 3 lid 1 sub a en b ) is overdraagbaar indien is voldaan aan de meldingsplicht en de voorwaarden als gesteld in artikel 7 onder e en in de nadere regels en beleidsregels en zich geen van de weigeringsgronden als genoemd in artikel 6 voordoet.
De vergunning wijziging woonruimtevoorraad voor samenvoegen en splitsen (als bedoeld in artikel 3 lid 1 sub c en d) is, voor zover nog geen uitvoering aan deze vergunning is gegeven, overdraagbaar indien is voldaan aan de meldingsplicht en de voorwaarden als gesteld in artikel 7 onder e en in de nadere regels en beleidsregels en zich geen van de weigeringsgronden als genoemd in artikel 6 voordoet.
Een vergunning wordt geweigerd, indien:
vergunningverlening zou leiden tot strijdigheid met het bestemmingsplan, de beheersverordening of met een omgevingsvergunning op grond waarvan afgeweken mag worden van het bestemmingsplan of de beheersverordening, danwel met het omgevingsplan of de omgevingsvergunning voor afwijken van het omgevingsplan;
Een vergunning kan ook worden geweigerd in het geval en onder de voorwaarden als bedoeld in artikel 3 van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (hierna: Wet bibob). Voordat hieraan toepassing wordt gegeven, kan het Bureau bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur, als bedoeld in artikel 8 van die wet, om een advies als bedoeld in artikel 9 van dezelfde wet worden gevraagd.
Artikel 8 Financiële compensatie
De financiële compensatie voor bovenwijkse voorzieningen voor een vergunning bestaat uit het, onmiddellijk voorafgaand aan het definitief verlenen van de vergunning, betalen van onderstaande bedragen:
€ 12.500, - per toegevoegde zelfstandige woonruimte ten opzichte van de oorspronkelijke, of een latere onherroepelijke, omgevingsvergunning bouwen; indien het betreft een tot bewoning bestemde - maar niet feitelijk aanwezige - woonruimte, wordt die tot woning bestemde ruimte als één woning beschouwd;
In afwijking van het bepaalde in lid 1 is financiële compensatie niet verschuldigd:
als een pand, waarvoor een rechtsgeldige vergunning is verleend voor omzetting van een zelfstandige woning naar een onzelfstandige woning (als bedoeld in artikel 3 lid 1 sub b) en als zodanig in gebruik is, wordt gesplitst in ten hoogste het aantal zelfstandige woningen dat op grond van de fysieke eisen mogelijk is gemaakt in de door het college vastgestelde nadere regels.
Artikel 9 Intrekken vergunning
De vergunning kan door het college worden ingetrokken, indien:
de vergunninghouder niet binnen één jaar, nadat de vergunning onherroepelijk is geworden, is overgegaan tot onttrekking, omzetting of samenvoeging (als bedoeld in artikel 3 lid 1 sub a, b, en c) of tot inschrijving in de openbare registers van de akte van splitsing in appartementsrechten of tot het verlenen van deelnemings- of lidmaatschapsrechten (als bedoeld in artikel 3 lid 1 sub d);
HOOFDSTUK 3 TOERISTISCHE VERHUUR VAN WOONRUIMTE
Artikel 10 Vormen van toeristische verhuur
Artikel 12 Vergunning toeristische verhuur
In de wijken Binnenstad en Middengebied (zoals aangegeven op de kaart bijlage 1) is het verboden woonruimte met een WOZ-waarde tot € 355.000,- in gebruik te geven voor alle onder artikel 10 lid 1 genoemde vormen van toeristische verhuur zonder een vergunning toeristische verhuur van het college of in afwijking daarvan.
Artikel 13 Aanvraag vergunning, weigeringsgronden, voorwaarden en voorschriften
Een vergunning kan worden geweigerd:
in het geval en onder de voorwaarden zoals bedoeld in artikel 3 van de Wet Bibob. Voordat hieraan toepassing wordt gegeven, kan het Bureau bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur zoals bedoeld in artikel 8 van die wet om een advies als bedoeld in artikel 9 van dezelfde wet worden gevraagd.
als het verlenen van de vergunning naar het oordeel van het college zou leiden tot een onaanvaardbare aantasting van het leefmilieu in de omgeving van de woonruimte en daaraan niet kan worden tegemoetgekomen door het verbinden van voorwaarden of voorschriften aan de vergunning. Deze beoordeling vindt mede plaats aan de hand van beleidsregels.
Artikel 14 Jaarverbod toeristische verhuur
Als een toezichthouder een overtreding van de artikelen 10 tot en met 13 constateert en aan de betrokken aanbieder binnen het tijdvak van vijf jaar voorafgaand aan de constatering tweemaal of vaker een bestuurlijke boete is opgelegd voor overtreding van een van die artikelen, kan het college de aanbieder een verbod opleggen tot het in gebruik geven van een woonruimte voor toeristische verhuur gedurende hoogstens een jaar.
Het college kan in dat geval tevens een aanwijzing geven aan iemand die een dienst verleent gericht op het publiceren van aanbiedingen voor toeristische verhuur van woonruimte, om aanbiedingen voor toeristische verhuur van de betrokken aanbieder te blokkeren voor de periode waarvoor het verbod van het eerste lid geldt.
Artikel 15 Zorgplicht aanbieder
De aanbieder die een woonruimte toeristisch heeft verhuurd, zorgt ervoor dat door gedragingen in of vanuit de verhuurde woonruimte, het bijbehorende erf of de onmiddellijke nabijheid van de woonruimte geen ernstige of herhaaldelijke hinder voor omwonenden wordt veroorzaakt door toedoen van de huurders of hun bezoekers.
Artikel 17 Aanvraag verhuurvergunning opkoopbescherming
Een aanvraag om een verhuurvergunning opkoopbescherming wordt ingediend door gebruikmaking van het (elektronische) formulier dat te vinden is op website/loket gemeente. Daarop staat vermeld welke gegevens moeten worden verstrekt.
Artikel 18 Gevallen waarin de verhuurvergunning opkoopbescherming moet worden verleend
Behoudens een weigering op grond van de Wet bibob moet de verhuurvergunning opkoopbescherming in elk geval worden verleend als:
de eigenaar na de datum van inschrijving in de openbare registers van de akte van levering van die woonruimte aan hem ten minste 12 maanden zijn woonadres als bedoeld in artikel 1.1, onderdeel o, onder 1° van de Wet basisregistratie personen, in die woonruimte heeft en de eigenaar met een woningzoekende schriftelijk overeenkomt dat de woningzoekende de woonruimte voor een termijn van ten hoogste 12 maanden, anders dan voor toeristische verhuur, in gebruik neemt, of
In de gevallen genoemd in lid 1 wordt de persoon aan wie de beschermde woonruimte wordt verhuurd en die de huurder is op grond van wiens hoedanigheid er recht is op de vergunning in de vergunning genoemd. De vergunning vervalt zodra deze huurder niet de huurder is die in de beschermde woonruimte verblijft.
Artikel 19 Gevallen waarin de verhuurvergunning opkoopbescherming kan worden verleend
Behoudens een weigering op grond van de Wet bibob, kan de verhuurvergunning opkoopbescherming in bijzondere gevallen worden verleend als het belang dat gediend wordt met het verhuren van de beschermde woonruimte naar het oordeel van het college zwaarder moet wegen dan het belang van het behouden van de beschermde woonruimte voor de kopersmarkt.
Artikel 20 Intrekken van de verhuurvergunning opkoopbescherming
Behalve op grond van artikel 44, eerste lid, van de Huisvestingswet 2014 (bibob-intrekking) kan een verhuurvergunning opkoopbescherming in elk geval ook worden ingetrokken als blijkt dat de vergunning is verstrekt op grond van onjuiste of onvolledige gegevens en zou zijn geweigerd als de juiste of de volledige gegevens bekend waren geweest.
Overtreding van de verboden, bedoeld in de artikelen 3 lid 1, 11, 12 lid 1 en 16 lid 1, of het handelen in strijd met de voorwaarden als bedoeld in artikel 7 van deze verordening en overtreding van de verboden bedoeld in artikel 23a derde lid en 23d van de Huisvestingswet 2014 worden beboet met een bestuurlijke boete.
Het college is bevoegd in de gevallen waarin deze verordening niet voorziet of waarin onverkorte toepassing voor één of meer belanghebbenden tot ongekende hardheid of grote onbillijkheid zou leiden in verhouding tot de met deze verordening te dienen doelen, een gemotiveerd besluit te nemen om van deze verordening af te wijken, waarbij het zich primair laat leiden door overwegingen die betrekking hebben op de bescherming van de woningvoorraad en/of op de bescherming van een geordend woon- en leefmilieu ten behoeve van de leefbaarheid in het desbetreffende specifieke geval.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-489574.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.