Besluit van burgemeester en wethouders tot wijziging van de diverse besluiten in verband met de inwerkingtreding van de Omgevingswet

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ede;

gelet op de artikelen 4:81 en 7:4 van de Algemene wet bestuursrecht, de artikelen 1:4, eerste lid, artikel 84, eerste en derde lid, van de Gemeentewet, de artikelen 2.4, 4.1, 4.5, 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, 5.8 en 5.12 en 16.79, tweede lid, van de Omgevingswet;

besluit:

Artikel I

De Nadere regel houtopstanden Ede wordt als volgt gewijzigd:

 

A

De definitie van bouwwerk komt te vervallen.

 

B

De definities van hoofdgebouw en oorspronkelijk hoofdgebouw komen als volgt te luiden:

hoofdgebouw: datgene wat hieronder werd verstaan in het Besluit omgevingsrecht, zoals dit besluit luidde direct voorafgaand aan de inwerkingtreding van de Omgevingswet.

oorspronkelijk hoofdgebouw: datgene werd hieronder wordt verstaan in het Besluit omgevingsrecht, zoals dit besluit luidde direct voorafgaand aan de inwerkingtreding van de Omgevingswet.

Artikel II

1. De beleidsregel houtopstanden Ede berust op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht, de artikelen 1:4, eerste lid, en 4:11b van de Algemene plaatselijke verordening Ede en artikel 16.79, tweede lid, van de Omgevingswet.

2. De beleidsregel houtopstanden Ede wordt als volgt gewijzigd:

 

A

Na artikel 1 wordt een nieuw artikel ingevoegd onder vernummering van de bestaande artikelen 2 tot en met 6 naar 3 tot en met 7, luidende:

Artikel 2 Beoordeling aanvraag noodkap

Het college neemt binnen vijf werkdagen een besluit genomen op een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het vellen van een houtopstand die een onmiddellijk gevaar voor de omgeving oplevert als bedoeld in artikel 4:11b, eerste lid, onder c van de Algemene Plaatselijke Verordening.

 

B

Artikel 3 (nieuw) komt als volgt te luiden:

Artikel 3 Inwerkingtreding omgevingsvergunning voor vellen houtopstanden

1. Indien een omgevingsvergunning wordt verleend voor het vellen van een houtopstand dan maakt het college gebruik van de bevoegdheid te bepalen dat de omgevingsvergunning in werking treedt met ingang van de dag waarop vier weken zijn verstreken sinds de dag van bekendmaking of terinzagelegging op grond van artikel 16.79, tweede lid, van de Omgevingswet.

2. Het college geeft geen toepassing aan het eerste lid indien een omgevingsvergunning wordt verleend voor het vellen van een houtopstand die een onmiddellijk gevaar voor de omgeving oplevert als bedoeld in artikel 4:11b, eerste lid, onder c van de Algemene Plaatselijke Verordening.

 

C

In artikel 5 (nieuw), eerste lid, wordt “artikel 3” vervangen door “artikel 4”.

Artikel III

Artikel 4, onderdeel b, van het Instellingsbesluit commissie voor de bezwaarschriften Ede komt te luiden:

b. omtrent een omgevingsvergunning voor het maken, hebben of veranderen van een uitweg of het gebruik daarvan of het vellen van een houtopstand.

Artikel IV

1. De Beleidsregel Project Mogelijkheden Buitengebied 2023 gemeente Ede berust op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 2.4 en 4.1 van de Omgevingswet.

2. De Beleidsregel Project Mogelijkheden Buitengebied 2023 gemeente Ede wordt als volgt gewijzigd:

 

A

In hoofdstuk 1 wordt “bestemmingsplan” vervangen door “omgevingsplan”.

 

B

In de eindnoot bij artikel 14 wordt ‘Op grond van de Wet geluidhinder en de Wet milieubeheer’ vervangen door ‘Op grond van de Omgevingswet’.

 

C

In artikel 16, vierde lid, wordt “de bestemmingsplannen” vervangen door “het omgevingsplan”.

 

D

Artikel 16, vijfde lid, komt als volgt te luiden:

5. voor de procedure van de herziening van het omgevingsplan is § 16.3.1 Omgevingswet van toepassing en afdeling 3.4 Algemene wet bestuursrecht.

 

 

Artikel V

1. De Beleidsregels uitwegen bij particuliere erven berusten op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht en de artikelen 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, 5.8 en 5.12 van de Omgevingswet.

2. De Beleidsregels uitwegen bij particuliere erven worden als volgt gewijzigd:

 

A

In hoofdstuk 2 wordt de tekst:

a. bestemmingsplan

Het stallen van voertuigen moet passen in het geldend bestemmingsplan;

vervangen door

a. omgevingsplan

Het stallen van voertuigen moet passen in het geldende omgevingsplan.

 

B

In de hele beleidsregel wordt “bestemmingsplan” vervangen door “omgevingsplan”.

 

C

In paragraaf 3.1 wordt “en de toepassing van bestemmingsplannen” vervangen door “en de toepassing van het omgevingsplan”.

 

D

In paragraaf 3.2 wordt “de bestemmingsplanbesluiten” vervangen door “het omgevingsplan”.

 

E

Paragraaf 3.4 komt als volgt te luiden:

3.4 Verhouding beleidsregels tot de APV

Artikel 2:12 van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) verbiedt om zonder omgevingsvergunning uit te wegen op de openbare weg of een bestaande uitweg te verbreden. Bij de beslissing op een aanvraag om vergunning worden de volgende belangen betrokken: het veilig en doelmatig gebruik van de openbare weg, de bescherming van het uiterlijk aanzien van de omgeving en de groenvoorzieningen alsmede de handhaving van het ter plaatse geldende omgevingsplan.

De aanleg van een uitweg en het gebruik van een opstelplaats voor de stalling van voertuigen op particuliere erven betreft vooral het grondgebruik.

Artikel V

Artikel 1 van de Beleidsregel lozingen buitengebied komt als volgt te luiden:

Artikel 1 Beleidsregel

1. Bij het stellen van maatwerkvoorschriften voor milieubelastende activiteiten op grond van de Omgevingswet en het verlenen van een omgevingsvergunning voor een wateractiviteit, voor lozingen afkomstig van wasplaatsen, tankplaatsen en ontijzeringsinstallaties, worden de beleidskaders toegepast die zijn opgenomen in de bijlage bij dit besluit.

2. Het eerste lid geldt voor ieder bestuursorgaan voor zover het zijn bevoegdheden betreft.

3. Verwijzingen in de bijlage naar wettelijke voorschriften zoals deze golden onder de Wet milieubeheer en de Waterwet worden gelezen als verwijzingen naar overeenkomstige wettelijke voorschriften op basis van de Omgevingswet.

Artikel VI

Dit besluit treedt in werking op de dag dat de Omgevingswet in werking treedt.

 

Vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders d.d. 7 november 2023, zaaknummer 425115.

Het college voornoemd,

drs. R.F. Groen MPA

de secretaris,

mr. L.J. Verhulst

de burgemeester.

Naar boven