Nadere regels Subsidieregeling gemeentelijke monumenten Midden-Groningen 2023

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Midden-Groningen;

overwegende dat het wenselijk is om projecten te stimuleren die een bijdrage leveren aan het in stand houden van de monumentale waarde en het monumentale karakter van monumenten binnen de gemeente Midden-Groningen;

gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Midden-Groningen 2019;

besluit de Nadere regels Subsidieregeling gemeentelijke monumenten Midden-Groningen 2023 vast te stellen.

 

 

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze nadere regels wordt verstaan onder:

  • a.

    Awb: Algemene wet bestuursrecht;

  • b.

    ASV: Algemene subsidieverordening Midden-Groningen 2019;

  • c.

    gemeentelijk monument: een overeenkomstig artikel 1, aanhef en eerste lid van de Erfgoedverordening 2018 Midden-Groningen aangewezen pand, object en/of terrein;

  • d.

    eigenaar: in deze regeling wordt onder eigenaar mede verstaan:

    • a.

      de erfpachter;

    • b.

      de houder van een recht van opstal;

    • c.

      de houder van een appartementsrecht;

    • d.

      de toekomstige eigenaar, erfpachter, houder van een recht op opstal of houder van een appartementsrecht;

    • e.

      de verhuurder, mits deze buiten de eigen woning niet meer dan 2 woningen bezit.

  • e.

    E rfgoedcommissie Midden-Groningen: de commissie op het gebied van de monumentenzorg als bedoeld in artikel 8 van de Erfgoedverordening 2018 Midden-Groningen;

  • f.

    restauratie: voorzieningen en werkzaamheden aan een beschermd monument, het normale onderhoud te boven gaande, die voor het herstel van een beschermd monument noodzakelijk zijn en vermeld in de bijgevoegde toelichting;

  • g.

    onderhoud: periodieke werkzaamheden die als onderhoud worden aangemerkt en dienen om het pand als zodanig in stand te houden, zoals vermeld in de bijgevoegde toelichting.

 

Artikel 2 Toepassingsbereik

Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college voor de in artikel 3 bedoelde activiteiten.

 

Artikel 3 Activiteiten

Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt ten behoeve van de restauratie en het onderhoud van gemeentelijke monumenten die leiden tot instandhouding van de monumentale waarde en het monumentale karakter.

 

Artikel 4 Doelgroep

Subsidie kan uitsluitend verstrekt worden aan eigenaren van gemeentelijke monumenten binnen de gemeente Midden-Groningen.

 

Artikel 5 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    Voor subsidie komen in aanmerking de geraamde en goedgekeurde bedragen van:

    • a.

      de aanneemsom;

    • b.

      de kosten van de architect en andere adviseurs voor zover die noodzakelijk zijn en rechtstreeks verband houden met de restauratie;

    • c.

      toezicht op de uitvoering;

    • d.

      de verschuldigde btw, voor zover die niet kan worden verrekend;

    • e.

      materiaalkosten voor werkzaamheden die worden verricht in zelfwerkzaamheid.

  • 2.

    Kosten die niet in verhouding staan tot het te behalen resultaat zijn niet subsidiabel.

 

Artikel 6 Hoogte van de subsidie

  • 1.

    De subsidie voor restauratie van een monument bedraagt maximaal 40% van de subsidiabele restauratiekosten tot ten hoogste € 12.000 per jaar gedurende maximaal twee aaneengesloten jaren.

  • 2.

    De subsidie voor onderhoud van een monument bedraagt maximaal 40% van de subsidiabele onderhoudskosten tot ten hoogste € 4.000 per jaar gedurende dat jaar.

 

Artikel 7 Wijze van verdeling

Indien het bedrag, waarvoor op grond van deze subsidieregeling subsidie zou moeten worden verleend aan degenen die daartoe tijdig een aanvraag hebben ingediend, groter is dan het subsidieplafond wordt een budgetkorting toegepast ter hoogte van het percentage van de overschrijding.

 

Artikel 8 Aanvraag

  • 1.

    In aanvulling op het bepaalde in de ASV worden bij een aanvraag voor restauratie van een monument overlegd:

    • a.

      een restauratieplan of werkomschrijving;

    • b.

      gespecificeerde begroting(en) van kosten;

    • c.

      tekeningen van de bestaande en de nieuwe situatie (schaal 1:100);

    • d.

      de naam en het adres van de aannemer.

  • 2.

    In aanvulling op het bepaalde in de ASV worden bij een aanvraag voor onderhoud van een monument gespecificeerde begroting(en) van kosten overgelegd.

  • 3.

    Artikel 6, tweede lid, aanhef en onderdelen c, d en e van de ASV en artikel 6, derde lid van de ASV zijn niet van toepassing op deze nadere regels.

 

Artikel 9 Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt, in afwijking van artikel 7, derde lid van de ASV, ingediend uiterlijk 1 januari van het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft.

 

Artikel 10 Beslistermijn

  • 1.

    In afwijking van artikel 8, tweede lid van de ASV, beslist het college binnen 13 weken na het verstrijken van de indieningstermijn.

  • 2.

    Het college kan eenmalig besluiten tot verlenging van de termijn als bedoeld in het eerste lid met maximaal 8 weken.

  • 3.

    Indien de aanvraag niet compleet is, krijgt de aanvrager een hersteltermijn van 2 weken om de aanvraag compleet te maken. Indien de aanvrager dit nalaat, wordt de aanvraag niet in behandeling genomen.

 

Artikel 11 Aanvullende weigeringsgronden

Op basis van artikel 9, derde lid, aanhef en onderdeel f van de ASV kan subsidieverstrekking worden geweigerd als:

  • a.

    met de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd, is begonnen voordat de aanvraag is ontvangen;

  • b.

    voor de activiteiten reeds subsidie van de gemeente Midden-Groningen is ontvangen;

  • c.

    de aanvrager doelstellingen beoogt of activiteiten zal ontplooien, die in strijd zijn met het algemeen belang of de openbare orde;

  • d.

    de monumentenzorg niet of in onvoldoende mate wordt gediend;

  • e.

    kosten van de restauratie op een derde partij, zoals een verzekering, kunnen worden verhaald;

  • f.

    sprake is van herstel van bevingsschade of kosten voor versterking van het monument, voor zover die direct of indirect door of namens de NAM of derde partijen wordt vergoed;

  • g.

    de werkzaamheden gericht zijn op het (opnieuw) aanbrengen van reeds verloren gegane waarden of op comfortverbetering.

 

Artikel 12 Verplichtingen

  • 1.

    In aanvulling op het bepaalde in de ASV met betrekking tot de verplichtingen van de subsidieontvanger gelden de volgende verplichtingen:

    • a.

      de gesubsidieerde restauratiewerkzaamheden worden naar behoren uitgevoerd binnen twee jaar na de verlening;

    • b.

      de gesubsidieerde onderhoudswerkzaamheden worden naar behoren uitgevoerd binnen één jaar na de verlening;

    • c.

      na afloop van de restauratie wordt het monument onderhouden in de staat waarin het door de restauratie is gebracht;

    • d.

      de voor het treffen van de voorzieningen benodigde vergunning(en) en toestemming(en) zijn verleend;

    • e.

      het monument is blijvend voldoende verzekerd tegen brand-, storm- en bliksemschade;

    • f.

      het monument wordt niet vervreemd voordat de subsidie is vastgesteld.

  • 2.

    het college kan de genoemde termijnen in het eerste lid, onderdelen a en b met 1 jaar verlengen, indien de uitvoeringstermijn gezien de omstandigheden niet haalbaar is.

 

Artikel 13 Verantwoording

  • 1.

    In afwijking van artikel 10 van de ASV meldt de subsidieontvanger uiterlijk 13 weken nadat de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht en in ieder geval binnen 1 jaar en 13 weken voor onderhoud en 2 jaar en 13 weken voor restauratie nadat de subsidie is verleend, aan het college dat de activiteiten zijn voltooid.

  • 2.

    Gelijktijdig met het doen van de in het eerste lid omschreven melding, dient de aanvrager bij het college een aanvraag tot subsidievaststelling in.

  • 3.

    De aanvraag tot vaststelling bevat:

    • a.

      een inhoudelijk verslag waaruit blijkt in hoeverre de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht en aan de verplichtingen is voldaan en;

    • b.

      een overzicht van de gemaakte kosten, onderbouwd met facturen en betaalbewijzen.

  • 4.

    Op verzoek van de gemeente wordt medewerking verleend bij de controle van de gereedmelding van de maatregelen.

 

Artikel 14 Subsidievaststelling

  • 1.

    Een subsidie wordt vastgesteld binnen 13 weken na de ontvangst van een aanvraag tot subsidievaststelling.

  • 2.

    Deze termijn kan eenmaal voor ten hoogste 8 weken worden verdaagd.

 

Artikel 15 Bevoorschotting

Vooruitlopend op de subsidievaststelling wordt bij subsidieverlening wordt geen voorschot verleend.

 

Artikel 16 Hardheidsclausule

Het college kan, in bijzondere gevallen, een of meerdere artikelen van deze nadere regels buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover toepassing gelet op het belang van de aanvrager of subsidieontvanger leidt tot onbillijkheid van overwegende aard. Toepassingen van deze hardheidsclausule worden gemotiveerd in de besluiten.

 

Artikel 17 Slotbepalingen

  • 1.

    Deze nadere regels worden aangehaald als Nadere regels Subsidieregeling gemeentelijke monumenten Midden-Groningen 2023.

  • 2.

    Deze nadere regels treden in werking op de dag na bekendmaking en per die datum worden de nadere regels Subsidieregeling gemeentelijke monumenten Midden-Groningen 2020 ingetrokken.

  • 3.

    Besluiten die op grond van de nadere regels Subsidieregeling gemeentelijke monumenten Midden-Groningen 2020 zijn genomen, worden geacht te zijn genomen op grond van deze nadere regels.

  • 4.

    De toelichting op deze nadere regels maakt integraal onderdeel uit van deze nadere regels.

 

 

 

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders op 31 oktober 2023.

Burgemeester

Gemeentesecretaris

Toelichting bij Subsidieregeling gemeentelijke monumenten Midden-Groningen 2023

 

Algemeen

 

Beschermde monumenten zijn beschermd, omdat zij een cultuurhistorisch belang vertegenwoordigen, waarvan de samenleving vindt dat dit aan de komende generaties moet worden overgedragen. Dat belang wordt "monumentale waarde" genoemd. Die monumentale waarde is de reden voor de bescherming.

 

Het gaat bij subsidie dus om het herstel en de instandhouding van de monumentale waarde. Voor alle duidelijkheid: niet om het isoleren, verbeteren van comfort of het bijdragen aan de exploitatie en ook niet om het terugbrengen van reeds verloren gegane monumentale waarde.

 

De monumentale waarden van de panden zijn globaal per pand beschreven in de redengevende omschrijving als opgenomen in het gemeentelijk monumentenregister. Tot de monumentale waarden wordt in ieder geval de hoofdstructuur (het casco) gerekend. Het casco bestaat uit:

 

  • Dragende onderdelen (fundering, balkdragende muren en balklagen)

  • Vloeren

  • Omhulsel (buitenmuren en kap)

  • Binnenpleisterwerk van muren

  • Buitenafwerking (kozijnen en ramen)

 

Tot de monumentale waarde worden in het algemeen ook die onderdelen gerekend die de architectuurhistorische kenmerken van het monument bepalen zoals:

 

  • Gevelbekroningen

  • Stoepen

  • Oude kapconstructies

  • Interieuronderdelen (decoratief stucwerk, schoorsteenpartijen, wandafwerking en betimmering)

  • Overige historische details (schoorstenen, kroonlijsten, balkons, hekwerken enz.)

 

Restauratiesubsidie

 

De volgende werkzaamheden en voorzieningen komen in aanmerking voor een restauratiesubsidie:

 

Bescherming en preventie

 

  • Maatregelen ter voorkoming van vochtdoorslag en optrekkend vocht bij muren (maar niet dan na grondig onderzoek naar de oorzaken en de toe te passen methode).

  • Het aanbrengen van voorzieningen ter voorkoming van beschadiging of aantasting van beschermenswaardige onderdelen.

  • Bliksemafleiders bij panden met rieten daken.

 

Constructief herstel

  • Het door herstel of door partiële vernieuwing weer in goede staat (terug)brengen van onderdelen die in een vervallen, vergane of aangetaste toestand verkeren.

  • Herstel van de hoofdstructuur of casco.

  • De binnenafwerking van het casco.

  • Extra constructies benodigd voor handhaving van bepaalde waardevolle onderdelen.

 

Conservering

 

  • Behandelen houtwerk dat is aangetast door houtworm, bonteknaagkever, boktor, zwam e.d.

  • Impregneren van poreuze materialen waarvan de fysieke samenhang is verloren.

  • Fixeren van (muur)schilderingen.

 

Bijzondere aspecten

 

  • Kappen.

  • Funderingen.

  • Bereikbaarheid voor het plegen van onderhoud.

 

Schilderwerk

 

  • Schilderwerk is te beschouwen als normaal onderhoud en komt dus niet in aanmerking voor een restauratiebijdrage tenzij het een direct gevolg is van een gelijktijdige restauratie.

  • Bijzonder schilderwerk (decoratief)

  • Historische muur- of gewelfschilderingen.

 

Vondsten

 

  • Planwijzigingen als gevolg van belangrijke vondsten tijdens de restauratie.

 

Bouwhistorisch onderzoek

 

  • Voor zover noodzakelijk en derhalve behorende bij de restauratieplanvoorbereiding.

  • Onder het dienen van de monumentenzorg wordt ook verstaan het hergebruik van materialen. Indien noodzakelijk kan dit als nadere voorwaarde worden opgenomen in de subsidiebeschikking.

 

Onderhoudssubsidie

 

De onderhoudssubsidie is bedoeld om de eigenaar aan te zetten tot regelmatig onderhoud het liefst via een vooropgesteld meerjarenplan. De subsidie is alleen voor werkzaamheden aan de buitenkant en wel voor het op sobere en doelmatige wijze wind- en waterdicht houden van het monument.

 

Het mag nooit zo zijn dat bewust onderhoud achterwege wordt gelaten om na verloop van tijd in aanmerking te kunnen komen voor een (hogere) restauratiebijdrage. Aan de hand van de inspecties/inspectierapporten wordt daarom gecontroleerd of regelmatig onderhoud heeft plaatsgevonden.

 

Werkzaamheden die in aanmerking komen voor een onderhoudssubsidie zoals bedoeld in dit hoofdstuk zijn:

 

Daken

 

  • het incidenteel vernieuwen van pannen of herstel van leiwerk.

  • het repareren van zink en lood.

  • het onderhoud aan brand- en bliksembeveiliging.

  • windveren.

  • schoorstenen.

 

Goten en hemelwaterafvoeren

 

  • het opheffen van verstoppingen.

  • reparaties en schoonmaak.

  • werkzaamheden om de afvoer van hemelwater rond het gebouw te bevorderen.

 

Gevels

 

  • incidenteel repareren van voegwerk.

  • reparatie natuursteen en baksteen.

  • reparaties aan pleisterwerk.

  • reparaties houtwerk inclusief luiken.

  • reparaties aan hang- en sluitwerk in de buitengevels.

  • monumentale beglazing.

  • buitenschilderwerk.

 

Historische onderdelen

 

  • reparaties aan ornamenten aan gevels, erkers, balkons, goten en dergelijke.

  • reparaties aan hekwerken, stoepen en kelderluiken.

  • schilderwerk aan deze historische onderdelen.

  • instandhoudingswerkzaamheden op/aan de monumentale kerkhoven/begraafplaatsen

 

Algemeen

 

  • kosten voor een abonnement op de provinciale monumentenwacht.

  • kosten voor het door een onafhankelijke instantie op laten stellen van een inspectierapport.

  • kosten voor het door een onafhankelijke instantie op laten stellen van een meerjarenonderhoudsplan.

Naar boven