Besluit van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Barneveld tot wijziging van verschillende besluiten van algemene strekking, alsmede tot het bepalen van de datum van inwerkingtreding van een deel van het besluit van de raad van 16 oktober 2021, nr. 1594, tot wijziging van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Barneveld (Gemeenteblad 2021, 353311), alle in verband met de inwerkingtreding van de Omgevingswet

Het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Barneveld;

 

gelet op de artikelen 2:25 en 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Barneveld, artikel 3 van de Algemene subsidieverordening, en artikel II, tweede lid, van het Besluit van de raad van 16 oktober 2021, nr. 1594, tot wijziging van de Algemene plaatselijke verordening van de gemeente Barneveld (Gemeenteblad 2021, 353311);

 

besluiten, ieder voor zover het zijn bevoegdheid betreft;

Artikel I Wijzigingen van de Uitvoeringsbepalingen APV Barneveld

A.

Artikel 2 van het ‘Aanwijzingsbesluit en beleidsregels evenementen’, zijnde Bijlage C bij de Uitvoeringsbepalingen APV Barneveld, komt te luiden:

 

Artikel 2 Aanwijzing meldingsplichtige evenementen, tevens milieubelastende bedrijfsactiviteiten zijnde, waarvoor een publiekrechtelijke toestemming verleend is

  • 1.

    Voor activiteiten die:

    • a.

      als een evenement in de zin van artikel 2:24 van de Verordening zijn aan te merken;

    • b.

      tevens zijn aan te merken als bedrijfsmatig uitgevoerde milieubelastende activiteiten als bedoeld in de Omgevingswet,

    • c.

      binnen de normale bedrijfsvoering vallen waarvoor - voor zover van toepassing - publiekrechtelijke toestemming verleend is; en

    • d.

      in overeenstemming zijn met de ter plaatse geldende planologisch-juridische situatie, die blijkt uit bijvoorbeeld het omgevingsplan of een omgevingsvergunning,

  • is in afwijking van artikel 2:25, eerste lid van de Verordening geen evenementenvergunning vereist.

  • 2.

    Activiteiten, bedoeld in het eerste lid, zijn meldingsplichtige evenementen als bedoeld in artikel 2:25, derde lid, van de Verordening, als de inhoud, omvang en/of intensiteit hiervan een risico voor de openbare orde en veiligheid en/of de volksgezondheid tot gevolg kunnen hebben.

  • 3.

    Degene die volgens de Omgevingswet en daarop gebaseerde regelgeving verantwoordelijk is voor de betreffende activiteiten die ook aan te merken als een evenement, bedoeld in het tweede lid, doet uiterlijk op 1 november voorafgaande aan het jaar waarop het betreffende evenement plaats zal vinden daarvan melding bij de burgemeester. Als het evenement nog niet voor de genoemde datum bekend was, vindt de bedoelde melding onverwijld en uiterlijk 12 weken voor de evenementendatum plaats.

  • 4.

    De melding bevat in ieder geval de volgende informatie:

    • a.

      de naam, de inhoud en de datum van het evenement;

    • b.

      de naam- en de adresgegevens van de verantwoordelijke voor de milieubelastende activiteiten en de locatie waar zij plaatsvinden;

    • c.

      de naam- en de adresgegevens van de organisator van het evenement (als hij niet de verantwoordelijke voor de bedoelde milieubelastende activiteiten is);

    • d.

      een beschrijving van het risico van het evenement voor de veiligheid en de openbare orde; en

    • e.

      een beschrijving van de maatregelen die genomen worden om het risico van het evenement voor de veiligheid of de openbare orde zo beperkt mogelijk te houden.

  • 5.

    Als een evenement na toetsing geen doorgang kan vinden of aanpassingen behoeft, wordt zo spoedig mogelijk contact opgenomen met de melder. Binnen acht weken volgt een schriftelijke kennisgeving aan de melder die een acceptatie, indien nodig vergezeld van de voorwaarden waaronder het evenement kan plaatsvinden, of een verbod daarvan inhoudt.

B.

Artikel 1 van de ‘Beleidsregels standplaatsvergunning’, zijnde Bijlage S bij de Uitvoeringsbepalingen APV Barneveld, komt te luiden:

 

Artikel 1 Beperkingen

Voor het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 5:18 van de Verordening dient aan de volgende voorwaarden te worden voldaan:

  • a.

    als op de aangevraagde locatie in planologisch-juridisch opzicht detailhandel niet toegestaan is, kan voor die locatie maximaal één standplaats voor maximaal twee dagen per week vergund worden, behoudens gevallen als bedoeld in de onderdelen b en c;

  • b.

    als op de aangevraagde locatie in planologisch-juridisch opzicht detailhandel niet toegestaan is, kan voor die locatie uitsluitend voor de verkoop van oliebollen in de aanloop naar Oud en Nieuw, en voor de verkoop van koek en zopie tijdens een vorstperiode, voor maximaal één aaneengesloten week één standplaats vergund worden;

  • c.

    als de aangevraagde locatie zich in een dorpskern bevindt waar geen warenmarkt is en op die locatie in planologisch-juridisch opzicht geen detailhandel toegestaan is, worden voor die locatie maximaal vier gelijktijdige standplaatsen vergund;

  • d.

    gemeentelijke of openbare parkeerplaatsen worden niet beschikbaar gesteld voor het innemen van een standplaats. Vergunningsaanvragen op dergelijke locaties worden daarom niet gehonoreerd; en

  • e.

    een vergunning wordt niet verleend als de aanvrager niet ingeschreven is bij de Kamer van Koophandel.

Artikel II Wijziging van de Subsidieregeling klimaatadaptieve maatregelen gemeente Barneveld

Artikel 6, vierde lid, onderdeel f, van de ‘Subsidieregeling klimaatadaptieve maatregelen gemeente Barneveld’ komt te luiden:

  • f.

    in planologisch-juridisch opzicht, blijkende uit bijvoorbeeld het omgevingsplan of een omgevingsvergunning, inclusief de daarbij horende regels en/of toelichting, of anderszins (zoals een kooprealisatieovereenkomst) de aanleg van de geplande maatregelen niet verplicht is.

Artikel III Paraplutekst over beleidsregels

A.

Bij elk van onze onder B genoemde beleidsregels wordt in de bijbehorende wetstechnische informatie die in de decentrale regelingenbank op internet (www.overheid.nl) te raadplegen is, de volgende tekst vermeld:

  • Ondanks het feit dat deze beleidsregels verwijzingen bevatten naar de wet- en regelgeving die sinds de inwerkingtreding van de Omgevingswet is ingetrokken, is de inhoud daarvan vigerend beleid dat naar analogie binnen de kaders van de geldende wet- en regelgeving toegepast blijft worden. Pas als de betreffende beleidsregel bij besluit ingetrokken is – nadat het daarin geregelde beleidsonderwerp een plaats heeft gekregen in een omgevingsvisie, -plan, of -programma – komt aan de bedoelde analoge toepassing daarvan een einde.

B.

De hierboven bedoelde beleidsregels zijn de volgende:

  • -

    Beleid kinderopvang en luchtkwaliteit kinderopvang gemeente Barneveld;

  • -

    Beleidsregels Hogere Waarden Wet geluidhinder Barneveld 2009;

  • -

    Richtlijnen terrasoverkappingen & serres gemeente Barneveld;

  • -

    Beleidsregels Kruimelgevallen gemeente Barneveld;

  • -

    Beleidsregel lozingen buitengebied;

  • -

    Beleidsregel PFAS;

  • -

    Beleidsregels Premantelzorgwoningen gemeente Barneveld;

  • -

    Handboek kabels en leidingen gemeente Barneveld;

  • -

    Beleidsregels intrekken omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen;

  • -

    Notitie reclamebeleid gemeente Barneveld 2012; en

  • -

    Beleidsnotitie terugdringen loze brandmeldingen 2011.

Artikel IV Inwerkingtredingsdatum voor resterend gedeelte van een eerder door de raad vastgestelde wijziging van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Barneveld

De onderdelen A tot en met I, N, O, R, S, U2, V tot en met Y, alsmede de onderdelen AA tot en met AK, van artikel I van het besluit van de raad van 16 oktober 2021 tot wijziging van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Barneveld (Gemeenteblad 2021, 353311) treden in werking op de in artikel VI van het onderhavige besluit genoemde datum.

Artikel V Inwerkingtredingsdatum artikel 21 van de Afvalstoffenverordening gemeente Barneveld

Artikel 21 van de Afvalstoffenverordening gemeente Barneveld treedt in werking op de in artikel VI van het onderhavige besluit genoemde datum.

Artikel VI Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag waarop de Wet van 23 maart 2016, houdende regels over het beschermen en benutten van de fysieke leefomgeving (Omgevingswet), in werking treedt.

Aldus vastgesteld op 4 juli 2023,

Burgemeester en wethouders voornoemd,

W. Wieringa,

Secretaris

De burgemeester,

J. van der Tak

De burgemeester,

J. van der Tak

Naar boven