Gemeenteblad van Gooise Meren
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Gooise Meren | Gemeenteblad 2023, 457006 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Gooise Meren | Gemeenteblad 2023, 457006 | beleidsregel |
Rectificatie: Beleidsnota Buitenreclame 2021
[Deze publicatie betreft een rectificatie omdat per abuis de verkeerde versie is gepubliceerd. Artikel 5.1.4 was niet vastgesteld door de gemeenteraad en artikel 5.2.2 bevatte de verkeerde inhoud. De oorspronkelijke publicatie is op 22 december 2021 bekendgemaakt, beschikbaar via Gemeenteblad 2021, 467722.]
Deze rapportage is opgesteld door het Nationaal Adviesbureau Buitenreclame B.V. (NABB) in samenwerking met medewerkers van de gemeente Gooise Meren.
Deze Beleidsnota is in 2021 tot stand gekomen vanuit de behoefte aan een beleidsnota die beleid van vóór de gemeentelijke fusie op 1 januari 2016 harmoniseert en actualiseert.
In een economisch en maatschappelijk actieve gemeente hebben inwoners en ondernemers behoefte aan de mogelijkheid hun activiteiten te promoten. Een goed en transparant reclamebeleid, vastgelegd in een beleidsnota, is hiervoor onontbeerlijk. Deze beleidsnota bevat beleidsregels in de zin van artikel 1:3 lid 4 Algemene wet bestuursrecht.
Dit hoofdstuk behandelt de afbakening van het beleid en formuleert de doelstellingen die de gemeente Gooise Meren hanteert ten aanzien van reclame in de openbare ruimte.
Om onduidelijkheden te voorkomen, worden in deze paragraaf eerst de belangrijke begrippen afgebakend en de reikwijdte van het beleid bepaald.
In de Algemene plaatselijke verordening gemeente Gooise Meren 2020 (hierna: APV) wordt onder handelsreclame het volgende verstaan 1 : “iedere openbare aanprijzing van goederen of diensten, waarmee kennelijk beoogd wordt een commercieel belang te dienen”. Uit deze formulering blijkt dat het gaat om reclame voor commerciële doeleinden.
Dit beleid heeft niet alleen betrekking op handelsreclame zoals gedefinieerd in de APV, maar op reclame van commerciële én niet-commerciële aard, die zich bevindt in de openbare ruimte of vanuit de openbare ruimte zichtbaar is. Dit valt onder het overkoepelende begrip ‘buitenreclame’.
Ieder opschrift, aankondiging en/of mededeling met een commercieel of niet-commercieel belang aan, boven of zichtbaar vanaf de openbare weg en/of de openbare ruimte, ongeacht het gebruikte communicatiemiddel.
Reclame voorzien van verlichting of aangelicht door een kunstlichtbron, anders dan openbare verlichting.
De reclamewereld is een omvangrijke sector. Reclame schreeuwt voortdurend en overal om aandacht. Reclamebureaus komen met steeds originelere en vooral opvallender concepten voor de dag. Talloze verschillende verschijningsvormen voor reclame-uitingen zijn ontstaan.
Deze beleidsnota geeft uitsluitend betrekking op buitenreclame, zoals bedoeld in paragraaf 1.1. Waar in deze beleidsnota eventueel gesproken wordt over ‘reclame’, wordt ‘buitenreclame’ bedoeld, zoals hierboven in paragraaf 1.1 gedefinieerd.
Bij het omgaan met reclame heeft de gemeente een dubbelrol, te weten een publiekrechtelijke en een privaatrechtelijke. Publiekrechtelijk heeft de gemeente de zorg voor ruimtelijke kwaliteit, verkeersveiligheid, welstand en het tegengaan van overlast. In deze rol treedt de gemeente op als vergunningverlener en handhaver. De privaatrechtelijke rol heeft betrekking op de exploitatie van de ruimte waarvan zij eigenaar is (de openbare ruimte). De openbare ruimte wordt geëxploiteerd voor reclamedoeleinden, zoals A0-reclamedisplays en in abri’s. Hiervoor sluit de gemeente periodiek overeenkomsten met bedrijven die deze reclames voor adverteerders verzorgen. Ook voor deze vorm van reclame gelden spelregels, die in de beleidsregels staan. In de overeenkomsten worden allerlei afspraken vastgelegd, bijvoorbeeld met betrekking tot aantallen, kwaliteit, beheer en onderhoud van de reclameobjecten. Zie ook paragraaf 4.7.
Wat valt niet onder de beleidsregels en wordt dus niet behandeld in dit beleid:
bussen of andere (rijdende) voertuigen met reclame, met uitzondering van voertuigen die kennelijk rondrijden met de bedoeling reclame te maken. Het is al verboden2 om voertuigen op een door het college aangewezen weg te parkeren met het kennelijke doel om daarmee handelsreclame te maken;
1.3 Doelstellingen beleid buitenreclame gemeente Gooise Meren
Er is behoefte aan een gecoördineerd gemeentelijk beleid, waarbij een afweging gemaakt wordt tussen de veelheid van en soms tegenstrijdige belangen bij de inrichting van de openbare ruimte. De complexiteit vraagt om een zo consistent en duidelijk mogelijk beleid voor reclame, dat in de beleidsregels is neergelegd.
Het beleid geeft de kaders aan waarbinnen reclame in de openbare ruimte in Gooise Meren mogelijk moet zijn en waar de prioriteiten liggen. Het doel daarbij is te komen tot een verantwoorde en beheersbare situatie in de openbare ruimte ten aanzien van reclame-uitingen, waarbij naar een evenwicht wordt gestreefd tussen het verhogen van de kwaliteit van de openbare ruimte enerzijds en het verkrijgen van inkomsten anderzijds.
In het beleid worden zowel kwalitatieve als kwantitatieve eisen gesteld. Kwalitatieve eisen hebben betrekking op vormgeving, (verkeers)veiligheid, uiterlijk aanzien en duurzaamheid. Kwantitatieve eisen stellen een maximum aan het aantal reclameobjecten op bepaalde locaties van een bepaalde categorie, zodat geen overdaad ontstaat.
Dit resulteert in de volgende doelstellingen:
2 Juridisch en beleidsmatig kader
In het vorige hoofdstuk zijn de doelstellingen geformuleerd. In dit hoofdstuk wordt nader ingegaan op de beleidsmatige en juridische kaders die relevant zijn voor het reclamebeleid. Het juridisch kader wordt vooral gevormd door de Algemene plaatselijke verordening Gooise Meren 2020 (APV) en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Beleidsmatig is de Welstandsnota 2019 van belang. Voor de leesbaarheid wordt in deze toelichting niet afzonderlijk ingegaan op aangrenzende regelgeving.
De beleidsregels zijn een nadere concretisering van de toetsingskaders uit de Wabo en de APV. Hieronder worden de diverse juridische kaders nader uitgewerkt.
2.2 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo)
Indien een reclameobject is aan te merken als een bouwwerk, is voor het bouwen daarvan een omgevingsvergunning vereist. Een bouwwerk is een constructie van enige omvang en heeft een plaatsgebonden karakter. Het maakt in eerste instantie niet uit of het bouwwerk op eigen terrein of op gemeentegrond gerealiseerd wordt. Een grote reclamemast is bijvoorbeeld zo’n bouwwerk.
Een aanvraag voor een omgevingsvergunning wordt getoetst aan:
2.3 Algemene plaatselijke verordening Gooise Meren 2020 (APV)
In de APV Gooise Meren is een aantal bepalingen opgenomen waarmee reclameobjecten worden gereguleerd: artikel 2:10 (Voorwerpen op of aan de weg), artikel 2:42 (Plakken en kladden), artikel 4:15 (Het aanbrengen van handelsreclame) en artikel 5:7 (Parkeren van reclamevoertuigen).
Bij de toetsing van reclame zijn meestal de artikelen 2:10 of 4:15 relevant. Op deze artikelen wordt nader ingegaan in hoofdstuk 3.
In een welstandsnota legt een gemeente de welstandscriteria vast die van toepassing zijn op bouwwerken. Deze is genaamd Welstandsnota 2019 Gooise Meren. De welstandscriteria voor een aantal reclameobjecten zijn opgenomen in hoofdstuk 4, deel Reclame, klein plan 7.
Daarnaast is de excessenregeling uit de welstandsnota van toepassing. De gemeente heeft de mogelijkheid om repressief in te grijpen indien vergunningsvrije bouwwerken in ernstige mate in strijd zijn met redelijke eisen van welstand. Deze regeling is gebaseerd op artikel 12, lid 1 van de Woningwet. Dit is het geval indien sprake is van excessen. Een exces wordt in de Welstandsnota 2019 gedefinieerd als “een bouwwerk dat sterk afwijkt van en afbreuk doet aan de omgeving”. Daaronder kunnen ook te opdringerige reclames vallen (pag. 119 welstandsnota). In dat geval kan het college op grond van artikel 13 Woningwet de eigenaar aanschrijven tot het opheffen van die strijdige situatie. In het geval van een exces moet het college kunnen verwijzen naar specifieke criteria in de welstandsnota. Deze beoordelingscriteria voor excessen zijn opgenomen in het hoofdstuk Afwijkende Plannen van de welstandsnota, en zijn ook van toepassing op buitenreclame.
Op grond van artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht kan het college ten aanzien van haar toekomende bevoegdheden beleidsregels opstellen, in casu het verlenen van vergunningen of ontheffingen op grond van de APV en de Wabo.
Het college maakt in dit kader van deze bevoegdheid gebruik om het toepassen van reclame in de openbare ruimte te reguleren.
3 Vergunningverlening voor reclame in de openbare ruimte
In dit hoofdstuk wordt nader ingegaan op de van toepassing zijnde juridische regelingen op basis waarvan aanvragen om reclamevergunningen worden getoetst.
3.1 Voorwerpen op of aan de weg (artikel 2:10 APV)
Op grond van artikel 2:10, eerste lid APV is het verboden zonder voorafgaande vergunning de weg of een weggedeelte anders te gebruiken dan overeenkomstig de publieke functie daarvan, als dat gebruik:
In lid 2 is opgenomen dat van een belemmering voor de bruikbaarheid van de weg in ieder geval sprake wanneer niet ten minste een vrije doorgang van 1,10 m wordt gelaten op voetpaden en van 3,5 m op de rijbaan voor fietsers of gemotoriseerd verkeer. Deze bepaling kan onder meer worden toegepast voor uitstallingen.
Het college heeft op grond van het achtste lid de bevoegdheid om “in het belang van de woon- en leefomgeving” nadere regels te stellen.
Op grond van artikel 4:15, eerste lid APV is het verboden zonder omgevingsvergunning van het college op of aan een onroerende zaak aan te brengen handelsreclame, opschriften, aankondigingen, afbeeldingen, reclameobjecten of constructies, in welke vorm dan ook.
In lid 4 is een aantal uitzonderingen opgenomen, waarop het verbod niet van toepassing is. Dit betreft vormen van reclame die minder impact hebben op het uiterlijk aanzien van de gemeente, de verkeersveiligheid en dergelijke. Het gaat om de volgende objecten:
Met uitzondering van de gevallen hierboven genoemd onder a tot en met d, is dus een omgevingsvergunning nodig voor het voeren van handelsreclame.
De vergunning wordt slechts geweigerd als:
Als het reclameobject een bouwwerk is, dan is naast het doel reclame op grond van artikel 4:15 ook een omgevingsvergunning verplicht op grond van artikel 2.1 lid 1 sub a van de Wabo. De APV-vergunning uit paragraaf 3.2 wordt dan meegenomen in (de beoordeling van) één omgevingsvergunning (artikel 2.2 lid 1 sub h van de Wabo). Het bouwwerk wordt aan welstand getoetst, en het onderdeel reclame aan “de geldende Welstandsnota en het in Gooise Meren van toepassing zijnde reclamebeleid”. Deze beleidsnota voorziet daarin.
Vanaf de inwerkingtreding van deze beleidsregels is het nieuwe beleid van toepassing op alle nieuwe aanvragen om een vergunning als bedoeld in artikel 2:10 APV en artikel 4:15 APV, met betrekking tot reclame. Op alle aanvragen van vóór het tijdstip van in werking treden van deze beleidsregels geldt de voor aanvrager meest gunstige regeling.
In dit hoofdstuk staan de algemene uitgangspunten die van toepassing zijn op alle reclameobjecten. Met andere woorden: alle reclame wordt aan deze algemene uitgangspunten getoetst. Als een nieuwe reclamevorm niet genoemd is in hoofdstuk 5 (specifieke criteria), dan wordt dus ook getoetst aan de algemene uitgangspunten. Deze zijn onderverdeeld in een aantal categorieën. Nadere criteria per reclamevorm zijn opgenomen in hoofdstuk 5. In het geval van privaatrechtelijke overeenkomsten kunnen daarin nog aanvullende eisen of voorwaarden worden opgenomen.
In onderstaande gevallen is reclame in de openbare ruimte niet toelaatbaar:
reclame die niet voldoet aan de richtlijnen van de Reclame Code Commissie3 .
Duurzame openbare ruimte is ruimte die mogelijkheden biedt voor betekenisvol gebruik nu en in de toekomst. Een duurzame ruimte is duurzaam in beheer, gebruik en inrichting. De openbare ruimte draagt bij aan leefbaarheid in het algemeen en duurzaamheid is daarom meer dan een milieudoelstelling. Een duurzame openbare ruimte sluit qua gebruik ook aan bij het karakter van de omgeving.
4.8 Lichtreclame (inclusief digitale reclame)
Criteria m.b.t. lichtintensiteit:
Alle reclameobjecten waarin sprake is van de toepassing van licht dienen te voldoen aan de meest actuele versie van de Richtlijn Lichthinder van de Nederlandse Stichting Voor Verlichtingskunde (NSVV) (www.nsvv.nl).
De staat van onderhoud van reclameobjecten is medebepalend voor de kwaliteit en de veiligheid van de openbare ruimte.
Alle reclame en voorwerpen bestemd voor het aanbrengen van reclame die naar het oordeel van het college verwaarloosd zijn, in onvoldoende staat van onderhoud verkeren, niet meer gebruikt worden of hun feitelijke betekenis hebben verloren, moeten op schriftelijke last van of namens burgemeester en wethouders binnen de daarbij te stellen termijn worden hersteld dan wel verwijderd. Indien dat niet gebeurt, zullen deze op kosten van de eigenaar of gebruiker door de gemeente worden verwijderd.
In de Welstandsnota 2019 Gooise Meren is het grondgebied van de gemeente onderverdeeld in een aantal gebieden met verschillende welstandscriteria. Voor elk welstandsgebied is een welstandsniveau aangegeven. Een groot deel van de gemeente is aangemerkt als gewoon welstandgebied. Hier heeft de gemeente gekozen voor het handhaven van een goede basiskwaliteit met daarbij voldoende vrijheid voor de burger of ondernemer om invulling te geven aan eigen initiatieven.
Daarnaast zijn er bijzondere welstandsgebieden, waar extra aandacht is voor het behoud en de eventuele versterking van de ruimtelijke kwaliteit. Voorbeelden hiervan zijn de rijksbeschermde stadsgezichten vesting Muiden en vesting Naarden en de rijksbeschermde dorpsgezichten Het Spiegel en Brediuskwartier.
Tot slot is er een vrije welstandszone. In de bijzondere welstandsgebieden zijn (bepaalde) reclames minder gewenst tot ongewenst. In andere gebieden, zoals bedrijventerreinen, is reclame meer op zijn plaats.
Naast de in deze beleidsnota genoemde criteria, worden reclameobjecten die tevens bouwwerk zijn, ook getoetst aan de gebiedscriteria in de welstandsnota. Dit betekent dat de criteria in deze Nota Reclame gelden voor alle reclameobjecten binnen het gemeentelijk territorium. Daarbij is rekening gehouden met kwetsbare of bijzondere gebieden. Als er sprake is van een bouwwerk, dan gelden deze criteria aanvullend op de welstandscriteria in de Welstandsnota.
In dit hoofdstuk worden de uitgangspunten op hoofdlijnen geformuleerd die gelden voor de onderscheidende vormen van reclame in de openbare ruimte. Als bijlage zijn foto’s als voorbeelden opgenomen van de verschillende te contracteren reclamevormen.
Het is onder voorwaarden toegestaan om bouw- en projectborden te plaatsen met aankondiging van (nieuwbouw) projecten. Hiervoor kan een vergunning worden verleend op grond van artikel 4:15 APV. De bouw- en projectborden dienen betrekking te hebben op de naam of aard van in uitvoering zijnde bouwwerken of op de namen van degenen die bij het ontwerp of de uitvoering van het bouwwerk betrokken zijn, mits deze opschriften zijn aangebracht op borden bij of op de in uitvoering zijnde bouwwerken zelf en niet verlicht zijn, zulks voor zolang zij feitelijke betekenis hebben.
5.4.2 Reclameborden e.d. op eigen terrein
Het is niet toegestaan om op particulier terrein spandoeken, reclameborden, vlaggenmasten en/ of reclamewagens te plaatsen, tenzij alleen reclame gemaakt wordt voor de activiteit die op het terrein/ bedrijf plaatsvindt. De reclame dient dus uitdrukkelijk verband te houden met het desbetreffende pand en/of de activiteit die daar plaatsvindt.
5.5 Toelatingscriteria nieuwe vormen van reclame
De wereld van buitenreclame is constant in beweging. Bij de introductie van nieuwe reclamevormen zal een afweging gemaakt moeten worden of deze een goede aanvulling of vervanging zijn op het reeds bestaande reclame aanbod in Gooise Meren en of deze aansluiten bij het bestaande aanbod. Ook moet onderscheid worden gemaakt tussen reclame die zich leent voor een gemeentelijke concessie of niet. Bij het beoordelen van nieuwe reclameobjecten worden de volgende algemene toetsingscriteria toepast:
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-457006.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.