Verordening Regionale commissie bezwaarschriften Leidse Regio

De raad van de gemeente Oegstgeest;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 27 juni 2023 met nummer Z/23/171332;

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

besluit de volgende verordening vast te stellen:

 

Verordening regionale commissie bezwaarschriften Leidse Regio

 

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Definities

In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a.

    Awb: Algemene wet bestuursrecht;

  • b.

    belanghebbende: als bedoeld in de Awb: degene wiens belang rechtstreeks bij het belang betrokken is;

  • c.

    bestuursorgaan: het bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen en een besluit dient te nemen op het bezwaar;

  • d.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oegstgeest:

  • e.

    commissie: de regionale commissie bezwaarschriften Leidse Regio;

  • f.

    indiener: degene die een bezwaarschrift indient;

  • g.

    (vice)voorzitter: de als zodanig benoemde (vice)voorzitter van de commissie;

  • h.

    zittingsvoorzitter: de voorzitter, vicevoorzitter of een commissielid, die fungeert als dagvoorzitter op een zitting.

Artikel 2 Taken commissie

  • 1.

    De commissie is, overeenkomstig artikel 7:13 Awb, ingesteld ter advisering ten aanzien van de beslissingen op bezwaren tegen besluiten van de gemeenteraad, het college en de burgemeester.

  • 2.

    De commissie is niet bevoegd ten aanzien van:

    • a.

      bezwaarschriften ingediend tegen besluiten op grond van een gemeentelijke belastingverordening;

    • b.

      bezwaarschriften betreffende een personele aangelegenheid;

    • c.

      bezwaarschriften die door de bestuursorganen op een andere wijze worden afgedaan.

  • 3.

    De commissie kan tevens adviseren over bezwaarschriften gericht aan bestuursorganen bedoeld in artikel 1:1 van de Awb, die geen deel uitmaken van de onder het eerste lid genoemde bestuursorganen.

  • 4.

    Naast het horen en adviseren omtrent een bezwaar door de commissie kan, met betrekking tot door het college bij afzonderlijk besluit daartoe aangewezen categorieën van bezwaarschriften, het horen ambtelijk plaatsvinden. Deze categorieën betreffen niet bezwaarschriften tegen raadsbesluiten. Die worden steeds door de commissie behandeld.

Artikel 3 Samenstelling en benoeming commissie

  • 1.

    De commissie bestaat uit een voorzitter, een vicevoorzitter en minimaal 11 leden.

  • 2.

    De voorzitter, vicevoorzitter en de leden worden benoemd, geschorst en ontslagen door het college.

  • 3.

    De functies van voorzitter, vicevoorzitter en lid zijn onverenigbaar met het lidmaatschap van de gemeenteraad of met het ambt van burgemeester of wethouder, ambtenaarschap dan wel werkzaam zijn, alsmede ambtenaarschap dan wel werkzaam zijn geweest in de voorafgaande twee jaar, onder verantwoordelijkheid van een van de deelnemende bestuursorganen.

  • 4.

    De benoeming van de voorzitter, vicevoorzitter en de leden van de commissie is gebaseerd op de deskundigheid en onafhankelijkheid van de kandidaat of kandidaten.

  • 5.

    De voorzitter, de vicevoorzitter en de leden:

    • a.

      kunnen op elk moment ontslag nemen;

    • b.

      blijven hun functie vervullen totdat in hun opvolging is voorzien.

Artikel 4 Instellen van kamers

  • 1.

    De commissie kan kamers instellen, die belast worden met de behandeling van bezwaarschriften.

  • 2.

    De commissie bepaalt het aantal kamers en stelt voor elke kamer vast welke categorie of categorieën bezwaarschriften door haar zullen worden behandeld.

  • 3.

    Elke kamer bestaat uit ten minste drie leden:

    • a.

      een zittingsvoorzitter overeenkomstig artikel 7:13 Awb, zijnde de (vice)voorzitter of een van de leden van de commissie;

    • b.

      ten minste twee andere leden, door de commissie aangewezen uit haar midden.

Artikel 5 Secretaris

De commissie en haar kamers worden ondersteund door een of meerdere secretarissen.

Artikel 6 Vooronderzoek

  • 1.

    De zittingsvoorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de leden van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en dezen zo nodig uitnodigen daartoe op de zitting te verschijnen.

  • 2.

    Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging nodig van het betrokken bestuursorgaan.

  • 3.

    De kosten voor de inzet van een deskundige worden apart in rekening gebracht bij het desbetreffende bestuursorgaan.

Artikel 7 Hoorzitting

  • 1.

    De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin indiener, eventuele belanghebbende(n) en het verwerend orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen;

  • 2.

    De hoorzitting is openbaar.

  • 3.

    In afwijking van het in het tweede lid bepaalde kunnen de deuren worden gesloten indien de zittingsvoorzitter of een van de aanwezige leden het nodig oordeelt of indien een belanghebbende daartoe een verzoek doet. Indien de commissie vervolgens beslist dat gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de zitting verzetten, vindt de zitting plaats met gesloten deuren.

  • 4.

    Per hoorzitting bestaat de commissie ten minste uit een zittingsvoorzitter en twee leden genoemd onder artikel 3. Voor het houden van de hoorzitting is vereist dat de meerderheid van het aantal leden, waaronder in ieder geval de zittingsvoorzitter, ter zitting aanwezig is.

  • 5.

    De (vice)voorzitter, onderscheidenlijk de zittingsvoorzitter, beslist over de toepassing van artikel 7:3 van de Awb.

  • 6.

    De zittingsvoorzitter is belast met de leiding van de hoorzitting en zorgt voor de handhaving van de orde ter zitting.

  • 7.

    De zittingsvoorzitter en de leden van de commissie nemen geen deel aan de behandeling van een bezwaarschrift indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.

Artikel 8 Schriftelijke verslaglegging

  • 1.

    Van het verhandelde ter zitting kan door de secretaris voor administratieve doeleinden een digitale opname worden gemaakt.

  • 2.

    Van hetgeen ter zitting is verhandeld wordt zakelijk verslag gedaan in het commissieadvies, waarbij wordt vermeld de namen van de aanwezigen en hun hoedanigheid.

  • 3.

    Indien de zitting geheel of gedeeltelijk achter gesloten deuren plaatsvond, of indien belanghebbenden, respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het commissieadvies hiervan melding.

  • 4.

    Het commissieadvies verwijst naar op de zitting overgelegde bescheiden, die aan het advies kunnen worden gehecht.

Artikel 9 Beraadslaging en advies

  • 1.

    De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar uit te brengen advies.

  • 2.

    De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies. Indien bij een stemming de stemmen staken beslist de stem van de zittingsvoorzitter. Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt, indien de minderheid dat verlangt.

  • 3.

    Het advies is gemotiveerd en bevat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 4.

    Het advies wordt ondertekend door de zittingsvoorzitter en de betrokken secretaris.

  • 5.

    Het advies wordt, onder medezending van eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

  • 6.

    Gelijktijdig met het uitbrengen van het advies aan het bestuursorgaan wordt het advies toegezonden aan de indiener.

Artikel 10 Bemiddeling

De commissie onderzoekt of de zaak in der minne kan worden geschikt.

Artikel 11 Verdaging

  • 1.

    Indien naar het oordeel van de voorzitter van de commissie de termijn van 12 weken, genoemd in artikel 7:10, eerste lid, van de Awb, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies en het nemen van een beslissing, verzoekt hij het verwerend orgaan tijdig de beslissing te verdagen.

  • 2.

    Van een besluit tot verdaging ontvangen de commissie en de belanghebbende(n) een afschrift.

Artikel 12 Nader onderzoek

  • 1.

    Indien na afloop van de zitting, maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de zittingsvoorzitter uit eigen beweging of op verlangen van de andere commissieleden dit onderzoek houden.

  • 2.

    De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt toegezonden aan de indiener en in afschrift aan de leden van de commissie, het bestuursorgaan en de belanghebbende(n.) Op de informatie kan schriftelijk worden gereageerd.

  • 3.

    De indiener, leden van de commissie, het bestuursorgaan en de belanghebbende(n) kunnen binnen een week na verzending van de nadere informatie aan de zittingsvoorzitter van de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De zittingsvoorzitter beslist op zo'n verzoek.

  • 4.

    Op een nieuwe hoorzitting zijn de bepalingen in deze verordening die betrekking hebben op de hoorzitting, zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 13 Plenaire vergadering en jaarverslag

  • 1.

    Ten minste eenmaal per jaar vergadert de commissie plenair.

  • 2.

    De commissie brengt jaarlijks vóór 1 juli aan de bestuursorganen van de gemeente verslag uit over haar werkzaamheden in het voorgaande kalenderjaar.

Artikel 14 Vergoeding

De zittingsvoorzitter en commissieleden ontvangen een vergoeding voor hun werkzaamheden. De hoogte van deze vergoeding wordt vastgesteld door het college van gemeente Leiden. De hoogte van deze vergoeding is gebaseerd op het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers en de Verordening geldelijke voorzieningen raads- en commissieleden 2019.

Artikel 15 Beëdiging

De (vice)voorzitter en leden van de commissie ondertekenen zo spoedig mogelijk nadat zij door het college zijn benoemd, de volgende eed (verklaring of belofte):

“Ik zweer (verklaar) dat ik, om tot (vice)voorzitter / lid van de commissie benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of voorwendsel ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd.

Ik zweer (verklaar en beloof) dat ik, om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of enige belofte heb aangenomen of zal aannemen. Zo waarlijk helpe mij God Almachtig (Dat verklaar en beloof ik)”.

Artikel 16 Zittingsduur

De (vice)voorzitter en de leden van de commissie bedoeld in artikel 3, eerste lid, worden bij eerste benoeming benoemd voor een periode van vier jaar en kunnen na afloop van die termijn terstond eenmaal worden herbenoemd voor een periode van vier jaar.

Artikel 17 Overgangsbepaling

Van de (vice)voorzitter en de leden die zijn benoemd onder de Verordening Regionale Commissie Bezwaarschriften Servicepunt71 – gemeente Oegstgeest blijft de benoeming en overeengekomen zittingsduurstermijn van kracht onder deze verordening.

Artikel 18 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als: “Verordening regionale commissie bezwaarschriften Leidse Regio”.

Artikel 19 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking en werkt terug tot 1 januari 2023. Op deze datum wordt de Verordening Regionale Commissie Bezwaarschriften Servicepunt71 – gemeente Oegstgeest ingetrokken.

Aldus besloten in de raadsvergadering d.d. 28 september 2023

De voorzitter

E.R. Jaensch

De griffier

F. Kromhout

Naar boven