Wijziging van de Verordening Winkeltijden Maastricht 2015

DE RAAD DER GEMEENTE MAASTRICHT,

 

gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 27 juni 2023, organisatieonderdeel BO Economie en Cultuur, no. 2023.02977;

 

gelet op Winkeltijdenwet, Verordening Winkeltijden Maastricht 2015;

 

BESLUIT:

 

vast te stellen de volgende wijziging van de Verordening Winkeltijden Maastricht 2015 en de huidige regeling in te trekken.

Artikel I Wijziging van de artikelen 1, 2 en 6

 

Artikel 1 lid 1f: “Avondwinkel” wijzigen in “Nachtwinkel”

Artikel 2 lid 1b: “avondwinkel” wijzigen in “nachtwinkel”

Artikel 2 lid 2: “avondwinkel” wijzigen in “nachtwinkel”

 

Artikel 6 vervangen door:

“Artikel 6. Openstelling van nachtwinkels.

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing voor nachtwinkels verlenen. Er kunnen maximaal twee ontheffingen verleend worden voor een nachtwinkel in het centrum, één ontheffing voor een nachtwinkel buiten het centrum ten westen van de Maas en één ontheffing voor een nachtwinkel buiten het centrum ten oosten van de Maas.

(voorwaarden)

  • 2.

    Om in aanmerking te komen voor een ontheffing gelden de volgende voorwaarden:

    • a.

      Nachtwinkels dienen minimaal 4 avonden in de week tot 24.00 uur open te zijn of zoveel langer als door B&W besloten wordt.

    • b.

      Nachtwinkels dienen kleinschalige supermarkten (algemeen assortiment) te zijn met een maximum van 250 m2 winkelvloeroppervlak, waar hoofdzakelijk eet- en drinkwaren worden verkocht. Gebruik van winkelwagens is niet toegestaan.

      Afhaalcentra die als winkel uitsluitend of hoofdzakelijk maaltijden, voor directe consumptie geschikte eetwaren en/of dranken verkopen zijn hierbij uitgesloten. Sterkedrank als bedoeld in artikel 1, eerste lid van de Alcoholwet mag er niet verkocht worden. In de nachtwinkel mogen de eetwaren en dranken niet ter plaatse genuttigd worden. De artikelen mogen dan ook alleen in een gesloten verpakking verkocht worden voor gebruik elders dan ter plaatse, niet zijnde de onmiddellijke omgeving van de nachtwinkel.

    • c.

      De nachtwinkel dient gevestigd te zijn in een van de winkelgebieden zoals aangeduid in bijgaande kaart “Maastricht winkelgebied”, met uitzondering van voetgangersgebieden alsmede straten waar nagenoeg uitsluitend gewoond wordt. Op basis van het geldende planologische regime moet in het pand detailhandel rechtstreeks toegestaan zijn.

    • d.

      Op het moment van het indienen van de aanvraag tot ontheffing dient er binnen 100 meter van de nachtwinkel parkeergelegenheid op straat voor bezoekers te zijn.

  • 3.

    Artikel 5 lid 1, 2 en 3 van deze Verordening zijn van overeenkomstige toepassing.

  • 4.

    Conform het gestelde in artikel 18 van de Alcoholwet is de regelgeving voor niet-vergunningplichtige bedrijven die zwakalcoholhoudende dranken mogen verkopen onverminderd van toepassing.

(voorschriften en beperkingen)

  • 5.

    Aan een ontheffing kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden ter voorkoming van overlast en/of aantasting van het woon- en leefklimaat danwel de openbare orde en veiligheid van de winkel danwel de omgeving van de winkel.

(weigeringsgronden)

  • 6.

    De ontheffing als bedoeld in artikellid 1 kan worden geweigerd indien een of meer van de navolgende omstandigheden (genoemd onder I en II) zich in de omgeving van de winkel voordoen of naar verwachting zullen gaan voordoen:

    • I

      WEIGERINGSGRONDEN M.B.T. OPENBARE ORDE EN VEILIGHEID:

      • a.

        De omgeving van de winkel kan getypeerd worden als een probleemlocatie, door drugsgebruik, drugshandel, ordeverstoringen en/of criminaliteit;

      • b.

        De winkel waarvoor ontheffing wordt gevraagd zal naar redelijke verwachting een aanzuigende werking hebben op overlast veroorzakende groepen, zoals drugsgebruikers en – handelaren, uitgaande jongeren en/of alcoholisten;

      • c.

        De winkel wordt beoogd gevestigd te worden in een gebied waarin ten tijde van het sluitingsuur(uren) van de Horeca een verhoogd risico aanwezig is op vechtpartijen en andere vormen van ernstige overlast;

      • d.

        De in de winkel toegestane verkoop van zwak-alcoholhoudende dranken vormt een gezondheidsrisico voor de in de omgeving uitgaande jeugd;

      • e.

        De verkeersaantrekkende werking van de winkel zal naar verwachting de veiligheid op de weg in gevaar brengen en/of overlast veroorzaken voor nabijgelegen panden;

      • f.

        Er bestaat een reëel veiligheidsrisico voor klanten en/of personeel, waartegen redelijkerwijs onvoldoende maatregelen kunnen worden genomen;

      • g.

        De winkel ligt op een locatie welke in de nachtelijke uren een gemakkelijk doelwit is voor overvallen.

    • II

      WEIGERINGSGRONDEN M.B.T. WOON- EN LEEFSITUATIE

      • h.

        De winkel ligt in een gebied waar in de directe omgeving voornamelijk sprake is van een woonfunctie;

      • i.

        De verkeersaantrekkende werking van de winkel zal naar verwachting de veiligheid op de weg in gevaar brengen en/of overlast veroorzaken voor de naburige panden;

      • j.

        Het gebruik van parkeerplaatsen bij winkelbezoek veroorzaakt in de directe omgeving van de winkel overlast of parkeerproblematiek voor reguliere gebruikers/ bewoners in de omgeving;

      • k.

        De mogelijkheid van het ontstaan van hinder door overlast veroorzakende groepen jongeren in de directe omgeving van de winkel wordt beoordeeld als een reëel risico.

  • 7.

    Een ontheffing kan worden geweigerd in het geval en onder de voorwaarden, zoals bedoeld in artikel 3 van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (Wet Bibob).

  • 8.

    Een antecedentenonderzoek zal deel uitmaken van de behandeling van de aanvraag. In geval van slecht levensgedrag kan de ontheffing geweigerd worden.

(procedure)

  • 9a.

    De gemeente Maastricht publiceert één keer per vijf jaar de mogelijkheid tot het indienen van een aanvraag voor een nieuwe ontheffingsperiode.

  • 9b.

    De bekendmaking van de nieuwe ontheffingsperiode met de mogelijkheid tot het indienen van een aanvraag wordt gepubliceerd op de website van de gemeentelijke website en op Overheid.nl/ officielebekendmakingen.nl.

  • 9c.

    De mogelijkheid tot het indienen van een aanvraag voor een ontheffing start zes weken na publicatie zoals bedoeld in artikellid 9a en duurt vervolgens vier weken;

  • 9d.

    Een aanvraag die niet binnen de in artikellid 9c genoemde periode van vier weken is ingediend, wordt niet in behandeling genomen.

  • 9e.

    De datum van ontvangst bij de gemeente Maastricht (conform de officiële registratie door de gemeente) is bepalend voor de vraag of de aanvraag tijdig is ingediend binnen de vier weken.

  • 9f.

    De aanvraag dient te worden ingediend door gebruik te maken van een op de website van de gemeente aanwezig aanvraagformulier. Uitsluitend volledige en tijdige aanvragen kunnen in behandeling worden genomen.

  • 9g.

    De gemeente Maastricht kan afwijken van het bepaalde onder 9a indien tussentijds een of meerdere ontheffingen komen te vervallen c.q. ingetrokken worden. Indien de gemeente gebruik maakt van deze afwijkingsmogelijkheid, zijn de overige bepalingen ten aanzien van de procedure van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat een tussentijds verleende ontheffing niet voor 5 jaar verleend wordt, maar dezelfde einddatum krijgt als de ontheffingen die op grond van 9a verleend zijn.

Toetsing

  • 10a.

    De aanvragen worden getoetst aan de voorwaarden en weigeringsgronden zoals genoemd in de voorgaande artikelleden.

  • 10b.

    Alvorens te beslissen op de aanvraag tot ontheffingverlening zal de politie Limburg-zuid van gemeente Maastricht (of diens rechtsopvolger) gehoord worden. De adviezen van de politie zullen in de overweging tot ontheffing worden meegenomen.

  • 10c.

    Alvorens te beslissen op de aanvraag zal tevens een Bibob-toets op grond van de Wet Bibob uitgevoerd worden. De uitkomst hiervan zal meegenomen worden in de overwegingen.

  • 10d.

    Voordat toepassing wordt gegeven aan artikellid 7, kan het Landelijk Bureau Bibob , zoals benoemd in artikel 8 van de Wet Bibob, om een advies gevraagd worden zoals bedoeld in artikel 9 van die wet.

  • 10e.

    Bij de beoordeling van de aanvraag wordt tevens getoetst of er sprake is van slecht levensgedrag en of er geen andere wettelijke beletselen voor ontheffingverlening zijn.

Verlening

  • 11a.

    De aanvragen die voldoen aan de hiervoor genoemde voorwaarden en waarop geen weigeringsgrond van toepassing is, komen in aanmerking voor de ontheffing. Indien dit meer aanvragen zijn dan het beschikbare aantal ontheffingen zoals bedoeld in artikellid 1, zal er tussen de aanvragen worden geloot om te bepalen voor welke aanvragen daadwerkelijk ontheffing verleend kan worden. De loting gebeurt door de Burgemeester in het bijzijn van een ambtenaar. De aanvragers mogen bij de loting aanwezig zijn.

  • 11b.

    Bij de bepaling van het beschikbare aantal ontheffingen worden de op het moment van ontheffingverlening nog geldende ontheffingen afgetrokken van het aantal beschikbare ontheffingen zoals bedoeld onder lid 1 van dit artikel.

  • 11c.

    Aan de hand van de uitkomst van de loting zoals bedoeld in artikellid 11a verlenen B&W de ontheffingen voor 5 jaar. De ontheffingen worden tegelijkertijd verleend.

  • 11d.

    De gemeente Maastricht kan afwijken van het bepaalde onder 9a in geval van tussentijds vervallen of intrekken van één of meerdere ontheffingen. Indien de gemeente gebruik maakt van deze afwijkingsmogelijkheid, zijn de overige bepalingen ten aanzien van de procedure van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat een tussentijds verleende ontheffing niet voor 5 jaar verleend wordt, maar dezelfde einddatum krijgt als de ontheffingen die op grond van 9a verleend zijn.

  • 11e.

    Tijdens de looptijd van de ontheffing kunnen Burgemeester en wethouders op aanvraag van de ontheffinghouder en de beoogde nieuwe ontheffinghouder een ontheffing overschrijven op een andere naam, maar voor hetzelfde pand. Hierbij wordt getoetst aan lid 7 en 8 van dit artikel.

  • 11f.

    De ontheffing wordt gepubliceerd op www.overheid.nl.”

Artikel II Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na de wettelijke bekendmaking.

Artikel III Overgangsrecht

  • 1.

    Ontheffingen die op 1 oktober 2023 van kracht zijn, blijven geldig tot 1 oktober 2028.

  • 2.

    Bij de eerste publicatieronde kunnen Burgemeester en wethouders afwijken van het bepaalde in artikel 11c (nieuw).

Aldus besloten door de Raad der gemeente Maastricht in zijn openbare vergadering van 26 september 2023

De Griffier,

H.J.W. Verdellen

De Voorzitter,

W.A.G. Hillenaar

Toelichting wijzigingsverordening

Artikelsgewijze toelichting

Artikellid 1:

In dit artikellid wordt B&W de bevoegdheid gegeven om ontheffing voor nachtwinkels te verlenen. Hierbij is gekozen voor een spreiding van de voorziening over de stad, namelijk twee in het centrum en buiten het centrum één in west en één in oost.

 

Artikellid 2a:

2a is bedoeld om te waarborgen dat de winkel in de praktijk ook echt als een nachtwinkel fungeert.

 

Artikellid 2b-d:

Een nachtwinkel moet een aanvulling zijn op de bestaande voorzieningen en voorzien in de behoefte aan kleine “vergeten” boodschappen. Dit brengt met zich mee dat het een (mini)supermarkt met een algemeen assortiment moet zijn ofwel dat het aanbod gevarieerd moet zijn. Bovendien zal dit naar verwachting ook een gevarieerd publiek aantrekken.

 

Het is niet de bedoeling dat de waren in of in de onmiddellijke nabijheid van de nachtwinkel worden genuttigd en deze dus een verkapte horecafunctie vervult.

Omdat een nachtwinkel gezien wordt als een aanvulling op de bestaande voorzieningen die voorziet in de behoefte aan kleine “vergeten” boodschappen, moet deze gelegen zijn in een van de aangewezen winkelgebieden in de hoofdstructuur detailhandel. Enkel in deze winkelgebieden zijn winkels acceptabel. Met parkeergelegenheid in verband met overlast voor de omgeving.

 

Artikellid 11a-e:

Er is voor gekozen om éénmaal in de vijf jaar alle ontheffingen tegelijkertijd te verlenen. Hiermee wordt de procedure zo overzichtelijk mogelijk gehouden, zowel uit het oogpunt van het optimaal bieden van gelijke kansen als uit oogpunt van het beperken van de bestuurs- c.q. administratieve last voor het gemeentelijk apparaat.

Daarom hebben we alle huidige nachtwinkels een ontheffing verleend die over 5 jaar eindigt. Dat geeft deze nachtwinkels tevens een ruime periode om hun bedrijfsvoering hierop aan te passen..

 

Wel wordt de mogelijkheid geboden om tussentijds de ontheffing over te schrijven op een andere naam, maar wel voor hetzelfde pand, omdat hiervoor alleen de toetsing ten aanzien van de nieuwe ontheffinghouder hoeft plaats te vinden en niet de intensieve toets ten aanzien van de locatie. Indien tussentijds een of meerdere ontheffingen vervallen of ingetrokken worden, kan er desgewenst voor gekozen worden tussentijds een procedure voor maximaal hetzelfde aantal nieuwe ontheffing(en) te volgen, met dien verstande dat de einddatum dan gelijk is aan de eerder verleende ontheffingen. Zo kunnen bij de eerstvolgende ronde dan weer alle vier ontheffingen verleend worden voor vijf jaar.

 

Naar boven