Gemeenteblad van Sittard-Geleen
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Sittard-Geleen | Gemeenteblad 2023, 446088 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Sittard-Geleen | Gemeenteblad 2023, 446088 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Verordening financieel beleid, beheer en organisatie van gemeente Sittard-Geleen (artikel 212 Gemeentewet)
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
netto schuld: bruto schuld minus de omvang van de geldelijke bezittingen die niet zijn ingezet voor de publieke taak. Onder bruto schuld wordt verstaan het totaal van langlopende leningen, kortlopende schulden, crediteuren en overlopende passiva. Onder geldelijke bezittingen die niet zijn ingezet voor de publieke taak wordt verstaan het totaal van langlopende uitzettingen, vorderingen, liquide middelen en overlopende activa;
grote projecten: een door de gemeenteraad (hierna: de raad) aangewezen project waarop de Regeling Grote Projecten van toepassing is verklaard. Grote projecten zijn doorgaans complexe projecten die zich kenmerken door een meerjarige looptijd en meervoudige risico’s. Doorslaggevend in de aanwijzing van een groot project is niet zozeer het financieel belang of de betrokkenheid;
budgetregeling: de budgetregeling spitst zich toe op de uitvoering van de begroting en de uitvoering van eerder vastgesteld beleid en geeft regels ten behoeve van de relatie tussen college van burgemeester en wethouders (hierna: het college) en ambtelijke organisatie. De regeling beoogt het budgethouderschap mede in relatie tot de mandatering duidelijk te regelen;
Hoofdstuk 2. Begroting en verantwoording
Artikel 3. Planning- en controlcyclus
Voor aanvang van een begrotingsjaar stelt de raad, op voorstel van het college, een overzicht vast m.b.t. de jaarlijkse P&C-cyclus (spoorboekje). Hierin zijn de data opgenomen voor het aanbieden door het college en het vaststellen door de raad van de jaarstukken, de kadernota (begin raadsperiode), kaderbrief (jaarlijks), de tussentijdse programmarapportages en de begroting met de meerjarenraming.
Artikel 4. Inrichting begroting en jaarstukken
Structurele (meerjarige) lasten worden gedekt door structurele baten.
Om de raad in staat te stellen een beeld te vormen van de mate waarin sprake is van een structureel en reëel evenwicht, wordt het overzicht “incidentele baten en lasten” opgesteld. Dit overzicht bevat alle afwijkingen (op boekingsniveau) van € 50.000 of meer afzonderlijk gespecificeerd.
Hierin wordt aangegeven of het budget een incidenteel of structureel karakter heeft waarbij de hoofdregel is dat alle baten en lasten structureel zijn. Bij uitzondering kan een baat of last incidenteel zijn waarbij de volgende zaken in volgorde leidend zijn:
Een post komt in aanmerking om als incidenteel te worden beschouwd indien deze voldoet aan alle drie de bovenstaande voorwaarden.
Alle stortingen en onttrekkingen aan de reserves zijn in principe van incidentele aard.
Het college biedt de raad een kaderbrief aan, in de jaren dat er geen kadernota wordt opgesteld. De kaderbrief is een voorstel voor het actualiseren van het beleid en de financiële kaders uit de kadernota als gevolg van autonome ontwikkelingen, genomen besluiten en voortgang van uitvoering. De raad stelt deze kaderbrief vast.
Artikel 6. Autorisatie begroting en investeringskredieten
Bij de begrotingsbehandeling geeft de raad aan welke nieuwe projecten en investeringen onder de “Regeling grote projecten gemeente Sittard-Geleen” vallen en volgens die regeling worden behandeld. De overige nieuwe investeringen worden bij de begrotingsbehandeling met het vaststellen van de financiële positie goedgekeurd.
Het college informeert de raad als verwacht wordt dat:
Bovenstaand betreft enkel significante afwijkingen. Een afwijking is significant als het verschil groter is dan 3% met een minimum van € 100.000.
In het geval dat een afwijking zich met zekerheid gaat voordoen, is er sprake van actieve informatieplicht. In dat geval is een afzonderlijk raadsvoorstel vereist met een begrotingswijziging om de afwijking op te vangen.
In het geval dat een afwijking een prognose en daarmee een signaal betreft, is er sprake van passieve informatieplicht. In dat geval wordt gerapporteerd middels de tussentijdse programmarapportage volgens de reguliere P&C-cyclus.
Bij de behandeling van de tussentijdse programmarapportages in de raad (zie: artikel 3 lid 2 jo. artikel 7, lid 1) doet het college voorstellen voor:
Voor het oplossen van tegenvallers, voor zover deze geen autonoom karakter hebben, binnen bestaande budgetten wordt onderstaande volgorde gehanteerd:s
“Niet bestede middelen”, “meevallers” en “onderuitputting op uitgevoerde zaken”, worden voor zover ze betrekking hebben op taakvelden, projecten en programma’s, “restbudgetten” genoemd. Op restbudgetten drukken geen verdere verplichtingen meer voor de taak waarvoor ze beschikbaar zijn gesteld. Restbudgetten worden eerst ingezet voor het opvangen van tegenvallers volgens bovenstaande opsomming (zie: artikel 6 lid 4). Vervolgens vallen restbudgetten vrij.
Wijzigingen in het kader van bedrijfsvoering, welke op concernniveau budgettair neutraal verlopen, worden ambtelijk goedgekeurd, verwerkt, en hoeven niet meer specifiek in tussentijdse rapportage meegenomen te worden. Denk hierbij bijvoorbeeld aan aanpassing van de salariskosten als gevolg van cao-ontwikkelingen.
Artikel 7. Tussentijdse programmarapportage
Het college informeert de raad door middel van tussentijdse programmarapportages. Deze rapportages zijn inhoudelijk en financieel en gaan over de realisatie van de begroting van de gemeente over het lopende boekjaar. Deze rapportages volgen de indeling van de begroting en zijn in feite een voorlopige prognose van het jaarresultaat en bieden een mogelijkheid tot het bijstellen van de begroting.
Het college moet de raad informeren over een aanpassing van de begroting wanneer het Rijk bericht dat het collectieve aandeel van de gemeenten in het EMU-tekort hebben overschreden (artikel 3, lid 6 Wet houdbare overheidsfinanciën). Het college stelt een begrotingswijziging voor wanneer het een aanpassing nodig acht.
Hoofdstuk 3. Rechtmatigheidsverantwoording
Artikel 11. Voorwaardencriterium
Het voorwaardencriterium is het criterium van rechtmatigheid, dat betrekking heeft op de eisen die worden gesteld bij de uitvoering van de financiële beheershandelingen. De eisen/voorwaarden zijn afkomstig uit diverse wet- en regelgeving en hebben betrekking op aspecten als doelgroep, termijn, grondslag, administratieve bepalingen, normbedragen, bevoegdheden, bewijsstukken, recht, hoogte en duur.
Het college biedt de raad jaarlijks ter vaststelling een normenkader rechtmatigheid aan tijdens de behandeling van het controleprotocol voor de jaarrekeningcontrole. Dit kader bestaat uit alle relevante (interne) wet- en regelgeving waaruit financiële beheershandelingen kunnen voortvloeien. Hierin worden ook mogelijke uitsluitingen van interne regels toegelicht.
Artikel 12. Begrotingscriterium
Het begrotingscriterium is een criterium van rechtmatigheid dat betrekking heeft op de grenzen van de baten en lasten in de door de raad geautoriseerde begroting van de exploitatie en investeringskredieten en de hiermee samenhangende programma’s, waarbinnen de financiële beheershandelingen tot stand moeten zijn gekomen.
Hoofdstuk 4. Financieel beleid
Artikel 14. Waardering en afschrijving vaste activa
Het college biedt de raad minstens eenmaal per 4 jaar een kadernota waardering en afschrijving vaste activa aan. De raad stelt deze kadernota vast. In deze kadernota zijn de spelregels voor de bedrijfsvoering van de vaste activa weergegeven. Deze spelregels houden ten minste in de activerings- en waarderingsgrondslagen, afschrijvingstermijnen en afschrijvingsmethodieken en rentelasten.
Artikel 16. Reserves en voorzieningen
Het college biedt de raad eens in de 4 jaar een kadernota reserves en voorzieningen aan. Deze kadernota wordt door de raad behandeld en vastgesteld. Het doel van deze kadernota is het bepalen van de uitgangspunten hoe gemeente Sittard-Geleen omgaat met reserves en voorzieningen en daarmee goed inzicht te geven in de financiële positie van de gemeente.
Artikel 17. Kostprijsberekening
Bij de kostentoerekening worden naast de directe kosten de indirecte kosten betrokken die rechtstreeks samenhangen met de door de gemeente verleende diensten.
Artikel 18. Prijzen economische activiteiten
Er wordt ten minste de geraamde integrale kostprijs in rekening gebracht voor de levering van goederen, diensten of werken door de gemeente aan overheidsbedrijven en derden waarbij de gemeente in concurrentie met marktpartijen treedt. Dit is ten alle tijden passend binnen de wet- en regelgeving zoals de regels over staatssteun en de Wet Markt en Overheid.
Bij afwijking van het eerste, tweede of derde lid vanwege een publiek belang doet het college vooraf voor elk van deze activiteiten een voorstel voor een raadsbesluit. In dit besluit wordt het publiek belang van deze activiteiten wordt gemotiveerd. In dit besluit wordt ook een onderbouwing van het risicoprofiel gegeven en, indien nodig, het treffen van een aansluitende reservering.
Artikel 19. Vaststelling hoogte belastingen, rechten, heffingen en prijzen
Het college biedt de raad aan de kaders voor de prijzen voor de levering van gemeentelijke goederen, werken en diensten aan overheidsbedrijven en derden, de huren, en de erfpachten via een toelichting bij de betreffende uitgangspunten in de programmabegroting. De raad stelt deze kaders vast via een separate memo.
Artikel 20. Financieringsfunctie
Het college draagt zorg om bij het verstrekken van leningen, garanties en risicodragend kapitaal zo veel mogelijk zekerheden te bedingen om het financiële risico zo veel mogelijk te verminderen. Dit is zeker als het om grote bedragen gaat, iets om op te letten. Het verstrekken van leningen, garanties, en risicodragend kapitaal worden uitsluitend gedaan uit hoofde van de publieke taak. Bij het verstrekken van leningen, garanties, en risicodragend kapitaal uit hoofde van de publieke taak bedingt het college zekerheden, indien mogelijk. Het college motiveert in zijn besluit het openbaar belang van de leningen, garanties, en risicodragend kapitaal.
Bij het verstrekken van een garantie wordt een voorziening ten laste van de begroting gevormd ter grootte van het risico dat de gemeente met de garantie loopt. Als er geen voorziening is gevormd in de begroting, doet het college vooraf aan de garantieverlening een voorstel aan de raad voor een begrotingswijziging.
De paragraaf lokale heffingen bevat informatie over diverse gemeentelijke belastingen en heffingen en gaat het in op de consequenties van de gemeentelijke woonlasten druk voor de inwoners van de gemeenten. In deze paragraaf in de begroting neemt het college, naast de verplichte onderdelen op grond van artikel 10 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten, in ieder geval op:
De paragraaf financiering bevat informatie over de ontwikkelingen en resultaten met betrekking tot de treasury functie. Dit houdt in het optimaal verkrijgen, inzetten en beheersen van financieringsmiddelen. In deze paragraaf in de begroting en de jaarstukken neemt het college in ieder geval op:
Artikel 23. Weerstandsvermogen & risicobeheersing
De paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing bevat informatie over hoe de gemeente Sittard-Geleen de schadelijke gevolgen voor het bestaande beleid door (financiële) risico’s wil beheersen. Weerstandsvermogen is een maatstaf om te beoordelen hoe risico’s kunnen worden opgevangen zonder dat de continuïteit in gevaar komt. De kaders hiervoor worden vastgelegd in de nota weerstandsvermogen en risicobeheersing. In deze nota worden ook de financiële kengetallen genormeerd en toegelicht. Deze kadernota wordt iedere 4 jaar herzien en vastgesteld door de raad
Artikel 24. Onderhoud kapitaalgoederen
De paragraaf onderhoud kapitaalgoederen geeft toelichting aan het beheer en onderhoud van openbare ruimte, gebouwen, havens en interne bedrijfsmiddelen. In deze paragraaf in de begroting en de jaarstukken neemt het college, naast de verplichte onderdelen op grond van artikel 12 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten, in ieder geval op:
Het college biedt de raad tenminste eens in de 4 jaar een geactualiseerd onderhoudsplan openbare ruimte aan. Het plan geeft het kader weer voor het beoogde onderhoudsniveau, de planning van het onderhoud en de kosten van het onderhoud voor het openbaar groen, water, wegen, kunstwerken en straatmeubilair. De raad stelt het integraal onderhoudsplan vast.
Het college biedt de raad tenminste eens in 6 jaar een beleidsplan Stedelijk Watermanagement/Gemeentelijk Rioleringsplan aan. In het plan is de gezamenlijke visie op het afvalwaterbeheer in de regio opgenomen. Uitgangspunt is dat voldaan wordt aan de wettelijke planverplichting uit de Wet Milieubeheer. De raad stelt het plan vast.
De paragraaf bedrijfsvoering geeft toelichting over de belangrijkste bedrijfsvoering processen binnen de gemeente. De bedrijfsvoering van de gemeente draagt zorg dat alle medewerkers goed in positie zijn om mee te werken aan de realisatie van de opgaven uit de begroting en de dienstverlening naar de inwoners en ondernemers.
In de paragraaf bedrijfsvoering bij de begroting en de jaarstukken neemt het college, naast de verplichte onderdelen op grond van artikel 14 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten, in ieder geval op:
toelichting op alle rechtmatigheidsafwijkingen beschreven in de rechtmatigheidsverantwoording alsmede de rechtmatigheidsafwijkingen die de rapportagegrens (artikel 10 lid 3) te boven gaan. Er wordt een toelichting gegeven over welke maatregelen worden genomen om deze afwijkingen in de toekomst te voorkomen;
Artikel 26. Verbonden partijen
De paragraaf verbonden partijen geeft toelichting over de privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisaties waarin de gemeente een bestuurlijk- en financieel belang heeft. De kaders hiervoor worden vastgelegd in de kadernota verbonden partijen. Deze kadernota wordt iedere 4 jaar herzien en vastgesteld door de raad.
Daarnaast wordt via de rapportages in de reguliere P&C-cyclus gerapporteerd over de verbonden partijen waarbij de diepgang van informatieverstrekking afhankelijk is van het financieel en/of bestuurlijk belang.
De paragraaf grondbeleid geeft toelichting over het beschikbaar krijgen van grond voor het realiseren van ruimtelijke doelstellingen om daarmee gewenste maatschappelijke rendementen te behalen of om te helpen die rendementen mogelijk te maken. De kaders hiervoor worden vastgelegd in de kadernota grondbeleid. Deze kadernota wordt iedere 4 jaar herzien en vastgesteld door de raad.
De grondprijzenbrief bevat de vastgestelde uitgifteprijzen voor zowel maatschappelijke grond als intern door te leveren grond. Het college stelt jaarlijks de grondprijzenbrief vast, in het geval dat er significante wijzigingen hebben plaatsgevonden. Deze wijzigingen hebben betrekking op veranderingen in wetgeving, stijging of daling van de grondprijzen, schaarsheid van aanwezige gronden en de sociale kavelprijzen.
Hoofdstuk 6. Financiële organisatie en financieel beheer
Het college draagt zorg voor de jaarlijkse interne toetsing van de getrouwheid van de informatieverstrekking en de rechtmatig totstandkoming van financiële beheershandelingen. Bij afwijkingen rapporteert het college daarover in de paragraaf rechtmatigheidsverantwoording of paragraaf bedrijfsvoering. Bij afwijkingen neemt het collegemaatregelen tot herstel van de tekortkomingen.
Het college zorgt voor de systematische controle van de registratie en de ontwikkeling van de bezittingen en het vermogen van de gemeente met dien verstande dat de waardepapieren, de voorraden, de uitstaande leningen, de debiteurenvorderingen, de liquiditeiten, de opgenomen leningen, de kortlopende schulden en de vorderingen van crediteuren jaarlijks worden gecontroleerd en registergoederen en bedrijfsmiddelen tenminste eenmaal in de 4 jaar. Bij afwijkingen in de registratie neemt het collegemaatregelen voor herstel van de tekortkomingen.
Een frauderisicoanalyse wordt 2 keer per jaar uitgevoerd. In deze analyse wordt periodiek de inschatting gemaakt van het risico dat financiële overzichten afwijkingen van materieel belang zouden kunnen bevatten die het gevolg zijn van fraude. Het college stelt deze frauderisicoanalyse, onder geheimhouding, ter beschikking aan de commissie Begroting & Verantwoording.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-446088.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.