Gemeenteblad van Utrecht
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Utrecht | Gemeenteblad 2023, 429866 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Utrecht | Gemeenteblad 2023, 429866 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Nadere regel pilotfase subsidie kelders wervengebied gemeente Utrecht 2022-2024
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Deze nadere regel verstaat onder:
programma Werk aan de Werf: uitvoeringsprogramma voor het wervengebied, dat zich richt op het behouden van het erfgoed en het verbeteren van de staat van het erfgoed door het uitvoeren van groot onderhoud aan de in sub e. bedoelde kelders en aan de wal- en kluismuren; en het herstellen van ontstane schade;
Artikel 4 Subsidiabele activiteiten
Voor het opstellen van een herstelplan en de daarvoor benodigde onderzoeken, en voor het uitvoeren van het herstelplan, ten behoeve van het onderhoud, het herstel of het waterwerend maken van kelders in het wervengebied, kan door de eigenaar subsidie worden aangevraagd voor:
kelders waarbij voor onderhoud, herstel en waterwerend maken, vanwege urgente problemen zoals ernstige lekkage of constructieve gebreken, vooruitlopend op het uitvoeren van het herstelplan beperkte maatregelen nodig zijn. Er is sprake van beperkte maatregelen als de tussen de gemeente en de keldereigenaar te verdelen subsidiabele kosten – exclusief de kosten die voor 100% door de gemeente worden gesubsidieerd (zoals bijvoorbeeld de kosten voor verkeersvoorzieningen en buitenriolering c.a.) maximaal € 10.000 inclusief btw bedragen.
Er kan geen subsidie worden verleend als de kosten voor onderhoud, herstel en waterwerend maken van een kelder hoger zijn dan € 250.000 inclusief btw. Dit bedrag is exclusief de niet-subsidiabele kosten in het herstelplan die voor rekening van de gemeente komen (zoals de kosten voor het herstellen van een werf- of kluismuur). Indien er meer kelders bij één adres horen wordt het maximaal subsidiabele bedrag verhoogd met 100% per kelder.
Artikel 6 Subsidiabele kosten en maximale hoogte van de subsidie voor het opstellen van het herstelplan
Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor de kosten voor het opstellen van een herstelplan met betrekking tot de kelder en de daarvoor noodzakelijke onderzoeken, mits de subsidiabele kosten voldoen aan de criteria uit de leidraad subsidiabele kosten, met dien verstande dat kosten uitsluitend subsidiabel zijn voor zover deze betrekking hebben op werkzaamheden die:
Niet subsidiabel zijn kosten waarvan de dekking anderszins verzekerd is. Kosten zijn in ieder geval anderszins verzekerd indien voor de subsidiabele activiteiten een subsidie van een ander bestuursorgaan of een bijdragen van derden, is of kan worden verkregen, waaronder begrepen subsidies voor de instandhouding van rijksmonumenten op grond van het bepaalde in artikel 7.3 van de Erfgoedwet.
Het subsidiebedrag dat wordt verleend voor het opstellen van een herstelplan bedraagt 100% van de subsidiabele kosten met een maximum van €5.000,00 inclusief btw per herstelplan. Als er een 3D-scan wordt uitgevoerd moet die in de offerte voor het herstelplan afzonderlijk worden begroot en wordt het subsidiebedrag verhoogd met maximaal €3.000,00.
Indien er sprake is van een complexe schade- of constructieproblematiek die naar oordeel van het college gespecialiseerd advies vergt, is het college bevoegd om in afwijking van het derde lid een hogere subsidie voor het opstellen van een herstelplan te verlenen. De keldereigenaar kan burgemeester en wethouders verzoeken het verleende subsidiebedrag te verhogen door middel van een aanvullende aanvraag. Artikel 8 tot en met 13 en artikel 15 en 16 zijn niet van toepassing op de aanvraag tot aanvulling van deze subsidie.
Artikel 7 Subsidiabele kosten en maximale hoogte van de subsidie voor het uitvoeren van het herstelplan
Subsidiabel zijn de kosten van onderzoeken, werkzaamheden, maatregelen en voorzieningen ten behoeve van onderhoud, herstel en het waterwerend maken van kelders in het wervengebied, voor zover dat is bepaald in de leidraad subsidiabele kosten, met dien verstande dat: kosten uitsluitend subsidiabel zijn voor zover deze betrekking hebben op werkzaamheden die:
Voor de kosten die op grond van het bepaalde in artikel 7.3 van de Erfgoedwet voor subsidie in aanmerking komen kan op aanvraag op grond van deze nadere regel een voorschot worden verleend. Aanvrager is verplicht de subsidie op grond van 7.3 van de Erfgoedwet, tijdig en conform de eisen van de subsidieverlener aan te vragen. Het voorschot dient hij uiterlijk bij de vaststelling van de subsidie, of zoveel eerder als hij de subsidie op grond van 7.3 van de Erfgoedwet heeft ontvangen, aan burgemeester en wethouders terug te betalen.
Tevens kan subsidie worden verstrekt voor de kosten voor het treffen van maatregelen tijdens de werkzaamheden in de openbare ruimte in verband met bereikbaarheid, overlast en veiligheid (verkeersvoorzieningen), mits de kosten voldoen aan de criteria uit de leidraad subsidiabele kosten. De subsidie bedraagt 100% van deze kosten, met een maximum van € 10.000 inclusief btw per kelder. Indien een loopbrug onderdeel is van de treffen maatregelen bedraagt de subsidie maximaal € 50.000 inclusief btw per kelder.
Artikel 9 Volgorde van behandeling en verdeling beschikbare subsidie
Het op grond van het subsidieplafond beschikbare bedrag wordt verdeeld op volgorde van binnenkomst van de volledige aanvragen. Aanvragen die aan de indieningsvereisten voldoen worden op volgorde van binnenkomst behandeld.
Artikel 10 Wijze van indiening
Een aanvraag kan elektronisch worden ingediend met DigiD en/of e-herkenning via www.utrecht.nl/subsidie. In uitzonderingsgevallen kan, mits vooraf afgestemd met het subsidiebureau via subsidie@utrecht.nl, een aanvraag schriftelijk worden ingediend via Gemeente Utrecht, t.a.v. Subsidiebureau, Postbus 2158, 3500 GD Utrecht
Artikel 11 Subsidie opstellen herstelplan
De keldereigenaar kan per adres één subsidieaanvraag voor het opstellen van een herstelplan en de daarvoor benodigde onderzoeken bij burgemeester en wethouders indienen. Bij het indienen van de aanvraag om een subsidie voor het opstellen van een herstelplan wordt een offerte van een gespecialiseerd bureau of gespecialiseerde aannemer overgelegd;
Er hoeft geen herstelplan te worden opgesteld voor niet ingrijpende maatregelen (zoals bedoeld in artikel 3 lid 1 sub 3) als de kosten voor onderhoud, herstel en waterwerend maken minder dan € 10.000 inclusief btw zullen bedragen. In dat geval volstaat een gespecificeerde offerte van een aannemer, waaruit duidelijk blijkt welke herstelwerkzaamheden worden uitgevoerd.
Artikel 12 Vooroverleg subsidieaanvraag voor uitvoering herstelwerkzaamheden
Voorts maken de gemeente Utrecht en de keldereigenaar afspraken over de samenwerking bij uitvoering van de onderhouds- en herstelwerkzaamheden aan kelder van de keldereigenaar en de werf- of kluismuur en hemelwaterafvoerinstallatie van de gemeente Utrecht, en de overige in artikel 15 genoemde onderwerpen.
Artikel 13 Aanvraag subsidie voor het uitvoeren van een herstelplan
Bij het indienen van de aanvraag om een subsidie voor het uitvoeren een herstelplan wordt overgelegd:
het herstelplan dat voldoet aan de eisen omschreven in de leidraad herstelplan. De aanvrager dient gebruik te maken van een format dat de gemeente hiervoor beschikbaar heeft gesteld. Voor de aanvraag van een subsidie voor niet ingrijpende maatregelen (zoals bedoeld in artikel 3 lid 1 sub 3) of als de kosten voor onderhoud, herstel en waterwerend maken zijn geraamd op minder dan € 10.000 inclusief btw., hoeft geen herstelplan te worden ingediend, en volstaat een gespecificeerde offerte van een aannemer, waaruit duidelijk blijkt welke herstelwerkzaamheden uitgevoerd;
een actuele rapportage met relevante onderzoeken zoals bedoeld in de leidraad herstelplan waaruit de technische of fysieke staat van de kelder nauwkeurig blijkt en waarmee de noodzaak van de ingrepen voldoende wordt onderbouwd. Het rapport dient actuele overzichts- en detailfoto’s te bevatten die een duidelijke indruk geven van de staat van de kelder en van zijn gebreken. Indien de kosten lager zijn dan € 10.000 inclusief btw, volstaat een werkbeschrijving van de aannemer inclusief actuele overzichts- en detailfoto’s;
een overzicht van andere subsidies voor dezelfde activiteit, waarbij wordt aangegeven voor welke onderdelen hoeveel subsidie is verstrekt dan wel is of zal worden aangevraagd. In voorkomend geval wordt tevens vermeld wat de stand van zaken is met betrekking tot de indiening of beoordeling van die aanvragen;
De adviescommissie bestaat uit zes of meer deskundige leden. De adviescommissie heeft een onafhankelijke voorzitter en een onafhankelijke plaatsvervangend voorzitter, welke door het college worden aangewezen. De adviescommissie is onderverdeeld in behandelingskamers van drie leden, waarvan één lid voorzitter of plaatsvervangend voorzitter is.
De adviescommissie heeft voor haar werkwijze een reglement vastgesteld. Wijzigingen van het reglement moeten ter goedkeuring aan Burgemeester en wethouders worden voorgelegd. Het reglement bevat onder andere bepalingen over de door de Adviescommissie te volgen procedure bij een adviesverzoek, waarbij keldereigenaar en gemeente worden gehoord.
Artikel 15 Voorwaarden aan subsidie: samenwerkingsovereenkomst
De samenwerkingsovereenkomst dient onder meer een regeling te bevatten voor:
de samenwerking tussen gemeente Utrecht en keldereigenaar bij de uitvoering van onderhouds- en herstelwerkzaamheden aan de kelder van een keldereigenaar en aan de werf- of kluismuur en de hemelwaterafvoerinstallatie van de gemeente. Uitgangspunt is dat de werkzaamheden voor de keldereigenaar en de gemeente Utrecht zoveel mogelijk gelijktijdig door dezelfde aannemer worden uitgevoerd;
Een subsidieaanvraag wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 4:25 Awb, artikel 4:35 Awb en de ASV van de gemeente Utrecht, geheel of gedeeltelijk geweigerd voor zover:
Artikel 18 Aanpassing van het verleende subsidiebedrag
Zolang de subsidie nog niet is vastgesteld, kan een keldereigenaar burgemeester en wethouders verzoeken het verleende subsidiebedrag door middel van een aanvullende aanvraag te verhogen, met inachtneming van de leidraad subsidiabele kosten en het maximaal te subsidiëren bedrag. Deze aanvraag dient vóór uitvoering van de werkzaamheden waarvoor verhoging van het subsidiebedrag nodig is per email te worden ingediend, en een duidelijke beschrijving van de noodzakelijke afwijkingen en de daarvoor uit te voeren werkzaamheden, en een deugdelijk gespecificeerde begroting van de kosten te bevatten. De email moet gelijktijdig worden toegezonden naar de volgende twee email-adressen: werven@utrecht.nl en subsidie@utrecht.nl. Burgemeester en wethouders kunnen per email toestemming verlenen voor de uitvoering van de afwijkingen en de daarvoor benodigde werkzaamheden. De keldereigenaar mag de werkzaamheden pas uitvoeren nadat burgemeester en wethouder de aanvraag tot aanvulling per email hebben goedgekeurd. Als de keldereigenaar de werkzaamheden voor het besluit op de aanvullende aanvraag laat uitvoeren, komen deze niet voor subsidie is aanmerking. De beslissing wordt vervolgens door burgmeester en wethouders schriftelijk bevestigd. Voor de toepassing van artikel 3 tot en met 7 worden het eerste subsidiebesluit en de aanvullende aanvraag als één subsidiebesluit gezien. Artikel 8 tot en met 13 en artikel 15 en 16 is niet van toepassing op de aanvraag tot aanvulling van de subsidie. De procedure bedoeld in artikel 14 vierde lid wordt gevolgd nadat burgemeester en wethouder per email toestemming hebben gegeven de werkzaamheden uit te voeren, maar voordat het besluit op de aanvullende aanvraag op schrift is gesteld en aan de keldereigenaar wordt toegezonden.
Een keldereigenaar kan na uitvoering van de werkzaamheden voorafgaand aan de aanvraag tot vaststelling van de subsidie burgemeester en wethouders vragen de subsidieverlening aan te passen als blijkt dat de schade zonder nader technisch onderzoek eenduidig aan de gemeente is toe te schrijven. Alvorens een besluit te nemen op het verzoek van de keldereigenaar, vragen burgemeester en wethouders advies aan de adviescommissie indien naar hun voorlopig oordeel het verzoek moet worden afgewezen.
Als na het open graven van de kelder blijkt dat de kosten voor het onderhoud, herstel en waterwerend maken aanzienlijk hoger zijn dan in het herstelplan geraamd, waardoor de eigen bijdrage van de keldereigenaar aanzienlijk hoger wordt dan verwacht, heeft de keldereigenaar het recht de werkzaamheden tussentijds te beëindigen, en behoeft hij de subsidie niet volledig terug te betalen.
Keldereigenaar kan in het geval van het eerste lid van dit artikel burgemeester en wethouders verzoeken de subsidiebeslissing te herzien. De herziening heeft een terugwerkende kracht tot het moment dat de keldereigenaar burgemeester en wethouder heeft verzocht de subsidie vanwege de beëindiging van de werkzaamheden te willen beëindigen. Burgemeester en wethouders zullen in haar beslissing vaststellen welk deel subsidie – mede gelet op de kosten die ten behoeve van het beëindiging van de werkzaamheden nog moeten worden gemaakt – dient te worden terugbetaald.
Als na het open graven van een kelder blijkt dat de kosten voor het onderhoud, herstel en waterwerend maken van die kelder aanzienlijk hoger liggen dan geraamd in de projectbegroting - te weten 20 % hoger blijken te zijn dan € 250.000 – (dit bedrag is exclusief de niet-subsidiabele kosten in het herstelplan die voor rekening van de gemeente komen zoals de kosten voor het herstellen van een werf- of kluismuur) kunnen burgemeester en wethouders de subsidie intrekken, en de met de keldereigenaar gesloten samenwerkingsovereenkomst beëindigen.
De keldereigenaar is zelf verantwoordelijk voor het uitvoeren van onderhoud, herstel en waterwerend maken van zijn kelder. Een uitzondering is mogelijk wanneer er gelijktijdig met het herstel van een kelder ingrijpend herstel van kluismuren of muren van bruggen in eigendom van de gemeente Utrecht plaatsvindt zoals opgenomen in het Uitvoeringsprogramma Werken aan de Werf. In dit specifieke geval kan de gemeente Utrecht het opdrachtgeverschap voor het herstel van de kelder op zich nemen, waarbij de gemeente Utrecht op eigen naam voor rekening van de keldereigenaar optreedt als opdrachtgever richting de aannemer. Nadere afspraken tussen gemeente Utrecht en keldereigenaar worden vastgelegd in de samenwerkingsovereenkomst.
Artikel 22 Verkrijgen van subsidie met terugwerkende kracht
Voor onderhoud, herstel en waterwerend maken van een kelder dat is gestart niet eerder dan 20 december 2019 en niet later dan 1 februari 2023 is het mogelijk subsidie met terugwerkende kracht aan te vragen. De volgende eisen zijn van toepassing:
Artikel 23 Inwerkingtreding, intrekking, overgangsrecht
Besluiten genomen op grond van de Nadere regel subsidie kelders wervengebied pilotfase 2022-2024 gemeente Utrecht gelden als besluiten genomen op grond van de in lid 1 bedoelde nadere regel. Indien en voor zover beide regelingen niet overeenstemmen is de voor de keldereigenaar meest gunstige regeling van toepassing.
Op een subsidieaanvraag die voor de inwerkingtreding van deze nadere regel is ingediend en waarop nog niet is beslist, wordt op grond van deze nadere regel beslist. Een uitzondering geldt voor subsidieaanvragen voor het uitvoeren van een herstelplan, waarvoor subsidie op grond van de Nadere regel subsidie kelders wervengebied pilotfase 2022 – 2024 gemeente Utrecht een subsidie voor het opstellen van een herstelplan is verleend, en die binnen een termijn van zes maanden na verlening van laatstgenoemde subsidie worden ingediend. In dat geval is voor zover de beide leidraden herstelplan niet overeenstemmen de voor de keldereigenaar meest gunstige leidraad van toepassing.
De subsidieregeling betreft een pilot. Het beleid waarvoor op grond van deze nadere regel subsidie wordt verleend, wordt periodiek geëvalueerd. De evaluatie kan leiden tot tussentijdse aanpassing van deze nadere regel en de bijbehorende leidraad subsidiabele kosten en de leidraad eisen aan herstelplan. Leereffecten uit de pilot worden voorts meegenomen in de totstandkoming van de nieuwe nadere regel voor het subsidiëren van het onderhoud en herstel van kelders die deze nadere regel zal vervangen.
Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht, in de vergadering van 3 oktober 2023.
De burgemeester
Sharon A.M. Dijksma
De secretaris,
Gabrielle G.H.M. Haanen
De eerste stap op weg naar herstel van de kelder, is het opstellen van een herstelplan. Het herstelplan:
Voor beperkte maatregelen is geen herstelplan nodig en volstaat een offerte van een gecertificeerde aannemer, samen met een werkbeschrijving. Dit is aan de orde wanneer de kosten die (mede) voor rekening van de eigenaar komen, maximaal € 10.000,00 bedragen. In dat bedrag zijn dus niet de kosten inbegrepen die 100% door de gemeente worden gesubsidieerd of vergoed. Zie de Leidraad subsidiabele kosten.
De kosten voor het maken van het herstelplan zijn subsidiabel tot maximaal € 5.000,00 incl. btw. Zie hieronder paragraaf 3 en zie de subsidieregeling voor de kosten die onder dit bedrag vallen. U kunt voor het maken van het plan een deskundige of een deskundig bureau inhuren. Geadviseerd wordt een deskundige in te huren met expertise op het gebied van herstel van monumenten.
De gemeente toetst het herstelplan aan de subsidieregeling en de bijbehorende leidraden. De opgevoerde kosten zijn uitsluitend subsidiabel voor zover werkzaamheden bijdragen aan de constructieve veiligheid van de kelder, bijdragen aan het behoud van erfgoed, technisch noodzakelijk, doelmatig en proportioneel zijn.
Het herstelplan en de begroting moeten voor de aannemer een heldere basis zijn om offerte te kunnen opmaken. Gebruik voor het herstelplan en voor de begroting het door de gemeente ter beschikking gestelde format.
De opsteller van het herstelplan hanteert de volgende opbouw en inhoud.
Keldernummer en keldercode volgens het Wervenkadaster.
Monumentale status, zie Monumentenregister
Geef een overzicht van de bekende onderhoudsgeschiedenis, zo mogelijk met vermelding van eerdere onderhoudswerkzaamheden (klein en groot) en eventuele eerdere inspecties. De onderhoudsgeschiedenis kan onder andere worden gevonden via het Wervenkadaster. Raadpleeg zo mogelijk ook andere bronnen en de informatie hierover van de eigenaar zelf.
De kosten voor het maken van het herstelplan zijn subsidiabel tot maximaal € 5.000, - incl. btw. In dit bedrag is in ieder geval begrepen:
Het kan noodzakelijk zijn om voor het opstellen van het herstelplan nog een of meer andere onderzoeken te laten uitvoeren. Neem in dat geval contact op met de gemeente. Na akkoord van de gemeente kan dat onderzoek worden uitgevoerd en zijn de kosten daarvoor subsidiabel.
De 3D-scan is verplicht en is 100% subsidiabel. Hiervoor dient een separate offerte te worden ingediend bij de offerte van het herstelplan. Zie paragraaf 4 voor de eisen aan de 3D scan. Indien u dat wenst kan de 3D-scan (op kosten van de gemeente) door de gemeente worden uitgevoerd.
Maak een rapportage van de technische inspectie van de kelder en voeg deze als bijlage bij het herstelplan. De technische inspectie geeft inzicht in de opbouw van de kelder en brengtdeschadesgedetailleerd inbeeld. De inspectie kan worden uitgevoerd op basis van:
Geef bij de rapportage een overzicht van alle schades, met vermelding van locatie, lengte, breedte en diepte. Hierbij de kelderonderdelen volgend zoals deze in de onderstaande illustratie van links naar rechts staan vermeld. Voeg aan dit overzicht actuele overzichts- en detailfoto’s toe die een duidelijk beeld geven van de schades.
Voeg een 3D-scan bij van de muur aan de voorkant van de kelder, de werf (indien van toepassing), bovenzijde van de kelder op straatniveau en van de binnenkant van de kelder. Vereisten:
Werk een overzichtstekening of een uitdraai van de 3D-scan met schades op schaal uit.
Lever de overzichtstekening aan in PDF, deze is onderdeel van het herstelplan.
Maak een bouwkundige tekening. Deze is ook noodzakelijk voor een eventueel benodigde vergunningsaanvraag. Voor de maatvoering van de bouwkundige tekening dient u gebruik maken van de 3D-scan.
De bouwkundige tekening/3D-scan is op schaal uitgetekend en omvat in elk geval een plattegrond van het vloeroppervlak, een aanzicht van de werf- of kluismuur, een aanzicht van de muur onder de gevel en aanzichten van beide zijden van de kelder en een doorsnede waar het straatniveau ten opzichte van de kelder te zien is. Daarnaast een of meerdere doorsnedes toevoegen waarop de vorm van het gewelf is te zien. Schade in het gewelf kunnen het beste in een zogenaamde uitslag worden getekend.
Een uitslag is de afbeelding van een ruimtelijk (hol) voorwerp in het platte vlak zodanig dat de maten van de verschillende figuren in het platte vlak overeenkomen met die van het werkelijke voorwerp, én dat door te vouwen/buigen het ruimtelijke voorwerp ermee zou kunnen worden gevormd.
Op de tekening worden alle vaste elementen zoals tussenmuren of tussenwanden opgenomen.
Schadelocaties en patronen worden op de tekening toegevoegd.
Benoem bij (constructieve) schades aan de kelder zo mogelijk de oorzaak van de schade. Hiervoor kunt u gebruik maken van het onderzoek inventarisatie en overzicht oorzaken van schades aan kelders. Met constructieve schade wordt bedoeld de schade die invloed heeft op de krachtsafdracht en de constructieve werking van de kelder.
Beschrijf de werkzaamheden die moeten worden uitgevoerd zodat:
De werkzaamheden worden beschreven van meest naar minst omvangrijk. De werkzaamheden betreffen ook het (zo nodig) verleggen van kabels en leidingen.
Beschrijf - indien relevant - of met de gekozen oplossing de oorzaak van de schades wordt weggenomen. Is monitoring noodzakelijk? Op welke manier?
Indien aan de orde kunnen meerdere van bovenstaande redenen worden benoemd.
(*) De sterkte van de kelder hoeft niet te worden bepaald. Alleen als grote delen van de kelder opnieuw opgemetseld moeten worden, kan een herberekening noodzakelijk zijn. In dat geval kort motiveren waarom dit noodzakelijk is en in gesprek gaan met de gemeente. Als de keldereigenaar (het adviesbureau) en de gemeente samen besluiten dat een herberekening moet worden uitgevoerd, zal de gemeente de randvoorwaarden voor de herberekening beschikbaar stellen.
Geef in het hersteladvies aan of het noodzakelijk is om de kelderboog geheel of gedeeltelijk vrij te graven. NB: De grond naast de kelderwanden mag niet worden ontgraven. De grond naast de kelders levert een belangrijke bijdrage aan de sterkte van de kelder en het weggraven van deze grond kan tot grote schade leiden. Scheuren in de wanden die niet vrij gegraven kunnen worden, moeten van binnenuit worden hersteld.
De kelders zijn onderdeel van het historische erfgoed van de stad. Een deel van de kelders is rijks- of gemeentemonument. Ook kelders die geen monumentale status hebben, moeten met betrekking tot het herstel als monument worden behandeld.
Het onderhoud en herstel van de kelder dient het behoud van het monument en de aanwezige monumentale waarden, in het bijzonder de historische materialen en constructies.
Ga bij het opstellen van het herstelplan uit van de principes van de restauratieladder. Dit houdt in ieder geval in:
Voorbeeld: op de keldergewelven is bij de bouw meestal al een waterwerende laag aangebracht, de zogenaamde vlijlaag van bakstenen of plavuizen om de voegen in het gewelf af te dichten. Deze laag is onderdeel van het monument. Als het nodig is om schades in het onderliggende gewelf te repareren, kan deze vlijlaag plaatselijk uitgenomen worden en na reparatie worden teruggebracht. Het afkloppen van de vlijlaag geeft soms aanleiding om bij holtes te kijken of daaronder schades zitten. Het geheel verwijderen van de vlijlaag is niet de bedoeling, daarmee wordt de historische waarde van deze waterwerende laag aangetast.
De kelders zelf zijn erfgoed dat we willen behouden, maar ook latere toevoegingen aan een kelder kunnen onderdeel zijn van de geschiedenis van de kelder en daarmee waard om te behouden.
Om te weten hoe met deze toevoegingen moet worden omgegaan, is het verstandig om een cultuurhistorische verkenning en waardestelling uit te voeren. Dit kunt u bij de gemeente opvragen via werven@utrecht.nl. Eenvoudige vragen kunnen met behulp van foto’s per mail met onze bouwhistorici worden afgestemd. Mocht dat niet tot duidelijkheid leiden, dan maakt de bouwhistoricus een afspraak om een cultuurhistorische verkenning uit te voeren en op basis daarvan de waardestelling te formuleren.
Zeker als er ingrijpende vernieuwingen of herstel zijn voorzien, is een waardestelling een belangrijk document, zowel bij het maken als het beoordelen van het herstelplan in het kader van de benodigde omgevingsvergunning. Ook bij geplande ontgravingen in de keldervloer is een waardestelling noodzakelijk. De bouwhistoricus zal deze geplande activiteit met afdeling Archeologie afstemmen.
9. Voorkomen schade aan derden
Beschrijf in het herstelplan de noodzakelijke voorzorgsmaatregelen om schade aan omliggende gebouwen en constructies te voorkomen.
De eigenaar kan ervoor kiezen om de kelder waterwerend te laten maken. Dat kan bijvoorbeeld door de bovenkant met bitumen te bekleden. Hiervoor moet in elk geval een vertinlaag op de kelder worden aangebracht (URL 4003 §3.4.8 – grond gedekt metselwerk), zodat de bitumenlaag in de toekomst verwijderd of vervangen kan worden zonder de kelderconstructie te beschadigen.
Het injecteren van de gemetselde gewelfconstructie zelf door het vullen van de poriën met een waterafstotend product (zoals hydrofobeermiddel) is vanuit monumentenzorg niet toegestaan omdat dit een onomkeerbare ingreep is. Daarbij komt dat het waterwerend maken van binnenuit op termijn niet effectief is en allerlei schadelijke neveneffecten heeft (zie ook par. 8).
Doe een klic-melding en neem deze op als bijlage.
Het ontgraven van de kelders moet voorzichtig gebeuren om schade aan de kabels en leidingen te voorkomen. Het kan nodig zijn om de kabels en leidingen tijdelijk te ondersteunen. Neem in het herstelplan een werkbeschrijving op over hoe om te gaan met kabels en leidingen. Leidingen die door de kelderconstructie lopen, kunnen (mede)oorzaak zijn van schades. Houd hier in het herstelplan al rekening mee.
Na herstel moet de kelder weer voor minimaal 30 jaar geschikt zijn om de (huidige) functie te vervullen. Ook de toegevoegde materialen dienen een levensduur voor minimaal 30 jaar te hebben. Onderbouw in het herstelplan:
Geef in het herstelplan aan of voor de uitvoering van de werkzaamheden een vergunning moet worden aangevraagd. Als dat het geval is, kan bij het indienen van het herstelplan bij de gemeente meteen een zogenaamd omgevingsoverleg worden aangevraagd bij Omgevingsoverleg aanvragen
De keldereigenaar krijgt dan een casemanager toegewezen die samen met hem bekijkt welke vergunningen precies noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van de werkzaamheden en hoe te zorgen dat het plan aan de voorwaarden daarvoor voldoet. Voor meer informatie zie onder andere de brochure vergunning vrij van de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed.
Bij de uitvoering van werkzaamheden aan de weg en andere objecten in beheer van de gemeente, moeten de voorschriften uit de KES-eisen (Klant-eis-specificaties) in acht worden genomen.
Het herstel moet voldoen aan de door de gemeente te stellen KES-eisen. Sommige werkzaamheden mogen pas worden uitgevoerd nadat een medewerker ter plaatse aanwezig is (stoppunt). De aannemer dient hiermee rekening te houden. De gemeente zal op verzoek van de keldereigenaar de KES-eisen beschikbaar stellen, en is beschikbaar voor overleg.
De KES-eisen moeten worden uitgewerkt als bijlage van het herstelplan. De kosten hiervan moeten in de projectbegroting staan.
15. BLVC-plan (bereikbaarheid, leefbaarheid, veiligheid en communicatie)
Schrijf een BLVC-plan op hoofdlijnen (zie link gemeente Utrecht BLVC plannen):
+ technische veiligheid rond de bouwplaats
Hoe wordt er gecommuniceerd met de omgeving.
Het BLVC-plan is op hoofdlijnen. Uitwerking van het plan door de aannemer.
Opleverdossier: Neem in het herstelplan op dat de aannemer na afronding van het werk een opleverdossier opstelt, waarin alle uitgevoerde werkzaamheden worden beschreven + een overzicht van de toegepaste producten en materialen + garantiestellingen en andere relevante informatie. Het opleverdossier wordt door de keldereigenaar aan de gemeente verstrekt als onderdeel van de afronding van het subsidietraject.
Als in het herstelplan is opgenomen dat een waterwerende laag wordt aangebracht, moet in het herstelplan ook worden opgenomen dat de aannemer garantie op die waterwerende laag geeft voor een periode van 5 jaar. Gedurende die periode herstelt de aannemer gebreken aan de waterwerende laag, tenzij de aannemer aantoont dat deze gebreken niet zijn ontstaan door gebruikte ondeugdelijke materialen of een ondeugdelijke uitvoering van het werk maar door handelen of nalaten van de eigenaar of een derde of door externe factoren, waar de aannemer bij de uitvoering van het werk in redelijkheid geen rekening mee hoefde te houden.
Als de bovenstaande garantie vanwege de constructieve staat van de kelder of om andere redenen in redelijkheid niet van de aannemer kan worden gevraagd, behoeft geen garantie te worden opgenomen.
Houd bij de kostenraming in de begroting rekening met de garantie die de aannemer moet afgeven.
Geef een planning op hoofdlijnen, met daarin de verwachte doorlooptijd van de werkzaamheden. De planning bestaat minimaal uit:
Houd er rekening mee dat u voor het opbreken van de weg een omgevingsvergunning nodig heeft (o.a. i.v.m. het voorkomen of beperken van hinder voor het verkeer). Het gebied (en de omliggende bedrijven en woningen) moeten bereikbaar blijven. Dat stelt eisen aan het aantal afsluitingen en locaties waar tegelijkertijd de weg kan worden opengebroken. Het tijdvak waarbinnen u de weg opengebroken mag houden kan daarom afwijken van de (beoogde) start- en einddatum in het herstelplan of subsidiebesluit.
19. Projectbegroting met kostenraming, kostenverdeling en dekking
Maak een projectbegroting. Voor het opstellen van de projectbegroting kan er gebruik worden gemaakt van het format (zie bijlage 1.).
Geef in de vierde kolom voor de verschillende werkzaamheden aan hoeveel subsidie de keldereigenaar bij de Rijksdienst Cultureel Erfgoed kan aanvragen op grond van de subsidieregeling voor instandhouding van monumenten. Toelichting: voor zover de kosten vanuit de RCE subsidiabel zijn, geldt de gemeentelijke subsidie als voorschot en betaalt de keldereigenaar dat voorschot na ontvangst van de RCE subsidie terug aan de gemeente.
Voor een aantal werkzaamheden kan het lastig zijn om een goede kostenraming te maken, bijvoorbeeld als het gaat om constructieve schade aan het gewelf die niet zichtbaar is aan de binnenkant. Noteer voor die werkzaamheden een schatting van de kosten. Geef onderaan de begroting een korte onderbouwing voor die schatting.
Voor eigenaren die gebruik kunnen maken van de Woonshuisregeling geldt: de aannemer moet de begroting en factuur per object per eigenaar per kalenderjaar uitwerken. In de handleiding wordt dit nader toegelicht.
Bij het herstelplan moeten de volgende bijlages worden aangeleverd:
Bijlage Leidraad subsidiabele kosten
Keldereigenaren in het wervengebied kunnen subsidie aanvragen voor onderhoud, herstel en waterwerend maken van hun kelders. Subsidie kan worden aangevraagd voor het opstellen van een herstelplan en voor noodzakelijke onderzoeken. Vervolgens kan subsidie worden gevraagd voor de uitvoering van het herstelplan.
De leidraad maakt geen onderscheid tussen onderhoud en herstel. Onderhoud, herstel en waterwerend maken wordt hierna gezamenlijk aangeduid als ‘herstel.’
Subsidiabel zijn de kosten van onderzoeken, werkzaamheden, maatregelen en voorzieningen ten behoeve van het herstel van kelders in het wervengebied, voor zover dat is bepaald in de subsidieregeling en in deze bijlage. Kosten zijn uitsluitend subsidiabel voor zover de werkzaamheden:
Doelmatig houdt in dat de werkzaamheden moeten bijdragen aan de constructieve veiligheid van de kelder (en de daarboven liggende weg) en zijn monumentale waarde. Proportioneel houdt in dat, gelet op de beperkte subsidiegelden, er een verantwoorde balans moet zijn tussen de hoogte van de herstelkosten en hun bijdrage aan de eerder genoemde doelen. Mede gelet op de beperkte subsidiegelden moet er een verantwoorde balans zijn tussen de hoogte van de herstelkosten en hun bijdrage aan de eerder genoemde doelen. De werkzaamheden moeten op een vakkundige wijze worden uitgevoerd. Behoud gaat hierbij vóór herstel, herstel vóór vervanging en vervanging vóór reconstructie.
Kosten voor het geschikt maken of houden van de kelder als woon- of bedrijfsruimte zijn niet subsidiabel.
Voor het uitvoeren van de herstelwerkzaamheden is specifiek vakmanschap noodzakelijk. Het werk moet daarom worden uitbesteed aan een gespecialiseerde onderneming. Is de keldereigenaar zelf (mede) eigenaar van een dergelijke onderneming, dan mag die onderneming alleen voor werkzaamheden worden ingeschakeld als de eigenaar daar vooraf toestemming van de gemeente voor heeft gekregen. ‘Doe-het- zelf’ uren gewerkt buiten een onderneming zijn niet subsidiabel.
Kosten zijn niet subsidiabel voor zover bij andere overheden of publiekrechtelijke instellingen subsidie kan worden verkregen. De eigenaar moet zich inspannen om dergelijke fondsen aan te boren. Particuliere eigenaren van een rijksmonument zijn in dat verband verplicht om subsidie aan te vragen op grond van de Erfgoedwet. Dit is een rijkssubsidie. Deze subsidie wordt pas achteraf - na uitvoering van de werkzaamheden - verleend en uitbetaald. De eigenaar kan de gemeente om een voorschot op deze rijkssubsidie vragen. Dat voorschot moet worden terugbetaald na ontvangst van de rijkssubsidie, zie subsidieregeling.
Omzetbelasting is tot een maximum van 21% subsidiabel, tenzij deze voor de keldereigenaar fiscaal verrekenbaar is.
In de onderstaande tabel staat welke kosten voor wiens rekening komen. Hierin onderscheiden we vier categorieën.
In de eerste kolom staan de kosten die de gemeente 100% vergoedt maar die geen subsidie zijn. Dat betreft bijvoorbeeld de werkzaamheden aan de werfmuur of kluismuur. De werf- en kluismuur zijn eigendom van de gemeente en de gemeente kan niet zichzelf subsidiëren. Herstel van ons eigendom betalen we dan ook als ‘vergoeding’ en niet als subsidie. De vergoeding bedraagt 100% van de kosten. Als de eigenaar de aannemer opdracht voor deze werkzaamheden heeft gegeven en de aannemer heeft betaald, betalen wij de vergoeding aan de eigenaar. Als de gemeente de aannemer zelf opdracht voor deze werkzaamheden heeft gegeven, betalen wij de kosten voor deze werkzaamheden direct aan de aannemer.
In de derde kolom staan kosten die gedeeltelijk worden gesubsidieerd en gedeeltelijk voor rekening van de eigenaar zijn. Dit betreft bijvoorbeeld de werkzaamheden aan het gewelf, het repareren van scheuren en het waterdicht maken In de subsidieregeling staat wat de verdeelsleutel voor deze categorie kosten tussen de eigenaar en de gemeente is.
De volgende tabel is opgesteld om duidelijkheid te geven over welke soort kosten in welke categorie vallen. De opgenomen activiteiten zijn indicatief en het overzicht is niet uitputtend. Er kunnen werkzaamheden naar voren komen die niet in de liijst zijn opgenomen. Benoem deze in het herstelplan en de daarbij horende projectbegroting. De raming van de werkzaamheden dient op een hoger detail en op regelniveau uitgewerkt te worden. De in de raming opgenomen kosten dienen herleidbaar te zijn naar de verschillende kosten categorien op basis waarvan de projectbegroting en de kostenverdeling wordt opgesteld.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-429866.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.