Gemeenteblad van Staphorst
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Staphorst | Gemeenteblad 2023, 409943 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Staphorst | Gemeenteblad 2023, 409943 | beleidsregel |
Voor u ligt de Nota Lokale Heffingen 2021. Op basis van artikel 17 van de Financiële verordening Gemeente Staphorst, stelt de Raad elke vier jaar een Nota Lokale Heffingen vast. Jaarlijks wordt bij de begrotingsbehandelingen een paragraaf lokale heffingen opgenomen.
Deze nota geeft een overzicht en toelichting op gemeentelijke heffingen in onze gemeente. Ook vindt u algemene informatie over de verschillende belastingen en retributies, kwijtschelding, kostendekkendheid en lastendruk. Naast de verplichtingen uit artikel 17 is in de nota aangegeven welke heffingen wij in Gemeente Staphorst niet kennen en verder is er ook aandacht voor invordering.
In de financiële verordening staan meer eisen genoemd met betrekking tot kostendekkende heffingen, zo is ook de toekenning van overhead hierin vastgelegd. Vanaf 2021 is dit een vast percentage van de directe loonsom, voorheen was dit naar omvang taakveld.
De begrippen lokale heffingen, gemeentelijke belastingen, leges en retributies hebben allemaal betrekking op bedragen die een gemeente oplegt aan bewoners, bedrijven, forensen en toeristen. De Commissie BBV heeft een notitie lokale heffingen inclusief bijbehorende voorzieningen en reserves gemaakt om inzicht te bieden aan raadsleden en meer duiding te geven aan vakspecialisten op het gebied van lokale heffingen. Klik hier om deze notitie in te zien.
Hoofstuk 2 geeft een samenvatting weer. In hoofdstuk 3 gaan we in op algemene informatie omtrent belastingen en retributies. Vervolgens wordt in hoofdstuk 4 de gemeentelijke heffingen weergegeven die we in Staphorst kennen. Ook worden de tarieven, kosten en opbrengsten genoemd en gaan we in op de toekomstige ontwikkelingen. Hoofdstuk 5 gaat in op de belastingen die we in Staphorst niet heffen. Hoofdstuk 6 geeft toelichting op het proces met betrekking tot heffing, invordering en kwijtschelding. In hoofdstuk 7 en 8 gaan we in op de lokale lastendruk van Staphorst en ten opzichte van omliggende gemeenten.
Op 1 mei 2020 heeft het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties het rapport ‘Herziening gemeentelijk belastinggebied’ vastgesteld. Nederlandse gemeenten zijn financieel sterk afhankelijk van het Rijk. Wij hebben maar weinig financiële flexibiliteit en zijn bovendien erg gevoelig voor schommelingen in het accres (de jaarlijkse mutaties van het gemeentefonds). Dat komt doordat het grootste deel van hun inkomsten (meer dan 60%) uit het gemeentefonds afkomstig is. Minder dan 20% bestaat uit gemeentelijke belastingen en heffingen. Ook is hiervan nog een groot deel bestemd voor specifieke doeleinden en mogen maximaal kostendekkend zijn, denk aan afvalstoffen- en rioolheffing, leges en begraafrechten. Hierdoor is de financiële autonomie van gemeenten beperkt: lopende uitgaven kunnen worden gedaan maar er is weinig ruimte om eigen keuzes te maken voor lokale prioriteiten. Ook tegenvallers kunnen moeilijk worden opgevangen.
De gemeentelijke belastingen en retributies maken met 7,3 miljoen euro 19,41 % deel uit van de totale gemeentelijke inkomsten (jaarrekening 2020 € 41.110.000 excl. reservemutaties € 3.343.000).
Herziening van het belastinggebied kan knelpunten helpen oplossen. Het biedt bouwstenen voor een verruiming van het gemeentelijk belastinggebied, modernisering gemeentelijke belastingen, verbreden belastinggrondslagen en uitbreiden belastinginstrumentarium. Bij de toekomstige ontwikkelingen per belastingsoort staan we hierbij stil.
Zolang deze herziening nog niet rond is, hebben wij nog geen andere mogelijkheden van belastingheffing. Ontwikkelingen worden op de voet gevolgd en indien mogelijk zullen wij hierop met voorstellen richting uw raad komen.
Bij het beschrijven van de bestaande situatie concluderen wij het volgende:
Het gemeentelijk belastinggebied is begrensd. Hoofdstuk XV van de Gemeentewet geeft aan welke belastingen en retributies wij kunnen heffen. Ook staat in dit hoofdstuk beschreven aan welke eisen een belastingheffing moet voldoen. Een gemeente is vrij om een lokale belasting in te voeren. Ook de hoogte van het tarief mag een gemeente zelf bepalen. Een tarief mag nooit afhankelijk zijn van inkomen, winst of vermogen. In de gemeentelijke belastingwereld maken we onderscheid in drie soorten belastingen, namelijk algemene belastingen, bestemmingsheffingen en retributies. De laatste twee mogen nooit meer dan 100% kostendekkend zijn. Verder zijn ook de algemene beginselen van behoorlijk bestuur erg belangrijk bij het invoeren van een belasting.
Een raad besluit tot het invoeren, wijzigen of afschaffen van een gemeentelijke belasting door het vaststellen van een belastingverordening. Dit staat vermeld in artikel 216 van de Gemeentewet. Artikel 217 geeft weer wat in die belastingverordening moet staan.
3.2 Belastingen en retributies
Belastingen zijn (gedwongen) bijdragen van inwoners aan de overheid op grond van een publiekrechtelijke regeling.
Algemene belastingen zijn inkomsten die voortvloeien in de algemene middelen. Hiervoor hoeft niet specifiek een doel of bestemming te zijn. Voorbeelden zijn: onroerende-zaakbelasting, forensen- en toeristenbelasting en hondenbelasting.
Daarnaast kennen we bestemmingsheffingen. Deze opbrengsten zijn bedoeld om de kosten te dekken die de gemeente maakt voor die (collectieve) dienstverlening. Er is geen sprake van een individueel aanwijsbare tegenprestatie. De opbrengst mag maximaal 100% kostendekkend zijn. Voorbeelden zijn: riool- en afvalstoffenheffing.
Naast de belastingen kennen we ook retributies. Dat zijn vergoedingen voor dienstverlening door de gemeente. Ook hierbij mag de opbrengst niet meer dan 100% kostendekkend zijn. Daarnaast moet altijd rekening gehouden worden met eventuele risico’s als gevolg van jurisprudentie, waardoor enige marge aan te bevelen is. Er is sprake van een individuele tegenprestatie. Een aantal voorbeelden hiervan zijn rioolaansluitrecht, begraafrechten, leges omgevingsvergunningen, marktgelden en leges voor huwelijksvoltrekkingen.
3.3 Welke belastingen en retributies kunnen we heffen?
Hoofdstuk XV, paragraaf één tot en met drie, van de Gemeentewet (GW) geeft weer welke belastingen we mogen heffen. Soms geschiedt een heffing krachtens een andere wet dan de Gemeentewet. In onderstaand schema vindt u alle mogelijke belastingheffingen en retributies weer. Daarnaast is aangegeven of we deze belasting in Staphorst ook kennen en onder welk soort belasting deze valt. In deze nota gaan we dieper op de verschillende heffingen in.
De belastingverordeningen voor 2021 zijn vastgesteld op 10 november 2020. Jaarlijks worden deze opnieuw vastgesteld als er sprake is van tariefswijzigingen of eventuele wijzigingen in wet- en regelgeving.
3.4 Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ)
Zeer nauw verbonden met de heffing van de gemeentelijke belastingen is de uitvoering van de Wet WOZ. Het college van burgemeester en wethouders is belast met de uitvoering van deze wet. De WOZ-ambtenaar stelt de WOZ-waarde vast. De werkzaamheden worden verricht binnen het team Gegevensbeheer.
Om gemeenten te controleren of werkzaamheden tijdig, juist en volledig worden uitgevoerd is ‘De Waarderingskamer’ ingesteld. Deze organistaie houdt toezicht op de waardebepaling en waardevaststelling van onroerende zaken. Gemeente Staphorst heeft al jarenlang de kwalificatie ‘goed’.
De WOZ-waarde wordt de gebruikt als grondslag voor de onroerende-zaakbelasting, de forensenbelasting en deels bij de rioolheffing. Ook maken verschillende afnemers gebruik van deze WOZ-waarde. Denk hierbij aan de Rijksbelastingdienst, het Waterschap. De WOZ-waarde is een steeds belangrijker gegeven en wordt voor steeds meer doeleinden gebruikt.
Wij maken gebruik van verschillende basisregistraties om zo als uitgangspunt altijd over de juiste gegevens te beschikken. Denk hierbij aan:
Verder leveren wij aan de Landelijke Voorziening WOZ (LV WOZ). Waterschappen en Rijksbelastingdienst halen de gegevens hieruit. Ook zijn de WOZ-waarden van woningen openbaar via www.woz-waardeloket.nl. Die gegevens komen ook uit de LV WOZ.
4. Gemeentelijke heffingen Staphorst
In dit hoofdstuk gaan we in op de gemeentelijke heffingen die Staphorst kent. Per heffing gaan we in op de wettelijke basis, belastingplicht, grondslag, tarieven en opbrengsten. Indien van toepassing ook op de kostendekkendheid.
Onroerende-zaakbelasting (OZB) wordt geheven van eigenaren van woningen en niet-woningen (agrarisch, bedrijven). Daarnaast is voor niet-woningen ook een gebruikersbelasting OZB verschuldigd. Voor de gebruikersbelasting zijn woondelen vrijgesteld. Verder kent de wet ook een aantal vrijstellingen zoals:
Het tarief is uitgedrukt in een percentage van de WOZ-waarde. We maken gebruik van tariefdifferentiatie. Dit betekent dat het OZB tarief voor niet-woningen afwijkend (hoger) is van het tarief voor woningen.
De waarde van de onroerende zaak wordt jaarlijks door de gemeente bepaald volgens de Wet waardering onroerende zaken. Deze wordt per beschikking kenbaar gemaakt aan belanghebbende en staat open voor bezwaar en beroep.
De hoogte van het tarief is door de gemeente vrij te bepalen. Wel is er vanaf 2020 een benchmark woonlasten ingevoerd door het Rijk en de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG). Naast de OZB worden afvalstoffenheffing en rioolheffing inzichtelijk gemaakt per gemeente. Benchmarking maakt gemeenten attenter op de onderlinge verschillen, bevordert het lokale debat over het heffen van lokale middelen en de inzet ervan en zal daarom bijdragen aan het borgen van een gematigde lastenontwikkeling. In hoofdstuk 7 en 8 gaan we hier verder op in.
Het gemeentefonds houdt rekening met de belastingcapaciteit van gemeenten. Omdat waarden van onroerende zaken per gemeente verschillen loopt de belastingcapaciteit uiteen. Bij de berekening van de korting op de algemene uitkering (A.U.) wordt uitgaan van één tarief, het rekentarief genaamd. Het is een gemiddeld tarief van alle gemeenten in Nederland. Dit staat volledig los van de tarieven die een gemeente zelf hanteert en wordt verrekend in de algemene uitkering. De formule is weergegeven op pagina 9.
We kennen drie verschillende categorieën binnen de OZB, namelijk:
De tarieven OZB voor 2021 vindt u in onderstaand schema terug. Het tarief is een percentage van de WOZ-waarde. De tarieven worden berekend op basis van de geraamde opbrengst, daarbij rekening houdend met de waardeontwikkeling. Verder wordt rekening gehouden met indexatie en areaaluitbreiding. Omdat ook voor objecten in aanbouw altijd een WOZ-waarde wordt bepaald en onroerende-zaakbelasting wordt betaald wordt met een percentage van gemiddelde groei gerekend.
Gewicht A.U. 20211 |
||||||
*Bron FMS werkelijk 2018-2020/begroting 2021
De formule voor de korting op de Algemene Uitkering (A.U.) is:
Woningen eigenarenbelasting: (OZB-waarden woning * 0.8) x gewicht.
Niet woning eigenaren- en gebruikersbelasting: (OZB-waarden niet woning * 0.7) x gewicht.
Rioolheffing wordt geheven van de gebruiker van een perceel waarvan water direct- of indirect aangeboden wordt aan gemeentelijke voorzieningen. De gemeente heeft zorgplichten met betrekking tot watertaken, namelijk:
Voor de rioolheffing zijn er geen wettelijke of facultatieve vrijstellingen. Het is een tijdvakbelasting. Bij verhuizing of overlijden wordt per tijdvak (maand) afgerekend.
Jaarlijks worden de kosten en opbrengsten inzichtelijk gemaakt en daarnaast is het beheersplan riolering van toepassing voor het bepalen van het tarief.
Het tarief 2021 en opbrengsten over de afgelopen jaren waren als volgt:
*Bron FMS werkelijk 2018-2020/begroting 2021
In onderstaande grafiek is de relatie tussen de begrote kosten en opbrengsten over 2021 weergegeven:
Afvalstoffenheffing wordt geheven van de gebruiker van een perceel ten aanzien waarvan een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt. Dit is geregeld in artikel 10,21 en 10.22 van de Wet milieubeheer. Het gaat om percelen waar huishoudelijke afvalstoffen kunnen ontstaan. Het is een tijdvakbelasting. Bij verhuizing of overlijden wordt per tijdvak (maand) afgerekend.
In de verordening zijn een aantal vrijstellingen opgenomen van vakantieparken, waar bij de inzamelplicht volgens afspraak niet na wordt gekomen.
Het tarief 2021 en opbrengsten over de afgelopen jaren waren als volgt:
*Bron FMS werkelijk 2018-2020/begroting 2021
In onderstaande grafiek is de relatie tussen de begrote kosten en opbrengsten over 2021 weergegeven:
*dit wordt via de gemeentelijke heffingen binnengehaald (totaal € 1.211.000)
Iedere houder van één of meer honden betaalt hondenbelasting. Gemeenten hebben de keus hondenbelasting als bestemmingsheffing in te voeren of ten gunste van algemene middelen. Bij een bestemmingsheffing zal een deel van de gemeente in de heffing worden betrokken, bijvoorbeeld alleen binnen de bebouwde kom. Ook mag de opbrengst dan niet meer dan 100% kostendekkend zijn en moet dit gebruikt worden voor bijvoorbeeld hondentoiletten, poepzuigers of uitrengebieden. Gemeente Staphorst heeft destijds gekozen voor opbrengst ten gunste van de algemene middelen. Er zijn dan ook geen gebieden uitgezonderd. Wanneer gemeenten ervoor kiezen om dit te heffen is er weinig ruimte voor beleidsvrijheid.
In de verordening zijn een aantal vrijstellingen opgenomen, namelijk houders van honden:
Jaarlijks wordt controle uitgevoerd bij alle niet hondenbezitters. Kosten hiervan zijn ongeveer € 2500,-. In 2020 is in verband met corona geen controle uitgevoerd.
Het tarief 2021 en opbrengsten over de afgelopen jaren waren als volgt:
*Bron FMS werkelijk 2018-2020/begroting 2021
Hondenbelasting staat op de nominatie voor afschaffing. Deze belasting komt steeds vaker in het nieuws en wordt gezien als ‘niet meer van deze tijd’. Hiervoor is een motie ingediend bij de Tweede Kamer naar aanleiding van een burgerinitiatief ‘stop de hondenbelasting’. Omdat dit gevolgen heeft voor de inkomsten is onderzoek gaande. De VNG is hier bij betrokken, we volgen de ontwikkelingen hierin en houden u op de hoogte. |
Natuurlijke personen die zonder in de gemeente hoofdverblijf hebben er op meer dan 90 dagen van het belastingjaar voor zich of hun gezin een gemeubileerde woning beschikbaar houden zijn belastingplichtig voor de forensenbelasting. Of iemand hoofdverblijf heeft wordt naar omstandigheden beoordeeld. De achterliggende gedachte is dat niet inwoners profiteren van het gemeentelijk voorzieningenniveau.
Wettelijk zijn er twee uitzonderingen:
Niet belastingplichtig is degene die ter tijdelijke waarneming van een openbare betrekking of ter bijwoning van de vergaderingen van een vertegenwoordigend openbaar lichaam, waarvan hij het lidmaatschap bekleedt, dan wel ingevolge last of bevel van de overheid, buiten de gemeente van zijn hoofdverblijf vertoeft.
Bij forensenbelasting kunnen we geen gebruik maken van een bepaalde basisregistratie. Eigenaren ontvangen een vragenformulier over hun woning waarna beoordeeld wordt of men onder de forensen- of toeristenbelasting valt.
Het tarief 2021 en opbrengsten over de afgelopen jaren waren als volgt:
*Bron FMS werkelijk 2018-2020/begroting 2021
Toeristenbelasting wordt geheven van degene die gelegenheid biedt tot verblijf biedt, zoals een campingeigenaar of een recreatiepark. De belastingplichtige mag deze belasting verhalen op degene die verblijf houdt. Jaarlijks ontvangen vermoedelijk belastingplichtigen een brief om aangifte te doen. Vanaf 2021 kan men digitaal aangifte doen.
De belasting wordt niet geheven ter zake van het verblijf:
van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, letters c, d, f, g, h, van voornoemde wet, en voor zover deze persoon verblijf houdt in een gelegenheid als bedoeld in artikel 2, van de Verordening, onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers.
De tarieven en opbrengsten over de afgelopen jaren waren als volgt:
*Bron FMS werkelijk 2018-2020/begroting 2021
Verschil 2018 en 2019 is te verklaren doordat een aantal nota’s over boekjaar 2018 in 2019 zijn geboekt.
Leges zijn vergoedingen voor individuele tegenprestaties die een gemeente levert. Met name voor het behandelen van aanvragen voor vergunningen en ontheffingen, het geven van inlichten, verstrekken van afschriften, verklaringen, paspoorten, rijbewijzen et cetera. Legesheffing mag alleen dienen om kosten te verhalen. Er mag geen winst gemaakt worden. Een belastingrechter beoordeeld de legesheffing in samenhangende (kosten)groepen. Niet elke post wordt afzonderlijk beoordeeld. De legesverordening is opgelegd in drie titels die elk niet meer dan 100% kostendekkend mogen zijn. Ook toetst de rechter of legesheffing niet leidt tot onredelijke of willekeurige belastingheffing.
De tarieventabel is te groot om in deze nota op te nemen. Wel kunt u in onderstaande grafieken zien hoe de kosten en opbrengsten zich tot elkaar verhouden. Deze gegevens zijn conform begroting 2021.
Titel 1 – algemene dienstverlening
Titel 1 van de legesverordening betreft voornamelijk leges met betrekking tot burgerzaken: paspoorten, rijbewijzen, huwelijken. Een aantal subcategorieën maken hier ook deel van uit zoals winkeltijdenwet, ondergrondse infrastructuur. In deze titel is weinig ruimte om tarieven te verhogen, omdat opbrengsten voornamelijk veroorzaakt worden door paspoorten en rijbewijzen. Deze tarieven zijn momenteel gelijk aan de wettelijk maximaal toegestane hoogte.
Titel 2 – fysieke leefomgeving
Titel 2 van de legesverordening gaat over alles wat met omgevingsvergunningen te maken heeft. De kostendekking is hier net onder de 100%. Er moet altijd enige marge blijven in verband met jurisprudentie. Verder zullen hier voor de toekomst aanpassingen komen in verband met de Omgevingswet.
Titel 3 - Europese dienstenrichtlijn
Deze titel gaat met name over de evenementenvergunningen en standplaatsen. Vanwege maatschappelijke betekenis ervan is dit bij veel gemeenten niet 100% kostendekkend.
Totaaloverzicht begrote kosten en opbrengsten 2021:
Binnen de afzonderlijke titels is kruissubsidiëring toegestaan. Dit betekent dat verlies op de ene dienst gecompenseerd mag worden met overdekking op de andere dienst. Maar het is niet mogelijk om bijvoorbeeld titel 1 met titel 3 te compenseren.
Voor het tot stand brengen van een aansluiting van een eigendom op de gemeentelijke riolering is eenmalig rioolaansluitrecht verschuldigd. Voor gemeentelijke uitbreidingsplannen zijn de kosten verweven in de exploitatiekosten van het hele plan. Er is een aansluitbeleid opgesteld waar de specifieke eisen in staan.
Ook voor deze belasting is het van belang dat er een individuele tegenprestatie tegenover staat. De opbrengst mag niet meer dan 100% kostendekkend zijn.
Bij elke aanvraag om een omgevingsvergunning wordt beoordeeld of er een aansluiting gerealiseerd moet worden en worden werkzaamheden ingepland.
De tarieven en opbrengsten over de afgelopen jaren waren als volgt:
*Bron FMS werkelijk 2018-2020/begroting 2021
In onderstaand overzicht vindt u de verdeling weer van kosten en opbrengsten, begroting 2021.
Voor het innemen van een standplaats op de weekmarkt zijn leges verschuldigd. Daarnaast zijn ook leges verschuldigd voor iemand die wekelijks een standplaats inneemt op een openbare plaats, denk hierbij aan bijvoorbeeld de verkoop van kaas of vis. De leges die hiervoor verschuldigd zijn, staan vermeld in de algemene legesverordening.
Voor de weekmarkt is een aparte verordening vastgesteld.
Elk kwartaal worden de nota’s verstuurd naar de vaste standplaatshouders en eventuele losse standplaatsen worden hierbij meegenomen. De marktmeester geeft wijzigingen door aan het team Gegevensbeheer.
De tarieven en opbrengsten over de afgelopen jaren waren als volgt:
*Bron FMS werkelijk 2018-2020/begroting 2021
In onderstaand overzicht vindt u de verdeling weer van kosten en opbrengsten, begroting 2021.
Begraafrechten, wettelijke benaming is lijkbezorgingsrechten, worden geheven voor het gebruik van de begraafplaatsen en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met het begraven in ruime zin op de gemeentelijke begraafplaatsen.
De opbrengst mag niet meer dan kostendekkend zijn.
De tarieven en opbrengsten over de afgelopen jaren waren als volgt:
*Bron FMS werkelijk 2018-2020/begroting 2021
In onderstaand overzicht vindt u de verdeling weer van kosten en opbrengsten, begroting 2021.
*Vanaf 2021 wordt overhead op basis van vast percentage directe loonkosten doorgerekend (zie financiële verordening 2021).
Zoals in het begin van deze nota aangegeven kan een gemeente ervoor kiezen belastingen in te voeren. Het is een keuzemogelijkheid. In dit hoofdstuk gaan we in op de belastingen die wij in Staphorst niet heffen met daarbij de motivering.
Gemeenten kunnen naast het heffen van onroerende-zaakbelasting ook kiezen om roerende zaken in de heffing te betrekken. Het gaat om woon- en/of bedrijfsruimten die duurzaam aan een plaats gebonden zijn en dienen voor permanente bewoning of gebruik. Denk hierbij bijvoorbeeld aan caravans en woonboten. Slechts een beperkt aantal gemeenten heeft deze belasting ingevoerd. De opbrengst komt ten gunste van de algemene middelen.
Invoering leidt tot een behoorlijke toename van werkzaamheden. Er is geen basisregistratie waaruit gegevens geput kunnen worden die ten grondslag liggen aan de heffing. Daardoor zijn uitvoeringskosten en perceptiekosten vaak hoog en leidt tot geringe meeropbrengst.
Ook reclamebelasting is een opbrengst die ten gunste komt van de algemene middelen. Het gaat om aankondigingen die zichtbaar zijn vanaf de openbare weg. Voorbeelden hiervan zijn affiches in bushokjes of reclame op panden zichtbaar vanaf de openbare weg. Een uiting voor publiek belang valt niet onder heffing. Een voorbeeld hiervan is ANWB op bewegwijzering,
Een gemeente kan kiezen om reclamebelasting in een bepaald gebied te heffen, dan is de opbrengst een bestemmingsheffing, bijvoorbeeld om centrumontwikkeling of -promotie te bekostigen. Een soort voeding voor het ondernemersfonds.
De perceptiekosten zijn aanzienlijk hoog, dit is de voornaamste reden dat in Staphorst geen reclamebelasting wordt geheven.
Een raad kan kiezen om precariobelasting te heffen. Het gaat hierbij om het hebben van voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond. Een veel voorkomend voorwerp van belasting is bijvoorbeeld een terras. Dat is ook de reden dat in veel grote gemeenten deze belasting wordt geheven. Ook provincies en waterschappen hebben de mogelijkheid deze belasting te heffen.
Precario heeft ook de eigenschap van een retributie, omdat het een betaling is waarbij ingebruikname van grond wordt gedoogd.
Wettelijk zijn een aantal onderwerpen uitgezonderd van de heffing, zoals bijvoorbeeld infrastructuur en elektriciteitsnetwerken.
Ook deze belasting kent hoge perceptiekosten in verband met toezicht en uitvoering, waardoor de opbrengst in verhouding gering zou zijn in onze gemeente. Het aantal voorwerpen op, onder of boven openbare grond is momenteel gering, waardoor het niet effectief is.
Ook heeft de gemeente de bevoegdheid om een baatbelasting te heffen. Dit vindt plaats van degenen die van die onroerende zaken het genot hebben krachtens eigendom, bezit of beperkt recht, waarbij de aan de voorzieningen verbonden lasten geheel of gedeeltelijk worden omgeslagen. Daarbij besluit de raad eerst in welke mate aan de voorzieningen verbonden lasten door middel van baatbelasting zullen worden verhaald.
Of een onroerende zaak is gebaat wordt beoordeeld naar de toestand op een te bepalen tijdstip dat is gelegen uiterlijk een jaar nadat de voorzieningen zijn voltooid.
Het is een zakelijke profijtbelasting en moet betrekking hebben op een bepaald vooraf vastgesteld gebied. Tot op heden is in Staphorst nog geen gebruik gemaakt van deze heffing.
Een BIZ-heffing is een heffing in een afgebakend gebied, waarbinnen ondernemers gezamenlijk investeren in een aantrekkelijkere en veiligere bedrijfsomgeving. Bij voldoende draagvlak betalen alle ondernemers mee. De gemeente stelt hiervoor een bestemmingsheffing in. De opbrengst keert de gemeente in zijn geheel uit aan de stichting of vereniging die activiteiten namens de ondernemers uitvoert op basis van een uitvoeringsovereenkomst.
Denk bijvoorbeeld aan activiteiten zoals inhuur surveillancediensten, camerabewaking, verlichting, verbeteren verkeersvoorzieningen.
Er moet een uitgebreide procedure worden doorlopen vóórdat een BIZ ingesteld kan worden, dit om juridische consequenties zorgvuldig te onderzoeken. Het initiatief ligt bij de gebruikers en/of eigenaren van bedrijven.
Gemeenten kunnen een parkeerbelasting heffen. Deze belasting heeft een regulerend karakter en heeft daarnaast ook retributieve kenmerken. De Gemeentewet maakt onderscheid in het parkeren van voertuigen of het verlenen van parkeervergunningen.
In Staphorst kennen we de parkeerbelasting niet. De huidige omgevingen zijn niet ingericht om dit zomaar in te voeren. Qua uitvoering zijn de perceptiekosten hoog in verband met handhaving en toename bezwarenafhandeling (ervaring van gemeenten die dit wel heffen).
6. Heffing, invordering en kwijtschelding
Om belastingen of leges te kunnen heffen stelt u als raad jaarlijks belastingverordeningen vast. Hierin zijn alle bepalingen opgenomen om tot een juiste heffing over te gaan. De regels voor de invordering van belastingen zijn opgenomen in de Invorderingswet. Artikel 231 van de Gemeentewet bepaalt dat deze wet van toepassing is. Ook is de Algemene wet inzake rijksbelastingen en de Algemene wet Bestuursrecht van toepassing. Hierin staan alle eisen met betrekking tot het uitreiken van een aanslagbiljet/nota, de bezwaar- en beroepsprocedures.
De inspecteur stelt de belastingaanslag vast. Dat is geregeld in art. 11 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen. Deze functionaris wordt in de Gemeentewet als de heffingsambtenaar aangeduid. De invordering is een taak van de invorderingsambtenaar.
Meestal wordt de heffing bij wege van aanslag gedaan. Soms is dat niet praktisch en geschiedt het op andere wijze, zoals bijvoorbeeld een (kassa)bon bij het aanvragen van een rijbewijs. Er zijn verschillende mogelijkheden, maar voor de regels staat elke wijze gelijk aan heffing bij wege van aanslag. Dat betekent dat hiervoor ook dezelfde regels gelden met betrekking tot bezwaar en beroep. Sinds een aantal jaren kunnen belastingplichtigen zich abonneren op de BerichtenBox van MijnOverheid. Zo ontvangt men het aanslagbiljet digitaal. Dit bespaart perceptiekosten en is milieuvriendelijker. Ongeveer 25% van de aanslagbiljetten gaat digitaal.
Op het aanslagbiljet staat vermeld binnen welke termijn deze moet worden voldaan. De regels hiervoor zijn opgenomen in de belastingverordening. Sommige belastingen worden gecombineerd op één biljet, zoals de lokale belastingen als OZB, hondenbelasting, afvalstoffen- en rioolheffing. Bij het niet nakomen van de betalingsverplichting ontvangen belastingplichtigen eerst een kosteloze herinnering. Vervolgens een aanmaning en eventueel een dwangbevel. Aan de laatst genoemde maatregelen zijn wel kosten verbonden. Ook is het mogelijk om de gemeente te machtigen voor automatische incasso. Het voordeel hiervan is dat betalingen over het hele jaar verspreid worden. Voor sommige belastingen geldt een beperkter aantal incassotermijnen.
Verder is onze wens om meer betaalmogelijkheden aan te bieden, bijvoorbeeld door middel van een QR-code of Ideal via een ‘Mijn Staphorst’-omgeving. Dit is afhankelijk van de websitemogelijkheden en wordt onderzocht.
Eventuele verzoeken om uitstel van betaling worden door de invorderingsambtenaar beoordeeld. Zo is het mogelijk om een betalingsregeling te treffen. Over het te lang openstaande bedrag kan dan invorderingsrente in rekening worden gebracht. In verband met corona wordt in ieder geval tot 31 december 2021 geen invorderingsrente in rekening gebracht.
Onderstaand overzicht geeft het aantal herinneringen, aanmaningen en dwangbevelen weer van de afgelopen jaren.
De stijging van het aantal herinneringen kan veroorzaakt worden doordat mensen zich abonneren op de BerichtenBox om digitaal post te ontvangen. Als men geen machtiging voor incasso heeft afgegeven en vervolgens de betaling niet direct in telebankieren zet kan het worden vergeten. Om die reden versturen wij de herinnering en aanmaning vervolgens zowel digitaal als per post.
Wanneer het buitengewoon bezwaarlijk is om de aanslag te voldoen kan de belastingplichtige een beroep doen op kwijtschelding. In de Leidraad Invordering 2008 staan voorwaarden vastgelegd. Daarnaast is de regeling kwijtschelding gemeentelijke belastingen van toepassing. De gemeenteraad kan bepalen voor welke belasting wel of geen kwijtschelding wordt verleend. Bepalend hierbij is vaak in welke mate de lasten drukken op belastingplichtige. Voorbeelden van belastingen die voor kwijtschelding in aanmerking komen zijn de afvalstoffenheffing en rioolheffing.
Sinds een aantal jaren maken we gebruik van een geautomatiseerde kwijtscheldingstoets uitgevoerd door een landelijk inlichtingenbureau. De eerste aanvraag moet altijd schriftelijk, waarbij belastingplichtige vervolgens toestemming geeft om de volgende beoordeling geautomatiseerd te doen. Bij toekenning wordt dit direct op de belastingaanslag in mindering gebracht.
Tot 2020 behandelden wij ook de aanvragen voor het waterschap. Maar dat wordt inmiddels weer door GBLT zelf uitgevoerd.
Onderstaand overzicht geeft aanvragen over de afgelopen jaren weer.
*stand van zaken juli 2021. Geen verwachte toename meer ivm aanslagoplegging begin kalenderjaar.
Voor de heffing en invordering zijn diverse regelementen, aanwijzingsbesluiten of beleidsnotities van toepassing. Deze zijn te vinden op www.staphorst.nl.
Jaarlijks informeren wij u via de begrotingsbehandelingen in een afzonderlijke paragraaf lokale heffingen over de lokale lastendruk. In onderstaand overzicht is dit naast elkaar gezet over de afgelopen jaren.
Uitgangspunt is lasten voor een eigenaar en gebruiker van een ‘standaardwoning’ met een gemiddelde waarde van € 260.000,- die per jaar 4 ledigingen restafval 240 liter aanbiedt. Deze ledigingen worden achteraf in rekening gebracht. Daarnaast is het natuurlijk zo dat de woningwaarden de afgelopen zijn gestegen, waardoor het totaalbedrag waarschijnlijk wat hoger uitvalt.
8. Staphorst ten opzichte van andere gemeenten
Hoe verhouden zich de lokale lasten van Staphorst ten opzichte van andere omliggende gemeenten in 2021? Coelo heeft hiervoor een lokale lastencalculator geïntroduceerd. Uitgangspunt van onderstaande tabel is een woningwaarde van € 260.000 en een huishouden van 4 personen.
Het gemiddelde van deze gemeenten is € 744,58. De lokale lasten van Staphorst liggen in 2021 onder het gemiddelde.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-409943.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.