Verkeersbesluit Regelen voorrangssituatie op Nieuwegracht

Kenmerk: Ruimte/ 375805

 

Burgemeester en wethouders van Soest;

 

Aanleiding

Overwegende dat de functie op Nieuwegracht 4 worden ontsloten door een uitrit;

 

Dat een deel van de bestuurders deze uitrit aanzien voor een gelijkwaardig kruispunt;

 

Maatregel

Overwegende dat er gevaarlijke situaties ontstaan omdat de uitritconstructie van Nieuwegracht 4 wordt aangezien voor een gelijkwaardig kruispunt;

 

Dat het daarom gewenst is om de voorrangssituatie tussen de Nieuwegracht en de uitrit te regelen;

 

Dat er zo een duidelijke en veilige verkeerssituatie ontstaat;

 

Belangenafweging

Overwegende dat het treffen van een verkeersmaatregel een normale maatschappelijke ontwikkeling is waarmee een ieder kan worden geconfronteerd en waarvan de nadelige gevolgen in beginsel voor rekening van betrokkenen behoren te blijven;

 

Dat de uitrit zo is ingericht dat een deel van de bestuurders deze aanziet als zijweg;

 

Dat op de Nieuwegracht dit de enige uitrit is die wordt aangezien als zijweg;

 

Dat er nog geen zicht is op een herinrichting van de Nieuwegracht;

 

dat het belang om deze verkeerssituatie veilig te maken zwaarder weegt dan het laten bestaan van de uitritconstructie zonder het regelen van de voorrangssituatie;

 

Juridisch kader

Gelet op het bepaalde in de Wegenverkeerswet 1994 (WVW 1994), het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990), het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW), de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en het Mandaatbesluit van de gemeente Soest;

 

overwegende dat dit besluit wordt genomen op basis van artikel 2 van de WVW 1994 om de veiligheid op de weg te verzekeren en weggebruikers en passagiers te beschermen;

 

dat het op grond van artikel 15, eerste lid, van de WVW 1994 vereist is om een verkeersbesluit te nemen voor de plaatsing of verwijderen van de in artikel 12 van het BABW genoemde verkeerstekens en ook voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd;

 

dat het op grond van artikel 37 van het BABW vereist is om een verkeersbesluit te nemen voor de in artikel 34 van het BABW bedoelde tijdelijke verkeersmaatregelen als deze maatregelen langer duren dan vier maanden of zich regelmatig voordoen;

 

dat de genoemde weg in de gemeente Soest ligt;

 

dat deze weg bij de gemeente Soest in eigendom en beheer is;

 

dat het college van burgemeester en wethouders overeenkomstig artikel 18, lid 1 onder d van de WVW 1994, het bevoegd gezag is voor het nemen van dit verkeersbesluit;

dat deze bevoegdheid op grond van het Mandaatbesluit van de gemeente Soest door het college van burgemeester en wethouders is gemandateerd aan ondergetekende;

 

dat overleg is gevoerd met (de gemachtigde van) de korpschef van de politie, overeenkomstig artikel 24 van het BABW en dat de politie positief heeft geadviseerd over dit besluit;

 

dat dit verkeersbesluit in werking treedt op het moment van publicatie;

 

Besluit

I. Door plaatsing van bord B06 (Verleen voorrang aan bestuurders op de kruisende weg) van bijlage 1 van het RVV 1990, en door plaatsen van haaientanden, bestuurders op de uitrit van Nieuwegracht 4 voorrang te laten verlenen aan bestuurders op de Nieuwegracht.

 

Soest, 26 januari 2023

 

Namens burgemeester en wethouders

 

Tom Fabel

Teamleider Ruimte

 

 

Bekendmaking

Dit besluit wordt op grond van artikel 26 van het BABW bekendgemaakt in het elektronisch gemeenteblad (www.overheid.nl).

 

Kopie

Een afschrift van dit besluit wordt per e-mail gezonden aan “0-wegafsluiting” (verzendlijst). In deze verzendlijst zijn onder andere politie, Veiligheidsregio Utrecht (VRU) en RAVU opgenomen.

Bezwaar

Bent u belanghebbende en het niet eens met dit besluit? Dan kunt u, binnen zes weken na de publicatiedatum schriftelijk bezwaar maken bij burgemeester en wethouders van Soest. Het bezwaar richt u aan Gemeente Soest, t.a.v. college van B&W, Postbus 2000, 3760 CA Soest.

  • 1.

    uw naam en adres;

  • 2.

    de datum waarop u het bezwaarschrift schrijft (dagtekening);

  • 3.

    een omschrijving van het besluit waartegen u bezwaar maakt. U stuurt zo mogelijk een kopie van dit besluit mee;

  • 4.

    de redenen waarom u bezwaar maakt;

  • 5.

    ondertekening met uw handtekening.

 

Hoofdstuk 6 (algemene bepalingen over bezwaar) en de afdelingen 7.1 en 7.2 (bijzondere bepalingen over bezwaar) van de Algemene wet bestuursrecht zijn van toepassing.

Tijdens een bezwaarprocedure geldt het genomen besluit. Als u niet wilt dat het besluit al in werking treedt, kunt u naast uw bezwaar om een voorlopige voorziening vragen aan de rechter. Hier zijn kosten aan verbonden. Een verzoek om een voorlopige voorziening stuurt u naar: de Rechtbank Utrecht, sector Bestuursrecht, postbus 13023, 3507 LA Utrecht.

 

Naar boven