Beleidsregels zonnepanelen op monumenten en in rijksbeschermde stads- en dorpsgezichten gemeente Apeldoorn

 

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Apeldoorn;

d.d. 22 augustus 2023;

overwegende dat:

  • -

    de gemeente Apeldoorn trots is op haar monumenten en beschermde stads- en dorpsgezichten en zorgvuldig wil omgaan met de beeldkwaliteit;

  • -

    er in het kader van de energietransitie de behoefte is om zonnepanelen te plaatsen, hetgeen de architectuur en beeldkwaliteit van de panden en de beschermde gezichten kan beïnvloeden;

  • -

    deze beleidsregels voorzien in verdere uitwerking van de Welstandsnota en criteria bevatten waaraan de te plaatsen zonnepanelen worden getoetst;

  • -

    de gemeente Apeldoorn in de beleidsregels haar bestaande toetsingspraktijk wil vastleggen en tevens wil verruimen naar meer mogelijkheden voor zonnepanelen bij de in het zicht gelegen dakvlakken;

  • -

    bij de totstandkoming van deze beleidsregels de advieslijn van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed uit 2020 is betrokken;

gelet op:

  • .

    art. 2.1 en 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • .

    artikel 4.81, lid 1, 4:83 en 1:3 lid 4 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • .

    artikel 12a lid 1 van de Woningwet;

  • .

    de Erfgoedwet;

  • .

    de Welstandsnota Apeldoorn;

  • .

    de Monumentenverordening 2012;

     

Besluit vast te stellen de beleidsregels zonnepanelen op monumenten en in rijksbeschermde stads- en dorpsgezichten gemeente Apeldoorn

Toepassingsbereik

De beleidsregels zijn van toepassing op aanvragen voor omgevingsvergunningen voor het plaatsen van zonnepanelen en zonnecollectoren op daken van rijksmonumenten en gemeentelijke monumenten en op alle panden in de rijksbeschermde stads- en dorpsgezichten.

Apeldoorn heeft de volgende rijksbeschermde stads- of dorpsgezichten: De Parken, Hoog Soeren en Radio Kootwijk.

Zonnepanelen en zonnecollectoren op panden binnen een rijksbeschermd stads- of dorpsgezicht zijn alleen omgevingsvergunningvrij op hellende achterdakvlakken, die niet zijn gekeerd naar het openbaar toegankelijk gebied. Zonnepanelen en zonnecollectoren op beschermde monumenten zijn nooit omgevingsvergunningvrij.

Het beleid geldt niet voor zonneparken.

Begrippen

  • .

    achtererfgebied: het gebouwerf dat begint op 1 meter achter de voorkant van het hoofdgebouw (https://iplo.nl/thema/bouw/bouwen-vergunning-melding/bijbehorende-bouwwerken/stappenplan-bepaling-vergunningvrij-bouwen/);

  • .

    Commissie: de op basis van de in de Bouwverordening 1996, Bijlage 9 Reglement Commissie Omgevingskwaliteit, adviescommissie voor welstand en monumenten, ingestelde commissie die in het bepaalde van de Monumentenverordening 2012 (rechtsopvolger

  • .

    Erfgoedverordening gemeente Apeldoorn 2023) adviseert over aanvragen om vergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f en h van de Wabo en, artikel 11 van de Monumentenwet 1988, in Apeldoorn de Commissie Omgevingskwaliteit;

  • .

    dakdoorvoer: plaat met pijp in de dakbedekking voor ventilatie- en rookkanalen;

  • .

    enkelvoudig dakvlak; zijde van het dak dat bestaat uit een dakvorm;

  • .

    hellend dak: schuin dak;

  • .

    monument: een rijksmonument als bedoeld in art 1.1 van de Erfgoedwet (voorheen de Monumentenwet 1988) of een beschermd gemeentelijk monument als bedoeld in artikel 1 van de Monumentenverordening 2012 (artikel 1 van de rechtsopvolger Erfgoedverordening gemeente Apeldoorn 2023);

  • .

    omgevingsvergunning: vergunning, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (vanaf 1 januari 2024 artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet);

  • .

    openbaar toegankelijk gebied: een weg als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b, van de Wegenverkeerswet 1994, alsmede pleinen, parken, plantsoenen, openbaar water en ander openbaar gebied dat voor publiek algemeen toegankelijk is;

  • .

    passtuk: niet functioneel paneel dat op een pv-paneel lijkt waarmee een strak dakvlak zonder onderbrekingen kan worden gerealiseerd;

  • .

    rijksbeschermd stads- of dorpsgezicht: als bedoeld in artikel 1.1, onder 1 van de Wet Algemene bepalingen omgevingsrecht, namelijk een dorpsgezicht dat door Onze Minister is aangewezen;

  • .

    samengesteld dakvlak: zijde van het dak dat bestaat uit meer dan een dakvorm;

  • .

    uit het zicht: het gedeelte van een gebouw dat niet gekeerd is naar het openbaar toegankelijk gebied;

  • .

    zichtzijde: het gedeelte van een gebouw dat is gekeerd naar openbaar toegankelijk gebied;

  • .

    zonnepanelen: photo voltaic (pv)-panelen en zonnecollectoren;

  • .

    zonnepark: een stuk land met zonnepanelen waarmee duurzame energie wordt opgewekt.

Regels die altijd gelden

  • .

    De zonnepanelen worden in één rechthoekig en aaneengesloten vlak gelegd, met regelmatige rangschikking. Dit vlak wordt niet onderbroken door bijvoorbeeld een dakdoorvoer, dakraam, dakkapel, etc.;

  • .

    Zonnepanelen en zonnecollectoren niet combineren op hetzelfde dakvlak;

  • .

    De zonnepanelen liggen minimaal 50 cm van de nok, zijgevels en hoeken;

  • .

    Zonnepanelen moeten reversibel worden aangebracht waarbij de bestaande dakconstructie of -bedekking niet mag worden verwijderd of beschadigd;

  • .

    De kleur van zonnepanelen wordt in overeenstemming met het achterliggende dakvlak of anders zo mat mogelijk in zwart, antraciet of donkergrijs uitgevoerd. De randen moeten in de kleur van het paneel en niet glimmend uitgevoerd worden;

  • .

    Zonnepanelen op daken met bijzondere materialen, zoals riet, leien, metalen en zeldzame type dakpannen, zijn niet toegestaan;

  • .

    Indien de zonnepanelen op platte daken worden gelegd is de afstand tot de zijkanten van het dak ten minste gelijk aan de hoogte van collector of paneel. Zonnepanelen worden niet gelegd op de platte daken van een serre, een erker of entreepartij aan de zichtzijde;

  • .

    De energieopwekking op het (monumentale) pand moet in relatie staan tot de eigen behoefte van energiegebruik en er worden geen bomen gekapt om de bezonning te verbeteren;

  • .

    Bij het kiezen van een geschikte locatie is plaatsing van zonnepanelen in onderstaande volgorde aantoonbaar onderzocht:

  • .

    1. op het dakvlak van een bijgebouw of overkapping in het achtererfgebied, of;

  • .

    2. op een aanbouw aan de achtergevel van het hoofdgebouw, of;

  • .

    3. op het achterdakvlak van het hoofdgebouw, of;

  • .

    4. op platte daken, of;

  • .

    5. op overige dakvlakken van het hoofdgebouw uit het zicht.

Wanneer de hierboven genoemde voorkeurslocaties op basis van bouwkundige aspecten en vanwege de ligging op het noorden, noordwesten of noordoosten niet mogelijk of geschikt zijn, wordt het dakvlak aan de zichtzijde mogelijk.

Aanvullende regels voor het plaatsen van zonnepanelen aan de zichtzijde

  • .

    Zonnepanelen uitsluitend te plaatsen op het gedeelte van het dakvlak tussen de denkbeeldig doorgetrokken noklijnen;

  • .

    Zonnepanelen alleen toegestaan op een enkelvoudig dakvlak;

  • .

    Eén vlak met panelen per dakvlak;

  • .

    Bij repeterende woonblokken en -rijen is de eerst vergunde positie, vorm, afmeting en kleur van zonnepanelen uitgangspunt voor de rest van het blok of de rij;

  • .

    Bij een mansardekap: zonnepanelen zijn uitsluitend toegestaan op de bovenste helft van het dakvlak, boven de knik.

Beoordeling van de aanvraag

Bij de toets van de omgevingsvergunningaanvraag gelden de hiervoor genoemde regels. Wanneer aan de regels wordt voldaan, dan wordt de omgevingsvergunning verleend.

Indien wordt voldaan aan de ‘regels die altijd gelden’ wordt de aanvraag via ambtelijke toetsing afgedaan.

De Commissie kan om advies worden gevraagd wanneer wordt afgeweken van ‘de regels die altijd gelden’ of wanneer de aanvragen betrekking hebben op zonnepanelen die gelegd worden op de zichtzijde op alle panden binnen een rijksbeschermd stads- of dorpsgezicht, want dan is er sprake van maatwerk. In maatwerksituaties toetst de Commissie of sprake is van een zorgvuldig en kwalitatief hoogwaardig ontwerp dat recht doet aan de monumentale kwaliteit van het pand en de omgeving.

Een aanvraag omgevingsvergunning wordt altijd getoetst door de Commissie als die betrekking heeft op een rijksmonument.

Benodigdheden voor een omgevingsvergunningsaanvraag

Een omgevingsvergunningaanvraag voor het plaatsen van zonnepanelen op, aan of bij beschermde monumenten of in beschermde dorpsgezichten, bevat de volgende gegevens:

  • 1.

    Situatietekening;

  • 2.

    Productinformatie van het zonnepaneel (type, kleur en afmeting);

  • 3.

    Een plattegrondtekening van het dakvlak met daarop het legplan voor de zonnepanelen. Uit de tekening moet blijken op welk dakvlak de zonnepanelen worden aangelegd en in wat voor patroon ze worden aangelegd (legplan), de afstanden tot nok, dakranden, dakvoet, knik en aanwezige dakelementen (zoals dakramen, dakkapellen, pijpjes, schoorsteen);

  • 4.

    Productinformatie waaruit blijkt hoe de zonnepanelen aan het dakvlak worden bevestigd en in welke hellingshoek ten opzichte van het dakvlak de zonnepanelen worden gelegd;

  • 5.

    Indien noodzakelijk: technische tekeningen en detailtekeningen op schaal voor te treffen constructieve voorzieningen ter versterking van de dakconstructie waar de zonnepanelen worden gesitueerd;

  • 6.

    Een onderbouwing voor de locatiekeuze van de zonnepanelen waaruit blijkt welke locaties zijn onderzocht en waarbij rekening is gehouden met de te onderzoeken voorkeurslocaties zoals genoemd onder de ‘Regels die altijd gelden’.

Evaluatie beleidsregels

Deze beleidsregels worden na 1 jaar geëvalueerd en indien nodig aangepast.

Afbeeldingen en toelichting

Bij deze beleidsregels zijn verduidelijkende afbeeldingen en een toelichting opgenomen.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van Apeldoorn op 22 augustus 2023.

de secretaris, de burgemeester,

S. de Bruin A.J.M. Heerts 

 

Afbeeldingen

 

  • 1.

    Samengesteld dak: verklaring begrippen

  •  

  • 2.

    Voorbeelden van legplannen

Hierna ziet u voorbeelden van legplannen voor verschillende dakvormen die passen binnen de regels bij een aanvraag omgevingsvergunning. Pas wanneer alternatieve dakvlakken niet geschikt of afwezig zijn, zijn panelen op de zichtzijde mogelijk.

De panelen liggen niet op de zichtzijde. Dakdoorbraken, dakramen en dakkapellen kunnen zorgen voor verminderde legmogelijkheid.

De groene pijlen bij de villa’s wijzen naar het samengesteld dakvlak (zijde van het dak dat bestaat uit meer dan een dakvorm). Op een samengesteld dakvlak aan de zichtzijde kunnen geen zonnepanelen worden gelegd.

Villa 2 heeft een tweede zichtzijde. Aan de zichtzijde moeten de panelen binnen de noklijnen blijven.

Bij het tweede en derde huis is er geen zichtzijde (het dakvlak is niet gekeerd naar openbaar toegankelijk gebied). Hier kunnen de panelen zowel worden gelegd op het bovenste als het onderste dakvlak van de mansardekap. Bij het eerste huis is er wel sprake van een zichtzijde: de panelen worden hier alleen gelegd op het bovenste dakvlak van de mansardekap.

Bij dit rijtje woningen zijn alternatieve dakvlakken afwezig. De panelen worden gelegd op de zichtzijde. Voor panelen op de zichtzijde bij repeterende woonblokken en -rijen is de eerst vergunde positie van zonnepanelen uitgangspunt voor de rest van het blok of de rij. 

Toelichting

De gemeente Apeldoorn is trots op haar monumenten en beschermde stads- en dorpsgezichten. Die kwaliteiten willen we graag behouden. Het plaatsen van zonnepanelen beïnvloedt in veel gevallen de architectuur en het aanzicht van het gebied. Daarnaast willen we bewoners van monumenten en van panden in beschermde stads- en dorpsgezichten de mogelijkheid bieden om verduurzamingsmaatregelen te treffen. Met deze beleidsregels sluiten we aan op de maatschappelijke opgave zonder de beeldkwaliteit uit het oog te verliezen.

Het aanbrengen van zonnepanelen op rijksmonumenten en in rijksbeschermde stads- en dorpsgezichten is op grond van landelijke wetgeving omgevingsvergunningplichtig. Zonnepanelen in rijksbeschermde stads- en dorpsgezichten op hellende achterdakvlakken, die niet zijn gekeerd naar het openbaar toegankelijk gebied, zijn vergunningvrij. Voor gemeentelijke monumenten is het plaatsen van zonnepanelen vergunningplichting op grond van de huidige Monumentenverordening 2012 en de rechtsopvolger Erfgoedverordening 2023.

Al geruime tijd verlenen wij in Apeldoorn vergunningen voor het plaatsen van zonnepanelen. De Welstandsnota is daarbij het kader waaraan wordt getoetst. Daarin wordt op pagina 39 aangegeven:

“Of het mogelijk is zonnepanelen of -collectoren te plaatsen, verschilt per geval. Een en ander hangt bijvoorbeeld af van het uiterlijk, de zichtbaarheid en eenduidige plaatsing. Verder speelt mee in hoeverre het geplaatst kan worden zonder schade aan te brengen aan het monument (reversibiliteit)”.

De beleidsregels Zonnepanelen op monumenten en in beschermde gezichten vormen nadere uitvoeringsregels op deze Welstandsnota. Daarbij is aansluiting gezocht bij de advieslijn van de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed van 2020, waarin wordt gesteld dat plaatsing in het zicht onder voorwaarden mogelijk is als andere dakvlakken ongeschikt of afwezig zijn.

Met de beleidsregels ontstaat meer zekerheid en duidelijkheid over de wijze waarop zonnepanelen op monumenten en in rijksbeschermde gezichten kunnen worden gelegd. Ter verduidelijking zijn afbeeldingen opgenomen met voorbeelden van legplannen voor verschillende dakvormen die passen binnen de regels.

Regels die altijd gelden

Voor het plaatsen van zonnepanelen in beschermde gezichten en op monumenten zijn er regels die altijd gelden. Deze uitgangspunten, die in de praktijk al werden toegepast bij het toetsen van aanvragen omgevingsvergunningen en met deze beleidsregels formeel zijn vastgelegd, zorgen voor een eenduidige plaatsing. De aanwezigheid van een dakdoorvoer, dakraam of dakkapel kan zorgen voor verminderde legmogelijkheden. Toepassing van passtukken in dezelfde kleur en structuur als de panelen, maken echter een groter aaneengesloten dakvlak mogelijk.

Om de beschermde monumenten en gezichten zo goed mogelijk in stand te houden moet eerst worden gekeken naar de mogelijkheid tot het plaatsen van zonnepanelen uit het zicht van de openbare ruimte. Wanneer de genoemde voorkeurslocaties op basis van bouwkundige aspecten en vanwege de ligging op noorden, noordwesten of noordoosten niet mogelijk of geschikt zijn, wordt het voordakvlak aan de zichtzijde, gekeerd naar openbaar toegankelijk gebied mogelijk. Er is geen maximum aan het aantal te leggen zonnepanelen. Wel stellen we dat de energieopwekking op het (monumentale) in relatie moet staan tot de eigen behoefte aan energiegebruik, met de mogelijkheid van teruglevering aan het net van het teveel dat wordt opgewekt maar op dat moment niet wordt verbruikt. Het kappen van bomen om de bezonning te verbeteren is geen optie.

Aanvullende regels voor het plaatsen van zonnepanelen aan de zichtzijde

Deze regels vormen een aanvulling op de ‘regels die altijd gelden’ voor panelen die worden geplaatst op dakvlakken aan de zichtzijde, dit is het gedeelte van een gebouw dat is gekeerd naar openbaar toegankelijk gebied.

Beoordeling van de aanvraag

Wanneer na toetsing aan de regels wordt voldaan, dan wordt de omgevingsvergunning verleend.

Om efficiënter te werken worden de aanvragen omgevingsvergunningen die voldoen aan de ‘regels die altijd gelden’ ambtelijk afgedaan. Dat wil zeggen dat de gemandateerde ambtenaar zowel het welstands- als het monumentenadvies geeft.

In gevallen dat wordt afgeweken van deze regels of bij aanvragen die betrekking hebben op zonnepanelen die gelegd worden op de zichtzijde op alle panden binnen een rijksbeschermd stads- of dorpsgezicht, kan de Commissie om advies worden gevraagd. De Commissie toetst altijd alle aanvragen die betrekking hebben op rijksmonumenten.

Naar boven