Burgemeester en wethouders van de gemeente Nuenen zijn voornemens om De Luistruik aan te wijzen als ondergrondse inzamelvoorziening voor huishoudelijk restafval, overeenkomstig de bij dit ontwerp-aanwijzingsbesluit behorende situatietekening, voor de bewoners van plan De Luistruik.
Gelet op:
artikel 10.26 van de Wet milieubeheer, waarin is bepaald dat gemeenten in het belang van de doelmatigheid, huishoudelijke afvalstoffen mogen inzamelen nabij elk perceel;
artikel 7 en 8 van de Afvalstoffenverordening gemeente Nuenen 2016, op grond waarvan het college van burgemeester en wethouders aan kan wijzen via welk(e) al dan niet van gemeentewege verstrekt inzamelmiddel of via welke inzamelvoorziening de inzameling van een bepaalde categorie huishoudelijke afvalstoffen ten behoeve van de gebruiker van een perceel plaatsvindt;
afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), waarin de uniforme openbare voorbereidings- procedure is opgenomen, welke procedure van toepassing is op dit besluit;
de Plaatsingsrichtlijnen ondergrondse containers gemeente Nuenen, d.d. 22 maart 2021.
Overwegende dat:
bij het bepalen van de locaties van de ondergrondse containers is getoetst op beperking van overlast voor de omgeving, bereikbaarheid van de containers voor bewoners en inzamelvoertuigen, de ligging van de kabels en leidingen, aanwezigheid van parkeerplaatsen, verkeersveiligheid en aanwezigheid van bomen;
dit ontwerp-aanwijzingsbesluit alleen betrekking heeft op de 3 ondergrondse containers die geplaatst gaan worden in De Luistruik, zoals aangeduid op de bij dit ontwerp-aanwijzingsbesluit behorende situatietekening;
van deze locatie gaan in eerste instantie gebruik maken: alle woningen in de Repelakker, Achterste Akker en Hoge Akker en omgeving. In de toekomst is het mogelijk om nog meer adressen gebruik te laten maken voor de ondergrondse containers;
belanghebbenden de gelegenheid hebben om tegen het ontwerp-aanwijzingsbesluit van de ondergrondse containers, ingevolge afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht, gedurende 6 weken schriftelijk hun zienswijzen in te dienen.