Gemeenteblad van Alphen-Chaam
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Alphen-Chaam | Gemeenteblad 2023, 35825 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Alphen-Chaam | Gemeenteblad 2023, 35825 | beleidsregel |
Beleidsregels bijzondere bijstand gemeente Alphen-Chaam (januari 2023)
Paragraaf 1: Inleiding bijzondere bijstand
Bijzondere bijstand wordt verstrekt, indien bijzondere omstandigheden in een individueel geval leiden tot noodzakelijke kosten waarin de algemene bijstand niet voorziet en waarvoor men zelf onvoldoende draagkracht heeft.
Het beoordelen van het recht op bijzondere bijstand is een kwestie van maatwerk. Het individualiseringsprincipe, zoals verwoord in artikel 18 Participatiewet, is onverkort van toepassing. Dit houdt in dat burgemeester en wethouders de bijstand en de daaraan verbonden verplichtingen dienen af te stemmen op de omstandigheden, mogelijkheden en middelen van de betrokken persoon en/of het gezin. De bijzondere situatie waarin belanghebbende verkeert, is dus het uitgangspunt bij de bijzondere bijstandsverlening.
Toetsingskader aanvraag bijzondere bijstand
Hoewel maatwerk dus het uitgangspunt is, dient het college ingevolge artikel 35 van de Participatiewet een dwingende volgorde aan te houden bij de beoordeling van een aanvraag om bijzondere bijstand:
Is er een voorliggende voorziening1?
Bovenstaand toetsingskader blijkt in sommige gevallen onvoldoende houvast te geven. Met name de begrippen “noodzakelijkheid” en “bijzondere omstandigheden” leiden soms tot onduidelijkheid en zijn voor velerlei uitleg vatbaar. Om die reden zijn er gemeentelijke beleidsregels opgesteld die aanvullend gelden op bovenstaande bepalingen van de Participatiewet. Als ook de beleidsregels onvoldoende houvast geven, dan wordt Grip Op Participatiewet geraadpleegd.
De richtbedragen voor de diverse vormen van bijzondere bijstand zijn opgenomen in het Handboek Participatiewet van Schulinck. Uitgangspunt zijn de bedragen genoemd in de NIBUD-Prijzengids.
Artikel 1 – Draagkrachtperiode
In overige situaties (behoudens lid 3 van dit artikel) wordt de draagkracht in het inkomen vastgesteld over een periode van 12 maanden, te rekenen vanaf de eerste dag van de maand waarop de aangevraagde kosten betrekking hebben. De draagkracht die is vastgesteld per maand, wordt toegerekend naar een periode van 12 maanden.
Indien de aanvrager(s) (beiden) de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt en er geen draagkracht in inkomen en vermogen is vastgesteld, dan geldt dit ontbreken van draagkracht voor een periode van 36 maanden, te rekenen vanaf de eerste dag van de maand waarop de aangevraagde kosten betrekking hebben.
In het geval van periodieke kosten wordt de (resterende) draagkracht toegerekend aan de toekenningsperiode van de periodieke bijstand en vervolgens omgerekend naar draagkracht per toekenningsmaand. De periodieke kosten worden in mindering gebracht op de draagkracht per toekenningsmaand. Bijzondere bijstand wordt toegekend indien de draagkracht in die maand is opgesoupeerd.
Indien het inkomen tijdens de draagkrachtperiode daalt tot onder 110% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm, dan wordt de draagkracht in het inkomen opnieuw vastgesteld over een periode van 12 maanden (of 36 maanden conform lid 3), te rekenen vanaf de eerste dag waarop de daling van inkomen ingaat. Een toename van het inkomen tijdens de draagkrachtperiode leidt niet tot herbeoordeling van de draagkracht.
Artikel 2 – Toekenningsperiode
In beginsel wordt de bijzondere bijstand voor de periode van maximaal één jaar toegekend. Tenzij vooraf duidelijk is dat de noodzaak van de kosten zich langer dan één jaar voordoet en belanghebbende bovendien algemene bijstand ontvangt. Toekenningsperiode wordt dan afhankelijk gemaakt van ontvangst algemene bijstand.
Paragraaf 3: Duurzame gebruiksgoederen
Artikel 6 – Duurzame gebruiksgoederen
Indien de aanvrager minder dan drie jaar een inkomen op bijstandsniveau heeft, verlenen we in principe geen bijzondere bijstand voor duurzame gebruiksgoederen, omdat er vanuit wordt gegaan dat men hiervoor reserveert. Indien toch bijzondere bijstand wordt verstrekt is dit alleen voor noodzakelijke duurzame gebruiksgoederen en gebeurt dit in de vorm van een geldlening, met inachtneming van de navolgende bepalingen:
Indien tenminste gedurende 36 maandelijkse termijnen volledig aan de aflossingsverplichtingen is voldaan, kan het resterende bedrag van de lening worden omgezet in bijstand om niet. Indien de verstrekking van de geldlening het gevolg is van een tekortschietend besef van verantwoordelijkheid in de voorziening van het bestaan, dient de aflossingsduur tenminste 48 maanden te bedragen.
Bij toekenning van bijzondere bijstand voor duurzame gebruiksgoederen maken we gebruik van de Nibud-richtprijzen. In het geval dat aanvrager bij noodzakelijke duurzame gebruiksgoederen (zie Bijlage) kiest voor een energiezuinig apparaat (A of B label) en de NIBUD-richtprijs is onvoldoende, dan kan tot 20% bovenop de NIBUD richtprijs worden vergoed.
Indien de aanvrager aangeeft dat zijn noodzakelijke gebruiksgoed niet meer functioneert kan een monteur langs gestuurd worden om vast te laten stellen of het duurzame gebruiksgoed nog gerepareerd kan worden. Als er voorrijkosten en/of reparatiekosten in rekening worden gebracht, komen deze in aanmerking voor bijzondere bijstand.
Als op basis van artikel 35 van Participatiewet sprake is van bijzondere omstandigheden, dan hanteren wij als uitgangspunten voor de vergoeding van reiskosten:
Indien reizen met openbaar vervoer niet mogelijk is of als het goedkoper is om met de auto te reizen, bedraagt de vergoeding het kilometerbedrag vastgesteld door de Belastingdienst. Indien de vergoeding wordt aangevraagd voor meerdere personen die met dezelfde auto reizen, bedraagt de vergoeding ook het vastgestelde bedrag door de Belastingdienst.
Artikel 12 – Reiskosten schoolgaande kinderen
Voor bovenlokale reiskosten vanwege schoolbezoek aan voortgezet onderwijs, kan bijzondere bijstand worden verleend, als vanwege bijzondere omstandigheden schoolbezoek met de fiets niet mogelijk is. Het gaat hier om kosten voor openbaar vervoer vanaf de dichtstbijzijnde bushalte naar de bushalte bij de school.
Artikel 14 – Griffiegeld en eigen bijdrage rechtsbijstand
De kosten van de eigen bijdrage rechtsbijstand en griffiegeld en andere bijkomende kosten in de procedure worden noodzakelijk geacht om ook voor burgers met een minimuminkomen de mogelijkheid van de rechtsgang te garanderen. De noodzaak wordt ontleend aan het feit dat de Raad voor de Rechtsbijstand een advocaat heeft toegevoegd.
Artikel 16 – Kosten van personen die in een inrichting verblijven
Indien er spraken is van noodzakelijke kosten, zoals huisvesting en aanverwante kosten, kan bijzondere bijstand worden verstrekt aan personen die in een inrichting verblijven.
Artikel 17 – Inrichtingskosten
Indien de aanvrager minder dan drie jaar een inkomen op bijstandsniveau heeft, verlenen we in principe geen bijzondere bijstand voor inrichtingskosten, omdat er vanuit wordt gegaan dat men hiervoor reserveert. Indien toch bijzondere bijstand wordt verstrekt is dit alleen voor noodzakelijke duurzame gebruiksgoederen en gebeurt dit in de vorm van een geldlening, met inachtneming van de navolgende bepalingen:
Indien tenminste gedurende 36 maandelijkse termijnen volledig aan de aflossingsverplichtingen is voldaan, kan het resterende bedrag van de lening worden omgezet in bijstand om niet. Indien de verstrekking van de geldlening het gevolg is van een tekortschietend besef van verantwoordelijkheid in de voorziening van het bestaan, dient de aflossingsduur tenminste 48 maanden te bedragen.
De bijzondere bijstand wordt als een gift verstrekt, tenzij er sprake is van tekortschietend besef voor de voorziening in het bestaan. In dat geval wordt de bijzondere bijstand op grond van artikel 48 lid 2 onderdeel b Pw in de vorm van een lening verstrekt voor de noodzakelijke kostensoorten, met inachtneming van lid 5.
Bijzondere bijstand voor een computer wordt in de volgende gevallen in de vorm van een gift verstrekt als wordt voldaan aan de voorwaarden van lid 1:
Als er sprake is van overgang naar het voortgezet onderwijs2.
Artikel 24 – Personenalarmering
De eigen bijdrage die de zorgverzekeraar in rekening brengt en de abonnementskosten van dit alarm komen in aanmerking voor bijzondere bijstand. De noodzaak van deze kosten blijkt uit de vergoeding van het alarm door de Zorgverzekeringswet.
Artikel 27 – Aanvraagformulier bijzondere bijstand
Het indienen van een aanvraag bijzondere bijstand is mogelijk middels een door de gemeente beschikbaar gesteld aanvraagformulier.
Artikel 28 – Onvoorziene omstandigheden en hardheidsclausule
In bijzondere gevallen kan worden afgeweken van de bepalingen in deze beleidsregels, als toepassing daarvan tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-35825.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.