Gemeentelijk toezicht op het primair onderwijs

De raad van de gemeente Venlo;

gelezen het voorstel van het college van 11-04-2023, registratienummer 7370;

gelet op bepalingen van de Wet gemeenschappelijke regelingen en de Wet op het primair onderwijs; overwegende dat de raden van de gemeenten Beesel, Horst aan de Maas, Maasbree, Sevenum en Venlo besloten hebben het openbaar basisonderwijs met ingang van 1 augustus 2003 te verzelfstandigen middels oprichting van de openbare stichting “Stichting “Akkoord!” primair openbaar”; gelet op de omstandigheid dat de stichting “Stichting “Akkoord!” haar toezichtmodel wijzigt van een one tier model naar een two tier model met een raad van toezicht; overwegende dat dit leidt tot een wijziging van de bevoegdheden van de voornoemde gemeenteraden als externe toezichthouders; overwegende dat daarnaast de inwerkingtreding van de Wet elektronische publicaties en van een wijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen vragen om wijzigingen; overwegende dat het daarom gewenst is om de Regeling toezicht op het openbaar primair onderwijs te wijzigen; verder overwegende dat de gemeente Leudal heeft verzocht om toe te mogen treden tot het gemeenschappelijk orgaan, omdat een openbare school in de gemeente Leudal is overgenomen door de Stichting Akkoord!;

 

besluit:

tot vaststelling van de navolgende tweede wijziging van de Regeling toezicht op het openbaar primair onderwijs en tot toetreding van de gemeente Leudal tot de gewijzigde regeling:

Artikel 1  

Artikel 3 van de regeling inzake taken en bevoegdheden wordt gewijzigd, zodat dit artikel als volgt komt te luiden;

  • 1.

    Het gemeenschappelijk orgaan heeft tot taak extern toezicht uit te oefenen op de stichting, zoals bedoeld wordt in artikel 48 van de Wet op het primair onderwijs, en zoals bedoeld wordt in de statuten van de stichting.

  • 2.

    Ten behoeve van dit toezicht zijn aan het gemeenschappelijk orgaan de volgende bevoegdheden toegekend:

    • a.

      het (her)benoemen van de leden van de raad van toezicht van de stichting;

    • b.

      het schorsen of ontslaan van een lid van de raad van toezicht van de stichting;

    • c.

      het aanwijzen van een persoon die de taken van het college van bestuur waarneemt in het geval van ontstentenis of belet van alle leden van het college van bestuur of van het enige (overgebleven) lid van het college van bestuur indien de raad van toezicht niet binnen zes weken tot een zodanige aanwijzing is overgegaan;

    • d.

      het aanwijzen van een persoon die de taken van de raad van toezicht waarneemt in het geval van ontstentenis of belet van alle leden van de raad van toezicht;

    • e.

      het nemen van de nodig geachte maatregelen om de continuïteit van het onderwijsproces te waarborgen indien voor 1 februari van het jaar waarvoor een begroting geldt, de begroting niet is goedgekeurd;

    • f.

      het al dan niet goedkeuren van een wijziging van de statuten van de stichting;

    • g.

      het al dan niet goedkeuren van het ontbinden van de stichting;

    • h.

      het hernieuwd in stand houden van de scho(o)l(en) waarvan de instandhouding aan de stichting was overgedragen of het overdragen daarvan aan een andere rechtspersoon die tot instandhouding van een openbare school bevoegd is;

    • i.

      het zich vanuit de wettelijke taak en verantwoordelijkheden voor het openbaar onderwijs van de gemeenteraad wenden tot het college van bestuur van de stichting;

    • j.

      het in geval van ernstige taakverwaarlozing door het college van bestuur of het functioneren van het college van bestuur in strijd met de Wet op het primair onderwijs, nemen van maatregelen om de continuïteit van het onderwijsproces te waarborgen en het zelf voorzien in het bestuur van de scholen en zo nodig het ontbinden van de stichting;

    • k.

      het de raad van toezicht in de gelegenheid stellen, om alvorens wordt overgegaan tot maatregelen als bedoeld in de vorige sub, in overleg te treden en de mogelijkheden te verkennen en uit te voeren die noodzakelijk zijn om de gerezen bezwaren tegen het door het college van bestuur gevoerde beleid of het functioneren van het college van bestuur op andere wijze weg te nemen.

Artikel 2

In artikel 6 lid 2 van de regeling wordt het woord “drie” vervangen door het woord “vier”, nu er sprake is van zeven deelnemers en een meerderheid hier wenselijk is, waardoor dit lid als volgt komt te luiden:

Een vergadering vindt geen doorgang indien niet ten minste vier van het aantal zitting hebbende leden aanwezig is.

Artikel 3  

Artikel 7 lid 1 van de regeling wordt aangepast in verband met de actieve informatieplicht en komt als volgt te luiden:

De leden van het gemeenschappelijk orgaan geven de gemeenteraad die hen heeft aangewezen ongevraagd schriftelijk alle inlichtingen die de gemeenteraden nodig hebben voor de uitoefening van hun taken.

Artikel 4  

In de regeling wordt een artikel 7a ingevoegd in verband met de evaluatie verplichting dat als volgt komt te luiden:

De werking van de regeling zal geëvalueerd worden indien het gemeenschappelijk orgaan daartoe besluit. Het gemeenschappelijk orgaan zal dan een onderzoeksvoorstel aan de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten voorleggen.

Artikel 5  

De verwijzingen in artikel 11 lid 3 van de regeling moeten aangepast worden aan de situatie met een raad van toezicht, waardoor dit lid als volgt komt te luiden: Uittreding kan niet eerder geschieden dan één jaar na toezending van het in het eerste lid bedoelde besluit en met inachtneming van de periode van vijf jaar na de datum van oprichting of toetreding als bedoeld in artikel 48, lid 12, sub e, van de Wet op het primair onderwijs.

Artikel 6

In verband met de inwerkingtreding van de Wet elektronische publicaties:

  • 1.

    komen de artikelen 13 en 14 lid 3 van de regeling inzake de toezendplicht aan gedeputeerde staten van de provincie Limburg te vervallen.

  • 2.

    wordt artikel 14 lid 2 aangepast en komt als volgt te luiden: Het gemeentebestuur van de gemeente Venlo maakt de regeling in alle deelnemende gemeenten bekend in het door dat gemeentebestuur uitgegeven gemeenteblad.

Artikel 7  

Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand volgend op die waarin de gemeenteraden van alle deelnemende gemeenten een eensluidend besluit hebben genomen.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 25 mei 2023.

De griffier, De voorzitter

Geert van Soest, Antoin Scholten

Naar boven