Gemeenteblad van Maastricht
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Maastricht | Gemeenteblad 2023, 296458 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Maastricht | Gemeenteblad 2023, 296458 | beleidsregel |
Beleidsregels Wet aanpak woonoverlast Maastricht
De burgemeester van Maastricht:
dat ernstige en herhaaldelijke overlast in, vanuit en rond woningen een ernstige inbreuk vormt op de leefbaarheid van een wijk en een negatieve invloed heeft op de veiligheidsgevoelens van bewoners;
dat het noodzakelijk wordt geacht dat deze overlast in, vanuit en rond woningen wordt bestreden, en daarom hiertegen optreedt;
dat de aanpak van woonoverlast alleen succesvol kan zijn als er een brede en intensieve samenwerking is tussen diverse partijen, waaronder de gemeente, hulpverlening, buurtbemiddeling, de politie, de woningcorporaties en zo mogelijk ook particuliere pandeigenaren;
dat ingevolge artikel 151d, eerste lid van de Gemeentewet de raad bij verordening kan bepalen dat degene die een woning of een bij die woning behorend erf gebruikt of tegen betaling in gebruik geeft er zorg voor draagt dat door gedragingen in of vanuit die woning of dat erf of in de onmiddellijke nabijheid van die woning of dat erf geen ernstige en herhaaldelijke hinder voor omwonenden wordt veroorzaakt;
dat de burgemeester bij overtreding van artikel 151d, eerste lid Gemeentewet bevoegd is om een last onder bestuursdwang op te leggen en dat uit de Algemene wet bestuursrecht volgt dat in een dergelijk geval tevens een last onder dwangsom kan worden opgelegd;
dat de burgemeester ingevolge artikel 151d, tweede lid van de Gemeentewet deze bevoegdheid uitoefent met inachtneming van hetgeen daaromtrent door de raad in de verordening is bepaald en slechts indien de ernstige en herhaaldelijke hinder redelijkerwijs niet op een andere geschikte wijze kan worden tegengegaan;
dat artikel 151d, eerste lid van de Gemeentewet een extra bestuursrechtelijk middel toevoegt aan de mogelijkheden om woonoverlast te bestrijden in zowel koop- als huurwoningen;
dat de raad van de gemeente Maastricht artikel 151d Gemeentewet in de lokale regelgeving heeft geïmplementeerd via het opnemen van artikel 2.12.1 in de Algemene Plaatselijke Verordening Maastricht (hierna: APV);
dat ingevolge artikel 2.12.1 eerste lid APV degene die een woning of een bij die woning behorend erf gebruikt, of tegen betaling in gebruik geeft ervoor zorg draagt dat door gedragingen in of vanuit die woning of dat erf of in de onmiddellijke nabijheid van die woning of dat erf geen ernstige en herhaaldelijke hinder voor omwonenden wordt veroorzaakt (zorgplicht);
dat de burgemeester ingevolge artikel 2.12.1, tweede lid APV door middel van het opleggen van een last onder dwangsom of onder bestuursdwang aanwijzingen kan geven over wat de overtreder dient te doen of na te laten om verdere schending te voorkomen (gedragsaanwijzing);
dat deze last ingevolge artikel 2.12.1, derde lid APV in ieder geval wordt opgelegd bij ernstige en herhaaldelijke:
dat in artikel 2.12.1 tweede lid APV de verplichting is opgenomen om beleidsregels te formuleren;
dat deze beleidsregels inzichtelijk maken in welke gevallen en onder welke voorwaarden de burgemeester toepassing kan geven aan diens discretionaire bevoegdheid tot het geven van een gedragsaanwijzing;
gelet op het bepaalde in artikel 151d Gemeentewet en artikel 2.12.1 APV:
Als fundamenteel uitgangspunt geldt dat de burgemeester toepassing van het instrument van de gedragsaanwijzing pas in overweging neemt als vaststaat dat sprake is van overlast die ernstig en herhaaldelijk is, terwijl gebleken is of anderszins vaststaat dat deze niet op een andere manier kan worden tegengegaan. Dit uitgangspunt is gebaseerd op het “ultimum remedium”-beginsel dat door de wetgever is vastgelegd in artikel 151d (eerste en tweede lid) van de Gemeentewet en houdt dus in dat het gaat om het “uiterste middel”.
Van ernstige overlast kan pas sprake zijn indien die overlast een zodanige inbreuk maakt op het woongenot van omwonenden dat daarmee de leefbaarheid wordt ontwricht. Bepalend bij de beoordeling hiervan is niet de subjectieve beleving van belanghebbende(n) maar hetgeen naar objectieve maatstaven als ernstige overlast kan worden aangemerkt. Dit wordt vastgesteld aan de hand van een rapportage van de politie of een gemeentelijk toezichthouder c.q. opsporingsambtenaar.
Van herhaaldelijke overlast kan pas sprake zijn indien die overlast bij herhaling plaatsvindt of een voortdurend karakter heeft en niet kan worden aangenomen dat deze op korte termijn zal stoppen. Een gedragsaanwijzing kan alleen worden opgelegd als de gedragingen die hinder veroorzaken komen uit een woning en/of erf of in de directe nabijheid daarvan.
Bij de oplegging van een dwangsom wordt de hoogte daarvan gerelateerd aan de specifieke situatie. In beginsel wordt er gewerkt met een standaardbedrag van € 500,- per overtreding, waarbij een cumulatief maximum geldt van € 3000,- voor de gebruiker. Er wordt gewerkt met een standaardbedrag van € 2000,- per overtreding, waarbij een cumulatief maximum geldt van € 12.000,- voor de verhuurder. Van het standaardbedrag kan afgeweken worden als maatwerk verlangd wordt.
Van deze regel wijkt de burgemeester af indien op voorhand vaststaat dat geen (andere) gedragsaanwijzing kan worden gegeven die voldoende effect sorteert en de burgemeester van oordeel is dat een tijdelijk huisverbod het enige middel is om aan de ernstige en herhaaldelijke woonoverlast een einde te maken
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-296458.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.