Gemeenteblad van Papendrecht
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Papendrecht | Gemeenteblad 2023, 282370 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Papendrecht | Gemeenteblad 2023, 282370 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Huisvestingverordening gemeente Papendrecht 2023
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
PUV (Platform Uitvoering Voorrangsregeling): overlegorgaan voor toedeling van voorrangskandidaten aan woningcorporaties. In het PUV zijn vertegenwoordigd: de woningcorporaties, de ambtenaar die door het college van burgemeester en wethouders gemandateerd kan worden te beslissen op aanvragen voor voorrang, de Dienst Gezondheid & Jeugd Zuid-Holland zuid / Specialistisch Team Wonen (DG&J Specialistisch Team Wonen) en de Sociale Dienst Drechtsteden;
standplaatszoekende: degene die is ingeschreven op de wachtlijst genoemd in artikel 2.2.3 van de verordening en aantoonbaar deel uitmaakt van een culturele groep waarbij de woonwagen onderdeel is van de culturele identiteit. Daartoe worden gerekend Roma, Sinti, reizigers en circus- en kermisfamilies met een woonwagenverleden.
Paragraaf 2.1 Voorrangsregeling bij woningtoewijzing
Artikel 2.1.2 Toegang tot de voorrangsregeling
Het college kan een voorrangsverklaring verstrekken indien voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Voor een voorrangsregeling komen in aanmerking de woningzoekenden die:
beschikken over zelfstandige woonruimte in de regio, met uitzondering van de categorieën woningzoekenden zoals genoemd in artikel 2.1.1 lid 2 onder b en f. Voor woningzoekenden zoals genoemd in artikel 2.1.1 lid 2 onder e geldt dat zij vóór hun opname in een instelling over zelfstandige woonruimte in de regio hebben beschikt met uitzondering van jongeren tot 27 jaar of indien terugkeer naar de plaats van herkomst aantoonbaar tot een (levens)bedreigende situatie leidt.
Artikel 2.1.4 Beoordeling van een aanvraag voorrangsverklaring
Bij de beoordeling van een aanvraag voor een voorrangsverklaring kan het college zich laten adviseren door een door het college aan te wijzen instantie.
Artikel 2.1.5 Weigeringsgronden voorrangsverklaring
De voorrangsverklaring wordt geweigerd in de volgende gevallen:
Artikel 2.1.6 Eigen initiatieven
Een woningzoekende kan pas een beroep doen op de voorrangsregeling nadat hij, zodra het huisvestingsprobleem zich openbaarde, aantoonbaar zelf al het mogelijke heeft gedaan om daar een oplossing voor te vinden. De woningzoekende dient daarvoor:
aan te tonen dat hij gedurende acht achtereenvolgende weken zonder resultaat meegedongen heeft naar iedere woning die via de woonruimteverdelingssystemen in de regio is aangeboden, voor zover die woning een bij zijn omstandigheden passende oplossing kon bieden of zou kunnen bieden voor zijn huisvestingsprobleem, of
Artikel 2.1.8 Voorrangsgrond: mantelzorg
Artikel 2.1.9 Voorrangsgrond: sociale indicatie
De woningzoekende, of een lid van zijn huishouden, komt op sociale indicatie in aanmerking voor een voorrangsverklaring, indien hij een probleem heeft van sociale en/of maatschappelijke aard dat past binnen de criteria genoemd in lid 5 onder a, b of c van dit artikel en waardoor de huidige zelfstandige woning niet langer geschikt is.
Artikel 2.1.10 Voorrangsgrond: dakloos buiten schuld door calamiteiten
Indien een woning als gevolg van een calamiteit onbewoonbaar is geworden en niet hersteld kan worden, ontstaat er een directe noodzaak tot herhuisvesting van de dakloos geworden bewoner(s). . Het college stelt vast of en in hoeverre de woning nog bewoonbaar is. Indien de woning niet meer te bewonen is, wordt/ worden de dakloos geworden bewoner(s) geherhuisvest indien niet via een verzekering huisvesting elders kan worden verkregen.
Artikel 2.1.11 Voorrangsgrond: verlaten instelling
Artikel 2.1.12 Voorrangsgrond: herstructurering
Bewoners die gedwongen zijn hun huurwoning voorgoed te verlaten in verband met een concreet herstructureringsplan of een plan om verstrekkende maatregelen te treffen, dat is opgenomen in de prestatieafspraken voor een bepaald jaar, komen in aanmerking voor voorrang op basis van herstructurering bij de toewijzing van een woning.
Artikel 2.1.13 Voorrangsgrond: sloop
De bewoner van een huurwoning die gesloopt wordt komt in aanmerking voor voorrang bij de toewijzing van een huurwoning die in het bezit is van de woningcorporatie van wie hij de te slopen woning huurt op het moment dat een vergunning voor sloop is verstrekt.
Artikel 2.1.14 Voorrangsgrond: vergunninghouders
Een vergunninghouder komt in aanmerking voor een voorrangsverklaring indien de aanvraag voortvloeit uit de taakstelling die de gemeente is opgelegd op grond van de artikelen 28, 29 en 30 van de Huisvestingswet 2014.
Artikel 2.1.15 Voorrangsgrond: beschikbaar krijgen zeer schaarse woningen
Een woningzoekende die bij verhuizing een sociale huurwoning achterlaat, die vanwege de omvang en/of uitrusting zeer schaars is en tegelijk gewenst is voor de huisvesting van urgent woningzoekenden, kan voorrang worden toegekend om de betreffende woningen voor verhuur beschikbaar te krijgen.
Artikel 2.1.16 Inhoud van de voorrangsverklaring
Het college vermeldt in een voorrangsverklaring de volgende zaken:
Artikel 2.1.18 Wijziging, intrekking, verlenging, vervallen voorrangsverklaring
Artikel 2.1.19 Huisvesten zorg-doelgroepen middels contingentafspraken
Het college maakt periodiek contingent-afspraken, met onder andere de woningcorporaties, over de hoeveelheid van de voor verhuur vrijkomende woonruimte, die in het kader van de uitstroom uit instellingen voor maatschappelijke opvang, residentiële instellingen voor verslavingszorg, geestelijke gezondheidszorg, Jeugdzorg (met verblijf) en de huisvesting van ex-gedetineerden en van zorg-doelgroepen die geen aanspraak kunnen maken op de voorrangsregeling, gericht wordt toegewezen.
Paragraaf 2.2 Woonwagenstandplaatsen
Het is verboden zonder toewijzing van het college met een woonwagen een standplaats als aangewezen in artikel 2.2.1 in te nemen of bezet te houden.
Artikel 2.2.3 Wachtlijst van standplaatszoekenden
Het college registreert degenen die hen daarom overeenkomstig artikel 2.2.4 verzoekt op een wachtlijst van standplaatszoekenden, op volgorde van de datum van inschrijving.
Een ieder kan met gebruikmaking van een door Burgemeester en Wethouders beschikbaar te stellen aanvraagformulier verzoeken om te worden ingeschreven op de in artikel 2.2.3 genoemde wachtlijst. Op of bij het aanvraagformulier geeft het college aan welke gegevens de aanvrager moet verstrekken en welke bewijsstukken hij moet overleggen. Om te kunnen worden ingeschreven op de wachtlijst gelden de voorwaarden genoemd in artikel 2.2.5. Als datum van inschrijving geldt de datum van ontvangst van het aanvraagformulier. Indien meerdere aanvragen op dezelfde dag worden ontvangen, dan wordt de rangschikking ten aanzien van deze aanvragen bepaald door loting. Het college verstrekt de als standplaatszoekende ingeschrevene een bewijs van inschrijving.
Artikel 2.2.5 Voorwaarden voor inschrijving
Inschrijving op de wachtlijst genoemd in artikel 2.2.3 vindt plaats indien de aanvrager:
Artikel 2.2.6 Vervallen van de inschrijving
De inschrijving als standplaatszoekende op de wachtlijst als bedoeld in artikel 2.2.3 vervalt, indien de standplaatszoekende:
Artikel 2.2.7 Toewijzing van standplaatsen
Het college wijst een standplaats toe aan een standplaatszoekende die staat ingeschreven op de in artikel 2.2.3 genoemde wachtlijst. Het college legt in beleidsregels vast welke uitgangspunten worden gehanteerd bij de toewijzing van standplaatsen.
Artikel 3.3 Gevallen waarin de verhuurvergunning opkoopbescherming moet worden verleend
In de gevallen, genoemd in artikel 41, derde lid, onder a en b, van de wet, wordt de persoon aan wie de beschermde woonruimte wordt verhuurd en die de huurder is op grond van wiens hoedanigheid er recht is op de vergunning, in de vergunning genoemd. De vergunning vervalt zodra deze huurder niet de huurder is die in de beschermde woonruimte verblijft.
Artikel 3.4 Gevallen waarin de verhuurvergunning opkoopbescherming kan worden verleend
Als artikel 43, eerste lid, van de Huisvestingswet 2014 wet niet van toepassing is, kan de verhuurvergunning opkoopbescherming in elk geval worden verleend:
in geval een vergunning is verleend voor het omzetten van zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimte zoals bedoeld in de Reparatie Beheersverordening Papendrecht en/of een exploitatievergunning voor het exploiteren van een kamerverhuurbedrijf op grond van de Algemene plaatselijke verordening (Apv) is verleend. Indien de Reparatie Beheersverordening Papendrecht en de Apv worden gewijzigd of opgevolgd door nieuwe wetgeving, dan wordt rekening gehouden hun rechtsopvolgers;
Artikel 3.5 Intrekken van de verhuurvergunning opkoopbescherming
Behalve op grond van artikel 44, eerste lid, van de Huisvestingswet, kan een verhuurvergunning opkoopbescherming in elk geval ook worden ingetrokken als blijkt dat de vergunning is verstrekt op grond van onjuiste of onvolledige gegevens.
Hoofdstuk 4 Verdere bepalingen.
Degene die handelt in strijd met het bepaalde in artikel 2.2.2. of artikel 3.1 wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie. De genoemde strafbaar gestelde feiten zijn overtredingen.
De opsporing van de in artikel 4.1 strafbaar gestelde feiten is, behalve aan de in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering genoemde opsporingsambtenaren en de in artikel 75, lid 2 van de wet aangewezen ambtenaren opgedragen aan hen die door het college met het toezicht op de naleving zijn belast, voor zover zij tevens buitengewoon opsporingsambtenaar zijn.
Het college beslist naar eigen, redelijk oordeel in gevallen waarin deze verordening niet voorziet en in gevallen waarin de toepassing van de verordening leidt tot onbillijkheden van overwegende aard.
Artikel 4.4 Overleg bij wijziging
Bij de voorbereiding van een besluit tot wijziging van deze verordening overlegt het college met de in de gemeente werkzame, ingevolge artikel 19 eerste lid, van de Woningwet toegelaten instellingen en met andere daarvoor naar hun oordeel in aanmerking komende organisaties die binnen de gemeente op het gebied van de woonruimteverdeling werkzaam zijn.
Hoofdstuk 5 Overgangs- en slotbepalingen
Een aanvraag om een voorrangsverklaring, die vóór of op de dag van inwerkingtreding van deze verordening is ingediend, wordt behandeld volgens het voordien geldende recht, indien dit voor de aanvrager gunstiger is.
Ondertekening
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van 8 juni 2023,
De griffier, De voorzitter,
M. Muijzer-Van der Meijden, M.J.M. van Driel
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-282370.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.