Gemeenteblad van Arnhem
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Arnhem | Gemeenteblad 2023, 275840 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Arnhem | Gemeenteblad 2023, 275840 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Financiële verordening gemeente Arnhem
DE RAAD VAN DE GEMEENTE ARNHEM;
gelezen het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 31 januari 2023, nummer 83316;
gelet op artikel 212 van de Gemeentewet;
gelet op het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten;
gelet op de raadsbrief "Wijziging in voorliggende Financiële verordening", d.d. 26-05-2023;
gezien het amendement "Ook kleinere afwijkingen rapporteren" (21A15);
gezien het amendement "Voor een zorgvuldig begrotingsproces" (23A16);
Hoofdstuk 1. Inleidende bepalingen
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
project: een tijdelijk samenwerkingsverband, buiten de staande lijnorganisatie om, voor het bereiken van een uniek scherp gedefinieerd resultaat, binnen afgesproken kaders van tijd, geld, kwaliteit en draagvlak vastgelegd in een projectplan overeengekomen tussen één opdrachtgever en één projectleider;
Hoofdstuk 2. Begroting en verantwoording
Artikel 4. Autorisatie begroting en investeringsbudgetten
Bij de begroting autoriseert de raad alle in het meerjareninvesteringsplan (MIP) opgenomen investeringsbudgetten. Deze investeringen zullen leiden tot het vastleggen van delen van de begrote lasten in latere jaren als gevolg van de doorlooptijd van een investering en het moment waarop de daarbij behorende afschrijvingslast start. Het totale investeringsbudget wordt geraamd in het jaar waarin de investering naar verwachting gereedkomt.
Artikel 5. Begrotingswijzigingen
De raad stelt op twee momenten in het jaar bij het verzamelbesluit tevens een actueel beeld van de begroting en meerjarenraming vast in de vorm van een standenoverzicht. In het standenoverzicht zijn de oorspronkelijke ramingen, mutaties ten gevolge van begrotingswijzigingen en de actuele ramingen opgenomen voor zowel de exploitatie- als investeringsbudgetten.
Hoofdstuk 3. Beleidskaders en paragrafen
Naast de op grond van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten voorgeschreven paragrafen neemt het college in de begroting en jaarstukken de volgende paragrafen op:
Artikel 9. Reserves en voorzieningen
Het college biedt de raad ter vaststelling een nota reserves en voorzieningen aan. In deze nota is het beleidskader voor de vorming en besteding van bestemmingsreserves en voorzieningen opgenomen. Ten minste eenmaal in de vier jaar wordt de nota op toepasbaarheid en actualiteit geëvalueerd en zo nodig aangepast.
Artikel 10. Risicomanagement en weerstandsvermogen
Het college biedt de raad ter vaststelling beleidsuitgangspunten voor risicomanagement en spelregels voor weerstandsvermogen aan. Deze zijn opgenomen in de nota risicomanagement en weerstandsvermogen, waarin wordt ingegaan op de samenhang met het financieel beleid, risicomanagement en de gewenste en beschikbare weerstandscapaciteit. Ten minste eenmaal in de vier jaar wordt de nota op toepasbaarheid en actualiteit geëvalueerd en zo nodig aangepast.
In de paragraaf risicomanagement en weerstandsvermogen bij de begroting en de jaarstukken neemt het college naast de verplichte onderdelen op grond van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten in ieder geval de verhouding op tussen de beschikbare weerstandscapaciteit en de benodigde weerstandscapaciteit op basis van de risico-inventarisatie bij een zekerheidspercentage van 90 procent uitgedrukt in de weerstandsfactor (zie ook artikel 12, lid 1).
Artikel 11. Grote, risicovolle projecten
Artikel 13. Financieringsfunctie
Verstrekken van leningen en garanties en het aangaan van financiële participaties anders dan genoemd in het tweede lid worden uitsluitend gedaan uit hoofde van de publieke taak. Bij het uitzetten van middelen, het verstrekken van garanties en het aangaan van financiële participaties uit hoofde van de publieke taak bedingt het college indien mogelijk zekerheden. Het college motiveert in zijn besluit het openbare belang van dergelijke uitzettingen van middelen, verstrekkingen van garanties en financiële participaties.
Het college stelt voor de uitvoering regels op in de vorm van een treasurystatuut. Het college biedt dit statuut ter kennisgeving aan de raad aan. Het treasurystatuut beschrijft de kaders en uitgangspunten voor de uitvoering van de financieringsfunctie, alsmede de bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Ten minste eenmaal in de vier jaar wordt het statuut op toepasbaarheid en actualiteit geëvalueerd en zo nodig aangepast.
Artikel 14. Investeren, waarderen en afschrijven vaste activa
Het college biedt de raad ter vaststelling een nota investeren, waarderen en afschrijven aan. In deze nota zijn de beleidskaders voor de omgang met investeringsbudgetten, activerings- en waarderingsgrondslagen en afschrijvingen opgenomen. Ten minste eenmaal in de vier jaar wordt de nota op toepasbaarheid en actualiteit geëvalueerd en zo nodig aangepast.
In de paragraaf investeringen bij de begroting neemt het college het meerjareninvesteringsplan (MIP) op met een nadere toelichting op de investeringsplannen. Voorgenomen investeringen in gebouwen van € 2 miljoen of meer worden afzonderlijk toegelicht. Indien van toepassing, worden projectspecifieke risico’s daarbij, met de te treffen maatregelen, toegelicht.
Het college biedt de raad ter vaststelling een nota grondbeleid aan. In deze nota zijn de
uitgangspunten en kaders van het grondbeleid opgenomen. Ten minste eenmaal in de vier jaar
wordt de nota op toepasbaarheid en actualiteit geëvalueerd en zo nodig aangepast.
Artikel 17. Verbonden partijen
Het college biedt de raad ter vaststelling een kadernota verbonden partijen aan. In deze nota zijn de uitgangspunten en kaders voor deelname aan samenwerkingsverbanden opgenomen alsmede de uitvoeringsrichtlijnen over de wijze van sturen en beheersen. Ten minste eenmaal in de vier jaar wordt de nota op toepasbaarheid en actualiteit geëvalueerd en zo nodig aangepast.
Het college biedt de raad ter vaststelling een Algemene subsidieverordening aan. In deze verordening zijn de uitgangspunten en kaders voor gemeentelijke subsidieverstrekking opgenomen. Ten minste eenmaal in de vier jaar wordt de verordening op toepasbaarheid en actualiteit geëvalueerd en zo nodig aangepast.
Het college informeert in de paragraaf integriteit bij de jaarstukken over het gevoerde beleid op het gebied van ambtelijke en bestuurlijke integriteit.
Artikel 21. Kostprijsberekening
Voor het bepalen van de geraamde kostprijs van rechten en heffingen waarmee kosten in rekening worden gebracht en van goederen, werken en diensten, wordt de opslagcalculatiemethode toegepast. Bij deze kostentoerekening worden naast de directe kosten de overheadkosten in de kostprijs opgenomen. De kosten van overhead worden toegerekend door middel van een opslag op de ingezette uren. Jaarlijks wordt ambtelijk beoordeeld of de hoogte van deze opslag nog passend is en vindt indien nodig aanpassing plaats.
Artikel 22. Inkoop en aanbesteding
Het college biedt de raad ter kennisgeving een nota inkoop- en aanbestedingsbeleid aan. In deze nota zijn de uitgangspunten en kaders van het inkoop- en aanbestedingsbeleid opgenomen. Ten minste eenmaal in de vier jaar wordt de nota op toepasbaarheid en actualiteit geëvalueerd en zo nodig aangepast.
Hoofdstuk 4. Financieel beheer en financiële organisatie
Artikel 24. Financiële organisatie
Het college draagt in ieder geval zorg voor en legt (in een besluit) vast:
Artikel 25. Interne controle en rechtmatigheidsverantwoording
Het college zorgt voor de jaarlijkse interne toetsing van de getrouwheid van de informatieverstrekking en de rechtmatigheid van de financiële beheershandelingen. Bij afwijkingen rapporteert het college daarover in de rechtmatigheidsverantwoording, zoals beschreven in lid 2. Daarnaast informeert het college de raad over genomen maatregelen tot herstel van de tekortkomingen, zoals beschreven in lid 4.
In de rechtmatigheidsverantwoording geeft het college aan in hoeverre de in de jaarrekening verantwoorde baten en lasten en de balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen. De grens waarboven fouten en onduidelijkheden in de rechtmatigheidsverantwoording worden opgenomen bedraagt 1 procent van de totale lasten inclusief toevoegingen aan de reserves.
Artikel 26. Inwerkingtreding en citeertitel
1. De ‘Verordening financieel beleid en beheer gemeente Arnhem 2018’ wordt ingetrokken.
2. Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2023.
3. Deze verordening wordt aangehaald als: Financiële verordening.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 31 mei 2023.
Toelichting op de financiële verordening
De financiële verordening heeft haar basis in artikel 212 van de Gemeentewet. In dit artikel is opgenomen dat de raad bij verordening de uitgangspunten vaststelt voor het financiële beleid, het financiële beheer en de inrichting van de financiële organisatie.
De Gemeentewet biedt de belangrijkste kaders en regelt dat er nadere eisen worden gesteld aan de inrichting van de begroting en de jaarrekening. Deze eisen worden uitgewerkt in het Besluit begroting en verantwoording gemeentes en provincies (BBV). Om een eenduidige uitvoering en toepassing van het BBV te bevorderen is er een commissie ingesteld. De stellige uitspraken in de notities van de commissie BBV moeten door gemeenten opgevolgd worden.
Naast de wettelijke eisen heeft de gemeente ook de ruimte om zelf keuzes te maken bij de inrichting van het eigen financieel beleid, beheer en organisatie. In deze verordening is opgenomen hoe we in Arnhem aan die vrije ruimte invulling geven. In afzonderlijke nota’s worden voor specifieke onderwerpen de in Arnhem gemaakte keuzes verder uitgewerkt. Voor onderwerpen waarvan de bevoegdheid bij de raad ligt, bijvoorbeeld reserves en voorzieningen, wordt de nota ter vaststelling aan de raad aangeboden. Voor onderwerpen die een bevoegdheid van het college zijn, bijvoorbeeld inkoop en aanbesteding, ontvangt de raad de nota ter kennisgeving.
In onderstaand schema zijn de genoemde verhoudingen weergegeven.
Enkel die bepalingen die verdere toelichting behoeven, worden hieronder nader toegelicht.
Artikel 4. Autorisatie begroting en investeringsbudgetten en artikel 5. Begrotingswijzigingen
Op grond van artikel 189 van de Gemeentewet heeft de raad het budgetrecht. De raad neemt uiteindelijk de beslissing welke bedragen hij voor taken en activiteiten op de begroting beschikbaar stelt. Alleen binnen de door de raad vastgestelde bedragen kan de gemeente uitgaven doen. Gedurende het begrotingsjaar kan de raad op grond van artikel 192 van de Gemeentewet besluiten nemen voor het wijzigen van de begroting. De raad kan kiezen op welk niveau hij budgetten beschikbaar stelt. In Arnhem vindt autorisatie door de raad van de lasten en baten plaats op het niveau van programma’s.
Naast lopende uitgaven doet een gemeente investeringen, waaronder investeringen in grondexploitaties. Ook uitgaven voor investeringen moeten door de raad worden geautoriseerd.
In artikel 9 van het BBV is opgenomen welke paragrafen onderdeel moeten zijn van de begroting en jaarstukken. Het gaat om de paragrafen:
a. lokale heffingen (artikel 10 BBV);
b. weerstandsvermogen en risicobeheersing (artikel 11 BBV);
c. onderhoud kapitaalgoederen (artikel 12 BBV);
d. financiering (artikel 13 BBV);
e. bedrijfsvoering (artikel 14 BBV);
f. verbonden partijen (artikel 15 BBV);
g. grondbeleid (artikel 16 BBV).
Ook de minimale inhoud van de verplichte paragrafen is in het BBV vastgelegd. De raad kan bepalen dat hij over aanvullende zaken in de paragrafen wil worden geïnformeerd. Op grond van eigen prioriteit kan een gemeente ook extra paragrafen toevoegen. Dat doen we in Arnhem voor investeringen, subsidies en integriteit.
De paragrafen waarvoor geldt dat we in Arnhem naast de verplichte onderdelen op grond van het BBV geen aanvullende zaken opnemen, zijn niet in deze verordening opgenomen.
Artikel 11. Grote, risicovolle projecten
Door aanvullende afspraken te maken over grote projecten wordt het mogelijk de dialoog tussen raad en college over de risico's van grote projecten te intensiveren. Dit zorgt voor een versterking van de kaderstellende en controlerende rol van de raad als het gaat om de sturing en beheersing van grote risicovolle projecten voor wat betreft tijd, geld en dergelijke.
Voor de beoordeling of er sprake is van een groot, risicovol project hanteren we zowel objectieve criteria (bijv. de omvang in euro's van een project) als meer subjectieve criteria (bijv. de mate van politieke gevoeligheid).
Artikel 13. Financieringsfunctie
In artikel 212 van de Gemeentewet is opgenomen dat de financiële verordening in ieder geval regels voor de algemene doelstelling en de te hanteren richtlijnen en limieten van de financieringsfunctie bevat. Artikel 13 bevat deze kaders voor het financieringsbeleid.
Artikel 14. Investeren, waarderen en afschrijven vaste activa
In artikel 212 van de Gemeentewet is opgenomen dat de financiële verordening in ieder geval de regels voor waardering en afschrijving van activa bevat. Hieraan is in artikel 14 invulling gegeven. Ook is in het artikel opgenomen dat jaarlijks een meerjareninvesteringsplan (MIP) wordt opgesteld. Dit biedt integraal inzicht en versterkt daarmee de sturingsmogelijkheden van de raad.
In artikel 4:23 van de Algemene wet bestuursrecht is opgenomen dat er een grondslag moet zijn voor subsidieverstrekking. Die grondslag kan een subsidieregeling zijn, waarbij aan de hand van vooraf bepaalde criteria subsidies worden verdeeld en toegewezen aan organisaties of inwoners. De grondslag kan ook liggen in vermelding op de begroting van het maximale subsidiebedrag plus de naam van de subsidieontvanger; dan betreft het een begrotingssubsidie. Als het bij onvoorziene omstandigheden wenselijk is om een subsidie te verstrekken, maar zowel een subsidieregeling als een begrotingssubsidie behoren niet tot de mogelijkheden, biedt de wet daarnaast onder andere de mogelijkheid om op incidentele basis subsidie te verstrekken.
Artikel 20. Onderzoeken artikel 213a
In artikel 213a van de Gemeentewet is opgenomen dat het college periodiek onderzoek verricht naar de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het door hem gevoerde bestuur en dat de raad bij verordening hierover regels stelt (voor een toelichting op de begrippen doelmatigheid en doeltreffendheid; zie de begripsomschrijvingen in artikel 1). Hieraan is in artikel 20 invulling gegeven. De afspraken over de frequentie, aankondiging en verantwoording hebben als doel te komen tot een gestructureerde uitvoering van de onderzoeken.
Artikel 21. Kostprijsberekening
In artikel 212 van de Gemeentewet is opgenomen dat de financiële verordening in ieder geval de grondslagen bevat voor de berekening van de door het gemeentebestuur in rekening te brengen tarieven voor rechten en heffingen die maximaal kostendekkend mogen zijn. De grondslag voor deze tarieven wordt gevormd door de opbouw van de kostprijs. In artikel 21 is vastgelegd hoe we in Arnhem de kostprijs bepalen, namelijk met de opslagcalculatiemethode. Het BBV verplicht de overheadkosten apart te verantwoorden; door te werken met een opslag voor overhead worden ook de kosten van overhead onderdeel van de kostprijs.
Artikel 25. Interne controle en rechtmatigheidsverantwoording
Het college is ervoor verantwoordelijk dat de (financiële) informatie die wordt verstrekt een realistisch beeld geeft van de werkelijkheid. Daarnaast is het college ervoor verantwoordelijk dat er altijd wordt gehandeld binnen de grenzen van geldende financiële wetten en regels (financiële rechtmatigheid).
Vanaf verslagjaar 2023 neemt het college een rechtmatigheidsverantwoording op in de jaarrekening. Deze verantwoording geeft inzicht in hoeverre de gemeente rechtmatig heeft gehandeld. De raad bepaalt de verantwoordingsgrens (lid 2), die mag liggen tussen nul en drie procent van de lasten van de gemeente inclusief toevoegingen aan de reserves.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-275840.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.