Gemeenteblad van Bronckhorst
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Bronckhorst | Gemeenteblad 2023, 25971 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Bronckhorst | Gemeenteblad 2023, 25971 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Verordening nadeelcompensatie gemeente Bronckhorst
De raad van de gemeente Bronckhorst;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders (8 november 2022, Z130811/BenW-07675) ;
gelet op de bespreking van de commissievergadering van 15 december 2022;
gelet op de artikelen 108 en 149 van de Gemeentewet, titel 4.5 van de Algemene wet bestuursrecht en afdeling 15.1 van de Omgevingswet;
overwegende dat het wenselijk is regels te stellen voor het beoordelen van aanvragen om schadevergoeding en het beoordelen daarvan;
besluit: de Verordening nadeelcompensatie gemeente Bronckhorst vast te stellen.
Voor het in behandeling nemen van de aanvraag om schadevergoeding wordt een recht van € 300,- geheven.
Artikel 6. Het door de adviseur te verrichten onderzoek
Het bestuursorgaan en de aanvrager verschaffen de adviseur op verzoek aanvullende gegevens en bescheiden die voor het geven van het advies nodig zijn en waarover zij redelijkerwijs de beschikking kan krijgen. De adviseur zelfstandig stelt vast welke gegevens en bescheiden hij nodig acht voor zijn onderzoek.
De adviseur kan inlichtingen en adviezen van andere deskundigen inwinnen. Indien met het verstrekken van inlichtingen, of het verlenen van adviezen door derden kosten gemoeid zijn, oefent de adviseur deze bevoegdheid pas uit na verkregen instemming van het bestuursorgaan. De kosten die hier redelijkerwijs uit voortvloeien komen ten laste van de gemeente.
Artikel 9. De beslissing op het verzoek
Indien het bestuursorgaan voornemens is het verzoek geheel of gedeeltelijk af te wijzen, wordt, alvorens een beslissing op het verzoek wordt genomen, de verzoeker in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze overeenkomstig het bepaalde in artikel 4:7 en 4:8 van de Algemene wet bestuursrecht naar voren te brengen.
Artikel 10. Aanvraag voorschot
Het voorschot wordt uitsluitend verleend indien de aanvrager schriftelijk de verplichting aanvaardt tot gehele en onvoorwaardelijke terugbetaling wanneer op grond van het besluit van het bestuursorgaan omtrent het verzoek en de bij dat besluit behorende gegevens blijkt dat het voorschot geheel of gedeeltelijk ten onrechte is verstrekt
Artikel 12. Intrekking oude regeling
Met ingang van de dag van inwerkingtreding van deze verordening wordt de planschadeverordening gemeente Bronckhorst, vastgesteld door de raad op 25 september 2008 en in werking getreden op 8 oktober 2008, ingetrokken.
Onverminderd het bepaalde in artikel 12, blijft de aldaar bedoelde regeling in voorkomende gevallen onverkort van toepassing op de behandeling en afwikkeling van verzoeken als bedoeld in die regeling, indien en voor zover deze bij het bestuur zijn ingediend vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening. Daarnaast blijft de regeling als bedoeld in artikel 12 van toepassing op de behandeling en afwikkeling van verzoeken die zijn ingediend binnen 5 jaar na het onherroepelijk worden van schadeveroorzakende besluiten, waarbij de aanvraag om dat schadeveroorzakende besluit of het ontwerp van het schadeveroorzakende besluit ter inzage is gelegd voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet (artikel 4.18 en artikel 4.19 van de Invoeringswet Omgevingswet).
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 21 december 2022.
De plv. griffier,
H.M.P. Smits
De voorzitter,
M. Besselink
Titel 4.5 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) voorziet in een algemene regeling in de Awb van de vergoeding (of tegemoetkoming) van schade door rechtmatig overheidshandelen. Daarbij kan worden gedacht aan verzoeken wegens winst- of inkomstenderving, gederfde huurinkomsten, of de lagere opbrengst bij de verkoop van een bedrijf of een onroerende zaak.
In afdeling 15.1 van de Omgevingswet is een nadeelcompensatieregeling opgenomen die aansluit op de generieke regeling uit de Awb.
Enkel die bepalingen die toelichting behoeven, worden hieronder nader behandeld.
Deze verordening is niet op toepassing op nadeelcompensatieverzoeken waarvoor een specifieke nadeelcompensatieverordening of nadeelcompensatieregeling is vastgesteld. Voor Bronckhorst is deze verordening niet van toepassing op nadeelcompensatieverzoeken voor kabels en leidingen deze volgen de Nadeelcompensatieregeling kabels en leidingen UNOG 2018.
Dit artikel regelt het heffen van een recht voor het in behandeling nemen van de aanvraag om schadevergoeding. Artikel 4:128 van de Awb geeft de mogelijkheid een recht te heffen tot maximaal € 500,-. De bevoegdheid tot het heffen van dit recht kan alleen bij wettelijk voorschrift bepaald worden. Het recht bedraagt € 300,-. Voor dit bedrag is gekozen omdat het een voortzetting is van het recht dat voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet geheven werd voor een verzoek om planschade en voor een aanvraag van nadeelcompensatie.
In het eerste lid van artikel 4 is bepaald dat de aanvrager voor het indienen van zijn verzoek om nadeelcompensatie gebruik maakt van het formulier dat door het bevoegd gezag is vastgesteld. Dit formulier is de te vinden op de website van de gemeente Bronckhorst of op de website is een link naar de vindplaats van dit formulier opgenomen. Als er geen formulier beschikbaar is gesteld, kan de aanvrager zijn verzoek voorzien van een motivering schriftelijk indienen bij de gemeente.
In het tweede lid van artikel 4 is opgenomen welke stukken bij de aanvraag moeten worden ingediend in geval verzoeker schadevergoeding eist vanwege winst- of inkomstenderving, dan wel vanwege gederfde huurinkomsten. Voor zover in artikel 4, lid 2, onder h, gevraagd wordt om gewaarmerkte jaarrekeningen en maandcijfers, wordt tevens verzocht deze te voorzien van een handtekening.
In beginsel zal het bestuursorgaan een onafhankelijk adviseur (als bedoeld in artikel 3:5 van de Awb) aanwijzen voor het beoordelen van de aanvraag om schadevergoeding. Als daar behoefte aan is, worden bij de behandeling van de aanvraag om schadevergoeding een of meerdere adviseurs betrokken om advies uit te brengen over de verschuldigdheid van een schadevergoeding en de hoogte ervan.
Het bestuursorgaan kan op grond van de in het tweede lid genoemde gevallen besluiten geen adviseur aan te wijzen. Dit kan onder andere als duidelijk is dat het besluit van het bestuursorgaan geen schade heeft veroorzaakt. Bijvoorbeeld als de weg niet (geheel) is afgesloten en de bereikbaarheid van de onroerende zaak van aanvrager niet nadelig is gewijzigd. Een ander voorbeeld is als het bestuursorgaan reeds over voldoende informatie beschikt om te beslissen op de aanvraag. Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer er eerder al een onderzoek is uitgevoerd naar mogelijke schade voor derden als gevolg van beleidsvoornemen.
Met de opname van de situatie ter plaatse wordt bedoeld dat de situatie ter plaatse wordt vastgelegd om deze te beoordelen. Soms is het nodig dat een adviseur zelf ter plaatse gaat voor een opname. Bij de opname kan bijvoorbeeld de situatie fotografisch worden vastgelegd ten behoeve van de aard en de omvang.
De werkzaamheden van de adviseur kunnen worden aangemerkt als de werkzaamheden van een adviescommissie als bedoeld in artikel 4:130 van de Awb zie memorie van toelichting 1 . Dat betekent dat de beslistermijn voor het afhandelen van aanvragen waarbij een adviseur is aangewezen zes maanden betreft, in plaats van de reguliere termijn van acht weken.
Omdat bij een advies van adviescommissie het bestuursorgaan binnen 6 maanden na ontvangst van de aanvraag een besluit moet nemen, is een adviseringstermijn van 16 weken voor de adviseur afdoende geacht.
Artikel 9, eerste en tweede lid
De beslistermijn en eventuele verlenging is geregeld in artikel 4:130 van de Awb.
De aanvrager die naar redelijke verwachting in aanmerking komt voor nadeelcompensatie kan bij het bestuursorgaan een aanvraag indienen om een voorschot op die nadeelcompensatie. Het verlenen van voorschotten is gebaseerd op artikel 4:95 Awb. In beginsel dient er sprake te zijn van een spoedeisend belang, dat de aanvrager zal moeten onderbouwen naast de aannemelijkheid dat hij voor nadeelcompensatie in aanmerking komt. Er is voor een 50% gekozen, omdat het voorschot bedoeld is om de continuering van de bedrijfsvoering te vergemakkelijken. Daarnaast kan het verlenen van een voorschot onder meer strekken om te voorzien in de kosten die zijn gemoeid met het treffen van maatregelen ter beperking van het nadeel. Indien het bestuursorgaan beslist tot toekenning van een voorschot, wordt daarmee geen aansprakelijkheid erkend. De termijn waarbinnen het voorschot betaald moet worden, wordt geregeld in artikel 4:87 van de Awb.
Ten einde het bestuursorgaan direct een titel te geven tot terugvordering van ten onrechte betaalde voorschot moet de aanvrager schriftelijk verklaren het achteraf ten onrechte betaalde voorschot terug te betalen. Het bestuursorgaan kan bij het verlenen van een voorschot een zekerheidsstelling verlangen, bijvoorbeeld in de vorm van een bankgarantie, ten behoeve van een eventueel ten onrechte uitbetaald voorschot. Deze voorschotten worden renteloos teruggevorderd.
De betaling vindt plaats door overschrijving naar de door de aanvrager aangegeven rekening, onder gelijktijdige (terug)betaling van de in artikel 4.129 van de Awb geregelde bedragen en verminderd met een aan aanvrager betaald voorschot. De in artikel 4.129 van de Awb genoemde vergoedingen hebben betrekking op:
De Verordening nadeelcompensatie gemeente Bronckhorst treedt in de plaats van de Planschadeverordening gemeente Bronckhorst. Deze verordening wordt ingetrokken. Op het moment dat de Omgevingswet in werking treedt, kan op grond van het overgangsrecht als bepaald in artikel 4.18 en 4.19 van de Invoeringswet Omgevingswet bestemmingsplannen die voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet als ontwerp ter inzage zijn gelegd nog worden vastgesteld door de gemeenteraad. Op deze vaststellingsbesluiten blijft het oude recht van toepassing. Daarnaast kunnen ook nog verzoeken om tegemoetkoming in planschade worden ingediend op bestemmingsplannen die nog geen 5 jaar onherroepelijk zijn. Voor deze verzoeken geldt dat deze afgehandeld zullen worden conform het oude recht. Deze verzoeken zullen afgehandeld worden conform de Planschadeverordening gemeente Bronckhorst 2008.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-25971.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.