Gemeenteblad van Baarn
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Baarn | Gemeenteblad 2023, 233866 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Baarn | Gemeenteblad 2023, 233866 | beleidsregel |
Beleidsregel kleine bouwwerken in het voorerfgebied gemeente Baarn
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Baarn,
Gelet op de artikelen 4:81, eerste lid, 4:83 en 1:3, vierde lid van de Algemene wet bestuursrecht, de artikelen 2.1, eerste lid, onder a en c, 2.12, eerste lid onder a, sub 2 en 2.4 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en artikel 2.7 van het Besluit omgevingsrecht (Bor) in samenhang met artikel 4, onder 1 van Bijlage II van het Bor
- ombouwingen van kliko’s en overdekte fietsenstalling in het voorerfgebied op basis van de bestemmingsplannen niet zijn toegestaan
- een omgevingsvergunning voor strijdig gebruik nodig is
- deze beleidsregel beschrijft hoe het college een aanvraag van een omgevingsvergunning strijdig gebruik voor het planologisch toestaan van een ombouw van kliko’s of een overdekte fietsenstalling in het voorerfgebied beoordeelt
Besluit vast te stellen de volgende beleidsregel kleine bouwwerken in het voorerfgebied gemeente Baarn.
Hoofdstuk 2 Beoordelingsregels bouwwerken in het voorerfgebied
Artikel 4 Algemene beoordelingsregels
Artikel 5 Specifieke beoordelingsregels ombouw van kliko’s
Voor het toestaan van een ombouw voor het bergen van kliko’s in het voorerfgebied wordt, naast de algemene beoordelingsregels, ook voldaan aan de volgende specifieke beoordelingsregels:
Artikel 6 Specifieke beoordelingsregels overdekte fietsenstalling
Voor het toestaan van een overdekte fietsenstalling in het voorerfgebied wordt, naast de algemene beoordelingsregels, ook voldaan aan de volgende specifieke beoordelingsregels:
Toelichting ‘Beleidsregel kleine bouwwerken in het voorerfgebied gemeente Baarn’
In de gemeente zijn ombouwingen van kliko’s en overdekte fietsenstallingen in voorerfgebieden niet toegestaan. Deze beleidsregel geeft het juridisch ruimtelijke kader om een aanvraag voor een omgevingsvergunning om af te wijken van het bestemmingsplan te beoordelen. In dit juridisch ruimtelijk kader zijn de verschillende regels opgenomen over de maatvoering van het bouwwerk, maar ook over bijvoorbeeld de positie op het perceel en de ruimtelijke inpasbaarheid. Naast deze ruimtelijke regels is het resterende toetsingskader van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, zoals de regels van welstand, nog van toepassing. In de Nota Ruimtelijke kwaliteit wordt verder ingegaan op de welstandsaspecten.
Het doel van deze beleidsregel is om in afwijking van de bestemmingsplannen in bepaalde situaties toch ombouwen van kliko’s en overdekte fietsenstallingen (hierna: bouwwerken) in het voorerfgebied toe te staan. Het toetsingskader in deze beleidsregel zorgt voor een ruimtelijk aanvaardbare inpassing van de bouwwerken.
Hieronder wordt per artikel een korte toelichting gegeven.
Lid 1 geeft een korte inleiding en beschrijft dat er een toelichting is.
De definities van de begrippen in de beleidsregel zijn opgenomen in het eerste lid. Hieronder staat de uitleg van de belangrijkste begrippen.
De definitie voor achtererfgebied is overgenomen uit het Besluit omgevingsrecht.
Onderdeel van het toetsingskader is dat de aanvrager geen (praktische) mogelijkheid heeft om de bouwwerken in het achtererfgebied te plaatsen. Dit is bijvoorbeeld het geval als een achterom ontbreekt. Een achterom is een tweede ontsluiting van het perceel waarbij de ontsluiting uitkomt in het achtererfgebied.
Een bouwwerk is een constructie van enige omvang. Juridisch vallen hier heel veel soorten constructies In deze beleidsregel is het begrip ‘bouwwerk’ beperkt tot alleen een ombouw voor kliko’s of een overdekte fietsenstalling. Deze beleidsregel geeft geen toetsingskader voor andere bouwwerken dan een ombouw voor kliko’s of een overdekte fietsenstalling.
De fietsenstalling in deze beleidsregel is niet alleen beperkt tot alle type fietsen. In de fietsenstalling zijn alle type steps en kinderwagens ook toegestaan. Daarnaast zijn enkele gemotoriseerde voertuigen toegestaan. Dit zijn bromfietsen, scootmobielen en snorfietsen. Andere gemotoriseerde voertuigen zijn in de overdekte fietsenstalling niet toegestaan.
Voor de ruimtelijke inpasbaarheid moeten tegen de bouwwerken groen worden aangeplant. Dit groen moet het bouwwerk afschermen. De hoogte en breedte van het groen is dan ook even groot als de zijde van het bouwwerk waar het groen tegenaan wordt gepland. Het is toegestaan om het groen met een ondersteunende constructie aan te planten, bijvoorbeeld een hekwerk met groenblijvende klimop. In artikel 4, lid 1 onder c van deze beleidsregel wordt ingegaan op de specifieke locatie van het groen ten opzichte van het bouwwerk.
De overdekte fietsenstalling moet zoveel mogelijk tegen de voorste perceelgrens worden gebouwd. Een ombouw voor kliko’s kan of tegen de voorgevel van het huis of zoveel mogelijk tegen de voorste perceelgrens worden gebouwd. Omdat de bouwwerken met groen moeten worden afgeschermd kan een bouwwerk niet op de voorste perceelgrens worden geplaatst. Er moet namelijk ruimte overblijven voor het groen. Wel moet het bouwwerk tegen de groenblijvende beplanting worden geplaatst. Nu het bouwwerk zo kort mogelijk op de perceelgrens moet worden geplaatst, is het niet toegestaan om het groen dusdanig groot te maken of uit meerdere rijen te laten bestaan.
Voorkeurslocaties van kleine bouwwerken in het voorerfgebied
De definitie van voorerfgebied is overgenomen uit het Besluit omgevingsrecht. Deze beleidsregel richt zich op het juridisch planologisch toestaan van enkele bouwwerken in het voorerfgebied.
In de beleidsregel staan verschillende maatvoeringen. De maatvoeringsbepalingen van het bestemmingsplan waarin de locatieaanvraag is gelegen, zijn van toepassing op het meten van de maatvoeringen van deze beleidsregel.
De verschillende doelen van deze beleidsregel staan in dit artikel. De gedachtegang van deze beleidsregel is om mogelijkheden te bieden voor het planologisch toestaan van ombouwingen van kliko’s en overdekte fietsenstallingen. Rekening wordt gehouden met de ruimtelijke waarborgen voor de fysieke leefomgeving en cultureel erfgoed.
Dit artikel geeft het toetsingskader weer. Aan de hand van welke artikelen wordt een aanvraag voor het verlenen van een omgevingsvergunning voor het ruimtelijke aspect beoordeeld? Een aanvraag voor het toestaan van een ombouw voor kliko’s wordt getoetst aan de beoordelingsregels van artikel 4 en 5. Als de aanvraag ziet op het toestaan van een overdekte fietsenstalling wordt de aanvraag getoetst aan de beoordelingsregels van artikel 4 en 6.
Als aan deze juridische ruimtelijke beoordelingsregels is voldaan, dan voldoet de aanvraag op ruimtelijk gebied. Naast de juridisch ruimtelijke beoordelingsregels zijn er ook nog andere regels waaraan de aanvraag wordt getoetst. Een aanvraag om een bouwwerk in het voorerfgebied te realiseren ziet op het bouwen en planologisch afwijken. Daarom moet de aanvraag altijd voldoen aan alle beoordelingsregels die staan in artikel 2.10 en artikel 2.12 Wabo.
In artikel 4 zijn de algemene beoordelingsregels opgenomen. Deze beoordelingsregels gelden voor zowel de ombouw van kliko’s als de overdekte fietsenstalling.
Onder a. Hoofdregel voor het toestaan is dat er geen (praktische) mogelijkheid bestaat voor plaatsing van een ombouw of overdekte fietsenstalling in het achtererfgebied. Dit is bijvoorbeeld het geval als er geen achterom is of een achtererfgebied ontbreekt.
Onder b. De bouwwerken moeten ruimtelijk passen in de omgeving. Ze worden beoordeeld aan de hand van ruimtelijke beoordelingsregels. Ze mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van het straat- en bebouwingsbeeld, de verkeersveiligheid, de woonsituatie, gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en de eventueel te beschermen waarden van beschermd dorpsgezicht.
Voor de beoordeling van het straat- en bebouwingsbeeld wordt, volgens het tweede lid, rekening gehouden met een aantal voorwaarden, zoals de specifieke kenmerken van de wijk, straat en directe omgeving, de openheid van het voorerfgebied, en het herkenbaar houden van het hoofdgebouw. Van belang is dat het bouwwerk niet een dusdanige impact heeft op de eigen woning dat de eigen woning minder kenmerkend is. Ook mag het bouwwerk niet de openheid van het voorerfgebied dusdanig aantasten dat daarmee sprake is van een onevenredige aantasting van het straat- en bebouwingsbeeld. Daarbij wordt gekeken naar de specifieke kenmerken van de wijk, straat en de directe omgeving. Als de directe omgeving bijvoorbeeld gekenmerkt wordt door openheid van het voorerfgebied en specifieke zichtlijnen, dan is een bouwwerk niet toegestaan als daarmee de openheid en zichtlijnen worden aangetast.
Voor het toestaan van een bouwwerk in het voorerfgebied moet deze worden afgeschermd door groen. Daarbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan een constructie met groen (bijvoorbeeld een hekwerk met klimop) of een haagbeplanting (bijvoorbeeld een coniferenhaag).
De veiligheid van het verkeer mag door de plaatsing van bouwwerken niet onevenredig worden aangetast. Straten, kruispunten en uitritten moeten in voldoende mate zichtbaar blijven. De maximale toegestane bouwhoogten zijn mede opgesteld vanwege de verkeersveiligheid.
De gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden
De plaatsing van de bouwwerken mag de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden niet onevenredig aantasten.
De te beschermen waarden van het beschermd dorpsgezicht
Als het perceel is gelegen binnen het beschermd dorpsgezicht dan mogen de bouwwerken het beschermde dorpsgezicht niet onevenredig aantasten. De te beschermen waarden en specifieke kenmerken van het dorpsgezicht moeten behouden blijven.
Onder c. De bouwwerken moeten worden afgeschermd door middel van groenblijvende beplanting. Dit mag eventueel met een ondersteunende constructie, zoals een hekwerk met groenblijvende klimop. Voor het groen geldt een instandhoudingsplicht. Deze instandhoudingsplicht wordt als voorschrift in de omgevingsvergunning opgenomen.
Het groen is verplicht om zoveel mogelijk een afschermende werking te creëren. De hoogte en breedte van het groen moet gelijk zijn aan de hoogte en breedte van het bouwwerk.
De locatie van het groen is afhankelijk van de plaatsing van het bouwwerk. Er wordt onderscheid gemaakt in plaatsing wel of niet in de zijdelingse perceelgrens.
De toelichting bij lid 2 is geplaatst onder het kopje ‘Straat- en bebouwingsbeeld’.
In dit artikel staan de specifieke beoordelingsregels voor de ombouw van kliko’s.
Onder a. De ombouw van kliko’s mag enkel geplaatst worden tegen de voorgevel of tegen de perceelgrens aan de voorzijde van het perceel. Een ombouw midden op het perceel is niet toegestaan.
Onder b. Afhankelijk van de plaats van de ombouw op het perceel, geldt de bouwhoogte.
Onder c. Als de ombouw tegen de perceelgrens aan de voorzijde van het perceel wordt geplaatst, dan geldt een hoogte van 1 meter. Omdat kliko’s hoger zijn dan 1 meter, mag de ombouw die wordt geplaatst tegen de voorzijde van het perceel, worden ingegraven. De maximale diepte onder het maaiveld is 0,40 meter.
Onder d. Niet elk voorerfgebied is even groot. In kleine voorerfgebieden kan de diepte dusdanig klein zijn dan de ombouw zowel tegen de voorgevel als tegen de voorste perceelgrens wordt geplaatst. In artikel 5, onder d, staat dat dan een maximale hoogte van 1 meter en maximale diepte van 0,40 meter geldt.
Onder e. De ombouw mag niet groter zijn dan 2,50 m2.
In dit artikel staan de specifieke beoordelingsregels voor de overdekte fietsenstallingen.
Onder a. Een overdekte fietsenstalling is alleen toegestaan tegen de perceelgrens aan de voorzijde van het perceel. Ergens anders op het perceel is een overdekte fietsenstalling niet toegestaan.
Onder b. De maximale hoogte van een overdekte fietsenstalling is 1 meter (boven het maaiveld).
Onder c. De maximale diepte van een overdekte fietsenstalling is 0,75 meter (onder het maaiveld). Dit betekent dat een overdekte fietsenstalling mag worden ingegraven tot een diepte van 0,75 meter.
Onder d. De overdekte fietsenstalling mag een maximale breedte hebben van 2 meter.
Onder e. De overdekte fietsenstalling mag niet groter zijn dan 4 m2.
Ter illustratie enkele voorbeelden van gebouwde voorzieningen voor fietsen
Deze beleidsregel beschrijft het juridisch ruimtelijk kader. Naast dit juridisch ruimtelijk kader gelden ook de overige juridische regels zoals deze in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht staan. Eén van die regels is dat een bouwwerk moet voldoen aan de redelijke eisen van welstand. In de Nota Ruimtelijke kwaliteit wordt verder ingegaan op de welstandsaspecten. Dit artikel geeft de lezer een waarschuwing dat er ook nog andere regels gelden.
In deze beleidsregel is het gebruik van de bouwwerken beperkt tot enkel het bergen van kliko’s en het overdekt stallen van fietsen en vervoermiddelen die in de definitie van deze beleidsregel daaronder vallen. Zie artikel 1. Gebruik dat anders is, wordt gezien als strijdig.
De datum van inwerkingtreding geeft aan hoe deze beleidsregel in werking treedt. Pas wanneer de beleidsregel in werking is getreden, gelden de regels van deze beleidsregel. Deze beleidsregel treedt in werking op de dag nadat deze beleidsregel is gepubliceerd.
De citeertitel geeft de naam van deze beleidsregel aan. Deze naam wordt bij verwijzingen in bijvoorbeeld omgevingsvergunningen gebruikt.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-233866.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.