Terrassenbeleid gemeente Oost Gelre

In deze notitie staat het gemeentelijk beleid dat geldt voor het in gebruik nemen van terrassen op openbaar terrein en die gelegen zijn op de weg. Onder het begrip “weg” wordt verstaan hetgeen de Wegenverkeerswet hieronder verstaat, namelijk: “alle voor het openbaar verkeer openstaande wegen of paden met inbegrip van de daarin liggende bruggen en duikers en de tot die wegen behorende paden en bermen of zijkanten.”

Juridische grondslag

Artikel 2:10 A van de Algemene plaatselijke verordening (APV) geeft aan dat het verboden is zonder vergunning van burgemeester en wethouders de weg of een weggedeelte anders te gebruiken dan overeenkomstig de bestemming daarvan. Op grond van artikel 2:28 A van de APV beslist de burgemeester over de vergunning indien het gaat om een bij een openbare inrichting behorend terras dat gelegen is op de weg.

Indien een terras niet gelegen is op de weg dan vallen deze terrassen buiten dit beleid. Het gaat hier veelal om terrassen die zich bevinden op particulier terrein.

Reikwijdte

De APV spreekt over terrassen bij openbare inrichtingen. Daarbij gaat het om zowel bedrijven die alcohol schenken (zogenaamde “natte horeca”) als om bedrijven die geen alcohol schenken, zoals lunchrooms en ijssalons (zogenaamde “droge horeca”).

Voorschriften

In de terrasvergunning worden diverse voorschriften opgenomen. Deze voorschriften staan hieronder opgesomd. Daarnaast gelden er toetsingscriteria die betrokken worden bij de beoordeling van vergunningaanvragen voor een terras. Deze staan afzonderlijk opgenomen in dit beleid.

Algemene voorschriften

• 1. Het inrichten van een terras (het plaatsen van tafels, stoelen en parasols) is in beginsel alleen toegestaan direct voor de gevel van het betreffende pand, waarbij het terras niet breder mag zijn dan de breedte van de voorgevel van het pand. Daarnaast geldt als uitgangspunt dat alleen het gedeelte van de weg dat voor voetgangers is bestemd mag worden ingericht als terras.

• 2. Een terras dient een minimale diepte van 1.00 meter te hebben. Bij minder ruimte voor het terras behoort exploitatie niet tot de mogelijkheden. Wel kan eventueel een gevelbank worden geplaatst mits voldoende ruimte overblijft voor de onder punt 2 genoemde vrije ruimte.

• 3. Het terrasmeubilair is zo geplaatst, dat de ingangsdeuren en vluchtwegen van de zaak vrij zijn. De breedte van deze vrije doorgang is tenminste dezelfde afmeting als de volledige breedte van de deur(en). Daarnaast mag de toegang of ontsluiting van aanliggende bedrijven of woningen niet belemmerd worden.

• 4. Het is niet toegestaan om andere (eigen) bestrating aan te brengen; voorts is het niet toegestaan om zonder expliciete toestemming bevestigingspunten in/tussen de bestrating aan te brengen.

• 5. Het gebruik van terrasschermen is alleen toegestaan in combinatie met tafels en stoelen.

• 6. Terrasschermen mogen maximaal 1,5 meter hoog zijn en moeten vanaf 1 meter hoogte volledig transparant zijn. Terrasschermen mogen alleen loodrecht op en aansluitend op de gevel staan en moeten verplaatsbaar zijn.

• 7. Het is verboden op het terras alcoholhoudende drank te verstrekken aan personen die geen gebruik maken van de terrasruimte.

• 8. De terrassen mogen dagelijks in gebruik zijn gedurende de openingstijden van de horeca tot uiterlijk 24:00 uur. Een uitzondering op de voorgenoemde tijd geldt voor de maanden mei, juni, juli en augustus; in deze maanden geldt voor de zaterdag en zondag (vrijdag- en zaterdagnacht) een sluitingstijd van 01:00 uur.

• 9. Na sluiting van de terrassen dienen de terrasmeubels en afvalbakken zodanig te worden opgeruimd dat deze niet door onbevoegden versleept of meegenomen kunnen worden.

• 10. Op het terras dienen voldoende afvalbakken aanwezig te zijn.

• 12. De terrasruimte dient schoongehouden te worden. Na sluiting van het terras dient alle afval op en in de directe omgeving van de terrasruimte opgeruimd te worden.

• 13. Uitgangspunt is dat er geen parkeervakken worden opgeheven voor het gebruik van een terras. Daarnaast geldt dat er geen terrassen op onverharde ondergrond zijn toegestaan.

• 14. Het inrichten van een terras op gemeentelijke grondgebied is niet toegestaan onder de kroonprojectie van gemeentelijke bomen of “Bijzondere bomen” die op de lijst zijn vermeld die door het college is vastgesteld. Dit is niet van toepassing als er in de huidige situatie door de gemeente op gemeentelijk grondgebied elementverharding is aangebracht met ondergronds goede groeiplaatsvoorzieningen.

• 15. Het is niet toegestaan om objecten / versiering / verlichting etc. en/of andere zaken in/ op of aan gemeentelijke bomen en/of “Bijzondere bomen” die op de lijst zijn vermeld die door het college is vastgesteld te bevestigen.

• 16. Indien het terrein dat op grond van de vergunning als terras is ingericht, nodig is ten behoeve van een evenement of ten behoeve van de wekelijkse warenmarkt dan is de werking van de terrasvergunning van rechtswege, gedurende de periode dat dit voor het evenement of markt noodzakelijk is en voor dat deel van de weg dat ten behoeve van het evenement of markt gebruikt wordt, geschorst. In alle gevallen kan geen aanspraak op enigerlei schadevergoeding worden gemaakt.

Toelichting

De organisator van een evenement spant zich in om hierbij rekening te houden met de belangen van de terrashouders en toont aan bij bevoegd gezag op welke wijze dit is gebeurd. Organisatoren van nieuwe evenementen moeten hier in overleg met terrashouders uitkomen. Lukt dit niet dan beslist de gemeente of het terras tijdelijk geschorst wordt of niet.

• 17. Indien het terras gedurende de periode dat door de gemeente of nutsbedrijven in of aan de ingebruik gegeven grond werkzaamheden moet worden uitgevoerd, kan de gemeente besluiten dat het niet is toegestaan de ingebruik gegeven grond in te richten als terras. In dat geval kan geen aanspraak op enigerlei schadevergoeding worden gemaakt.

• 18. Tijdens evenementen dient op terrassen gebruik worden gemaakt van kunststof (plastic) bekers.

• 19. De vergunning wordt voor onbepaalde tijd verleend. Indien er zich in een gebied een nieuwe openbare inrichting vestigt wordt er een nieuwe verdeling gemaakt van de beschikbare terrasruimte.

• 20. Een vergunning is persoonsgebonden en niet overdraagbaar.

• 21. De vergunninghouder houdt zich aan de geluidsnormen die in het Activiteitenbesluit milieubeheer staan (artikel 2.17 lid 1 onder a). Dit betekent dat achtergrondmuziek is toegestaan.

• 22. De vergunninghouder is verantwoordelijk voor zijn gasten. Parkeren van auto’s en fietsen dient te gebeuren op daartoe aangewezen plekken. Tegen onveilige situaties en/of belemmeringen voor het doorgaande verkeer dient vergunninghouder handelend op te treden.

• 23. Het terrassenseizoen duurt van 1 maart tot 1 november. Buiten dit seizoen mag er geen terras worden opgesteld.

• 24. In lijn met het welstandbeleid moeten terrassen in centrumgebieden passen in het historische beeld en moeten deze een positieve bijdrage leveren aan het totale straatbeeld. De burgemeester kan nadere regels opstellen voor gebruik van terrasmeubilair, verlichting, parasols en terrasafscheidingen.

• 25. De gemeente is altijd bevoegd om aanvullende voorwaarden te stellen aan de vergunning en/of de vergunning te wijzigen.

Toetsingscriteria

• 25. Ten behoeve van een goede doorgang van het voetgangersverkeer dient tussen de rijbaan en het terras een strook van 1.20 meter breed vrij te worden gehouden. Dit voorschrift geldt niet voor autovrije gebieden. Indien er in een autovrij gebied een terras wordt ingenomen, dient te allen tijde een middenstrook van 3,50 meter vrij te blijven voor voetgangers, fietsers, hulpdiensten en bevoorradingsverkeer.

• 26. Terrassen die gelegen zijn voor andere (winkel)panden kunnen in gebruik genomen worden, mits er toestemming is verkregen van de desbetreffende eigenaar en/of huurder. Ingeval van wisseling van eigenaar en/of huurder moet opnieuw toestemming worden verkregen.

• 27. Terrassen die niet aansluiten bij een openbare inrichting kunnen enkel in gebruik worden genomen indien de verkeersveiligheid dit toelaat. Denk aan de situatie dat terrasruimte aan de overzijde van een openbare inrichting wordt opgesteld met een rijbaan ertussen. Medewerking is afhankelijk van meerdere factoren, zoals de toegestane snelheid op de weg, de functie van de weg, de verkeersintensiteit, etc.

Bovenstaande beleidsregel treedt in werking met ingang van de dag na publicatie. De beleidsregel d.d. 6 februari 2008 wordt ingetrokken.

Behorend bij besluit d.d. 25 april 2023.

Annette Bronsvoort

burgemeester