Subsidieregeling Eenmalige energiecompensatie voor verenigingen en maatschappelijke organisaties gemeente Loon op Zand 2022-2023

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Loon op Zand,

gezien het voorstel d.d. 16 februari 2022,

 

gelet op het bepaalde in titel 4.2 subsidies van de Algemene wet bestuursrecht en op de bepalingen van de Algemene Subsidieverordening gemeente Loon op Zand 2019, 1e herziening;

 

b e s l u i t :

  • 1.

    de Subsidieregeling Eenmalige energiecompensatie voor verenigingen en maatschappelijke organisaties gemeente Loon op Zand 2022-2023 als volgt vast te stellen:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Asv: Algemene subsidieverordening gemeente Loon op Zand 2019, 1e herziening;

  • b.

    Awb: Algemene wet bestuursrecht;

  • c.

    Eindafrekening: de afrekening van de energiekosten over een bepaald tijdvak of periode (dit is meestal een kalenderjaar);

  • d.

    College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Loon op Zand;

  • e.

    Energielasten: kosten van elektriciteit- en/of gasverbruik voor gebruik van de accommodatie;

  • f.

    Maatschappelijke organisatie: dit is een organisatie die activiteiten ontplooit op sociaal maatschappelijk en/of sociaal-cultureel niveau op niet commerciële basis (bv. een (sport)vereniging, stichting, buurthuis, jeugd- en jongerencentrum, culturele instelling of anderszins);

  • g.

    Solvabiliteit (weerstandsvermogen): de verhouding tussen het eigen vermogen en het totale vermogen.

Artikel 2. Doel van de subsidieregeling

Met deze subsidieregeling wordt beoogd te voorkomen dat maatschappelijke organisaties in continuïteitsproblemen komen als gevolg van de stijgende energielasten. Met deze regeling willen we de sociaal maatschappelijke en/of culturele infrastructuur voor de gemeente Loon op Zand behouden.

Artikel 3. Reikwijdte

Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college voor de in artikel 4 bedoelde subsidiabele kosten.

Artikel 4. Subsidiabele kosten

  • 1.

    De energielasten over de periode 1 januari 2022 tot en met 31 december 2023, zolang passend binnen het beschikbare subsidieplafond.

  • 2.

    Als subsidiabele kosten worden aangemerkt de kosten voor energie die als gevolg van de prijsstijgingen in 2022 en 2023 niet vanuit de eigen exploitatie kunnen worden voldaan.

  • 3.

    De subsidie wordt berekend aan de hand van de eindafrekening en het nieuwe voorschot (doorgerekend naar een heel jaar). Maximaal 60% van het verschil tussen deze bedragen wordt vergoed. Zie rekenvoorbeeld.

Artikel 5. Vereisten van de aanvraag

  • 1.

    De aanvrager:

    • a.

      is een maatschappelijke organisatie, zijnde een rechtspersoon met een rechtsvorm zonder winstoogmerk;

    • b.

      is statutair gevestigd in de gemeente Loon op Zand of is eigenaar van of huurt een (gedeelte van een) pand in de gemeente Loon op Zand. Dit wordt schriftelijk aangetoond;

    • c.

      heeft een direct (eigen contract op naam) of indirect (contract op naam derde met verrekening energiekosten in huur of servicekosten) energiecontract;

    • d.

      heeft een variabel energiecontract;

    • e.

      toont aan gestuurd te hebben op het beperken van de energiekosten;

    • f.

      maakt eerst gebruik van andere landelijke, provinciale en/of gemeentelijk regelingen voor zover deze hiervoor in aanmerking komt. Alle andere overheidsregelingen die kunnen helpen bij financiële nood gaan vóór deze subsidieregeling;

    • g.

      is door de hogere energierekening in de financiële problemen gekomen (of dreigt te komen) en kan daardoor zijn activiteiten niet meer uitoefenen waardoor het in continuïteitsproblemen komt;

    • h.

      overlegt een specificatie van de afgesloten contracten en jaarnota(’s) voor energielasten in relatie tot eerdere contracten zodat inzicht ontstaat in de prijsontwikkeling en stijging van de lasten of een specificatie van de verhuurder van onroerend goed wanneer (hogere) energielasten direct doorbelast worden in de huurverhoging;

    • i.

      overlegt afschriften van de eindafrekening die de periode vanaf 1 januari 2021 tot en met 31 december 2023 beslaat voor zover deze beschikbaar zijn inclusief een specificatie van de huisvestingskosten waaronder energiekosten;

    • j.

      heeft een solvabiliteit van 20% of lager. Dit berekenen we aan de hand van de door de aanvrager te overleggen jaarstukken over 2021 en 2022 en zijn begroting voor 2023;

    • k.

      kan bij de in te dienen stukken aanvullende informatie verstrekken indien deze van mening is dat dit van belang is bij de beoordeling van de begroting en de jaarrekening.

  • 2.

    Per maatschappelijke organisatie kan maximaal één aanvraag worden ingediend voor eenmalige energiecompensatie voor de periode 1 januari 2022 tot en met 31 december 2023.

Artikel 7. Procedure

  • 1.

    Aanvrager dient gebruik te maken van een aanvraagformulier. Dit formulier is te vinden via www.loonopzand.nl.

  • 2.

    De subsidieaanvraag dient uiterlijk 1 september 2023 volledig te zijn ingediend. Onvolledige aanvragen kunnen door het college buiten behandeling worden gelaten.

  • 3.

    De datum van binnenkomst van een aanvraag wordt beschouwd waarop de aanvraag compleet is ingediend.

  • 4.

    Het college verstrekt op grond van deze regeling een eenmalige subsidie die de periode 1 januari 2022 tot en met 31 december 2023 beslaat.

Artikel 8. Subsidieplafond

  • 1.

    Het subsidieplafond bedraagt € 200.000,-.

  • 2.

    Aanvragen worden behandeld op volgorde van binnenkomst.

  • 3.

    Vanaf het moment dat tijdens de looptijd van deze subsidieregeling het subsidieplafond, zoals bedoeld in lid 1 van dit artikel is bereikt, worden aanvragen voor een subsidie op grond van deze regeling afgewezen.

Artikel 9. Weigeringsgronden

Het college kan de subsidie (deels) weigeren

  • 1.

    op grond van de artikelen 4:25 en 4:35 Awb en artikel 10 van de Asv.

  • 2.

    voor zover de aanvrager een solvabiliteit heeft van meer dan 20%.

  • 3.

    als uit de aangeleverde begrotingen blijkt dat (een deel van de) energiekosten niet tot een verlies leidt.

  • 4.

    als de aanvrager (nog) geen gebruik maakt of heeft gemaakt van alle beschikbare voorliggende regelingen zoals bedoeld in artikel 5 lid 1 sub f.

  • 5.

    wanneer er sprake is van dubbele compensatie vanuit beschikbare voorliggende regelingen zoals bedoeld in artikel 5 lid 1 sub f.

  • 6.

    wanneer de aanvrager (nog) niet heeft gestuurd op energiebesparende maatregelen.

Artikel 10. Verantwoording en vaststelling subsidie

  • 1.

    In afwijking van het bepaalde in artikel 14, 15 en 16 van de Asv

    • a.

      dienen alle subsidieontvangers op basis van deze subsidieregeling vóór 1 mei 2024 een aanvraag tot vaststelling in;

    • b.

      als de termijn zoals genoemd onder sub a niet wordt gehaald, dan kan de uiterste termijn voor inzending van de aanvraag tot vaststelling op verzoek van aanvrager worden opgeschort tot vier weken na dagtekening van de eindafrekening;

    • c.

      dient de verantwoording te bestaan uit een specificatie van de in rekening gebrachte voorschotbedragen, een afschrift van de desbetreffende eindafrekening(en) over de subsidieperiode en een overzicht van de ontvangen subsidies uit de regelingen zoals genoemd in artikel 5 lid 1 sub f;

    • d.

      als er subsidie voor 2022 en 2023 wordt verleend dan dient dit terug te komen in de te overleggen jaarrekening over 2023.

  • 2.

    Vaststelling van de subsidie wordt bepaald

    • a.

      op basis van de werkelijke stijging van de energiekosten over 2022 en 2023;

    • b.

      indien van toepassing, op een verrekening van de (te) ontvangen / toegekende subsidie(s) volgens de in artikel 5 lid 1 sub f genoemde regelingen. Artikel 4 lid 3 is hierbij van overeenkomstige toepassing.

  • 3.

    De subsidie kan niet hoger worden vastgesteld dan het verleende subsidiebedrag.

Artikel 11. Verplichtingen

Het college kan in de verleningsbeschikking aanvullende verplichtingen opleggen.

Artikel 12. Hardheidsclausule

Het college kan in individuele gevallen van één of meerdere bepalingen in deze subsidieregeling afwijken of buiten toepassing laten. Dit voor zover de toepassing van die bepalingen voor de aanvrager of subsidieontvanger gevolgen heeft die onevenredig zijn in verhouding tot de met de betrokken bepalingen te dienen doelen.

Artikel 13. Inwerkingtreding

Deze subsidieregeling treedt in werking met ingang van de dag volgend op haar bekendmaking en geldt tot en met 31 december 2023 voor aanvragen betrekking hebbend op energiecompensatie vanaf 1 januari 2022 tot en met 31 december 2023.

Artikel 14. Slotbepalingen

  • 1.

    Dit is een regeling zoals bedoeld in artikel 3 van de Asv. De bepalingen van de Asv zijn van toepassing voor zover daarvan in deze regeling niet wordt afgeweken;

  • 2.

    Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Eenmalige energiecompensatie voor verenigingen en maatschappelijke organisaties 2022-2023.

Aldus besloten in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente

Loon op Zand van 16 februari 2023.

Kaatsheuvel,

Het college van burgemeester en wethouders,

de gemeentesecretaris,

V.D.A. Pouw

de burgemeester,

J. van Aart

Bijlage: rekenvoorbeeld

 

Rekenvoorbeeld

 

De subsidie wordt berekend aan de hand van de eindafrekening en het nieuwe voorschot (doorgerekend naar een heel jaar). Maximaal 60% tussen het verschil tussen deze bedragen wordt vergoed:

  • Eindafrekening 2022 € 18.000,-

  • nieuw voorschot € 3.200,- per maand = € 38.400,- per jaar

  • verschil = € 38.400,- minus € 18.000,- = € 20.400,-

  • 60% van dit verschil wordt als subsidie verstrekt: € 20.400,- x 0,60 = € 12.240,-

Het besluit (toekenning subsidie) wordt dan dat de vereniging € 12.240,- subsidie ontvangt. Bij de vaststelling (uitkering) van de subsidie wordt naar de eindafrekening 2023 gekeken. De eindafrekening 2023 van de energierekening is doorslaggevend en hierop zal het toegekende subsidiebedrag worden aangepast. Maximaal kan 60% van de daadwerkelijk hogere energiekosten over 2023 worden gesubsidieerd.

 

Als de eindafrekening pas eind 2023 komt, kan de vaststelling ook in 2024 plaatsvinden, zolang de aanvraag is gedaan voor de verstrijkingsdatum van 1 september 2023.

Naar boven