Regeling tot wijziging van de Organisatieregeling Den Haag 2022

Toelichting

 

In de Organisatieregeling Den Haag 2022 zijn de belangrijkste uitgangspunten, kaders en randvoorwaarden voor de inrichting en aansturing van de gemeentelijke organisatie vastgelegd. De organisatieregeling is beperkt tot de ambtelijke organisatie. Aanleiding voor de actualisatie van de organisatieregeling is het raadsbesluit in december 2021 tot herpositionering van de Gemeentelijke Accountantsdienst als Gemeentelijk Accountantsorganisatie binnen de raadsorganisatie. De herpositionering van de GAD leidt tot een wijziging in de hoofdstructuur van de gemeentelijke organisatie, wat de reden is van actualisatie van de Organisatieregeling Den Haag 2022.

 

Besluitvorming

 

Het college van burgemeester en wethouders van Den Haag,

 

gelet op artikel 160 van de Gemeentewet,

 

besluit vast te stellen de Regeling tot wijziging van de Organisatieregeling Den Haag 2022:

 

Artikel I

De Organisatieregeling Den Haag 2022 wordt gewijzigd als volgt.

  • A

    Artikel 1, begripsomschrijving van de gemeentesecretaris en algemeen directeur Den Haag wordt gewijzigd als volgt:

    de functionaris die door benoeming door het college als gemeentesecretaris en algemeen directeur Den Haag het college bijstaat zoals bedoeld in de Gemeentewet en aan het hoofd van de ambtelijke organisatie staat. Daarmee is de gemeentesecretaris en algemeen directeur Den Haag ambtelijk eindverantwoordelijk voor de ambtelijke organisatie als geheel;

 

  • B

    Artikel 2.2, zevende lid, onder h, vervalt.

 

  • C

    Artikel 3.2 wordt als volgt gewijzigd:

    1. Het eerste lid komt te luiden:

    De Bestuursdienst is op concernniveau verantwoordelijk voor de volgende doelen en taken: 

    a. bestuurlijke advisering en ondersteuning; 

    b. internationale zaken; 

    c. openbare orde en veiligheid; 

    d. concernontwikkeling; 

    e. functionaris gegevensbescherming; 

    f. strategie, concernbrede kaderstelling, planning en control en bestuurlijk besluitvormingsproces, overeenkomstig door het college dan wel de algemeen directeur Den Haag vastgestelde uitvoeringsbesluiten, voor: 

    1° financieel beleid, concern control, Treasury, verbonden partijen, rijksbelastingen, doelmatigheids- en doeltreffendheidsonderzoeken, met uitzondering van de administratieve kaderstelling en kaderstelling rondom interne beheersing zoals belegd in artikel 3.3 eerste en tweede lid; 

    2° concernontwikkeling, de uitvoering van de MD ambtelijke top, organisatieinrichting; 

    3° integriteit, met inachtneming van de Regeling stuurgroep ambtelijke integriteit. 

     

    2. In het tweede lid wordt “directeur Financiën” vervangen door: directeur Middelen en control.

 

  • D

    Artikel 3.3 wordt als volgt gewijzigd:

    1. Het eerste lid onder b, komt te luiden:

    b. control en financiële administratie, met inachtneming van artikel 3.2, eerste lid, onder f, sub 1°;

     

    2. Het eerste lid onder g, komt te luiden:

    g. personeel, organisatie en personele administratie, met inachtneming van artikel 3.2, eerste lid, onder f, sub 2°;

 

  • E

    Artikel 3.9 vervalt.

 

  • F

    Artikel 4.1, eerste lid, komt te luiden:

    1. De gemeentesecretaris en algemeen directeur van de gemeente Den Haag, tevens algemeen directeur van de Bestuursdienst:

    a. is secretaris van het college, draagt zorg voor het Uitvoeringsbesluit Verantwoordelijkheidsverdeling ter vaststelling door het college, waarin de beleidsvelden in portefeuilles worden verdeeld, de onderlinge vervanging van de portefeuillehouders bij afwezigheid, alsmede wie de burgemeester vervangt bij diens verhindering of afwezigheid;

    b. onderhoudt een openbaar register van de nevenfuncties van de burgemeester en de wethouders al dan niet uit hoofde van hun functie, evenals een openbaar register buitenlandse dienstreizen van de burgemeester en de wethouders, een openbaar register aanvaarde geschenken met een geschatte waarde van meer dan € 50,- door de burgemeester en de wethouders en een openbaar register declaraties van de burgemeester en de wethouders;

    c. draagt zorg voor een reglement van orde voor het college ter vaststelling door het college;

    d. geeft directe leiding aan de algemeen directeuren dienst;

    e. geeft leiding aan het proces om te komen tot een gemeentebrede strategische agenda alsmede de concernontwikkelagenda en bewaakt de voortgang daarvan;

    f. bevordert de integraliteit van de samenwerking binnen de ambtelijke organisatie;

    g. is ambtelijk eindverantwoordelijk voor de concernkaderstelling en planning en control, onverlet artikel 4.3, draagt deze verantwoordelijkheid op aan de directeuren van de Bestuursdienst en directeuren van de bedrijfsvoeringsdomeinen van de dienst Bedrijfsvoering. Deze functionarissen onderhouden daartoe een rechtstreekse functionele relatie met de gemeentesecretaris en algemeen directeur Den Haag;

    h. is ambtelijk verantwoordelijk voor de kaders van de integriteit binnen de gemeente en is het bevoegd gezag voor de afhandeling van alle integriteitsonderzoeken waar een lid van de top 36 bij betrokken is, met advies van de directeur P&O over de sanctionering, en is lid van de stuurgroep ambtelijke integriteit;

    i. is ambtelijk verantwoordelijk voor de werving en selectie van de algemeen directeuren dienst en is eindverantwoordelijk voor de werving, selectie en benoeming van de overige directeuren in samenspraak met de algemeen directeur dienst en met inachtneming van artikel 4.4, vierde lid, met uitzondering van de bijzondere functies en posities in artikel 4.3, zesde lid;

    j. draagt zorg voor een instructie over de informatievoorziening en bijstand van het ambtelijk apparaat aan de individuele raadsleden, ter vaststelling door het college;

    k. draagt zorg voor een protocol over de informatievoorziening aan de ombudsman, een protocol over de informatievoorziening aan de Rekenkamer Den Haag en een protocol over de informatievoorziening aan raadsenquêtecommissies, alle ter vaststelling door het college.

 

  • G

    Artikel 4.3, derde lid, wordt gewijzigd als volgt:

    3. Het college kan de Gemeentelijke Accountantsorganisatie Den Haag opdracht geven tot het uitvoeren van onderzoeken, indien de onafhankelijkheid van de Gemeentelijke Accountantsorganisatie Den Haag conform de vigerende beroepsvoorschriften voor accountants daarmee niet wordt aangetast. De Gemeentelijke accountantsorganisatie Den Haag rapporteert haar bevindingen zelfstandig aan het college.

 

  • H

    In artikel 4.4, vierde lid vervalt de zinsnede: en de directeur GAD en gemeentelijke accountant.

 

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na datum uitgifte in het Gemeenteblad.

 

Het college van burgemeester en wethouders,

 

de secretaris,

Ilma Merx

 

de burgemeester,

Jan van Zanen

 

 

Naar boven