Wijzigingsbesluit 2023 van de Beleidsregels gemeentelijke werk- en inkomensvoorzieningen Zaanstad 2019 (in verband met actualisering)

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zaanstad;

 

gelet op artikel 7 van de Participatiewet;

 

b e s l u i t vast te stellen: het “Wijzigingsbesluit 2023 van de Beleidsregels gemeentelijke werk- en inkomensvoorzieningen Zaanstad 2019 (in verband met actualisering)”:

 

Artikel I

De Beleidsregels gemeentelijke werk- en inkomensvoorzieningen Zaanstad 2019 worden als volgt gewijzigd:

 

A

Artikel 2.2.6 Hertaxatie waarde eigen woning wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    De titel van het artikel wordt gewijzigd in: Artikel 2.2.6 Taxatie bij eigen woningbezit.

  • 2.

    Aan het derde lid wordt toegevoegd de zin: Indien nog geen krediethypotheek is gevestigd, maar mogelijk wel sprake is van een vermogensvermeerdering van € 50.000 of meer, wordt op basis van een taxatie beoordeeld of een krediethypotheek gevestigd moet worden.

  • 3.

    Er wordt een vierde lid toegevoegd, dat gaat luiden:

    • 4.

      Indien uit de taxatie blijkt, dat er geen sprake is van een waardevermeerdering van €50.000 of meer, kunnen de kosten van taxatie worden vergoed door het verstrekken van bijzondere bijstand om niet.

 

B

Paragraaf 2.4 Domicilie komt te vervallen.

 

C

Artikel 3.1.2 Sociaal minimum wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Het tweede lid komt te luiden:

    • 2.

      Het sociaal minimum wordt gebaseerd op de actuele bijstandsnormen, zoals die geldt op het moment dat de aanvraag is ingediend. Dit sociaal minimum geldt vervolgens voor het gehele kalenderjaar; ook als het inkomen getoetst moet worden over eerdere maanden van het zelfde kalenderjaar.

  • 2.

    Er wordt een derde lid toegevoegd, dat komt te luiden:

    • 3.

      Bij het vaststellen van het recht op de Individuele inkomenstoeslag wordt bij de referteperiode uitgegaan van het sociaal minimum gebaseerd op de bijstandsnormen van januari van het betreffende jaar in de referteperiode.

 

D

Artikel 3.1.8 Draagkrachtperiode wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In het tweede lid wordt na de zinsnede <over een kortere periode dan 12 maanden voordoen> toegevoegd: of als er binnen een kortere periode dan 12 maanden sprake is van een wijziging in het inkomen van meer dan 50 euro netto per maand.

  • 2.

    Het vijfde lid wordt geheel gewijzigd en komt te luiden:

    • 5.

      In afwijking van het eerste lid geldt dat bij een aanvraag voor deelname aan de collectieve zorgverzekering de draagkrachtperiode van de toekenning voortduurt zolang aan de voorwaarden daaraan wordt voldaan. Het college onderzoekt jaarlijks aan de hand van beschikbare gegevens, of het omstandigheden aanwezig acht om die deelname en vergoedingen te blijven voldoen. Onder ‘beschikbare gegevens’ wordt tevens begrepen het opvragen van inkomensgegevens bij het Inlichtingenbureau.

 

E

De nummering van artikel 3.3.1 Aflossing leenbijstand wordt gewijzigd in: 3.3.2

 

F

Er wordt een nieuw artikel 3.3.1 ingevoegd, dat gaat luiden:

Artikel 3.3.1 Voorliggende voorziening bij verstrekking leenbijstand

Indien leenbijstand noodzakelijk wordt geacht, wordt een lening via kredietverlenende instanties en de Gemeentelijke Kredietband Nederland niet als voorliggende voorziening aangemerkt.

 

G

Artikel 3.5.1 Bijzondere bijstand voor medische kosten wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In het vierde lid worden de volgende bedragen gewijzigd:

    • a.

      Optimaal aanvullend 1 en de Optimaal Tand Extra 1 tezamen: € 14,12 wordt gewijzigd in: € 13,62;

    • b.

      Optimaal aanvullend 3 en de Optimaal Tand Extra 2 tezamen € 22,45 wordt gewijzigd in: € 23,45.

  • 2.

    In het vijfde lid, onderdeel a wordt € 16,40 gewijzigd in: € 15,40.

  • 3.

    In het vijfde lid, onderdeel b wordt € 52,50 gewijzigd in: € 53,50.

  • 4.

    Het negende lid wordt als volgt gewijzigd:

    • a.

      De zinsnede ‘het vijfde lid’ wordt gewijzigd in: zevende lid.

    • b.

      Het woord ‘verzekering’ wordt gewijzigd in: verzekeringen.

 

H

Artikel 3.7.1 Terugwerkende kracht geldend voor aanvragen van bewindvoerders, mentoren, advocaten en mediators wordt als volgt gewijzigd:

In de leden een tot en met vier wordt de zinsnede <een termijn van een maand> gewijzigd in: een termijn van drie maanden.

 

I

Hoofdstuk 5 Individuele inkomens- en studietoeslag wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    De nummering van de artikelen 5.1.1 en 5.1.2 worden gewijzigd in 5.1.2 en 5.1.3.

 

  • 2.

    Er wordt een nieuw artikel 5.1.1 ingevoegd, dat komt te luiden:

Artikel 5.1.1 Aanvraag

  • 1.

    Een verzoek voor een individuele inkomenstoeslag als bedoeld in artikel 36, eerste lid, van de Participatiewet wordt ingediend met een door het college vastgesteld formulier.

  • 2.

    Belanghebbenden, die op grond van de wetten een uitkering levensonderhoud ontvangen, krijgen na de eerste toekenning van de toeslag, telkens na 12 maanden en bij ongewijzigde omstandigheden, opnieuw een individuele inkomenstoeslag. Deze vervolgtoekenningen worden ambtshalve verleend.

  • Om over toereikende en actuele informatie te beschikken kan gebruikgemaakt worden van gegevens die via het Inlichtingenbureau kunnen worden verkregen.

  • 3.

    De individuele inkomenstoeslag kan slechts eenmaal per twaalf maanden worden toegekend. De periode van twaalf maanden vangt aan op de datum waarop eerder een inkomenstoeslag is aangevraagd.

 

J

In artikel 6.1.1 Doelgroep wordt in het eerste lid de zinsnede <deze paragraaf> gewijzigd in: dit hoofdstuk.

 

K

Artikel 6.1.4 Indieningstermijn wordt geheel vervangen en komt te luiden:

Artikel 6.1.4 Aanvraag en indieningstermijn

  • 1.

    Een aanvraag voor een voorziening op grond van dit hoofdstuk wordt geacht betrekking te hebben op het kalenderjaar waarin de aanvraag is ontvangen door de gemeente.

  • 2.

    Een verzoek wordt ingediend op een door het college vastgesteld formulier.

  • 3.

    Belanghebbenden krijgen na de eerste toekenning voor een voorziening op grond van deze paragraaf, telkens elk kalenderjaar en bij ongewijzigde omstandigheden, opnieuw de voorzieningen toegekend. Deze wordt ambtshalve verleend.

  • 4.

    Bij de ambtshalve toekenning wordt op grond van deze paragraaf opnieuw het recht op een voorziening per kind bepaald.

 

L

Artikel 6.2.2 Hoogte van de voorzieningen komt te luiden:

  • 1.

    De financiële voorziening in geld bedraagt per kind per kalenderjaar:

    • a.

      Van 4 tot en met 7 jaar € 90;

    • b.

      Van 8 tot en met 12 jaar € 115;

    • c.

      Van 13 jaar en ouder € 135.

  • 2.

    Het maximale bedrag voor een naturavoorziening bedraagt € 550 per 12 maanden. De hoogte van de naturavoorziening bedraagt niet meer dan het reguliere bedrag dat de aanbieder van de voorziening in het algemeen in rekening brengt.

  • 3.

    De bedragen genoemd in het eerste en tweede lid worden jaarlijks, voor het eerst per 1 januari 2024, geïndexeerd overeenkomstig de ontwikkelingen van de subsidie index als opgenomen in de begroting van de gemeente Zaanstad. De bedragen worden naar boven afgerond op hele euro’s.

 

M

In artikel 12.1 Termijn waarbinnen inlichtingen worden verstrekt wordt de termijn van twee weken gewijzigd in: vier weken.

 

Artikel II

Dit besluit treedt in werking op de dag na bekendmaking en heeft terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2023.

 

Wijziging toelichting bij beleidsregels

De toelichting op de beleidsregels wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Bij punt 2.1.1 Commerciële huurprijs van hoofdstuk 2 Algemene bijstand wordt gewijzigd:

    • a.

      In de eerste alinea wordt de zinsnede <is er geen sprake is van> gewijzigd in: is er geen sprake van.

    • b.

      In de tweede alinea wordt de zinsnede <(een kleine kamer op zolder)> gewijzigd in: (zoals een kleine kamer op zolder)

  • 2.

    In paragraaf 3.5 Hoogte verstrekkingen wordt na de tekst <De verstrekkingen vanuit deze vijf pakketten> en eindigend met <Hiermee worden de kosten voor verzekerde tot een maximum teruggedrongen> de volgende zin toegevoegd:

  • De deelname aan de gemeentelijke collectieve zorgverzekering en de bijstand die in het kader van deze regeling wordt verstrekt, beperkt zich tot inwoners met een inkomen niet hoger dan het sociaal minimum. De draagkrachtbepalingen zijn hier niet van toepassing.

 

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van Zaanstad, 21-03-2023,

Drs. J. Hamming, burgemeester

Drs. G. Blom, gemeentesecretaris

Naar boven