Nadere regel subsidie groene daken 2023 Bunschoten

Het college van burgemeester en wethouders van Bunschoten;

 

Gelet op artikel 2 van de Algemene Subsidieverordening Gemeente Bunschoten 2022;

 

Gelet op het door de gemeenteraad in de vergadering van 16 december 2021 vastgestelde Gemeentelijk Water- en Rioleringsplan (GWRP) 2022-2026

 

Besluit:

 

Vast te stellen de Nadere regel subsidie groene daken 2023 Bunschoten

 

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze nadere regel wordt verstaan onder:

  • a.

    het college: het college van burgemeester en wethouders van Bunschoten;

  • b.

    aanvrager: een eigenaar of huurder van een op het grondgebied van de gemeente Bunschoten gesitueerd gebouw;

  • c.

    subsidieplafond: het bedrag dat voor een in deze nadere regel nader gespecificeerde periode ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van subsidies krachtens deze nadere regel;

  • d.

    gereedmelding: een verzoek van aanvrager tot het definitief vaststellen van het subsidiebedrag door middel van een gereedmeldingsformulier;

  • e.

    groen dak: dak zonder gebruiksfunctie (alleen toegankelijk voor onderhoud), met een vegetatiepakket dat is opgebouwd uit een wortelkerende laag, een drainagelaag, een substraatlaag en een vegetatielaag met droogteresistente soorten;

  • f.

    gebouw: een bouwwerk als bedoeld in de Bouwverordening gemeente Bunschoten dat een voor mensen toegankelijke overdekte geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;

  • g.

    eigenaar: eigenaar, opstaller, erfpachter, vereniging van eigenaren, overige verenigingen, woningcorporatie, gerechtigde tot een appartementsrecht of degene die lid is van een coöperatie en op die grond het uitsluitende gebruik heeft van een aan die coöperatie in bloot eigendom toebehorende woning;

  • h.

    huurder: degene die een gebouw in gebruik heeft krachtens een huurovereenkomst.

Artikel 2. Verhouding tot Algemene subsidieverordening

De Algemene subsidieverordening gemeente Bunschoten 2022 is van toepassing voor zover daar in deze nadere regel niet van wordt afgeweken.

Artikel 3. Doel

Met deze subsidie wil het college de aanleg van groene daken stimuleren met als doel een bijdrage te leveren aan het verminderen van CO2-emissies door energiebesparing, het voorkomen van wateroverlast en het vasthouden van regenwater in het bebouwde gebied, het binden van fijnstof, het terugdringen van geluidhinder, het tegengaan van de opwarming en het verhogen van de biodiversiteit en woonkwaliteit.

Artikel 4. Subsidieplafond en verdeelregels

  • 1.

    Er geldt voor deze nadere regel een subsidieplafond van €25.000,- per jaar (voor de periode van 2023 tot 2026)

  • 2.

    Het college rangschikt aanvragen tot subsidieverlening die in eenzelfde openstellingsperiode zijn ingediend per subsidieplafond in volgorde van ontvangst, waarbij aanvragen met dezelfde ontvangstdatum worden gerangschikt door loting voor zover op die datum het subsidieplafond wordt overschreden;

  • 3.

    Volgens de rangschikking, bedoeld in het tweede lid, komt de hoogst gerangschikte aanvraag het eerst voor subsidie in aanmerking.

  • 4.

    Als de aanvrager op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid is geboden om de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening de datum waarop de aanvraag is aangevuld.

Artikel 5. Werkingsgebied

Deze nadere regel subsidie groene daken is van toepassing op het grondgebied van de gemeente Bunschoten.

Hoofdstuk 2. Subsidie

Artikel 6. Verplichtingen subsidieontvanger

Het college kan op basis van deze nadere regel subsidie groene daken verlenen aan:

  • -

    de eigenaar van een gebouw of

  • -

    aan de huurder van een gebouw, met een schriftelijk akkoord van de eigenaar,

met de volgende verplichtingen:

  • a.

    het aan te leggen groene dak heeft een minimale oppervlakte van 5 m²;

  • b.

    het groene dak moet minstens vijf jaar in goede staat blijven; de verstrekte subsidie kan gedeeltelijk of geheel worden teruggevorderd indien dit niet gebeurt;

  • c.

    ontwerp, aanleg en onderhoud van het groene dak dienen deugdelijk, in overeenstemming met de (bouw)regelgeving en zorgvuldig te worden uitgevoerd;

  • d.

    aanvrager is verantwoordelijk voor het verkrijgen van de vereiste vergunning(en);

  • e.

    subsidieverlening biedt geen garantie dat de vereiste vergunningen worden verleend;

  • f.

    de aanvrager is eigenaar van het (bij)gebouw of aan- of uitbouw waarop het dak wordt aangelegd;

  • g.

    indien de aanvrager geen eigenaar is van het (bij)gebouw of de aan- of uitbouw waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, verklaart de eigenaar via schriftelijke toestemming zijn of haar akkoord;

  • h.

    aanvrager is verantwoordelijk voor een gedegen dakconstructie. Voor realisatie van het groene dak moet helder zijn dat het dak voldoende draagkracht heeft;

  • i.

    het dak mag maximaal een hellingshoek van 35 graden bedragen om verzakkingsgevaar van het vegetatiepakket te voorkomen;

  • j.

    binnen zes maanden na de datum van subsidieverlening is het groene dak aangelegd;

Artikel 7. Subsidiehoogte

  • 1.

    De subsidie bedraagt maximaal € 25,- per m² te realiseren groen dak.

  • 2.

    Het maximale subsidiebedrag per aanvraag (per woning) is € 2500,-

Artikel 8. Subsidieaanvraag

  • 1.

    De aanvrager vraagt subsidie aan door indiening van een door of namens het college vastgesteld aanvraagformulier. Bij de aanvraag worden de volgende gegevens ingediend:

    • a.

      een gespecificeerde begroting van de kosten en/of een offerte van de kosten (hoeveelheden en materialen);

    • b.

      de planning van de werkzaamheden;

    • c.

      een situatietekening;

    • d.

      een foto van het bestaande dak (indien het een bestaand dak betreft);

    • e.

      een verklaring, waarbij de aanvrager aangeeft voor minimaal vijf jaar het groene dak in stand te houden;

    • f.

      indien de aanvrager huurder is, een schriftelijk akkoord van de eigenaar;

  • 2.

    Een subsidieaanvraag voor een gebouw in bezit van meerdere eigenaren kan alleen namens alle betrokken eigenaren gezamenlijk worden ingediend.

Artikel 9. Behandeling subsidieaanvraag

  • 1.

    Het college bevestigt de ontvangst van een aanvraag voor een subsidie binnen twee weken.

  • 2.

    Indien de aanvraag niet alle gegevens bevat die het college voor het nemen van een beslissing noodzakelijk acht, stelt het college de aanvrager in de gelegenheid de aanvraag binnen een termijn van vier weken te completeren. De datum van indiening van een volledige aanvraag wordt als de datum van binnenkomst beschouwd.

  • 3.

    Indien de aanvraag niet binnen de aangegeven termijn is gecompleteerd, besluit het college de aanvraag niet in behandeling te nemen. De aanvrager wordt hiervan schriftelijk op de hoogte gesteld.

  • 4.

    Het college handelt aanvragen in volgorde van binnenkomst af.

  • 5.

    Het college neemt binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag, dan wel na het compleet worden daarvan, een beslissing en deelt de beslissing door middel van een beschikking mee aan de aanvrager.

  • 6.

    Onder schriftelijke vermelding aan de aanvrager van de reden van verlenging, kan de termijn, genoemd in het vijfde lid, eenmalig verlengd worden met vier weken.

Artikel 10. Afwijzing subsidieaanvraag

Het college wijst een aanvraag af, indien:

  • 1.

    het budget niet toereikend (meer) is om de aanvraag te honoreren doordat het subsidieplafond is bereikt;

  • 2.

    naar zijn oordeel gegronde redenen bestaan aan te nemen dan wel vastgesteld wordt, dat niet aan de voorwaarden en bepalingen van deze nadere regel wordt of zal worden voldaan;

  • 3.

    de aanvraag is ingediend ná het treffen van maatregelen;

  • 4.

    de aanvrager, al dan niet bewust, onjuiste of onvolledige informatie heeft verstrekt;

  • 5.

    de aanvrager failliet is verklaard of aan hem surseance van betaling is verleend, dan wel een verzoek daarvoor is neergelegd bij de rechtbank;

  • 6.

    de aanvrager die huurder is van het gebouw waarvoor de subsidie wordt aangevraagd geen schriftelijke verklaring van de verhuurder kan overleggen, bijvoorbeeld via medeondertekening van de aanvraag, dat die met de aanvraag akkoord is;

  • 7.

    niet aan alle voorwaarden en vereisten voor de verstrekking van de subsidie wordt voldaan.

Artikel 11. Inhoud van de beschikking tot subsidieverlening

  • 1.

    De beschikking vermeldt in ieder geval de hoogte van de te verlenen subsidie.

  • 2.

    De beschikking tot subsidieverlening vermeldt op welke datum de maatregelen of voorzieningen uiterlijk moeten zijn uitgevoerd of geplaatst (binnen zes maanden na verlening).

  • 3.

    Het college kan aan de beschikking tot subsidieverlening verplichtingen verbinden.

Artikel 12. Aanvraag om vaststelling en uitbetaling subsidie

  • 1.

    De aanvrager meldt aan het college dat de werkzaamheden of activiteiten waarvoor subsidie is aangevraagd zijn voltooid via een door het college beschikbaar gesteld formulier.

  • 2.

    Deze melding is ook een aanvraag om vaststelling van de subsidie.

  • 3.

    De aanvrager kan de gereedmelding direct na afloop van de werkzaamheden doen, maar moet dit uiterlijk doen binnen zes maanden na het ontvangen van de beschikking tot subsidieverlening. Het college bevestigt binnen twee weken de ontvangst van de gereedmelding.

  • 4.

    Het college kan afwijken van de in het vorige lid genoemde termijn van zes maanden als de aanvrager hiervoor een gemotiveerde aanvraag indient.

  • 5.

    Bij de melding moeten de volgende documenten worden aangeleverd voordat het college tot uitbetaling van de subsidie kan overgaan:

    • a.

      een factuur met specificatie;

    • b.

      een kopie van een betaalbewijs waaruit blijkt dat de werkzaamheden zijn uitgevoerd;

    • c.

      een foto van het dak voor het aanleggen van het groene dak en een foto van het gerealiseerde groene dak.

  • 6.

    uit de stukken moet blijken hoeveel m² groen dak is aangelegd.

Artikel 13. Vaststelling van de subsidie

  • 1.

    De vaststelling van de subsidie vindt plaats binnen acht weken na de gereedmelding van de aanleg.

  • 2.

    Het college kan deze termijn eenmalig met maximaal vier weken verlengen.

  • 3.

    Als de gereedmelding niet wordt gedaan kan het college ingevolge artikel 4:47 Awb de subsidie ambtshalve vaststellen.

  • 4.

    Het subsidiebedrag wordt betaalbaar gesteld binnen vier weken na de vaststelling van de subsidie.

  • 5.

    Op de subsidie wordt geen voorschot verleend.

Artikel 14. Intrekking of lagere vaststelling van de subsidie

  • 1.

    Het college kan een subsidiebeschikking intrekken als:

    • a.

      aanvrager zonder voorafgaande schriftelijke toestemming afwijkt van de aan de subsidiebeschikking ten grondslag liggende aanvraag en de daarbij behorende stukken;

    • b.

      de werkzaamheden niet binnen de gestelde termijn zijn uitgevoerd;

    • c.

      niet wordt voldaan aan de verplichtingen opgenomen in de subsidiebeschikking dan wel aan bepalingen opgenomen in deze nadere regel;

    • e.

      de beschikking is verleend op basis van onjuiste gegevens.

  • 2.

    In het geval dat de activiteit waarvoor subsidie is verleend niet of niet geheel heeft plaatsgevonden, wordt de subsidie lager vastgesteld naar rato van het gerealiseerde aantal m², maar met een ondergrens van ten minste 5 m². Als er sprake is van minder dan 5 m² wordt de subsidie op nihil vastgesteld.

Hoofdstuk 3. Slotbepalingen

Artikel 15. Hardheidsclausule

In de gevallen waarin de toepassing van de regeling naar het oordeel van het college zou leiden tot een niet gerechtvaardigde uitkomst en/of tot een ondoelmatige besteding van subsidiegeld, kan het college afwijken van het bepaalde in deze nadere regel.

Artikel 16. Inwerkingtreding, looptijd en citeertitel

  • 1.

    De regeling treedt in werking op de eerste dag na de dag van bekendmaking.

  • 2.

    De regeling heeft een looptijd tot en met 31 december 2026

Bunschoten-Spakenburg, 7 maart 2023

Burgemeester en wethouders,

drs. J.F.H. Jennekens

secretaris

A.van Vliet

wnd. burgemeester

Naar boven