Vijfde wijziging Algemene Plaatselijke Verordening Diemen 2015

De gemeenteraad van Diemen in vergadering bijeen,

 

Gelet op de voordracht van het college van burgemeester en wethouder d.d. 11 januari 2022, om de Vijfde wijziging Algemene Plaatselijke Verordening Diemen 2015 vast te stellen;

 

Gelet op artikel 149 van de Gemeentewet

 

Besluit

 

vast te stellen de Vijfde wijziging Algemene Plaatselijke Verordening Diemen 2015 vast te stellen.

Artikel I

De Algemene Plaatselijke Verordening Diemen 2015 wordt als volgt gewijzigd:

 

A

 

Artikel 2:6 wordt als volgt gewijzigd vastgesteld:

  • 1.

    Het is verboden gedrukte of geschreven stukken dan wel afbeeldingen onder publiek te verspreiden dan wel openlijk aan te bieden op door het college aangewezen openbare plaatsen.

  • 2.

    Het college kan de werking van het verbod beperken tot bepaalde dagen en uren.

  • 3.

    Het in het eerste lid gestelde verbod is niet van toepassing voor het huis-aan-huis verspreiden of het aan huis bezorgen van gedrukte of geschreven stukken en afbeeldingen.

  • 4.

    Het in het eerste lid gestelde verbod is niet van toepassing voor zover het betreft gedrukte of geschreven stukken dan wel afbeeldingen verstrekt door rechtspersonen in de zin van artikel 1 van het Burgerlijk Wetboek 2, politieke partijen, nood- en hulpverleningsdiensten, stichtingen en/of verenigingen met een ideëel doel.

B

 

Artikel 2:48A Openlijk gebruik wordt als volgt vastgesteld om effectiever op te kunnen treden tegen op aan drugs gelijkende waren:

 

Het is verboden op of aan de weg, op een andere openbare plaats of in een voor publiek toegankelijk gebouw middelen als bedoeld in de artikelen 2 of 3 van de Opiumwet of daarop gelijkende waar te gebruiken, toe te dienen, dan wel voorbereidingen daartoe te verrichten of ten behoeve van dat gebruik voorwerpen of stoffen voorhanden te hebben.

 

C

Artikel 2:78 wordt gewijzigd waardoor in meer gevallen door de burgemeester kan worden opgetreden:

  • 1.

    Degene die een woning of een bij die woning behorend erf gebruikt, of tegen betaling in gebruik geeft draagt er zorg voor dat door gedragingen in of vanuit die woning of dat erf of in de onmiddellijke nabijheid van die woning of dat erf geen ernstige en herhaaldelijke hinder voor omwonenden wordt veroorzaakt.

  • 2.

    Als de burgemeester een last onder dwangsom of bestuursdwang oplegt naar aanleiding van een schending van deze zorgplicht kan hij daarbij aanwijzingen geven over wat de overtreder dient te doen of na te laten om verdere schending te voorkomen

  • 3.

    De last kan in ieder geval worden opgelegd bij ernstige en herhaaldelijke:

    • a.

      geluid- of geurhinder;

    • b.

      hinder van dieren;

    • c.

      hinder van bezoekers of personen die tijdelijk in een woning of op een erf aanwezig zijn;

    • d.

      overlast door vervuiling of verwaarlozing van een woning of een erf;

    • e.

      intimidatie van derden vanuit een woning of een erf.

D

Artikel 3:13, eerste lid, sub d, wordt toegevoegd waardoor de leeftijdsgrens van prostituees van 18 jaar naar 21 jaar gaat:

 

er aanwijzingen zijn dat in het besloten prostitutiebedrijf, de seksinrichting of het escortbedrijf personen tewerkgesteld zijn of zullen zijn die, als het prostituees betreft, nog niet de leeftijd van 21 jaar hebben bereikt, als het overige personen betreft, nog niet de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt.

 

E

 

Artikel 3:13B, sub a, wordt gewijzigd gelet op de verhoging van de leeftijdsgrens:

 

Een prostituee die de leeftijd van 21 nog niet heeft bereikt of een prostituee zonder geldige verblijfstitel wordt aangetroffen.

 

F

 

Artikel 1:1 onder e, de verwijzing naar ‘onder c’ klopt niet. De tekst wordt als volgt:

 

gebouw: gebouw als bedoeld in artikel 1 van de Woningwet;

 

G

 

Artikel 1:1 onder p, wordt ten behoeve van de leesbaarheid aangepast. De tekst wordt als volgt:

 

voertuig: hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, met uitzondering van kleine wagens, zoals kruiwagens, kinderwagens en rolstoelen;

 

H

 

Artikel 1:1 onder r de eerste letter moet geen hoofdletter zijn. De tekst wordt als volgt:

 

Samenscholing: het groepsgewijs bij elkaar komen van mensen die een dreigende houding aannemen, kwade bedoelingen hebben of bedreigend overkomen.

 

I

 

In artikel 2:24, sub d, wordt nog verwezen naar de Drank- en Horecawet (thans Alcoholwet). De tekst wordt als volgt:

 

het in een inrichting in de zin van de Alcoholwet gelegenheid geven tot dansen;

 

J

 

In artikel 2:25 staan meerdere woorden abusievelijk aan elkaar. De tekst wordt als volgt:

 

  • 1.

    Het is verboden zonder vergunning of in afwijking van een vergunning van de burgemeester een evenement te organiseren.

  • 2.
    • a.

      De organisator c.q. vergunning aanvrager van door de burgemeester aan te wijzen categorieën vergunningplichtige vechtsportwedstrijden of -gala’s, is niet van slecht levensgedrag.

    • b.

      De burgemeester weigert de vergunning als de organisator c.q. vergunning aanvrager van een evenement als bedoeld in het tweede lid, onder a, van slecht levensgedrag is, onverminderd het bepaalde in artikel 1:8 en het genoemde in het derde lid.

  • 3.

    Onverminderd het bepaalde in artikel 1:8 kan de vergunning worden geweigerd indien:

    • a.

      de inhoud of uitstraling van het evenement niet past binnen de kwaliteit, zoals het gebruik en uiterlijk aanzien, van de (woon)omgeving;

    • b.

      tegen de organisator in de afgelopen drie jaar een bestuurlijke sanctie is genomen.

  • 4.

    Het in het eerste lid gestelde verbod is niet van toepassing op eendaagse evenementen, indien een evenement voldoet aan alle onderstaande voorwaarden:

    • a.

      het een kleinschalig evenement in de openlucht betreft met uitzondering van de door het college aangewezen wegen, straten en pleinen;

    • b.

      het aantal bezoekers niet meer bedraagt dan 50 personen;

    • c.

      in de bebouwde kom het evenement tussen 09.00 en 23.30 plaatsvindt;

    • d.

      in het buitengebied het evenement tussen 09.00 uur en zonsondergang plaatsvindt;

    • e.

      in de bebouwde kom niet langer dan tot 23.30 uur (live-)muziek ten gehore wordt gebracht;

    • f.

      in het buitengebied niet langer dan tot zonsondergang (live-)muziek ten gehore wordt gebracht;

    • g.

      op zondagen het produceren van geluid dat op een afstand van meer dan 200 meter vanaf de bron hoorbaar is alleen vanaf 13.00 uur plaatsvindt;

    • h.

      de hulpdiensten te allen tijde doorgang wordt verleend, ook in het geval dat het evenement plaats vindt op de openbare weg;

    • i.

      slechts kleine objecten worden geplaatst met een oppervlakte van minder dan 10 m2 per object;

    • j.

      er een organisator is;

    • k.

      de organisator tenminste 7 werkdagen voorafgaand aan het evenement daarvan een melding heeft gedaan aan de burgemeester;

    • l.

      de wegafzetting, indien van toepassing, te allen tijde duidelijk zichtbaar is.

  • 5.

    Het in het eerste lid gestelde verbod is niet van toepassing op een wedstrijd op of aan de weg in situaties waarin wordt voorzien door artikel 10 juncto 148 van de Wegenverkeerswet 1994.

  • 6.

    Op de vergunning is paragraaf 4.1.3.3 van de Awb (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.

  • 7.

    Het college stelt een maximum aan het aantal evenementen dat in een bepaalde periode op een bepaalde locatie mag plaatsvinden en kan locaties aanwijzen waar bepaalde evenementen niet mogen plaatsvinden. De burgemeester kan in bijzondere omstandigheden afwijken van deze normen.

  • 8.

    De burgemeester kan besluiten het organiseren van een evenement als bedoeld in het vierde lid te verbieden, indien daardoor de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu in gevaar komt.

K

 

In artikel 2:27, sub d, ontbreekt een spatie. De tekst wordt als volgt:

 

leidinggevende: de natuurlijke persoon, die algemene leiding of onmiddellijke leiding geeft aan de openbare inrichting, alsmede de bestuurder van een rechtspersoon voor wiens rekening en risico de openbare inrichting wordt geëxploiteerd.

 

L

 

In artikel 2:28, vijfde lid, ontbreekt een spatie en staat een overbodige komma. De tekst wordt als volgt:

 

Bij de toepassing van de in het derde lid genoemde weigeringsgrond houdt de burgemeester rekening met het karakter van de straat en de wijk, waarin de openbare inrichting is gelegen of zal zijn gelegen, de aard van de openbare inrichting, de spanning waaraan het woonmilieu ter plaatse reeds blootstaat of bloot zal komen te staan door de exploitatie, de wijze van bedrijfsvoering door de exploitant of de leidinggevende en het levensgedrag van de exploitant of leidinggevende.

 

M

 

In artikel 2:30, vierde lid, wordt het woord vaststellen abusievelijk als ‘vast stellen’ geschreven. De tekst wordt als volgt:

 

De burgemeester kan bij handelingen genoemd in het eerste lid voor een openbare inrichting tijdelijk andere sluitingstijden vaststellen dan de sluitingstijden zoals die gelden krachtens artikel 2:29 van de APV.

 

N

 

In artikel 2:44, derde lid, mist een spatie. De tekst wordt als volgt:

 

Het in het tweede lid gestelde verbod is niet van toepassing indien redelijkerwijs kan worden aangenomen dat het in dat lid bedoelde voorwerp, niet bestemd is voor het plegen van de in dat lid bedoelde handelingen.

 

O

 

Artikel 2:48, eerste lid, mist een / tussen en of. De tekst wordt als volgt:

 

Het is verboden op of aan de weg, op het openbaar water of in een voor publiek toegankelijk gebouw alcoholhoudende drank te nuttigen en/of softdrugs te gebruiken of openlijk voorhanden te hebben als dit gepaard gaat met gedrag dat de openbare orde verstoort, het woon- en leefklimaat aantast of anderszins overlast veroorzaakt.

 

P

 

In artikel 2:48, vierde lid sub a en b wordt nog verwezen naar de Drank- en Horecawet (thans Alcoholwet). De tekst wordt als volgt:

 

Het bepaalde in het tweede lid is niet van toepassing op:

  • a.

    een terras dat behoort bij een openbare inrichting, als bedoeld in artikel 1 van de Alcoholwet;

  • b.

    een andere plaats, niet zijnde een openbare inrichting, als bedoeld onder a, waarvoor een ontheffing geldt krachtens artikel 35 van de Alcoholwet.

Q

 

Artikel 2:50A, eerste lid, mist op twee plekken een spatie. De tekst wordt als volgt:

 

De burgemeester kan degene die, hetzij alleen, hetzij in groepsverband, de openbare orde ernstig verstoort door het plegen van strafbare feiten, of anderszins personen lastig valt of schade toebrengt uit het oogpunt van openbare orde het bevel geven zich te verwijderen en zich verwijderd te houden van of uit een door de burgemeester bij bevel gegeven plaats of gebied gedurende de tijd bij het bevel genoemd.

 

R

 

De aanhef van artikel 2:51 mist een tweetal spaties. De tekst wordt als volgt:

 

Het is verboden op of aan de weg een fiets, een bromfiets of een andersoortig voertuig te plaatsen of te laten staan tegen een raam, een raamkozijn, een deur, de gevel van een gebouw dan wel in de ingang van een portiek indien:

 

S

 

De laatste zinsnede van artikel 2:52, tweede lid, is niet in goed Nederlands opgeschreven. Dit lid komt als volgt te luiden:

 

Het eerste lid is niet van toepassing op een open voertuig voor de verplaatsing op korte afstand voor mindervaliden, zoals een scootmobiel en rolstoel.

 

T

 

Artikel 2:57, eerste lid, sub c mist een spatie. De tekst wordt als volgt:

 

op de weg, indien die hond niet is voorzien van een halsband of een ander identificatiemerk dat de eigenaar of houder duidelijk doet kennen.

 

U

 

Artikel 2:60A mist twee keer een spatie. De tekst wordt als volgt:

 

Het college kan wegen, weggedeelten en plaatsen aanwijzen waar de eigenaar of houder van een bij die aanwijzing nader te bepalen dier, niet zijnde een hond, verplicht is ervoor te zorgen dat de uitwerpselen van dat dier onmiddellijk worden verwijderd.

 

V

 

In artikel 2:68, tweede lid, wordt het tekststuk ‘maar uiterlijk binnen veertien dagen’ tussen komma’s gezet. De tekst wordt als volgt:

 

De handelaar doet aan de in het eerste lid bedoelde ambtenaar zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen veertien dagen, mededeling van een verandering in zijn woonadres of het adres van een ruimte die hij voor de uitoefening van zijn onderneming gebruikt.

 

W

 

In artikel 3:4, eerste lid, staat een komma verkeerd en in het derde lid sub a mist een spatie. De tekst wordt als volgt:

  • 1.

    Het is verboden zonder vergunning van het bevoegd bestuursorgaan een besloten prostitutiebedrijf, een escortbedrijf of een seksinrichting te exploiteren of te wijzigen.

  • 2.

    Het is verboden een prostitutiehotel dan wel een raamprostitutiebedrijf te exploiteren.

  • 3.

    Bij het indienen van een aanvraag om een vergunning voor een besloten prostitutiebedrijf wordt naast het aanvraagformulier ook een bedrijfsplan overgelegd waarin in ieder geval staat beschreven:

    • a.

      het bedrijfsbeleid ten aanzien van de hygiëne, de gezondheid en de arbeidsomstandigheden van de prostituees;

    • b.

      de maatregelen die waarborgen dat de prostituees niet worden gedwongen tot prostitutie, tot prostitutie zonder condoom, tot gebruik van drugs of tot het nuttigen van alcoholhoudende dranken;

    • c.

      de geneeskundige zorg en voorlichting op het gebied van het voorkomen van beroepsgerelateerde ziektes ten behoeve van de prostituees.

  • 4.

    Het bevoegd bestuursorgaan kan nadere regels stellen ten aanzien van hetgeen ter bescherming van de in het derde lid onder a genoemde belangen in het bedrijfsplan worden opgenomen.

  • 5.

    Als de exploitant het bedrijfsplan wil wijzigen doet de exploitant van de wijziging vooraf mededeling aan het bevoegd bestuursorgaan. De mededeling wordt als onderdeel van het bedrijfsplan aangemerkt.

  • 6.

    Op de vergunning is paragraaf 4.1.3.3 van de Awb (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.

X

 

Artikel 3:5, vierde lid, onder c, verwijst nog naar de Drank- en Horecawet (thans Alcoholwet). De tekst wordt als volgt:

 

  • c.

    binnen de laatste vijf jaar bij ten minste twee rechterlijke uitspraken onherroepelijk veroordeeld tot een onvoorwaardelijke geldboete van 500 euro of meer of tot een andere hoofdstraf als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder a van het Wetboek van Strafrecht, wegens dan wel mede wegens overtreding van:

    • -

      bepalingen gesteld bij of krachtens de Alcoholwet, de Opiumwet, de Vreemdelingenwet en de Wet arbeid vreemdelingen;

    • -

      de artikelen 137c tot en met 137g, 140, 240b, 242 tot en met 249, 252, 250a (oud), 273a, 300 tot en met 303, 416, 417, 417bis, 426, 429quater en 453 van het Wetboek van Strafrecht;

    • -

      de artikelen 8 en 162, derde lid, alsmede artikel 6 juncto artikel 8 of juncto artikel 163 van de Wegenverkeerswet 1994;

    • -

      de artikelen 1, onder a, b en d, 13, 14, 27 en 30b van de Wet op de kansspelen;

    • -

      de artikelen 2 en 3 van de Wet op de weerkorpsen;

    • -

      de artikelen 54 en 55 van de Wet wapens en munitie.

Y

 

Artikel 3:5, zevende lid, mist een komma. De tekst wordt als volgt:

 

De exploitant of de leidinggevende zijn binnen de laatste vijf jaar geen exploitant of leidinggevende geweest van een seksinrichting, prostitutiebedrijf of escortbedrijf die voor ten minste een maand door het bevoegd bestuursorgaan is gesloten, of waarvan de vergunning bedoeld in artikel 3:4, eerste lid, is ingetrokken, tenzij aannemelijk is dat hem ter zake geen verwijt treft.

 

Z

 

In artikel 3:8, tweede lid, onder a, staan teveel spaties opgenomen. De tekst wordt als volgt:

 

geen strafbare feiten plaatsvinden, waaronder in ieder geval de feiten genoemd in de titels XIV (misdrijven tegen de zeden), XVIII (misdrijven tegen de persoonlijke vrijheid), XX (mishandeling), XXII (diefstal) en XXX (heling) van het Tweede Boek van het Wetboek van Strafrecht, in de Opiumwet en in de Wet wapens en munitie;

 

AA

 

In artikel 3:13, eerste lid, sub c, wordt het woord strafrecht in Wetboek van Strafrecht zonder hoofdletter geschreven. De tekst wordt als volgt:

 

er aanwijzingen zijn dat in het besloten prostitutiebedrijf, de seksinrichting of het escortbedrijf personen werkzaam zijn of zullen zijn in strijd met artikel 273f van het Wetboek van Strafrecht of met het bij of krachtens de Wet arbeid vreemdelingen of de Vreemdelingenwet bepaalde.

 

BB

 

In artikel 3:13, vierde lid, sub c, moet het eerste woord met een hoofdletter geschreven worden. De tekst wordt als volgt:

 

Bijzondere gebruiksfuncties in de omgeving van het besloten prostitutiebedrijf, seksinrichting of escortbedrijf die zich niet verdragen met de aanwezigheid van het besloten prostitutiebedrijf, de seksinrichting of het escortbedrijf.

 

CC

 

In artikel 3:13a, eerste lid, wordt het woord ‘en’ gebruikt waar ‘een’ bedoeld is. De tekst wordt als volgt:

 

Het bevoegd bestuursorgaan kan de sluiting van een besloten prostitutiebedrijf, seksinrichting of escortbedrijf bevelen als het belang van de bescherming van de prostituees, de openbare orde, de veiligheid, de zedelijkheid of de gezondheid dat naar haar oordeel vereist.

 

DD

 

In artikel 3:13b sub c staat een spatie teveel. De tekst wordt als volgt:

 

In het besloten prostitutiebedrijf, seksinrichting of escortbedrijf strafbare feiten plaatsvinden die een bedreiging vormen voor de openbare orde of veiligheid in en om het besloten prostitutiebedrijf, seksinrichting of escortbedrijf;

 

EE

 

In artikel 4:3, vierde lid, mist het woordje die. De tekst wordt als volgt:

 

De kennisgeving wordt geacht te zijn gedaan wanneer het formulier, volledig en naar waarheid ingevuld is en tijdig is ingeleverd op de plaats die op dat formulier is vermeld.

 

FF

 

In artikel 4:6A, vijfde lid, begint een zin zonder hoofdletter. De tekst wordt als volgt:

 

Een mosquito wordt aangebracht voor een periode van ten hoogste 3 maanden. De burgemeester kan die periode telkens met een periode van ten hoogste 3 maanden verlengen.

 

GG

 

In de aanhef van artikel 4:9A staat het woord ballonnen verkeerd geschreven.

 

De spelfout ‘ballonen’ wordt aangepast in ballonnen.

 

HH

 

In artikel 5:27 is voor een deel onjuist in meervoud geschreven. De tekst wordt als volgt:

 

Het is verboden een ligplaats in te nemen, te hebben of beschikbaar te stellen in strijd met het krachtens in artikel 5:26, tweede lid, bepaalde.

 

II

 

In artikel 5:28, eerste lid mist een komma na het woord ‘wateren’. In het tweede lid mist evident het woord ‘voorzien’. De tekst wordt als volgt:

  • 1.

    Het is verboden schade toe te brengen aan of veranderingen aan te brengen in de toestand van bij de gemeente in beheer zijnde openbare wateren, vaarten, havens, dijken, wallen, kaden, trekpaden, beschoeiingen, oeverbegroeiing, bruggen, zetten, duikers, pompen, waterleidingen, gordingen, aanlegpalen, stootpalen, bakens of sluizen.

  • 2.

    Het in het eerste lid gestelde verbod is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door het Wetboek van Strafrecht, het Binnenvaartpolitiereglement, de Waterwet of de Provinciale vaarwegenverordening.

Artikel II  

Dit besluit treedt in werking op de dag na bekendmaking.

 

Aldus besloten tijdens de gemeenteraadsvergadering van 17 februari 2022,

De voorzitter,

De griffier,

Naar boven