Regeling tot wijziging van de Regeling parkeerregulering en parkeerbelastingen Den Haag 2022

Toelichting

In de Parkeerstrategie Den Haag 2021-2030 (RIS308711) is opgenomen dat houders van elektrische voertuigen die over een parkeerplaats op eigen terrein beschikken, maar niet over laadfaciliteit, in aanmerking moeten kunnen komen voor een parkeervergunning. Met de regeling worden de voorwaarden van deze parkeervergunning vastgesteld, waaronder het invoeren van een urentegoed.

 

Daarnaast worden de tijden waarop en de plaatsen waar men tegen betaling van parkeerbelasting mag parkeren geregeld, evenals waar de wielklem wordt toegepast. Er wordt een nieuwe bijlage als onderdeel van de regeling vastgesteld.

 

Tot slot wordt verduidelijkt dat het college de locatie van een gereserveerde parkeerplaats bepaalt. In eerdere regelgeving was dit zo opgenomen, maar dit is in de huidige regeling weggevallen. Er wordt hiermee geen nieuwe bevoegdheid geregeld.

 

Besluitvorming

 

Het college van burgemeester en wethouders van Den Haag,

 

gelet op:

 

  • -

    artikel 225 van de Gemeentewet;

  • -

    de artikelen 2:1, 2:2, derde lid, onderdeel p, en 5:8 van de Verordening parkeerregulering en parkeerbelasting Den Haag 2022;

 

Besluit:

 

vast te stellen de Regeling tot wijziging van de Regeling parkeerregulering en parkeerbelastingen Den Haag 2022:

 

Artikel I

De Regeling parkeerregulering en parkeerbelastingen Den Haag 2022 wordt als volgt gewijzigd:

 

  • A

    Artikel 3.2.1, eerste lid, komt te luiden:

    Het college bepaalt de locatie van een gereserveerde parkeerplaats en legt een gereserveerde parkeerplaats alleen aan op de locatie van een reeds bestaande openbare parkeerplaats.

 

  • B

    Aan hoofdstuk 4 wordt een artikel toegevoegd, luidende:

    Artikel 4.2.16 Laadpaalvergunning

    1. Het college kan een laadpaalvergunning verlenen aan een persoon die:

    a. bewoner is van een vergunningengebied;

    b. houder van een elektrisch motorvoertuig is; en

    c. over een parkeerplaats op eigen terrein beschikt maar aantoonbaar geen mogelijkheid heeft om het elektrische motorvoertuig hier op te laden.

    2. Met de vergunning kan de vergunninghouder voor ten hoogste 600 uur per jaar zijn elektrische motorvoertuig parkeren op een openbare parkeerplaats in het vergunningengebied waar de vergunninghouder woont en die van een laadpaal is voorzien.

    3. De vergunninghouder kan per vergunningjaar ten hoogste 50 uur bijkopen en ten hoogste 50 ongebruikte uren meenemen naar het volgende vergunningjaar.

 

  • C

    Bijlage 1 wordt vervangen door bijlage I bij deze regeling, en maakt onlosmakelijk deel uit van deze regeling.

 

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 april 2022.

 

Den Haag, 15 februari 2022

Het college van burgemeester en wethouders,

 

de secretaris,

Ilma Merx

 

de burgemeester,

Jan van Zanen

 

 

Naar boven