Gemeenteblad van Horst aan de Maas
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Horst aan de Maas | Gemeenteblad 2022, 83604 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Horst aan de Maas | Gemeenteblad 2022, 83604 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Verordening Tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ 2022 gemeente Horst aan de Maas
De raad van de gemeente Horst aan de Maas;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 10 januari 2022,
gemeentebladnummer 2022.017-F;
gelet op het bepaalde in de Gemeentewet;
gelet op artikel 8a lid 1, onderdeel b Participatiewet, artikel 35, onderdeel d Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers en artikel 35, onderdeel d Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen;
overwegende dat bij verordening de inzet van het instrument tegenprestatie moet worden geregeld;
Verordening Tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ 2022 gemeente Horst aan de Maas
Hoofdstuk 2. De tegenprestatie naar vermogen
Het college draagt geen tegenprestatie op als een belanghebbende mantelzorg verricht voor zover het verrichten van mantelzorg naar het oordeel van het college redelijkerwijs noodzakelijk is.
Aldus besloten in de openbare vergadering van 8 februari 2022.
De raad voornoemd,
De voorzitter,
drs. R.F.I. Palmen
De griffier,
mr. R.J.M. Poels
Het college is bevoegd een belanghebbende te verplichten naar vermogen een tegenprestatie te verrichten. Ook als die tegenprestatie niet direct samenhangt met arbeidsinschakeling. Een belanghebbende van 18 jaar of ouder maar jonger dan de pensioengerechtigde leeftijd is vanaf de dag van melding gehouden naar vermogen een tegenprestatie te verrichten. Dit is vastgelegd in artikel 9 lid 1 onderdeel c Pw.
De tegenprestatie bestaat uit de plicht om naar vermogen door het college opgedragen onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden te verrichten. Dit naast of in aanvulling op reguliere arbeid en die niet leiden tot verdringing op de arbeidsmarkt. De maatschappelijk nuttige werkzaamheden in het kader van de tegenprestatie dienen zich te onderscheiden van werkzaamheden die door de reguliere arbeidsmarkt verricht worden.
Het college bepaalt aan de hand van de individuele omstandigheden en de voorhanden zijnde onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden, de aard, de duur en de omvang van de aan een persoon op te leggen tegenprestatie. Hierbij moet het college de in deze verordening neergelegde criteria in acht nemen. Als het college een tegenprestatie vraagt van belanghebbende, moet het een duidelijke omschrijving geven van de te verrichten werkzaamheden. Het moet voor een belanghebbende duidelijk zijn welke tegenprestatie van hem verwacht wordt. Zie Rechtbank Zeeland-West-Brabant 25-02-2013, nr. 12/3649, ECLI:NL:RBZWB:2013:BZ5171.
Wij kiezen ervoor om de belanghebbende in de gelegenheid te stellen zelf een tegenprestatie voor te stellen, met deze wens(en) houdt het college rekening.
Als daarvoor dringende redenen - zoals zorgtaken - aanwezig zijn, kan het college in individuele gevallen tijdelijk ontheffing verlenen van de plicht tot het verrichten van een tegenprestatie (artikel 9 lid 2 Pw). De plicht tot tegenprestatie is niet van toepassing op een belanghebbende die volledig en duurzaam arbeidsongeschikt is als bedoeld in artikel 4 van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (artikel 9 lid 5 Pw). De plicht tot tegenprestatie is niet van toepassing op een alleenstaande ouder die in het bezit is van een ontheffing als bedoeld in artikel 9a lid 1 Pw (artikel 9 lid 7 Pw).
Net als bij het niet nakomen van de arbeids- en re-integratieverplichting geldt voor het niet nakomen van de tegenprestatie dat de bijstand kan worden afgestemd overeenkomstig de ‘Afstemmingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ 2022 gemeente Horst aan de Maas’.
Tegenprestatie is geen re-integratie-instrument
De plicht tot tegenprestatie heeft tot doel om maatschappelijk nuttige werkzaamheden te doen in de samenleving als tegenprestatie voor het ontvangen van een uitkering. Het opdragen van een tegenprestatie heeft niet primair tot doel de re-integratie van een belanghebbende te bevorderen, maar moet worden gezien als een nuttige bijdrage aan de samenleving (TK 2013-2014, 33 801, nr. 7, p. 49-50). De tegenprestatie is daarom naar zijn aard niet gericht op toeleiding tot de arbeidsmarkt en is niet bedoeld als re-integratie-instrument.
Daarnaast mag een tegenprestatie het accepteren van passende arbeid of van re-integratie-inspanningen niet belemmeren. Als uitgangspunt geldt werk boven uitkering.
Hoewel de tegenprestatie niet gericht is op re-integratie, kan er wel een situatie zich voordoen waarin de tegenprestatie een bijdrage levert aan de sociale activering of verkorten van de afstand tot de arbeidsmarkt van de belanghebbende. In dergelijke gevallen kan de activiteit, na instemming van het college en de belanghebbende, met dat doel worden voortgezet.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2022-83604.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.