Subsidieverordening vrijetijdseconomie Horst aan de Maas

De raad van de gemeente Horst aan de Maas;

 

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 december 2022;

gemeentebladnummer 2022.016;

 

gelet op het bepaalde in de Gemeentewet;

 

b e s l u i t :

 

Het Toetsingskader subsidie vrijetijdseconomie Horst aan de Maas en de Subsidieverordening vrijetijdseconomie Horst aan de Maas vast te stellen.

Artikel 1 Begripsbepalingen

Deze verordening verstaat onder:

 

  • a.

    Wet

: de Algemene wet bestuursrecht.

  • b.

    College

: het College van burgemeester en wethouders van de Gemeente Horst aan de Maas.

  • c.

    Gemeente

: Gemeente Horst aan de Maas.

  • d.

    Onderneming

: entiteit actief in de vrijetijdssector in de gemeente Horst aan de Maas die tegen betaling een product of dienst op de markt brengt en daarbij gericht is op het maken van winst.

  • e.

    Maatschappelijke organisatie

: organisatie, niet zijnde een onderneming, die is opgericht ter behartiging van een algemeen maatschappelijk belang en actief is in de vrijetijdseconomie in de gemeente Horst aan de Maas.

  • f.

    Subsidieplafond

: het bedrag dat gedurende een kalenderjaar ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van subsidies op basis van deze verordening.

  • g.

    Vrijetijdseconomie

: horeca, cultuur, toerisme en/of recreatie in de gemeente Horst aan de Maas.

  • h.

    Toetsingskader

: Het door de raad vastgestelde Toetsingskader vrijetijdseconomie Horst aan de Maas, waarin de subsidiecriteria zijn vastgelegd.

  • i.

    Adviesraad

: een samenwerkingsverband van zeven ondernemingen en maatschappelijke organisaties, actief in de vrijetijdseconomie in de Gemeente, welke zijn verenigd in de Adviesraad vrijetijdseconomie Horst aan de Maas.

  • j.

    Actieprogramma

: het door de gemeenten van de regio Noord-Limburg vastgestelde Actieprogramma Vrijetijdseconomie Noord-Limburg 2018-2025.

  • k.

    Verordening

: deze subsidieverordening.

Artikel 2 Doelstelling

De Gemeente wenst invulling te geven aan de gezamenlijke ambitie, zoals vastgelegd in het Actieprogramma, om in regionaal verband de vrijetijdssector, met een focus op familierecreatie, te versterken. Het doel van deze verordening is om de voorwaarden en regels vast te leggen waaronder ondernemingen en maatschappelijke organisaties in de vrijetijdseconomie in de Gemeente Horst aan de Maas in aanmerking kunnen komen voor een subsidie. De subsidie is bedoeld als stimulans in de ontwikkeling van een divers en kwalitatief toeristisch aanbod om daarmee op lokaal niveau invulling te geven aan de regionale ambitie zoals gesteld in het Actieprogramma en de gemeentelijke ambitie op het gebied van de vrijetijdseconomie.

Artikel 3 Aanvrager

Voor subsidie op grond van deze verordening komen in aanmerking:

 

  • a.

    Ondernemingen.

  • b.

    Maatschappelijke organisaties.

Artikel 4 Subsidiecriteria

Het College verleent subsidie aan een aanvrager indien aan de volgende voorwaarden is voldaan:

 

  • a.

    De aanvraag voldoet aan alle indieningscriteria zoals opgenomen in het Toetsingskader.

  • b.

    Het project waarvoor subsidie wordt aangevraagd voldoet aan alle subsidiecriteria zoals opgenomen in het Toetsingskader.

  • c.

    De Adviesraad heeft over de aanvraag een positief advies gegeven aan het College.

Artikel 5 Bevoegdheid College, subsidieplafond en verdeling subsidies

  • 1.

    Het College is belast met de uitvoering van deze verordening.

  • 2.

    Het College is bevoegd om een subsidieplafond vast te stellen. Zodra het subsidieplafond is bereikt komen de aanvragen op een reservelijst voor het volgende jaar en wordt uitvoering van deze subsidieverordening opgeschort totdat eventueel nieuw budget beschikbaar is.

  • 3.

    De wijze van verdeling van het beschikbare subsidiebudget geschiedt op basis van de criteria zoals vastgelegd in het Toetsingskader, welke is te raadplegen op de website van de Gemeente.

  • 4.

    Bij de verdeling van de middelen die jaarlijks beschikbaar zijn gesteld, houdt het College rekening met de volgorde van ontvangst van ingediende aanvragen, waarbij een eerder ontvangen aanvraag voor een later ontvangen aanvraag gaat.

  • 5.

    Als de aanvrager ingevolge artikel 4:5 van de Awb de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst de datum waarop de aanvraag naar het oordeel van het College volledig is aangevuld.

Artikel 6 Hoogte subsidiebedrag

De maximaal toe te kennen subsidie per aanvraag bedraagt 50% van de subsidiabele projectkosten met een maximum subsidie van € 25.000,-.

Artikel 7 Aanvraag

  • 1.

    De aanvraag moet minimaal 2 weken vóór de start van het project zijn ingediend.

  • 2.

    Een aanvraag kan uitsluitend worden ingediend bij het College met gebruikmaking van het standaard aanvraagformulier dat geplaatst is op de website van de Gemeente.

  • 3.

    De aanvraag dient vergezeld te gaan van een volledig ingevuld aanvraagformulier en alle daarbij behorende bijlagen zoals aangegeven in het formulier.

  • 4.

    Het College kan, al dan niet op verzoek van de Adviesraad aanvullende informatie van de aanvrager verlangen indien dit noodzakelijk is voor het beoordelen van de aanvraag.

  • 5.

    Aanvragen worden door het College voor advies voorgelegd aan de Adviesraad.

Artikel 8 Weigeringsgronden

  • 1.

    Het College weigert de subsidie indien:

     

    • a.

      niet wordt voldaan aan de subsidiecriteria zoals bedoeld in artikel 4.

    • b.

      door verstrekking van de subsidie het Subsidieplafond zou worden overschreden.

  • 2.

    Het College kan de subsidie (gedeeltelijk) weigeren indien er gegronde redenen zijn om aan te nemen dat zich een of meerdere van de in artikel 4:35 van de Awb genoemde gevallen zullen voordoen.

Artikel 9 Subsidieverlening

  • 1.

    Het College beslist binnen 12 weken na ontvangst van de aanvraag.

  • 2.

    Het College kan de beslistermijn eenmaal, voor ten hoogste 4 weken, verdagen.

  • 3.

    Het College is bevoegd om, al dan niet op advies van de Adviesraad, aan de subsidieverlening nadere voorschriften en verplichtingen te verbinden.

  • 4.

    De subsidieontvanger is verplicht het project uit te voeren zoals vermeld in de aanvraag en de door het College aan de subsidieverlening verbonden voorschriften en verplichtingen.

  • 5.

    Het College kan, zolang de subsidie niet is vastgesteld, de subsidieverlening intrekken, of ten nadele van de subsidieontvanger wijzigen, indien:

     

    • a.

      binnen 2 maanden na het verlenen van de subsidie niet met de uitvoering van het project is begonnen.

    • b.

      zich een geval voordoet als genoemd in artikel 4:48, eerste lid, van de Awb.

Artikel 10 Voorschot

In de beschikking tot subsidieverlening wordt bepaald dat binnen twee weken een voorschot aan de aanvrager wordt betaald, ter hoogte van 80% van de verleende subsidie. Het restant, zijnde 20% van de verleende subsidie, wordt aan de aanvrager betaald binnen twee weken nadat het College de subsidie heeft vastgesteld.

Artikel 11 Subsidievaststelling

  • 1.

    De subsidieontvanger dient binnen 4 weken na afronding van het project een eindrapportage in volgens het daarvoor door het College vastgestelde formulier, voorzien van alle daarbij behorende bijlagen. Het formulier is te raadplegen op de website van de Gemeente en dient te worden gezonden naar het op het formulier aangegeven adres.

  • 2.

    Het College stelt binnen 4 weken na ontvangst van de gereed melding en goedkeuring van de door de subsidieontvanger ingediende eindrapportage de subsidie overeenkomstig de subsidieverlening vast. Het College kan de Adviesraad verzoeken om een advies te geven over de ingediende eindrapportage.

  • 2.

    De subsidie kan naast de gevallen als vermeld in artikel 4:46, tweede en derde lid, van de Awb, lager worden vastgesteld, indien is gebleken dat de subsidie aan andere activiteiten is besteed dan waarvoor zij is aangevraagd en verleend.

  • 3.

    Het College kan een subsidievaststelling intrekken, of ten nadele van de subsidieontvanger wijzigen, in de gevallen als genoemd in artikel 4:49, eerste lid, van de Awb.

Artikel 12 Hardheidsclausule

  • 1.

    In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet beslist het College.

  • 2.

    Het College kan, al dan niet op advies van de Adviesraad, in bijzondere gevallen, waarin strikte toepassing van deze verordening tot onbillijkheden leidt, op een voor een aanvrager gunstige wijze afwijken van een of meer bepalingen van deze verordening.

Artikel 13 Slotbepaling

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van bekendmaking.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als: “Subsidieverordening Vrijetijdseconomie Horst aan de Maas”.

Aldus besloten in de openbare vergadering van 8 februari 2022.

De raad voornoemd,

De voorzitter,

drs. R.F.I. Palmen

De griffier,

mr. R.J.M. Poels

Naar boven