Gemeenteblad van Rotterdam
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Rotterdam | Gemeenteblad 2022, 70655 | ander besluit van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Rotterdam | Gemeenteblad 2022, 70655 | ander besluit van algemene strekking |
Vaststelling Horecagebiedsplan IJsselmonde 2022-2024
Het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester stellen vast het Horecagebiedsplan IJsselmonde 2022-2024 zoals opgenomen in de bijlage.
Artikel 2 Intrekking Horecagebiedsplan IJsselmonde 2019-2021
Het besluit Vaststelling Horecagebiedsplan IJsselmonde 2019-2021 wordt ingetrokken.
Dit besluit treedt in werking op de eerste dag na dagtekening van het gemeenteblad waarin het wordt geplaatst.
Een inrichting die op het moment van de inwerkingtreding van dit besluit op grond van het voorheen geldende horecagebiedsplan vergunningvrij mag exploiteren maar op grond van dit besluit niet, is vrijgesteld van de exploitatievergunningplicht zolang de inrichting in aard en omvang van de exploitatie ongewijzigd en op dezelfde locatie wordt geëxploiteerd. Een inrichting die op grond van en overeenkomstig het overgangsrecht van het vorige horecagebiedsplan exploiteert, mag de exploitatie overeenkomstig dat overgangsrecht vrijgesteld voortzetten.
Aldus vastgesteld in de vergadering van 8 februari 2022.
De secretaris,
V.J.M. Roozen
De burgemeester,
A. Aboutaleb
Aldus vastgesteld op 8 februari 2022.
Voor zover het zijn bevoegdheden betreft,
de burgemeester,
A. Aboutaleb
Bijlage 1 HORECAGEBIEDSPLAN IJSSELMONDE 2022-2024
Voor u ligt het horecagebiedsplan voor het gebied IJsselmonde 2022-2024.
Om te zorgen dat Rotterdam een aantrekkelijke, veilige stad is en vooral blijft, wordt gebiedsgericht gewerkt. Dit is een van de uitgangspunten uit het coalitieakkoord en het programma #Veilig010. Deze werkwijze, waarbij maatwerk en flexibiliteit centraal staan, heeft in de afgelopen jaren reeds z’n vruchten afgeworpen op het gebied van horeca. Door per wijk en/of buurt een duidelijke visie en/of ambitie te hebben en daaraan vestigingsvoorwaarden te stellen kunnen bekende en nog onbekende horeca-ontwikkelingen worden beoordeeld en gerealiseerd.
Het horecagebiedsplan is zowel een visie- als uitvoeringsdocument. Dat wil zeggen dat enerzijds op basis van de aard en het karakter van het gebied het perspectief voor de ontwikkeling van horeca in de komende jaren wordt geschetst. De ruimtelijke ontwikkeling, de economische stand van zaken c.q. het vestigingsklimaat en de veiligheidssituatie worden hierin meegenomen. Anderzijds wordt ook aangegeven hoe die ontwikkeling concreet vormgegeven en uitgevoerd kan worden.
De specifieke invulling wordt verwerkt in een horecagebiedsplan zoals in dit geval het gebied IJsselmonde. Een uitnodigend horecabeleid dat ruimte biedt voor (nieuwe) ondernemers en horecaconcepten die bijdragen aan het aantrekkelijke leefklimaat. Ook binnen de gemeente Rotterdam (net als in andere steden) is sprake van diverse nieuwe concepten waarbij horeca onderdeel is van een breder aanbod van een onderneming of waarvan de horeca-activiteiten niet permanent op één locatie plaatsvinden. Dit vraagt steeds meer flexibiliteit in het (horeca)beleid. In dit horecagebiedsplan zijn zoveel mogelijk voorziene horeca-ontwikkelingen opgenomen.
In de beschrijvingen per gebied wordt nader ingegaan op de ontwikkelruimte die wordt geboden voor nieuwe ondernemers. Op basis van de ontwikkelingen die we zien of beogen is opgenomen wat we toestaan aan horeca-activiteiten. De gebiedsbeschrijving is verder noodzakelijk om te bepalen welke exploitatiecategorie wenselijk is in een gebied, wijk of buurt. Daarnaast kan zo vastgelegd worden welke mix van horeca-activiteiten gewenst is. Om de gewenste ontwikkeling richting te kunnen geven (door bijvoorbeeld de mogelijkheid tot het verlenen van de exploitatievergunning of de bestaande situatie ter plaatse zo te behouden) wordt in het horecagebiedsplan gewerkt met een aantal begrippen (zie §2.3. Ontwikkelrichtingen). De gekozen ontwikkelrichting wordt ondersteund door redenen van fysieke en ruimtelijke aard en openbare orde en veiligheid.
Hoe meer activiteiten horeca-inrichtingen aanbieden, hoe zwaarder de belasting voor de wijk en/of buurt. De balans tussen levendigheid en een prettig woon- en leefklimaat staat dan ook in alle plannen centraal. Het doel is een goede en duurzame match tussen wijk, buurt of straat en horeca-ontwikkeling te bewerkstelligen.
Het horecagebiedsplan is niet het enige waaraan een aanvraag voor een exploitatievergunning getoetst wordt. Daarnaast wordt een aanvraag ook nog getoetst aan onder meer de bestemming van het pand. De bestemming moet de horeca-activiteiten toestaan. Er dient dus wel een duidelijk onderscheid gemaakt te worden tussen een bestemmingsplan (waar kan horeca zich vestigen) en een horecagebiedsplan (wat voor horeca kan zich daar vestigen).
2. Proces totstandkoming horecagebiedsplan
In de Horecanota 2017-2021 staat de balans tussen levendigheid en een aantrekkelijk woon- en leefklimaat centraal. Vanwege de beperkende maatregelen die ingezet worden vanwege Covid-19 is het onzeker hoe het toekomstige horecalandschap eruit komt te zien. Daarom is de ontwikkeling van nieuw horecabeleid uitgesteld en blijft de Horecanota 2017-2021 langer van kracht. In deze nota wordt het stedelijke en algemeen geldende beleid beschreven dat hieraan invulling geeft. Gebiedsgericht werken, een verdere vereenvoudiging van het vergunningstelsel, verfijning van het handhavingskader en stimulering van eigen initiatief door experimenten zijn hiervan de elementen.
In het horecagebiedsplan wordt meer ingezoomd op het gebied zelf. Op deze manier wordt invulling gegeven aan het uitgangspunt dat een wijk bepalend is voor wat mogelijk is qua horeca-ontwikkeling. Meer concreet, in dit plan wordt de gewenste ontwikkeling van horeca in het gebied IJsselmonde van de gemeente Rotterdam beschreven en op hoofdlijnen uitgewerkt. Het betreft structurele ontwikkelingen van horeca op de langere termijn. De tijdelijke verruimingen uit het ondersteuningsplan dat is opgesteld in het kader van Covid-19 vallen hier niet onder. De horecagebiedsplannen en het ondersteuningsplan hebben een eigen tijdpad en afwegingskader.
In dit hoofdstuk wordt het proces van totstandkoming in algemene zin toegelicht en daarnaast wordt meer specifiek kort op een aantal onderwerpen ingegaan, die van belang zijn bij het opstellen van een horecagebiedsplan.
Het opstellen van het horecagebiedsplan wordt gedaan door de gebiedscommissies, wijkraden en wijkcomités van de Rotterdamse gebieden, onder leiding van de gebiedsadviseurs horeca. Deze functionaris is de spin in het web. Deze adviseur fungeert binnen de gemeente Rotterdam als het (eerste) aanspreekpunt voor nieuwe en bestaande ondernemers. Op die manier is de lokale kennis bepalend voor wat er in een wijk, buurt en/of straat mogelijk is en is maatwerk de norm, in plaats van uitzondering. Alle plannen worden vastgesteld door het college van Burgemeester & Wethouders. Aanvragen voor een nieuwe exploitatievergunning of wijzigingen van een bestaande exploitatievergunning worden door de burgemeester hieraan getoetst 1 .
Om tot een gedegen, gedragen en toekomstbestendig horecagebiedsplan te komen is participatie van bewoners, ondernemers, pandeigenaren en gemeentelijke en toezichthoudende instanties essentieel. Het gehele proces wordt begeleid door de gebiedsadviseurs horeca van de Directie Veiligheid van de gemeente. Dit zorgt voor een eenduidige werkwijze en uniforme opmaak en insteek van de horecagebiedsplannen.
Voordat een specifieke invulling kan worden gegeven aan de gewenste ontwikkeling van horeca in een gebied, is het in de eerste plaats van belang wijken, buurten en/of straten binnen een gebied te karakteriseren. Dit vindt plaats aan de hand van een algemeen gebiedskader. Hierbij vormt het integrale gebiedsplan, dat door de gebiedscommissies wordt opgesteld, een belangrijk referentiekader. Het karakter, aard en functie van een wijk, buurt of straat bepaalt primair hoeveel en welke soort horeca gerealiseerd kan worden. Er worden vijf algemene kaders onderscheiden.
Dit zijn wijken, buurten en/of straten waar het accent ligt op de woonfunctie, alsmede op functies die complementair zijn of inherent verbonden zijn aan het wonen van mensen. Op deze plekken mag de positie van de horeca niet de overhand krijgen ten opzichte van de overige maatschappelijke functies. Balans en rust in de avond en nacht zijn van cruciaal belang. In deze wijken, buurten en/of straten wordt behoudend met nieuwe inrichtingen omgegaan, tenzij de horeca-inrichting bijdraagt aan het kwaliteitsniveau in de omgeving en de balans en rust worden gerespecteerd. Tenzij anders bepaald zijn nieuwe inrichtingen die vrijgesteld zijn van de vergunningplicht (categorie 0) mogelijk. Afhankelijk van de situatie kunnen bestaande inrichtingen meestal beperkt in afmeting of activiteiten uitbreiden als dit geen negatieve gevolgen heeft op het woon- en leefklimaat.
Gemengde wijken, buurten en/of straten kenmerken zich door een mix van diverse functies zoals wonen, werken, winkelen, cultuur en horeca. Uitbreiding van horeca is meestal mogelijk, waarbij expliciet wordt gekeken of dit ondersteund is aan c.q. een positieve werking heeft op de andere functies en de straat en/of buurt als geheel. Tenzij anders bepaald zijn nieuwe inrichtingen mogelijk met ten hoogste een categorie 1 vergunning. Het moet in elk geval niet leiden tot een te grote druk van de horeca op de openbare orde en het woon- en leefklimaat.
Rotterdam kent enkele drukke straten en pleinen waar horeca en leisure de belangrijkste functies zijn. Ook toekomstige ontwikkelingen kunnen worden bestempeld als uitgaansgebied. Uiteraard betekent het niet dat er in deze wijken, buurten en/of straten geen bewoners wonen. Net als voor gemengde wijken en buurten geldt dat uitbreiding van horeca meestal mogelijk is, tenzij een te grote druk op de openbare orde en het woon- en leefklimaat is/zal ontstaan. Tenzij anders bepaald zijn nieuwe inrichtingen mogelijk met ten hoogste een categorie 2 vergunning.
In publieksintensieve recreatiegebieden, zoals het Kralingse Bos en het Zuiderpark, komen mensen voor ontspanning in de vrije tijd. De horeca ter plaatse sluit aan op dit specifieke karakter. Balans tussen natuur en vertier is belangrijk. Tenzij anders bepaald zijn nieuwe inrichtingen mogelijk met ten hoogste een categorie 1 vergunning.
Een bedrijventerrein en havengebied is primair bedoeld voor de vestiging van commerciële bedrijven. De inrichting van het gebied is hierop afgestemd. Ze liggen vaak aan grote uitvalswegen. Veelal richt de horeca zich op deze zakelijke markt. Sommige bedrijventerreinen lenen zich daarnaast ook goed voor de vestiging van feestzalen. De panden zijn groot, eenvoudig te bereiken en er is voldoende parkeergelegenheid. Daarbij ontbreekt (veelal) de woonfunctie waardoor de overlast beperkt is. Tenzij anders bepaald zijn nieuwe inrichtingen mogelijk met ten hoogste een categorie 1 vergunning.
2.3 Ontwikkelrichtingen vergunde horeca
In de beschrijvingen per gebied wordt nader ingegaan op de ontwikkelruimte die we bieden voor nieuwe ondernemers. Op basis van de ontwikkelingen die we zien of beogen staat opgenomen wat we toestaan aan horeca-activiteiten. Concreet kunnen de volgende ontwikkelrichtingen worden onderscheiden:
Ontwikkelen: Uitbreiding van het aantal horeca inrichtingen alsmede de uitbreiding van het aantal m2 terras van bestaande inrichtingen is mogelijk. Een verdere differentiëring is mogelijk door specifieke exploitatie categorieën en/of activiteiten te benoemen.
Consolideren: Er zijn geen nieuwe horeca inrichtingen toegestaan. Ook is een verzwaring van activiteiten en/of categorieën niet mogelijk en kan het vloeroppervlakte en terras van bestaande inrichtingen in principe niet toenemen. Dit tenzij het een gering 2 aantal m2 inpandig betreft of eisen worden gesteld in landelijke wetgeving waardoor ondernemers gedwongen worden aanpassingen in het pand aan te brengen.
Verminderen: Bij het wijzigen of beëindigen van een horeca-exploitatie wordt ingezet op het terugdringen van het aantal horeca-inrichtingen, vloeroppervlakte en terras of het terugdringen van specifieke exploitatiecategorieën en activiteiten. Indien is gekozen om een bepaalde exploitatiecategorie te verminderen, dan geldt voor al het overige de ontwikkelrichting consolideren, tenzij expliciet anders bepaald. Daar de basis voor een verminderingsbeleid altijd gelegen is in het feit dat de openbare orde en/of het woon- en leefklimaat zwaar onder druk staan, kan bij beëindiging van een exploitatie, een nieuwe ondernemer zich slechts vestigen met horeca van maximaal exploitatievergunning categorie 1. Ook zal in een dergelijk geval met de pandeigenaar gesproken worden over een alternatieve invulling (anders dan horeca) van het pand.
De combinatie van activiteiten die in een horeca-inrichting wordt aangeboden bepaalt in welke exploitatiecategorie de inrichting valt. Daarbij is relevant in hoeverre de activiteiten effect hebben op de openbare orde en het woon- en leefklimaat in de omgeving van het horecabedrijf. Hoe meer effect, des te zwaarder de exploitatiecategorie. Hoe zwaarder de categorie, des te zwaarder de toets bij vergunningverlening. Elke ondernemer kan gebruik maken van de voor hem of haar geldende vrijstelling van de exploitatievergunningplicht (categorie 0). Indien meer of zwaardere activiteiten worden aangeboden is een exploitatievergunning vereist in de categorie 1 t/m 4+.
2.4 Exploitatievergunning: activiteiten
Binnen een horeca-inrichting kunnen verschillende activiteiten worden uitgevoerd. Het kan gaan om het verstrekken van etenswaren (restaurantfunctie), maar ook om het gelegenheid bieden tot amusement en ontspanning, bijvoorbeeld in de vorm van kansspelautomaten of roken van rookwaren met behulp van waterpijpen. Op de exploitatievergunning staat aangegeven welke van onderstaande activiteiten in het horecabedrijf zijn toegestaan. Sommige combinaties van activiteiten zijn niet mogelijk.
Hoe zwaarder de gekozen activiteiten, hoe groter de impact van de horeca-inrichting op de openbare orde en het woon- en leefklimaat in de omgeving van de inrichting. Van ondernemers die horecabedrijven exploiteren in de zwaarste horecacategorie wordt dan ook een grote verantwoordelijkheid gevraagd. Ook de toets die plaatsvindt bij een aanvraag van een vergunning voor een zware categorie is zwaarder.
In Rotterdam bestaan meerdere categorieën exploitatievergunningen. De aard van de activiteiten die in de horeca-inrichting worden aangeboden bepaalt welke categorie vereist is. Hoe uitbundiger de bedrijfsvoering van een horeca-inrichting, hoe uitgebreider de vereiste exploitatievergunning. Dit geeft tevens de mogelijkheid om een deel van de ondernemers die beperkte en/of zeer lichte vormen van horeca exploiteren vrij te stellen van de vergunningplicht (categorie 0). Dit is de afgelopen jaren een duidelijke lastenverlichting gebleken en sluit aan bij de high trust (high penalty) aanpak.
Naast bedrijven waar horeca de primaire bedrijfsvoering is, kent Rotterdam ook talloze bedrijven, instellingen en clubhuizen waar horeca slechts een ondersteunende functie heeft. Ook hiervan kan een groot deel gebruik maken van de vrijstelling van de vergunningplicht. Omdat er op basis van landelijke wetgeving, zoals de Winkeltijdenwet, ruimtelijke ordeningswet en de Alcoholwet nu eenmaal verschil zit tussen deze vormen van zeer lichte en/of ondersteunende horeca, onderscheiden we in Rotterdam drie varianten die vrijgesteld van de vergunningplicht mogen exploiteren; aangegeven als exploitatiecategorie 0.
|
Indien een horeca-inrichting een horecabestemming heeft, dan worden de basisvoorwaarden verruimd en deels vervangen met onderstaande voorwaarden. De overige voorwaarden blijven gelijk.
Ook als er geen sprake is van een horecabestemming kan het zijn dat er ruimere voorwaarden gelden. Sommige instellingen en voorzieningen hebben traditiegetrouw een aanzienlijk horecadeel, maar waarbij de openbare orde niet in het geding komt. Dit is een verzamelcategorie van instellingen en bijzondere objecten: muziek- en sportverenigingen 4 , musea, theaters, filmhuizen, hotels/hostels, rouwcentra, ziekenhuizen, bejaarden- en verzorgingshuizen, gebedshuizen, bedrijfskantines en instelling voor hoger onderwijs. De overige voorwaarden blijven gelijk aan de basisvoorwaarden.
|
Indien het woon- en leefklimaat in een gebied, wijk, buurt of straat onder grote druk staat, kan de burgemeester verbieden dat horeca zich daar zonder vergunning vestigt. In die gevallen is dus altijd een exploitatievergunning vereist om horeca-activiteiten te exploiteren. Indien dit leidt tot een situatie waarbij een pand dat exclusief voor horeca bestemd is niet meer geëxploiteerd kan worden, is maximaal een exploitatievergunning in categorie 1 mogelijk.
Als op het moment van vaststelling van het horecagebiedsplan een pand lange tijd leegstaat of niet wordt geëxploiteerd, geldt de ontwikkelrichting zoals deze voor het gebied en/of de straat waar het pand gelegen is. Als dat consolideren is, dan is geen nieuwe exploitatie meer mogelijk (tenzij de bestemming van het pand exclusief horeca toestaat, dan is maximaal een vergunning in exploitatiecategorie 1 mogelijk). Bepalend hierbij is het feit dat één jaar voor de vaststelling van het horecagebiedsplan de exploitatie is gestopt (uitschrijving KvK en/of inleveren exploitatievergunning) en nadien niet is hervat. Is het minder dan een jaar geleden dan spreken we over het hervatten van de exploitatie. Deze exploitatie kan niet groter of zwaarder (qua activiteiten) zijn dan de vorige exploitatie.
Gedurende de zomerperiode (15 mei t/m 15 oktober) worden ondernemers in de gelegenheid gesteld om tijdelijk op één of meerdere parkeerplaatsen voor de horeca-inrichting een terrasvlonder te plaatsen en te exploiteren. Aanvragen kunnen vanaf 1 april voor het betreffende kalenderjaar ingediend worden, waarbij een behandeltermijn van 2 weken geldt. Voor de behandeling van de aanvraag terrasvlonders zijn leges verschuldigd.
De uitgangspunten voor het mogen plaatsen van een terrasvlonder zijn dat een terrasvlonder een meerwaarde moet hebben voor de omgeving. De terrasvlonder moet bijdragen aan het verlevendigen van de stad en is iets extra’s in een straat waar bezoekers gebruik van kunnen maken. Daarnaast is het belangrijk dat bezoekers die gebruik maken van een terrasvlonder daar veilig op moeten kunnen verblijven. Ook andere gebruikers van de openbare ruimte, zoals auto’s, fietsen en voetgangers mogen hier geen hinder van ondervinden.
Terrassen en daarmee ook tijdelijke terrasvlonders maken onderdeel uit van de openbare inrichting, waarvoor een vergunningplicht geldt. Het horecavergunningstelsel is de basis waarbinnen terrasvlonders worden vergund. Voor de terrasvlonders zal gewerkt worden met een tijdelijke aanvulling op de reeds bestaande exploitatievergunning en eventueel verleende Alcoholwetvergunning. Hiermee is het gebruik van de terrasvlonder gebonden aan dezelfde voorwaarden als de rest van de inrichting en het eventueel aanwezige reguliere terras.
Voor de aanvraagprocedure inclusief voorwaarden wordt verwezen naar de Horecanota 2017-2021. In het kader van het ondersteuningsplan gelden tijdelijk andere regels omtrent het plaatsen en exploiteren van terrasvlonders. Meer informatie hierover staat op www.ondernemen010.nl.
2.8 Aanvulling op het horecagebiedsplan
Een gedegen participatieproces moet leiden tot een toekomstbestendig horecagebiedsplan, waarin een duidelijke visie en ambitie per wijk, buurt en/of straat wordt verwoord. Desondanks heeft de praktijk ons de afgelopen jaren geleerd dat toch niet alle mogelijke ontwikkelingen ondervangen kunnen worden. Wanneer een horecagebiedsplan voor een bepaalde wijk, buurt of straat niet toereikend is vanwege de grote dynamiek van het gebied of juist het uiterst fragiele evenwicht van (voormalig) probleemwijken die langzaamaan opkrabbelen, dan kan de burgemeester advies vragen aan een adviescommissie. In deze gevallen geeft het horecagebiedsplan slechts de algemene kaders, maar wordt de daadwerkelijke invulling per geval getoetst door een adviescommissie. Deze werkwijze is slechts voorbehouden aan gebieden met een unieke horecaconcentratie of wanneer er in bepaalde wijken, buurten en/of straten sprake is van een situatie waar de openbare orde dusdanig onder druk staat dat een nieuwe horeca-ontwikkeling deze kan helpen of juist nog verder verstoren; een fragiel evenwicht. Het overgrote deel van een gebied dient gewoon in het horecagebiedsplan opgenomen te worden. Werken met een speciale adviescommissie wordt slechts bij hoge uitzondering voorzien.
Een adviescommissie heeft als taak aanvragen voor nieuwe exploitatievergunningen en/of wijzigingen van bestaande horeca-inrichtingen integraal te beoordelen en de burgemeester hierover te adviseren. De burgemeester neemt uiteraard zelf het uiteindelijke besluit om een vergunning te verlenen of te weigeren.
Het instellen van een adviescommissie wordt gedaan op basis van het horecagebiedsplan. De burgemeester kan ook op eigen initiatief een gebied aanwijzen waar hij, bij aanvragen voor een exploitatievergunning, een integraal advies van een adviescommissie ontvangt. Het belangrijkste verschil met de reguliere werkwijze op basis van het horecagebiedsplan is dat een adviescommissie geacht wordt gezamenlijk tot één advies te komen waarin alle actuele, lokale ontwikkelingen zijn meegenomen.
2.8.2 Werkwijze en samenstelling
In een adviescommissie hebben in elk geval plaats medewerkers van de gemeente 6 , het gebied en de politie. In de basis is het gebied verantwoordelijk voor de consultatie van bewoners en ondernemers. Indien het voor een specifieke aanvraag noodzakelijk is kunnen ondernemers-(verenigingen) en bewoners ook rechtstreeks gevraagd worden om deel te nemen aan een adviescommissie. Ditzelfde geldt voor andere toezichthoudende instanties zoals de DCMR en de brandweer. Door deze samenstelling is lokale en recente kennis gewaarborgd, zonder op inhoudelijke expertise in te boeten.
Een adviescommissie wordt, namens de burgemeester, door Directie Veiligheid van de gemeente voorbereid en voorgezeten. De frequentie van overleggen is afhankelijk van de aard van het gebied, het aantal aanvragen en eventuele actualiteiten.
2.9 Horecagebiedsplan in relatie tot de bestemming
Het horecagebiedsplan is niet het enige waaraan een aanvraag voor een exploitatievergunning getoetst wordt. Naast andere onderdelen waaraan wordt getoetst, moet ook de bestemming van het pand de horeca-activiteiten toestaan. Grofweg is het onderscheid dat in het bestemmingsplan staat waar horeca zich kan vestigen en in het horecagebiedsplan wat voor horeca zich daar kan vestigen.
Als een ondernemer een horeca-inrichting wil starten op een plek waar de bestemming geen horeca toestaat, dan kan hij een ontheffingsaanvraag doen via een omgevingsvergunning. Bij positief besluit op deze aanvraag krijgt de ondernemer toestemming om horeca-activiteiten te ontplooien. Bij het beoordelen van een ontheffingsaanvraag zal worden nagegaan welke horecaontwikkeling op basis van het horecagebiedsplan wenselijk is. Indien ontwikkelen van horeca in dat gebied gewenst is, zal waarschijnlijk positief worden besloten op de aanvraag. Andersom, wanneer in het horecagebiedsplan de ontwikkelrichting verminderen of consolideren is gekozen, zal waarschijnlijk negatief worden besloten.
Het verkrijgen van een omgevingsvergunning betekent niet dat de ondernemer automatisch ook een exploitatievergunning krijgt. Deze aanvraag wordt getoetst aan de hand van andere criteria.
Het gebied IJsselmonde bestaat uit de wijken Lombardijen, Beverwaard, Oud IJsselmonde en Groot IJsselmonde en heeft ruim 58.000 inwoners. De ligging van het gebied, met goede uitvalswegen en openbaarvervoer voorzieningen, maakt IJsselmonde aantrekkelijk om te wonen. De Veranda in de wijk Oud IJsselmonde heeft zich ontwikkeld tot het leisuregebied van IJsselmonde en is een populair uitgaansgedeelte, zowel binnen als buiten Rotterdam. De overige horecagelegenheden bevinden zich in en rond om de winkelcentra en winkelstraten van IJsselmonde.
Het Stadionpark (met De Kuip, Pathé bioscoop, horeca, Topsportcentrum en sportcluster Varkenoord) vervult een sterke bovenlokale rol op het gebied van sport- en recreatiebehoefte. Het gebied faciliteert (top)sport en tal van andere activiteiten. Met de ontwikkeling van de Sportcampus is daar een modern breedtesportcentrum bij gekomen. En daarbij ook extra mogelijkheden op het gebied van werkgelegenheid en nieuwe bedrijvigheid. Het nieuw te ontwikkelen Klimcentrum is een aanvulling op deze Sportcampus.
In Stadion Feyenoord vinden wekelijks voetbalwedstrijden plaats en is daarmee één van de grootste publiekstrekkers van Rotterdam. In het stadion vinden tevens evenementen plaats, waarvoor afzonderlijke evenementenvergunningen worden aangevraagd. Deze evenementen worden beoordeeld op basis van de invloed op het woon- en leefklimaat.
Het plan Feyenoord City zal in het meest westelijke deel van Oud IJsselmonde ontwikkeld worden. Een groene, gezonde, toekomstbestendige stad die ruimte biedt aan al zijn inwoners en bezoekers. Van wonen tot werken, van ontspannen tot ondernemen, van sporten tot leren. Een grootschalig gebied tussen de oever van de Maas en de levendige woonwijken op Zuid wordt de komende jaren getransformeerd tot een interactief speelveld, dat uitdaagt en activeert.
Algemeen ontwikkeling Gebied IJsselmonde
In dit plan wordt per wijk de ontwikkelmogelijkheden voor de komende twee jaren beschreven. De uitbreiding met nieuwe of van bestaande horeca moet een positieve bijdrage leveren aan het woon- en leefklimaat c.q. de uitstraling en het karakter van een gebied. Om de balans tussen verlevendiging en de woonfunctie te behouden, geldt in het gehele gebied IJsselmonde dat uitbreiding van horecagelegenheden of horeca-activiteiten niet zijn toegestaan tenzij dit anders in onderstaande paragrafen is beschreven.
Hieronder staat per wijk beschreven wat mogelijk is op het gebied van horeca ontwikkeling.
Lombardijen bestaat uit de Homerusbuurt, Karl Marxbuurt, Molièrebuurt, Smeetsland en Zenobuurt. Tevens zijn er langs het spoor twee bedrijventerreinen. De Spinozaweg is de winkelstaat van de wijk. Er zijn zeven vergunde horecagelegenheden, die tevens in het bezit zijn van een Alcoholwetvergunning. Deze horecagelegenheden bevinden zich in de Karl Marxbuurt, Homerusbuurt en de Zenobuurt. Daarnaast zijn er 2 verenigingen die een kantine exploiteren aan de Spinozaweg. Momenteel is er een goede balans tussen levendigheid en leefbaarheid. Met de herontwikkeling aan de Pliniusstraat zal het aantal horecagelegenheden minder worden. Verwacht wordt dat dit na 2024 gaat spelen. Dan zal opnieuw beoordeeld moeten worden of de balans tussen levendigheid en leefbaarheid nog in evenwicht is.
De ontwikkeling aan de Pascalweg 171 is nog niet gerealiseerd. Voor deze locatie is de mogelijkheid geboden om horeca te ontwikkelen in ten hoogste categorie 2. Gedacht wordt aan een horecavoorziening die als hoofdactiviteit het verstrekken van maaltijden heeft (activiteit 9). Aan de Spinozaweg is een poppodium gevestigd, waar mogelijk een herontwikkeling gaat plaatsvinden. Verwacht wordt dat deze ontwikkeling geen negatieve invloed zal hebben op het woon- en leefklimaat. Aan de Zenostraat 208-211 is de uitbreiding (in de vorm van een aanbouw aan de voorzijde) gewenst van een bestaand restaurant. Verwacht wordt dat deze uitbreiding geen nadelige gevolgen zal hebben op het woon- en leefklimaat.
In zijn algemeenheid kan gesteld worden dat het horeca-aanbod in Lombardijen momenteel voldoet aan de vraag. Meer avondhoreca toevoegen is niet wenselijk, omdat de woonfunctie en het aanbod dan uit balans dreigen te raken. Wel bestaat de mogelijkheid om vrijgesteld van de vergunningplicht te exploiteren. Deze ontwikkelrichting maakt ondersteunende daghoreca mogelijk.
In de Beverwaard wonen circa 12.000 inwoners. Wijkbewoners en betrokkenen omschrijven de Beverwaard als een karaktervolle wijk met een dorpse sfeer. De horeca is voornamelijk gevestigd in het winkelcentrum Beverwaard. Hier zijn vier vergunde avond horecagelegenheden gevestigd waarvan drie ook alcohol mogen schenken. In dit winkelcentrum houden groepen jongeren zich op, wat de nodige overlast met zich meebrengt. Om die reden is het niet wenselijk om meer horeca te ontwikkelen omdat dit vaak een aantrekkende werking heeft.
In woongebouw IJsselburg aan de Schinnenbaan 130 is de wens om ondersteunende daghoreca te exploiteren voor bezoekers die niet in woongebouw woonachtig zijn. Om deze exploitatie rendabel te maken is het noodzakelijk om de huidige exploitatie hierin te verbreden. Deze ontwikkeling is alleen mogelijk als dit past binnen het geldende bestemmingsplan.
De gevestigde horeca voldoet aan de vraag. Uitbreiding van horeca wordt niet als wenselijk gezien. Om die reden is de ontwikkelrichting consolideren gewenst voor Beverwaard. Vrijgesteld van de vergunningplicht exploiteren is niet toegestaan.
Niet toegestaan, uitzondering geldt voor de Schinnenbaan 130. Hier is vrijgesteld van de vergunningplicht toegestaan. |
Oud-IJsselmonde bestaat uit twee buurten: Oud-IJsselmonde (de oude dorpskern) en De Veranda. De wijk heeft circa 5.900 inwoners. In het westelijk deel van de wijk ligt sinds 1997 De Veranda. De Veranda is een relatief nieuwe buurt in de wijk Oud-IJsselmonde. Langs het water bevinden zich zeven wooncomplexen. Aan het Cor Kieboomplein is een concentratie van horecagelegenheden en leisure bedrijven aanwezig zoals een bioscoop, bowlingbaan en arcade-hal. De ontwikkeling van Feyenoord City zal in het westelijk deel van deze wijk plaatsvinden.
Aan de Nieuwe Maas ligt het natuurgebied Eiland van Brienenoord. Het eiland is aangewezen als natuur- en recreatieterrein. De natuur biedt Rotterdammers de kans om te vissen, wandelen en picknicken langs de groene oevers van de Nieuwe Maas.
Ontwikkelrichting Oud-IJsselmonde
Het huidige horeca-aanbod in de wijk Oud IJsselmonde voorziet ruim in de vraag. Om die reden wordt ingezet op de ontwikkelrichting consolideren. Vrijgesteld van de vergunningplicht is toegestaan, mits dit past binnen de bestemming van het pand.
Feyenoord City zal de komende jaren voor een flinke transformatie zorgen in een aanzienlijk deel van Oud-IJsselmonde. De totale gebiedsontwikkeling zal door middel van een gefaseerde aanpak gerealiseerd worden. Per fase worden verschillende deelgebieden ontwikkeld, die vanaf 2025 in fases worden opgeleverd. Naast het stadion zullen vele andere functies verrijzen in dit gebied. Aan de Strip en de Stadsboulevard zal ruimte komen voor vele functies, waaronder horeca. Op dit moment is er nog te weinig concrete informatie over de invulling van de horeca in het gebied. Om die reden kan er nog geen ontwikkelrichting worden vastgelegd. De verwachting is dat er meer informatie bekend zal zijn wanneer het volgende horecagebiedsplan in 2024 wordt herijkt. In dat plan wordt de concrete informatie over horeca ontwikkeling in Feyenoord City meegenomen. Actuele informatie over het project is te vinden op www.feyenoord-city.nl.
De Veranda wordt begrensd door de Bep van Klaverenstraat, Siem Heidenstraat, Stadionweg, Burgerhoutstraat, Korte Stadionweg en Jan Linssenstraat. Er zijn elf vergunde horecagelegenheden, die tevens in het bezit zijn van een Alcoholwetvergunning. Daarnaast zijn er vergunningen verleend aan een bioscoop, arcadehal, Jeu de Boules locatie en een gelegenheid waar gebowld en gebiljart kan worden. In deze gelegenheden is het toegestaan het horecabedrijf uit te oefenen. Op het plein zijn vier omgevingsvergunningen verleend voor de exploitatie van een afhaalbedrijf in containers. Dit aantal is opgenomen in de gebiedsontwikkeling en is maximaal bereikt. De exploitatie van deze containers vindt plaats op basis van de vrijstelling op de exploitatievergunningplicht.
Er is een goede balans tussen levendigheid en leefbaarheid. Om die reden is het niet wenselijk dat nieuwe horeca-inrichtingen zich vestigt of bestaande horeca-inrichtingen verder uitbreiden. Het is wel mogelijk dat ondersteunende horeca zich kan vestigen. Hierbij wordt gedacht aan daghoreca zoals bijvoorbeeld een lunchroom.
Op dit moment is de vergunning van het Feyenoord Stadion opgesplitst in twee delen (Stadiongebouw & Maasgebouw). Het Maasgebouw heeft een categorie 4 vergunning en het Stadiongebouw heeft een categorie 2 vergunning.
Ontwikkelrichting Stadion Feyenoord
Om het stadiongebouw exploitabel te maken, is de ontwikkelrichting categorie 4 opgenomen. De vergunning wordt hiermee gelijk getrokken aan dat van het Maasgebouw. Verwacht wordt dat deze ontwikkelrichting geen nadelige gevolgen zal hebben op het woon- en leefklimaat in de omgeving van Stadion Feyenoord.
Aan het oude havenhoofd, op het buitendijks gelegen terrein in Oud IJsselmonde, zijn twee initiatieven voor woningbouw in ontwikkeling, genaamd Waterside. In de plint van Waterside lll vindt de ontwikkeling daghoreca (categorie 1) plaats. Verwacht wordt dat deze ontwikkeling geen nadelige gevolgen zal hebben op het woon- en leefklimaat. De oplevering wordt eind 2024 verwacht.
Ontwikkelrichting Waterside III
De bevolking van Groot-IJsselmonde wijkt op een aantal punten af van het Rotterdamse gemiddelde. Ruim een kwart van de bewoners is 65 jaar en ouder. De wijk bestaat uit de buurten Groenenhagen-Tuinenhoven, Zomerland, Sportdorp, Kreekhuizen, Hordijkerveld en Reyeroord. Groot IJsselmonde kent geen concentratie van horecagelegenheden die zich richten op alcohol verstrekking. De horecagelegenheden zijn verspreid over de hele wijk. Rond het Winkelcentrum Keizerswaard zijn een aantal horecagelegenheden gevestigd, zo ook een poppodium. Daarnaast is aan de Akkeroord een bowlingcentrum en een trampolinepark gevestigd, waar ter ondersteuning horeca wordt geëxploiteerd.
Algemene ontwikkelrichting Groot IJsselmonde
Er is een goede balans tussen levendigheid en leefbaarheid. Om die reden is het niet wenselijk dat nieuwe horeca-inrichtingen zich vestigen of bestaande horeca-inrichtingen verder uitbreiden. Het is wel mogelijk dat ondersteunende horeca zich kan vestigen. Hierbij wordt gedacht aan daghoreca zoals bijvoorbeeld een lunchroom. Deze ontwikkeling geldt niet voor het Kreekplein. In dit gedeelte van de wijk is veel overlast van hangjongeren. Verwacht wordt dat met het ontwikkelen van daghoreca op deze locatie de overlast zal toenemen.
3.4.1 Sportcampus en Park de Twee Heuvels
De ontwikkeling van de Sportcampus en Park de Twee Heuvels draagt bij aan het realiseren van een sportcultuur en een actieve levensstijl op Zuid. Diversiteit van het sportaanbod, aansluiten bij veranderingen in vrijetijds- en sportgedrag, de mix tussen breedte- en topsport, tussen georganiseerd en ongeorganiseerd sporten en tussen commerciële sportaanbieders en sporten die door de gemeente worden gefaciliteerd, zorgen voor een verhoging van de sportparticipatie op Zuid en een gezondere, actieve bevolking. De Sportcampus Rotterdam draagt via het inzetten van sport op eigen wijze bij aan de pijlers (talentontwikkeling, economische versterking en fysieke kwaliteitsverbetering) van deze kwaliteitssprong.
In de visie van het Stadionpark is Park de Twee Heuvels niet meer een losstaand park, maar wordt het onderdeel van heel het Stadionpark. Ten tijde van het vaststellen van dit plan zijn er nog geen concrete ontwikkelingen rondom horeca bekend. Aan de Olympiaweg wordt mogelijk een klimcentrum ontwikkeld met horeca. Verwacht wordt dat deze vóór 2024 opgeleverd zal gaan worden. De ontwikkeling van een klimcentrum is een toevoeging aan de sportactiviteiten in het Stadion Park.
Ontwikkelrichting Park de Twee Heuvels en Sportcampus
De ontwikkeling van een daghorecazaak in Park de Tweeheuvels wordt door de gebiedsontwikkeling gezien als een als waardevolle toevoeging voor het voorzieningenniveau. In andere parken wordt horeca veelvuldig door recreanten gebruikt. Vooralsnog is deze ontwikkeling niet opgenomen in dit Horecagebiedsplan. Bij de totstandkoming van het toekomstige horecagebiedsplan zal samen met de nieuw wijkraad, bewoners en de gebiedsontwikkeling en bezien of dit een wenselijke ontwikkeling is. De ontwikkeling van een Klimcentrum aan de Olympiaweg kan maximaal ontwikkeld worden met categorie 2. Verwacht wordt dat dit plan geen nadelige invloed zullen hebben op het woon- en leefklimaat.
3.4.2 Centrum Groot IJsselmonde
Het centrum van Groot IJsselmonde wordt begrensd door de Ruigewaard en de Admiraalswaard in het westen, Groenix van Zoelenlaan in het zuiden, de Herenwaard en de Koningswaard in het oosten en de Kruidentuin in het noorden. In het centrum van Groot-IJsselmonde bevinden zich onder andere het winkelcentrum en het gebiedskantoor. Keizerswaard is een groot overdekt winkelcentrum met ruim tachtig winkels. Het is gevestigd in het midden van de wijk Groot IJsselmonde. Het centrale plein (Herenwaard) bij het gebiedskantoor IJsselmonde is geheel vernieuwd. Tevens bevinden zich hier een bibliotheek, woontoren, en theater. Tevens rijden nabij het plein de tram en de bus, wat zorgt voor een goede bereikbaarheid van het gebied.
Ontwikkelrichting Centrum Groot IJsselmonde
Om de bestaande structuren verder te versterken en de aantrekkelijkheid van het gebied te doen toenemen, is ontwikkeling van daghoreca mogelijk.
3.4.3 Complex Antonius IJsselmonde
Er gaat een herontwikkeling plaatsvinden van het Complex Antonius IJsselmonde. Bij deze ontwikkeling is lichte horeca wenselijk voor de bewoners van de zorginstelling. Daarnaast is het de bedoeling om commerciële horeca mogelijk te maken met categorie 1. Verwacht wordt dat deze herontwikkeling voor 2024 gerealiseerd is.
Dit gemeenteblad ligt ook ter inzage bij het Concern Informatiecentrum Rotterdam (CIR): 010-417 2514 of bir@rotterdam.nl
Belanghebbenden kunnen tegen dit besluit voor zover het de aanwijzing op grond van artikel 2:28a, eerste lid, onderdeel c, APV Rotterdam 2012 betreft binnen zes weken na datum van verzending ervan een bezwaarschrift indienen bij de Burgemeester.
Dit bezwaarschrift moet ondertekend zijn en ten minste bevatten:
U wordt verzocht tevens een kopie van dit besluit mee te zenden.
Het bezwaarschrift moet worden gezonden naar:
De burgemeester, t.a.v. de Algemene Bezwaarschriftencommissie, postbus 1011, 3000 BA te Rotterdam. Faxnummer Algemene Bezwaarschriftencommissie: (010) 2676300.
U kunt uw bezwaarschrift ook via internet indienen via het webformulier. Dit is te vinden op Bezwaar | Rotterdam.nl. U heeft daarvoor wel een DigiD-code, of als bedrijf E-herkenning, nodig. Deze kunt u aanvragen via www.digid.nl, respectievelijk www.eherkenning.nl.
U kunt, indien u een bezwaarschrift bij de burgemeester heeft ingediend, een verzoek om voorlopige voorziening (o.a. schorsing) indienen bij:
Rechtbank Rotterdam, sector Bestuursrecht, Postbus 50591, 3007 BM te Rotterdam.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2022-70655.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.