Eerste wijzigingsverordening Verordening basisinformatie 2018

[Dit wijzigingsbesluit zal vanwege de verschillende data van inwerkingtreding in twee verschillende publicaties verwerkt worden. In dit Gemeenteblad zullen de wijzigingen van artikel I, onderdeel F en H punt c verwerkt worden.]

 

De raad van de gemeente Amsterdam,

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 23 november 2021,

 

gelet op:

  • artikel 15 van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken (Wkbp);

  • artikel 10:12 en 10:4 van de Algemene wet bestuursrecht; en

  • het Instellingsbesluit Adviesraad naamgeving openbare ruimten,

overwegende dat:

  • de gemeenteraad op 10 oktober 2018 de Verordening basisinformatie 2018 heeft vastgesteld;

  • de Verordening basisinformatie 2018 dient te worden gewijzigd met het oog op de wijziging van de Wkpb en om te bepalen dat het college advies vraagt aan de Adviesraad naamgeving openbare ruimten in plaats van aan de Commissie naamgeving openbare ruimten voor het toekennen van een naam aan een woonplaats, een openbare ruimte, een wijk of buurt,

besluit:

Artikel I. De Verordening basisinformatie 2018 wordt als volgt gewijzigd.

  • A.

    Onder ‘gelet op:’ wordt:

  • ‘en

    • artikel 6 van de Wet basisregistratie adressen en gebouwen (BAG),’

  • vervangen door:

    • ‘artikel 6 van de Wet basisregistratie adressen en gebouwen (BAG);

    • artikel 15 van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken; en

    • het Instellingsbesluit Adviesraad naamgeving openbare ruimten,’.

  • B.

    Onder ‘overwegende dat het noodzakelijk is’ wordt:

  • ‘Commissie naamgeving openbare ruimten’

  • vervangen door:

  • ‘Adviesraad naamgeving openbare ruimten’.

     

  • C.

    Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

    • de onderdelen b en c worden geletterd c en d;

    • er wordt een nieuw onderdeel b ingevoegd, luidende:

      ‘Adviesraad naamgeving openbare ruimten: de adviesraad, genoemd in het Instellingsbesluit Adviesraad naamgeving openbare ruimten (Gemeenteblad 2021, 138281);’;

    • de onderdelen e tot en met s worden geletterd f tot en met t;

    • het oude onderdeel d:

      ‘Commissie naamgeving openbare ruimten: de commissie als bedoeld in het Instellingsbesluit Commissie naamgeving openbare ruimten (Gemeenteblad 2013, Afd. 3B, nr. 142);’

      wordt vervangen door een nieuw onderdeel e:

      ‘bouwwerk: bouwwerk als bedoeld in de Omgevingswet (Kamerstukken II 2013-2014, 33962, 3, p. 616; Kamerstukken II 2017–2018, 34986, 3, p. 339);’.

  • D.

    Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:

    • aan het eerste lid, onder c, wordt toegevoegd:

      ‘, en kent desgewenst namen toe aan gemeentelijke panden en bouwwerken’;

    • in het tweede lid wordt ‘Commissie naamgeving openbare ruimten’ vervangen door:

      ‘Adviesraad naamgeving openbare ruimten’.

  • E.

    In artikel 10 wordt ‘Commissie naamgeving openbare ruimten als bedoeld in artikel 7’ vervangen door:

  • ‘Adviesraad naamgeving openbare ruimten’.

     

  • F.

    ‘Hoofdstuk 6: Slotbepalingen

  • Artikel 12 Overgangsbepalingen

    • 1.

      Namen en nummeraanduidingen die zijn toegekend en naam- en nummerborden die zijn aangebracht op grond van de Verordening op de vastgoedregistratie Amsterdam 2011, behouden na het in werking treden van deze verordening hun rechtskracht.

    • 2.

      In afwijking van het eerste lid kan het college besluiten dat een naam- of nummerbord aangebracht op grond van de in het eerste lid genoemde bepaling, binnen een door het college te bepalen termijn moet worden vervangen door een naam- of nummerbord dat voldoet aan de bij of krachtens deze verordening gestelde voorschriften.

    • 3.

      Bij het wijzigen van een naam of nummeraanduiding, als bedoeld in artikel 7, derde lid, mogen zowel de oude en de nieuwe naam als de oude en de nieuwe nummeraanduiding gedurende een jaar na het besluit op grond van het tweede lid, worden gebruikt op een nader door het college te bepalen wijze.’

  • wordt vervangen door:

  •  

  • ‘Hoofdstuk 6: Basisregistratie kadaster

  •  

  • Artikel 12 Machtiging college

  • Het college wordt gemachtigd tot het verrichten van alle verplichtingen van de gemeenteraad bij of krachtens artikel 15 van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken.’

     

  • G.

    De Toelichting wordt als volgt gewijzigd.

     

    • a.

      In: ‘Ook zijn zij verplicht om, bij ‘gerede twijfel’ over de juistheid van een gegeven uit die registratie dit terug te melden aan de ‘registratiehouder’.’

      wordt ‘registratiehouder’ vervangen door ‘bronhouder’.

    • b.

      In: ‘De landelijke wetgever heeft hiertoe basisregistraties aangewezen waarvoor een minister als registratiehouder is aangewezen.’

      wordt ‘registratiehouder’ vervangen door ‘opdrachtgever’.

  • H.

    De Toelichting per artikel wordt als volgt gewijzigd.

     

    • a.

      Onder ‘Artikel 1 Begripsbepalingen

      De definities zijn ter wille van de leesbaarheid alfabetisch gerangschikt.’

       

      wordt toegevoegd:

       

      ‘Onder e

      De Omgevingswet definieert ‘bouwwerk’ als ‘constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren, met inbegrip van de daarvan deel uitmakende bouwwerkgebonden installaties anders dan een schip dat wordt gebruikt voor verblijf van personen en dat is bestemd en wordt gebruikt voor de vaart’.’

       

    • b.

      Onder ‘Artikel 7 Vaststellen, indelen en toekennen’

      wordt onder:

      • ‘Eerste lid, onder a’:

        ‘momenteel een woonplaats: Amsterdam’ vervangen door:

        ‘vanaf de samenvoeging met de gemeente Weesp twee woonplaatsen: Amsterdam en Weesp’;

      • ‘Eerste lid, onder b’:

        verwijderd: ‘

        Echter, deze afbakening vindt niet plaats bij het verlenen van een nummerbeschikking, maar bij het verlenen van de omgevingsvergunning of het vaststellen en afbakenen van de stand- of ligplaats. Het is dus aan degene die de vergunning heeft verleend of de stand- of ligplaats heeft vastgesteld en afgebakend, aan te geven waarom de eenheid voldoet aan welke criteria voor een verblijfsobject (artikel 3:46 van de Awb) en om eventueel bezwaar en beroep tegen de begrenzing te behandelen.’

      • ‘Tweede lid’:

        driemaal ‘Commissie naamgeving openbare ruimten’ vervangen door:

        driemaal ‘Adviesraad naamgeving openbare ruimten’.

    • c.

      ‘Artikel 12 Overgangsbepalingen

      De bestaande, afwijkende nummeraanduidingen dienen stelselmatig te worden aangepast. Gezien de gevolgen voor de bewoners en gebruikers van deze nummeraanduidingen is een zorgvuldige aanpak vereist (zie de toelichting op artikel 7, derde lid).’

       

      wordt vervangen door:

       

      ‘Artikel 12 Machtiging college

      Het doel van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken (Wkpb) is om kopers en eigenaren, maar ook (zakelijk) geïnteresseerden inzicht te bieden in opgelegde beperkingen op het gebruik van onroerende zaken als gebouwen en grond. De Wkpb is gewijzigd. Het college heeft het gemeentelijke beperkingenregister op 1 november 2020 overgebracht naar de openbare registers van het Kadaster (artikel 17a van de Wkpb). Sindsdien vormen deze openbare registers het enige register van publiekrechtelijke beperkingenbesluiten. Dit register kan worden geraadpleegd via de Basisregistratie kadaster (BRK). De afzonderlijke beperkingenregistraties en -registers bij gemeenten zijn daarmee vervallen.

      Zowel de burgemeester, het college als de gemeenteraad kan beperkingenbesluiten als bedoeld in de Wkpb vaststellen. Als een bestuursorgaan een beperkingenbesluit heeft vastgesteld, moet dit bestuursorgaan dat besluit aanbieden aan het Kadaster ter inschrijving in de openbare registers (artikel 15 van de Wkpb). Datzelfde geldt voor een op dat beperkingenbesluit betrekking hebbende beslissing in administratief beroep, rechterlijke uitspraak of verklaring met betrekking tot het vervallen van die beperking.

       

      Het is praktisch en conform het advies van de VNG als de gemeenteraad deze feitelijke handelingen laat uitvoeren door het college. Dan hoeft alleen het college functionarissen te machtigen om deze feitelijke handelingen uit te voeren. Het college heeft ingestemd met deze machtiging (art. 10:12 en 10:4 Awb).

       

      Beperkingen die de gemeenteraad oplegt en die nog steeds onder de Wkpb vallen, zijn een splitsingsvergunningenstelsel krachtens de Huisvestingswet of het aanwijzen van gronden op grond van de Wet voorkeursrecht gemeenten (Bijlage behorende bij artikel 2, eerste lid, van het Aanwijzingsbesluit Wkpb). Het rechtsgevolg ontstaat op het moment van de bekendmaking van deze beperkingenbesluiten conform artikel 3:40 – 3:42 van de Awb. Inschrijving van het beperkingenbesluit of de daarop betrekking hebbende stukken in de openbare registers, in verband met de kenbaarheid daarvan ingevolge de Wkpb, staat daar los van.

Artikel II.

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van drie dagen na bekendmaking.

  • 2.

    De bepaling in artikel 12 werkt terug tot en met 1 november 2020.

Artikel III.

Deze verordening wordt aangehaald als Eerste wijzigingsverordening Verordening basisinformatie 2018.

Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 26 januari 2022.

De voorzitter

Femke Halsema

De raadsgriffier

Jolien Houtman

Toelichting

Algemeen deel

De Verordening basisinformatie 2018 moet worden gewijzigd met het oog op de wijziging van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken (Wkbp) en om te bepalen dat het college advies vraagt aan de Adviesraad naamgeving openbare ruimten in plaats van aan de Commissie naamgeving openbare ruimten voor het toekennen van een naam aan een woonplaats, een openbare ruimte, een wijk of buurt (Gemeenteblad 2021, 138281);

 

Artikelsgewijze toelichting

Artikel I, onder D.

De toevoeging ‘, en kent desgewenst namen toe aan gemeentelijke panden en bouwwerken’ is opgenomen naar voorbeeld van de Modelverordening naamgeving en nummering, 1 en creëert een grondslag voor advisering voor de Adviesraad naamgeving openbare ruimten.

 

Artikel I, onder F.

De overgangsbepalingen in de Slotbepalingen zijn niet meer aan de orde. De bestaande, afwijkende nummeraanduidingen zijn inmiddels aangepast.

 

Met het nieuwe artikel 12 machtigt de gemeenteraad het college tot het verrichten van alle verplichtingen van de gemeenteraad (artikel 15 van de Wkpb).

Het doel van de Wkpb is om kopers en eigenaren, maar ook (zakelijk) geïnteresseerden inzicht te bieden in opgelegde beperkingen op het gebruik van onroerende zaken als gebouwen en grond. De Wkpb is gewijzigd. Het college heeft het gemeentelijke beperkingenregister op 1 november 2020 overgebracht naar de openbare registers van het Kadaster (artikel 17a van de Wkpb). Sindsdien vormen deze openbare registers het enige register van publiekrechtelijke beperkingenbesluiten. Dit register kan worden geraadpleegd via de Basisregistratie kadaster (BRK). De afzonderlijke beperkingenregistraties en -registers bij gemeenten zijn daarmee vervallen.

 

Zowel de burgemeester, het college als de gemeenteraad kan beperkingenbesluiten als bedoeld in de Wkpb vaststellen. Als een bestuursorgaan een beperkingenbesluit heeft vastgesteld, moet dit bestuursorgaan dat besluit aanbieden aan het Kadaster ter inschrijving in de openbare registers. Datzelfde geldt voor een op dat beperkingenbesluit betrekking hebbende beslissing in administratief beroep, rechterlijke uitspraak of verklaring met betrekking tot het vervallen van die beperking.

Het is praktisch en conform het advies van de VNG als de gemeenteraad deze feitelijke handelingen laat uitvoeren door het college. Dan hoeft alleen het college ambtenaren te machtigen om deze feitelijke handelingen uit te voeren. Het college heeft ingestemd met deze machtiging (art. 10:12 en 10:4 Awb).

 

Artikel I, onder G, onder a.

‘Bronhouder’ is conform de terminologie van rollen op Digitaleoverheid.nl.

 

Artikel I, onder H, onder b.

Een verblijfsobject, stand- of ligplaats wordt niet afgebakend bij het verlenen van een omgevingsvergunning op grond van de Woningwet en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), maar bij of krachtens de Wet BAG.

Naar boven