Gemeenteblad van West Betuwe
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
West Betuwe | Gemeenteblad 2022, 582158 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
West Betuwe | Gemeenteblad 2022, 582158 | beleidsregel |
Beleidsregels leerlingenvervoer West Betuwe 2023
De aanvraag wordt namens het college in behandeling genomen door de medewerker leerlingenvervoer. Voor de beoordeling van de aanvraag leerlingenvervoer kan aan ouders/verzorgers worden gevraagd bij de aanvraag (vervoers)adviezen van deskundigen te verstrekken, waarin gemotiveerd wordt aangegeven of een kind wel/niet zelfstandig met de fiets of het openbaar vervoer kan reizen, al dan niet met begeleiding.
Ouders van kinderen die nieuw in het leerlingenvervoer komen, kunnen eerst worden uitgenodigd voor een gesprek of ze worden telefonisch benaderd. Hierin wordt uitgelegd wat leerlingenvervoer is en wordt bekeken of de leerling met het openbaar vervoer of met de fiets kan reizen, eventueel met behulp van het leertraject zelfstandig reizen (dit kan bijvoorbeeld met een reisbuddy).
Bij de overgang van het primair onderwijs naar het voortgezet onderwijs kan eveneens een gesprek plaatsvinden over het zelfstandig kunnen reizen per fiets of openbaar vervoer.
Bij de gesprekken met de ouders kunnen de leerling en zo nodig een deskundige aansluiten.
Artikel 3 Afstand van woning naar school
Het vaststellen van de reistijd met het openbaar vervoer vindt plaats op basis van de door de Reisinformatiegroep B.V. beschikbaar gestelde informatie, www.9292.nl. Daarbij wordt uitgegaan van de adressen van de woning en de school.
Artikel 4 Dichtstbijzijnde toegankelijke school
Een vervoersvoorziening wordt toegekend naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school van de soort die de leerling nodig heeft en de gewenste richting.
In situaties van hoogbegaafdheid en (internationale) schakelklas wordt als volgt gehandeld:
Vervoer naar een (internationale) schakelklas
Een schakelklas is een vorm van regulier basis- of voortgezet onderwijs waarbij leerplichtige nieuwkomers (kinderen die geen Nederlands spreken) ondergedompeld worden in de Nederlandse taal.
Begeleiding in het openbaar vervoer naar een internationale schakelklas (ISK) binnen het voortgezet onderwijs, wordt maximaal drie maanden ingezet, wanneer een leerling (nog) niet in staat is zelfstandig van het openbaar vervoer gebruik te maken. De afstand van de woning naar de dichtstbijzijnde toegankelijke ISK moet meer dan 6 kilometer zijn.
Stage valt onder het leerlingenvervoer, wanneer dit een onderdeel is van het onderwijsprogramma en staat opgenomen in de schoolgids. Leerlingen lopen stage om zich voor te bereiden op deelname aan het maatschappelijk verkeer. Daarom wordt van de leerling, de ouders/verzorgers, maar ook van de school verwacht dat de maximaal mogelijke zelfstandigheid in het reizen naar het stageadres wordt nagestreefd. Stagevervoer wordt pas ingezet als er geen andere voorliggende oplossingen zijn.
Stagevervoer wordt zoveel mogelijk gecombineerd met het reguliere leerlingenvervoer. Is dit niet mogelijk dan zijn er twee opties:
Er wordt gekeken naar de eigen mogelijkheden van ouders om hun kind te vervoeren. Indien ouders zelf voor het vervoer naar en van stage zorgen, krijgen zij hiervoor een vergoeding conform het belastingvrije kilometerbedrag per kilometer. Hierbij wordt gekeken naar het bedrag per aanvang van het nieuwe schooljaar. Er worden geen tussentijdse wijzigingen doorgevoerd.
Een kind van gescheiden ouders kan op twee adressen wonen. Bijvoorbeeld bij co- ouderschap, als het kind evenveel bij de ene als de andere ouder verblijft. Bij een aanvraag bekostiging leerlingenvervoer zal dit worden goedgekeurd als er sprake is van regelmaat en structuur in het verblijf op beide adressen.
Artikel 9 Begeleiding in het vervoer
De verordening leerlingenvervoer geeft criteria om voor een vergoeding van het aangepast vervoer in aanmerking te komen. Een van de criteria is, dat aangepast vervoer wordt verstrekt, indien de ouders genoegzaam aantonen dat begeleiding van de leerling door henzelf of anderen onmogelijk is dan wel tot ernstige benadeling van het gezin zal leiden en een andere oplossing niet mogelijk is.
Van ernstige benadeling van het gezin kan sprake zijn, indien:
Het feit dat beide ouders werken is geen reden om aanspraak te maken op aangepast vervoer. Vervoer wordt door of namens de ouders geregeld. Wel bestaat aanspraak op aangepast vervoer als de tijdsduur van de begeleiding in het openbaar vervoer of op de fiets langer is dan 4 uur per dag (d.w.z. maximaal één uur per enkele reis).
Er is onderscheid te maken in een structurele of een tijdelijke handicap. Leerlingen die vanwege een structurele lichamelijke, verstandelijke, zintuiglijke of psychische handicap in het geheel niet, of niet zelfstandig van het openbaar vervoer gebruik kunnen maken, komen in aanmerking voor een vervoersvoorziening. Voor deze leerlingen geldt geen kilometergrens, drempelbedrag of inkomensafhankelijke bijdrage.
Wanneer een leerling vanwege herstel of revalidatie langer dan drie maanden afhankelijk is van een medisch hulpmiddel (bijv. een rolstoel), kan er een beroep worden gedaan op het leerlingenvervoer. Hiervoor moet een medische verklaring overlegd worden. De gemeente kan een vervoersvoorziening toekennen voor de duur van het herstel en/of de revalidatie.
Leerlingen die met aangepast vervoer naar school gaan, kunnen gedrag vertonen wat onacceptabel is, omdat het daarmee een gevaar voor zichzelf en / of anderen veroorzaakt, bedreigend of onhygiënisch is. Wanneer zo’n situatie zich voordoet kan onderzocht worden of hier een medische oorzaak aan ten grondslag ligt. Afhankelijk van het medische advies kan de toegekende vervoersvoorziening zo nodig worden aangepast.
De gemeente wil de verantwoordelijkheid in het vervoer van leerlingen bij de ouders laten. In situaties, waarbij een leerling ontoelaatbaar gedrag vertoont in het aangepaste vervoer, worden ouders schriftelijk op de hoogte gebracht en kan hen de gelegenheid geboden worden hun kind te (laten) begeleiden. Hiertoe stelt de gemeente een zitplaats beschikbaar. Wanneer het gedrag niet verbetert, kan de gemeente besluiten het aangepaste vervoer voor deze leerling te herzien, op te schorten of in te trekken.
Artikel 14 Berekening en uitbetaling vergoedingen
Als een leerling start in het llv en eigen vervoer krijgt toegekend, moet op de eerste declaratie een handtekening van directeur of leraar van school komen te staan. Vervolgens verwachten we ieder kwartaal een handtekening van de school/stage-organisatie, voor goedkeuring van de declaratie. Voor iedere volgende declaratie geldt dat voor de maanden augustus/september, januari, april en juli.
Het drempelbedrag wordt berekend op basis van een heel schooljaar (200 schooldagen = 10 maanden = 40 weken). Als slechts een gedeelte van het schooljaar gebruik gemaakt wordt van leerlingenvervoer, wordt het drempelbedrag berekend naar rato van het aantal maanden. Hierbij wordt een periode van minder dan een halve maand afgerond naar beneden en meer dan een halve maand afgerond naar boven.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2022-582158.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.