Algemene rechtenverordening 2023

De raad van de gemeente Uithoorn;

 

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders 15 november 2022,

nr.RV22. ;

 

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet;

 

b e s l u i t :

 

vast te stellen de:

 

Algemene rechtenverordening 2023

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

a.

dag

:

de periode van 0.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt.

b.

week

:

een aaneengesloten periode van zeven dagen;

c.

maand

:

het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

d.

jaar

:

het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

e.

kalenderjaar

:

de periode van 1 januari tot en met 31 december.

f.

Algemene plaatselijke verordening

:

De op het moment van het in behandeling nemen van een verzoek of een aanvraag, geldende Algemene plaatselijke verordening.

Artikel 2 Belastbaar feit

  • 1.

    Onder de naam “algemene rechten” worden rechten geheven ter zake van:

    • a.

      genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

    • b.

      het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

  • een en ander genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

  • 2.

    Hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

De algemene rechten worden niet geheven ter zake van:

  • a.

    stukken die ter voldoening aan wettelijke voorschriften kosteloos moeten worden afgegeven;

  • b.

    het afgeven van stukken, nodig voor de ontvangst van pensioenen, lijfrenten, wachtgelden, loon, bezoldiging;

  • c.

    het afgeven van uitspraken op bezwaar- en verzoekschriften ter zake van gemeentelijke belastingen;

  • d.

    de aan belanghebbende uitgereikt wordende beschikkingen of afschriften daarvan houdende aanstelling, benoeming, bevordering, ontslag, toekenning van bezoldiging, vergoeding, of toelage, dan wel verhoging hiervan, betrekkelijk enige gemeentelijke functie of dienstverrichting jegens de gemeente;

  • e.

    de aan belanghebbende uitgereikt wordende beschikkingen of afschriften daarvan, houdende beslissing op een verzoek om subsidie uit de gemeentekas.

  • f.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald.

  • g.

    geen leges worden geheven voor diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend.

Artikel 5 Tarieven

  • 1.

    De algemene rechten worden geheven naar de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de algemene rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De algemene rechten worden geheven bij wege van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990, moeten de algemene rechten betaald worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de algemene rechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van algemene rechten ter zake van een in de tarieventabel omschreven dienst wordt verleend op aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet en overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 2.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 3.

      hoofdstuk 4 (BRP);

    • 4.

      hoofdstuk 11 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Hardheidsclausule

Het college van burgemeester en wethouders kan in bijzondere gevallen ten gunste van de aanvrager afwijken van de bepalingen in deze verordening indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leiden.

Artikel 12 Inwerkingtreding

  • 1.

    De “algemene rechtenverordening 2022” wordt ingetrokken met ingang van de in het tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich vóór die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking maar niet eerder dan op 1 januari 2023.

  • 3.

    Deze verordening kan worden aangehaald als de “algemene rechtenverordening 2023”.

Vastgesteld in de openbare vergadering van de

raad van Uithoorn van 22 december 2022, nr.

De griffier,

(mr. J.H. van Leeuwen)

De voorzitter,

(dhr. P. Heiliegers)

Bijlage 1 TARIEVENTABEL ALGEMENE RECHTEN 2023

 

TARIEVENTABEL ALGEMENE RECHTEN 2023

 

 

 

 

 

Titel 1 - Algemene dienstverlening

 

 

1.

Burgerlijke stand

 

 

2.

Reisdocumenten

 

 

3.

Rijbewijzen

 

 

4.

BRP

 

 

5.

vervallen

 

 

6.

vervallen

 

 

7.

Diversen

 

 

8.

Overige publiekszaken

 

 

9.

Gemeentearchief

 

 

10.

Marktstandplaatsen

 

 

11.

Wet op de Kansspelen

 

 

12.

Verkeer en Vervoer

 

 

13.

Kabels en Leidingen

 

 

14.

Vuilafvoer

 

 

15.

Landelijke Wijzigingen

 

 

16.

Leegstandswet

 

 

17.

Ongedierte bestrijding

 

 

18.

Bodeminformatie

 

 

19.

Urgentieverklaring

 

 

20.

Huisvestingswet

 

 

21.

Onttrekkingsvergunning

 

 

 

 

 

Titel 2 - WABO

 

 

1.

Begripsomschrijvingen

 

 

2.

Beoordeling conceptaanvraag

 

 

3.

Omgevingsvergunning

 

 

4.

Vermindering

 

 

5.

Teruggaaf

 

 

6.

Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

 

 

7.

Overige bepalingen

 

 

 

 

 

Titel 3 - Dienstverlening vallende onder de Europese dienstenrichtlijn

 

 

1.

Drank- en Horecawet

 

 

2.

APV vergunningen

 

 

3.

Prostitutie

 

 

4.

In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

 

 

 

 

Tarief

 

TITEL 1 - ALGEMENE DIENSTVERLENING

2023

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

 

 

 

 

 

 

 

De in dit hoofdstuk genoemde tarieven zijn exclusief huur- en overige kosten van de eigen gekozen trouwlocatie.

 

 

 

 

 

 

1.1

1.

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of het registreren van een partnerschap in het gemeentehuis:

 

 

 

 

 

 

 -

 

1.

op maandag en dinsdag om 09.00 uur

€ 0,00

 -

 

2.

op maandag tussen 13.00 en 16.00 uur

€ 435,00

 

 

3.

van dinsdag tot en met donderdag tussen 09.00 en 16.00 uur m.u.v. 1.1.1.1

€ 435,00

 

 

4.

op vrijdag tussen 09.00 en 14.00 uur

€ 435,00

 

 

5.

Op overige tijden, waarop het bureau van de burgerlijke stand is of wordt geopend

€ 710,00

 

 

 

 

 

1.2

Het tarief bedraagt voor een eenvoudige voltrekkingsceremonie van een huwelijk of het registreren van een partnerschap in het gemeentehuis op woensdag, donderdag en vrijdag om 10.00 uur en om 11.00 uur

€ 135,00

 

 

 

 

 

1.3

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of het registreren van een partnerschap op een eigen gekozen locatie:

 

 

 

 

 

 

 

1.

op maandag tot en met vrijdag tussen 09.00 en 18.00 uur

€ 435,00

 

2.

op maandag tot en met vrijdag tussen 18.00 en 21.00 uur en zaterdag tussen 11.00 en 21.00 uur

€ 710,00

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1.4

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk, de registratie van een partnerschap of het het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis ingevolge artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek

€ 220,00

 

 

 

 

 

1.5

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een trouwboekje of partnerschapboekje:

 

 

1.

in gewone (kunstlederen) uitvoering

€ 27,00

 

2.

in luxe (lederen) uitvoering

€ 35,00

 

 

 

 

 

1.6

Voltrekking van een huwelijk door een (buitengewoon) ambtenaar van de Burgerlijke Stand die niet in dienst is van de gemeente Uithoorn

€ 130,00

 

 

 

 

 

1.7

Per getuige (aangeleverd door de gemeente) bij de voltrekking van een huwelijk of het registreren van een partnerschap (inclusief kosteloze):

 

 

1.

binnen het gemeentehuis

€ 48,00

 

2.

van maandag tot en met vrijdag van 9:00 tot 17:00 op de vrije keuze locatie zoals bedoeld in artikel 1.1.2

€ 48,00

 

3.

op een andere tijd op de vrije keuze locatie zoals bedoeld in artikel 1.1.2

€ 96,00

 

 

 

 

 

1.8

Voor een teruggave van leges wegens:

 

 

 

annulering van een huwelijk binnen 14 dagen voor de huwelijksdatum, van de leges:

25%

 

 

annulering van een huwelijk tot 14 dagen voor de huwelijksdatum, van de leges:

75%

 

 

 

 

 

1.9

Kosten voor het verzetten van een huwelijk:

 

 

 

verzetten van een huwelijk binnen 14 dagen voor de huwelijksdatum:

€ 80,00

 

 

verzetten van een huwelijk tot 14 dagen voor de huwelijksdatum:

€ 30,00

 

 

 

 

 

1.10

Het tarief bedraagt voor het doen van nasporingen in de registers van de burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier of een gedeelte daarvan

€ 25,00

 

 

 

 

 

1.11

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten

 

 

 

 

 

 

2.1

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

 

 

1.

een reisdocument van het Koninkrijk der Nederlanden als bedoeld in artikel 2, eerste lid van de paspoortwet, ten behoeve van een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt het maximale tarief zoals dat op dat moment is opgenomen in het Besluit Paspoortgelden afgerond op € 0,05 naar beneden.

Wettelijk max. tarief

 

2.

een reisdocument van het Koninkrijk der Nederlanden als bedoeld in artikel 2, eerste lid van de paspoortwet, die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt het maximale tarief zoals dat op dat moment is opgenomen in het Besluit Paspoortgelden afgerond op € 0,05 naar beneden

Wettelijk max. tarief

 

3.

een Nederlandse identiteitskaart als bedoeld in artikel 2, tweede lid van de Paspoortwet ten behoeve van een persoon, die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt het maximale tarief zoals dat op dat moment is opgenomen in het Besluit Paspoortgelden afgerond op € 0,05 naar beneden

Wettelijk max. tarief

 

4.

een Nederlandse identiteitskaart als bedoeld in artikel 2, tweede lid van de Paspoortwet ten behoeve van een persoon, die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt het maximale tarief zoals dat op dat moment is opgenomen in het Besluit Paspoortgelden afgerond op € 0,05 naar beneden

Wettelijk max. tarief

 

5.

de tarieven genoemd onder 1.2.1, 1.2.2, 1.2.3 en 1.2.4 worden bij spoedlevering vermeerderd met het tarief zoals dat is opgenomen in het laatste Besluit Paspoortgelden op dat moment dat op het moment van aanvraag van kracht is afgerond op € 0,05 naar beneden

Wettelijk max. tarief

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

 

 

 

 

 

 

3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs het maximale tarief zoals dat door het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat is vastgesteld, afgerond op € 0,05 naar beneden

Wettelijke max. tarief

 

 

 

3.2

Het tarief als bedoeld in 1.3.1. wordt, indien de dienstverlening verband houdt met de vermissing of diefstal van een reeds eerder verstrekt rijbewijs, verhoogd met:

€ 27,50

 

 

 

3.3

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met het maximale tarief zoals dat is vastgesteld door de rijksoverheid op basis Wegenverkeerswet 1994 op € 0,05 naar beneden

Wettelijke max. tarief

 

 

 

3.4

Het tarief als bedoeld in 1.3.2 komt te vervallen indien uit een door een bevoegde politiefunctionaris opgemaakt proces-verbaal blijkt, dat die vermissing het gevolg is van beroving of diefstal.

 

 

 

 

3.5

Indien het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs niet plaatsvindt, wordt op verzoek de rijksleges, zoals deze door het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat zijn vastgesteld, gerestitueerd

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 4 Basisregistratie Personen

 

 

 

 

 

 

 

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 4.2 en 4.3, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd

 

 

 

 

4.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

1.

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 14,50

 

 

 

 

 

4.2

Voor de toepassing van onderdeel 4.3.1 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens over één persoon die niet zijn opgenomen in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens.

 

 

 

 

 

 

4.3

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

1.

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 14,50

 

 

 

 

 

4.4

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen (maximumtarief wettelijk toegestaan)

€ 7,50

 

 

 

4.5

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 25,00

 

 

 

 

Hoofdstuk 5 is komen te vervallen

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 6 is komen te vervallen

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 7 diversen

 

 

 

 

 

 

7.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

 

1.

inzage in bouwdossier

€ 21,00

 

2.

kopieën A-4 formaat, 1 t/m 5 kopieën

gratis

 

3.

kopieën A-4 formaat, 6 of meer kopieën, per kopie

€ 0,30

 

4.

kopieën A-0 formaat

€ 5,25

 

5.

kopieën ander formaat, 1 t/m 5 kopieën

gratis

 

6.

kopieën ander formaat, 6 of meer kopieën, per kopie

€ 0,55

 

7.

ondersteuning vakexpertises (bijv. archiefonderzoek), per 15 minuten

€ 23,10

 

 

a.

voor de toepassing van het zevende lid wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van kosten aan de aanvrager ter kennis is gebracht.

 

 

 

b.

ingeval bij de toepassing van het zevende lid blijkt, dat de werkelijk benodigde tijdsduur korter is dan de aan de hand van de begroting geraamde, wordt voor het verschil teruggaaf verleend.

 

 

8.

Digitale verstrekking van stukken

€ 2,65

 

9.

Verzendkosten opgevraagde stukken

portokosten

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 8 Overige publiekszaken

 

 

 

 

 

 

8.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

1.

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag het maximum bedrag zoals dat op het moment van de aanvraag is vastgesteld in de "Regeling vergoeding verklaring omtrent het gedrag en gedragsverklaring aanbesteden" afgerond op € 0,05 naar beneden

Wettelijke max. tarief

 

2.

tot het verkrijgen van een bewijs van in leven zijn (attestatie de vita) het tarief zoals vastgelegd in artikel 1, eerste lid, van het legesbesluit akten burgerlijke stand

Wettelijke max. tarief

 

3.

Tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening of portret

€ 12,50

 

4.

Naturalisaties

 

 

 

Voor het aanvragen van de Nederlandse nationaliteit ingevolge de bepalingen opgenomen in de Rijkswet op het Nederlanderschap van 19 december 1984 (Staatsblad 629): gelden de leges zoals vermeld op de website van de Immirgatie- en Naturalisatiedienst (IND): afgerond op € 0,05 naar beneden

Wettelijke max. tarief

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 9 Gemeentearchief

 

 

 

 

 

 

9.1

Het tarief bedraagt ter zake van het doen van nasporingen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan

€ 24,05

 

 

 

 

 

9.2

Het tarief bedraagt voor de ter inzage legging van een bouwvergunning

€ 21,85

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 10 Marktstandplaatsen

 

 

 

 

 

 

10.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een standplaatsvergunning als aangegeven in artikel 5 van de marktverordening Uithoorn

€ 35,70

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 11 Wet op de Kansspelen

 

 

 

 

 

 

11.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning ingevolge artikel 30b van de Wet op de kansspelen (Stb. 1964, 483):

 

 

1.

voor een periode van twaalf maanden voor één speelautomaat

€ 56,00

 

2.

voor een periode van twaalf maanden voor twee speelautomaten,

 

 

 

voor de eerste speelautomaat

€ 56,00

 

 

voor de tweede speelautomaat

€ 34,00

 

 

 

 

 

11.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 30,10

 

 

 

 

Hoofdstuk 12 Verkeer en vervoer

 

 

 

 

 

 

 

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

12.1

1.

tot het opvragen van een medische indicatie voor verstrekken van een gehandicaptenparkeerkaart P of B

€ 135,00

 

2.

wanneer wordt afgezien van het opvragen van een medische indicatie voor verstrekken van een gehandicaptenparkeerkaart P of B

 

 

3.

tot het verstrekken van een gehandicaptenparkeerkaart

€ 14,90

 

4.

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in afdeling 7,8 en 14 van Hoofdstuk 5 van het voertuigreglement

€ 39,60

 

 

 

 

 

12.2

1.

tot het aanleggen van een gereserveerde gehandicapten-parkeerplaats op kenteken

€ 479,50

 

2.

tot het vervangen van het onderbord met de kentekenvermelding wegens een wijziging van het kenteken van de houder van de gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats op kenteken

€ 43,15

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 13 Kabels en Leidingen

 

 

 

 

 

 

13.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag in verband met het verkrijgen van een instemmingsbesluit, als bedoeld in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren (AVOI), omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden:

 

 

1.

indien het betreft tracés tot 250 m¹

€ 353,10

 

2.

indien het betreft tracés van 250 m¹ tot 1.500 m¹

€ 430,90

 

3.

indien het betreft tracés van 1.500 m¹ tot 5.000 m¹

€ 561,00

 

4.

indien het betreft tracés van 5.000 m¹ of meer, per m¹ tracé

€ 0,11

 

 

 

13.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren (AVOI), omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden voor tracés tot 10 m¹

€ 98,20

 

 

 

 

 

13.3

Indien met betrekking tot een aanvraag overleg moet plaatsvinden tussen de gemeente, andere beheerders van openbare grond en de netbeheerder van het netwerk en/of andere netbeheerders of belanghebbenden, wordt het in 1.17.1 genoemde bedrag per overleg verhoogd met

€ 276,15

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 14 Vuilafvoer

 

 

 

 

 

 

14.1

Het tarief voor het op aanvraag van belanghebbende ledigen an een beer-, privaat- of bezinkput, vetvanger of een soortgelijke opvangvoorziening en het verwijderen van de daaruit komende stoffen is gelijk aan het bedrag van de voorafgaand aan het in blijkend uit een begroting die door of vanwege burgemeester en wethouders is opgesteld.behandeling nemen van een aanvraag meegedeelde kosten (waaronder externe kosten),

 

14.2

Voor de toepassing van het in het eerste lid bepaalde wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht.

 

14.3

Indien de werkelijke ledigingskosten minder bedragen dan het aan de hand van de begroting geraamde bedrag, wordt voor het verschil teruggaaf verleend.

 

14.4

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een rioolaansluitvergunning, bedraagt

€ 278,70

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 15 landelijke wijzigingen

 

 

 

 

 

 

15.1

Indien er zich, na vaststelling van de onderliggende Verordening Algemene Rechten of daaropvolgende wijziginsverordening(en), wijzigingen voordoen in de door de Rijksoverheid vastgestelde tarieven, middels ministerieel of koninklijk besluit, dan wel op enigerlei andere wijze vastgesteld of bekend gemaakt, dan worden deze gewijzigde tarieven als heffingsmaatstaf aangehouden in afwijking van de in deze tarieventabel vermelde tarieven.

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 16 Leegstandswet

 

 

 

 

 

 

 

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag

 

16.1

als bedoeld in het eerste lid van artikel 15 van de Leegstandswet tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur, bedraagt

€ 174,20

16.2

als bedoeld in het vijfde lid van artikel 15 van de Leegstandswet tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur, bedraagt

€ 87,15

16.3

indien aanvragen als bedoeld onder 16.1 en 16.2 gelijktijdig worden ingediend en woonruimten in hetzelfde gebouw betreffen, worden de in de onderdelen 16.1 en 16.2 genoemde bedragen per extra woning verhoogd met

€ 17,75

 

Dit geldt ook als het gaat om een geheel van huurwoningen bestemd voor sloop of renovatie waarvoor gelijktijdig aanvragen worden ingediend.

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 17 Ongedierte bestrijding

 

 

 

 

 

 

17.1.1

voor een bestrijdingsplan met 4 behandelingen

€ 360,15

17.1.2

voor iedere behandeling volgende op die van artikel 17.1.1

€ 90,00

17.2

tot het verwijderen van een wespennest, per behandeling, bedraagt

€ 92,95

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 18 Bodeminformatie

 

 

 

 

 

 

18.1

tot het verstrekken van bodeminformatie, bedraagt

€ 87,15

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 19 Urgentieverklaring

 

 

 

 

 

 

19.1

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een urgentieverklaring, bedraagt

€ 45,15

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 20 Huisvestingsverordening

 

 

 

 

 

 

20.1

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag

 

20.1.1

als bedoeld in het eerste lid van artikel 21 van de Huisvestingswet tot het verkrijgen van een vergunning voor woningvormen, bedraagt

€ 300,00

20.1.2

als bedoeld in het eerste lid van artikel 22 van de Huisvestingswet tot het verkrijgen van een vergunning splitsen van een gebouw, bedraagt

€ 200,00

20.2

Indien de onderdelen 20.1.1 en 20.1.2 tegelijk worden aangevraagd, bedraagt het tarief

€ 400,00

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 21 onttrekkingsvergunning

 

 

 

 

 

 

20.1

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een onttrekkingsvergunning, bedraagt

€ 174,20

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Tarief

 

TITEL 2 - WABO

2023

 

 

 

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

 

 

 

 

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

 

2.1.1.1

Aanlegkosten:

 

 

de aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het aanleggen) van de werken of de werkzaamheden, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van de werken of de werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;

 

2.1.1.2

Bouwkosten:

 

 

de aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen.

 

 

De bouwkosten worden vastgesteld aan de hand van het boek “Basisbedragen Gebouwen”. Bij een verschil van minder dan 10% worden de in de aanvraag opgegeven bouwkosten gehanteerd. Er wordt een onderbouwing opgevraagd indien:

 

 

a. de opgegeven bouwkosten een afwijking hebben van meer dan 10%; of

 

 

b. het boek “Basisbedragen Gebouwen” niet voorziet in kentallen voor de aangevraagde werkzaamheden.

 

 

De opgevraagde onderbouwing wordt beoordeeld op aannemelijkheid;

 

2.1.1.3

Sloopkosten:

 

 

De aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de sloopkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien het slopen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder sloopkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het slopen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

 

 

Wabo:

 

2.1.1.4

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

 

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

 

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 2 Beoordeling conceptaanvraag

 

 

 

 

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

 

 

2.2.1

om beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning:

€ 181,98

 

 

 

 

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

 

 

 

 

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel.

 

 

 

 

2.3.1

Bouwactiviteiten

 

2.3.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2,75%

 

van de bouwkosten, met een minimum van

€ 261,00

 

 

 

 

Verplicht advies agrarische commissie

 

2.3.1.2

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag één van onderstaande adviezen van de agrarische commissie nodig zijn en beoordeeld moeten worden:

 

2.3.1.2.1

een standaardadvies bestaande bedrijven

€ 856,68

2.3.1.2.2

een advies inzake nieuwe vestigingen en/of beoordeling van een bedrijfsplan

€ 1.020,38

2.3.1.2.3

een advies waarbij ook uitspraken van bezwaar en beroep worden beoordeeld

€ 1.074,95

2.3.1.2.4

een advies volgende op een eerder uitgebracht advies

€ 512,92

2.3.1.2.5

een second opinion

€ 1.347,78

 

 

 

 

Achteraf ingediende aanvraag

 

2.3.1.3

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:

150%

 

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.

 

 

 

 

2.3.2

Aanlegactiviteiten

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 126,05

 

 

 

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo,

 

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 119,39

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 119,39

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 504,08

2.3.3.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking)

€ 314,95

2.3.3.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 314,95

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 1.007,94

2.3.3.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 1.007,94

2.3.3.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 314,95

 

 

 

2.3.4

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 895,21

 

 

 

2.3.5

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

 

2.3.5.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of gemeentelijke verordening aangewezen monument, waarvoor op grond van die verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

 

2.3.5.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:

€ 298,42

2.3.5.1.2

voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 298,42

 

 

 

2.3.6

vervallen

 

 

 

 

2.3.7

Kappen

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 30,12

 

 

 

2.3.8

Opslag van roerende zaken

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de gemeente, waarvoor op grond van een bepaling in de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

 

2.3.8.1

indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo:

€ 131,67

2.3.8.2

indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder k, van de Wabo:

€ 131,67

 

 

 

2.3.9

Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998

 

2.3.9.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:

€ 238,67

2.3.9.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998

€ 238,67

2.3.10

Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief

€ 238,67

 

 

 

2.3.11

Andere activiteiten

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

 

2.3.11.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 59,64

2.3.11.2

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.11.2.1

als het een gemeentelijke verordening betreft

€ 59,64

2.3.11.2.2

als het een provinciale of waterschapsverordening betreft

€ 59,64

 

 

 

2.3.12

Omgevingsvergunning in twee fasen

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.12.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

 

2.3.12.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

 

 

 

 

 

 

 

2.3.13

Beoordeling bodemrapport

 

 

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

 

2.3.13.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

€ 238,67

2.3.13.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

€ 238,67

 

 

 

2.3.14

Advies

 

2.3.14.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2.3.14.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.15.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

 

2.3.15

Verklaring van geen bedenkingen

 

2.3.15.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

 

2.3.15.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€ 59,64

2.3.15.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€ 59,64

 

 

 

 

Hoofdstuk 4 Vermindering

 

 

 

 

2.4.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3.

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

 

 

 

 

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

 

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2 en 2.3.5, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt op verzoek:

 

2.5.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen ervan

50%

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

 

2.5.1.2

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 4weken en binnen 24 weken na het in behandeling nemen ervan

35%

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

 

 

 

 

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

 

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2 en 2.3.5, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 6 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt op verzoek:

15%

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

 

 

 

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2 of 2.3.5 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt op verzoek:

25%

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

2.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

 

 

 

 

2.5.4

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

 

 

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.15 en 2.3.16 wordt geen teruggaaf verleend.

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 6 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

 

 

 

 

2.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 1.697,65

2.6.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 1.455,22

 

 

 

 

Hoofdstuk 7 Overige bepalingen

 

 

 

 

2.7.1

Overschrijving vergunning

 

 

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het overschrijven van een vergunning, bedraagt het tarief:

€ 63,02

 

 

 

2.7.2

Overige

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

€ 91,02

 

 

 

 

Tarief

 

TITEL 3 - Dienstverlening vallende onder de Europese dienstenrichtlijn

2023

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 1 Alcoholwet

 

 

 

 

 

 

1.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van

 

1.1.1

een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 3, eerste lid, van de Alcoholwet (Stb 1964, 386)

€ 541,30

1.1.2

een aanvraag tot het verkrijgen van een aanhangsel voor nieuwe leidinggevenden ingevolge artikel 30a, lid 1, sub a van de Alcoholwet.

€ 203,36

 

 

 

 

 

1.2

Alcoholische drank schenken

 

 

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing artikel 35 Alcoholwet ingevolge alcoholhoudende dranken bij incidentele festiviteiten

€ 298,20

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 2 APV vergunningen

 

 

 

 

 

 

2.1

Vergunning sluitingsuur

 

 

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, als bedoeld in artikel 2:29 van de Algemene plaatselijke verordening Uithoorn indien de vergunning voor één keer geldt

€ 206,09

 

 

 

 

 

2.2

Overige geluidhinder

 

 

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4:6 van de Algemene plaatselijke verordening Uithoorn voor het voor de omgeving veroorzaken van geluidhinder

€ 206,09

 

 

 

 

 

2.3

Collectevergunning

 

 

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 5:13 van de Algemene plaatselijke verordening Uithoorn voor het inzamelen van geld of goed

€ 206,09

 

 

 

 

 

2.4

Standplaatsvergunning

 

 

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening Uithoorn voor het plaatsen van uitstallingen op de weg

 

 

 

a.

geldig voor incidentele standsplaatsvergunningen

€ 206,10

 

 

b.

geldig voor reguliere standplaatsvergunningen

€ 298,20

 

 

 

 

 

2.5

Voorwerpen of stoffen op, aan of boven de weg

 

 

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2:10 van de Algemene plaatselijke verordening Uithoorn voor het anders gebruiken van de weg overeenkomstig de bestemming daarvan

€ 131,67

 

 

 

 

 

2.6

Verhuur bij evenementen

 

2.6.1.

Dranghekken:

 

 

1.

voor de verhuur van dranghekken, gelden de volgende tarieven per dranghek:

 

 

 

a.

per dag

€ 3,77

 

 

b.

per weekend

€ 7,09

 

 

c.

per week

€ 9,11

 

 

 

 

 

 

2.

voor het brengen en halen van de dranghekken, gelden de volgende tarieven:

 

 

 

a.

voor maximaal 50 dranghekken

€ 227,76

 

 

 

 

 

2.6.2.

Marktkasten:

 

 

voor het gebruik van de marktkasten (elektra) bedraagt het tarief per dag

€ 17,24

 

 

 

 

 

2.6.3.

Afvalcontainers:

 

 

Voor de verhuur van afvalcontainers, bedraagt het tarief per container per evenement

€ 11,08

 

 

 

 

 

 

Exploitatievergunning

 

2.7

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van:

 

 

1.

een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene plaatselijke verordening Uithoorn voor het exploiteren van een horecabedrijf

€ 359,75

 

2.

een aanvraag tot het verkrijgen van een exploitatievergunning in de uitoefening van een bedrijf voor het verschaffen van verblijf aan  arbeidsmigranten als bedoeld in artikel 2:80 Algemene plaatselijke verordening Uithoorn:

€ 1.550,98

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 3 Prostitutie

 

 

 

 

 

 

3.1

Algemeen recht prostitutie-inrichting en escortbedrijf

 

 

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning bedoeld in artikel 3:4 van de Algemene plaatselijke verordening Uithoorn voor het oprichten en exploiteren van

 

3.1.1

een seksinrichting, jaarlijks een bedrag van

€ 1.540,99

3.1.2

een escortbedrijf, een bedrag van

€ 1.540,99

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 4 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

 

 

 

 

 

 

4.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere, in deze titel niet benoemde vergunning of ontheffing of tot het nemen van een andere beschikking

€ 36,63

 

 

 

 

 

 

 

Naar boven