Gemeenteblad van Bergen (NH)
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Bergen (NH) | Gemeenteblad 2022, 570003 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Bergen (NH) | Gemeenteblad 2022, 570003 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Verordening eenmalig rioolaansluitrecht Bergen 2023
De raad van de gemeente Bergen:
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 25 oktober 2022;
gelezen het advies van de Commissie d.d. 1 december 2022;
gelet op het bepaalde in artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet;
Onder de naam eenmalig rioolaansluitrecht wordt een recht geheven voor het tot stand brengen van een aansluiting van een eigendom op de gemeentelijke voorziening voor het beheer van afvalwater.
Het rioolaansluitrecht wordt geheven van de aanvrager van de dienst of van degene voor wie de dienst wordt verleend.
Artikel 6 Ontstaan van de belastingschuld
Het recht is verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening.
Artikel 9 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels stellen over de heffing en invordering van het eenmalig rioolaansluitrecht.
Op de belastbare feiten die zich hebben voorgedaan voor de inwerkingtreding van deze verordening, blijft de Verordening aansluitvoorwaarden riolering Bergen 2022 van toepassing.
Aldus besloten door de raad van de gemeente Bergen in de openbare
raadsvergadering van 15 december 2022.
De griffier,
De voorzitter,
Een verordening eenmalig aansluitrecht is een belastingverordening, waarmee de kosten van het tot stand brengen van een aansluiting van een eigendom op de gemeentelijke riolering worden gefinancierd. Zoals alle belastingen moeten gemeentelijke belastingen een wettelijke basis hebben. Het rioolaansluitrecht is gebaseerd op artikel 229 van de Gemeentewet (hierna: Gemw).
De voorwaarden waaraan de gemeentelijke belastingverordening moet voldoen staan in hoofdstuk XV Gemw. In artikel 217 Gemw staat dat de verordening onder meer de volgende elementen moet bevatten:
Voor een heffing gebaseerd op artikel 229 Gemw geldt nog een extra voorwaarde. De geraamde heffingsopbrengsten mogen niet hoger zijn dan de geraamde kosten van de diensten. De rechten van artikel 229 Gemw zijn dus alleen bedoeld om de kosten van de betreffende dienstverlening te verhalen.
Hoewel deze verordening gaat over het realiseren van aansluitingen op de riolering en dus betrekking heeft op de fysieke leefomgeving, zal de verordening na inwerkingtreding van de Omgevingswet als aparte verordening blijven bestaan en niet worden geïntegreerd in het omgevingsplan van de gemeente. Op grond van art. 2.1 Omgevingsbesluit, een AMvB onder de Omgevingswet, moeten belastingverordeningen namelijk buiten het omgevingsplan blijven. Andere bepalingen over de aansluiting op de riolering worden opgenomen in de Aansluitverordening. Dat betreft bijvoorbeeld de eigendomsbepaling van de aansluitleiding.
De aansluiting van een eigendom is gedefinieerd als “het door de gemeente leggen van een leiding van de gemeentelijke voorziening voor het beheer van afvalwater tot aan het eigendom waarvoor de aansluiting plaatsvindt, om voor dat eigendom een directe of indirecte lozing in die voorziening mogelijk te maken”. De term gemeentelijke voorziening voor het beheer van afvalwater maakt duidelijk dat het hier niet alleen om gemeentelijke riolering gaat (zoals de openbare vuilwaterriolering en openbare hemelwaterstelsels). Ook de individuele voorzieningen voor het behandelen van huishoudelijk afvalwater (IBA’s) die door de gemeente worden beheerd, vallen er onder. Deze term wordt ook in het milieurecht gehanteerd (zie art. 1.1 Activiteitenbesluit milieubeheer en art. 1.1 Besluit lozen buiten inrichtingen).
Het belastbare feit is de omschrijving van de activiteit waarvoor de gemeente de belasting in rekening brengt. In dit geval dus realisatie van een aansluiting op de gemeentelijke voorziening voor het beheer van afvalwater.
Degene die de belasting moet betalen, is degene die vraagt de aansluiting aan te leggen. In dit geval dus de aanvrager van de dienst. Over het algemeen is dat de eigenaar van het eigendom, maar het kan ook iemand anders zijn. Daarom staat in de omschrijving dat degene voor wie de gemeente de dienst verleent, belastingplichtig kan zijn. Als de aannemer de aanvraag bijvoorbeeld voor de particulier indient, kan de particulier toch de belastingplichtige blijven.
Artikel 4 Maatstaf van heffing en tarief
De gemeente kan op grond van artikel 219, tweede lid, Gemw belastingen heffen naar heffingsmaatstaven die in de belastingverordening zijn bepaald. Maar het bedrag mag niet afhankelijk zijn van inkomen, winst of vermogen. De gemeente mag belastingen namelijk niet naar draagkracht heffen. Alleen het Rijk mag inkomensbeleid voeren.
De gemeente kiest met de heffingsmogelijkheid voor een gestandaardiseerde differentiatie naar veroorzaking van kosten: de aansluitlengte, een of twee rioolaansluitingen (vuil water en regenwater) en binnen of buiten de bebouwde kom). Dit is een benadering van de werkelijke kosten.
Dit artikel bepaalt dat de gemeente een aanslag verstuurt. De gemeente neemt dus het initiatief voor de belastingheffing door een aanslagbiljet te sturen. Andere methoden van belastingheffing (zoals aangifte door degene die de belasting moet betalen) zijn niet geschikt.
Artikel 6 Ontstaan van de belastingschuld
Dit artikel bepaalt dat de gemeente direct na het verzoek om aansluiting op de riolering met het kostenverhaal begint.
In het eerste lid van dit artikel worden de situaties waarin al op grond van een andere wettelijke basis een vergoeding van de kosten van de aansluiting is voorzien, uitgezonderd van de belastingplicht. Bijvoorbeeld als de aanleg van de aansluiting onderdeel is van een op grond van de Wet ruimtelijke ordening tot stand gekomen exploitatieovereenkomst (anterieure overeenkomst) of exploitatieplan en langs die weg de kosten worden verhaald. Vanzelfsprekend kan in dat geval degene die de werkzaamheden uitvoert voor het bouw- en woonrijp maken van gronden in overeenstemming met deze overeenkomst of het exploitatieplan niet zelf een aanvraag doen om de aansluitleidingen met toepassing van deze verordening aan te leggen.
Het tweede lid regelt dat wanneer de aansluiting gewijzigd moet worden door een wijziging van het openbaar riool ook geen heffing is verplicht. In dat geval vindt namelijk de wijziging van de aansluiting niet plaats op verzoek van de eigenaar van het eigendom.
Artikel 9 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Dit artikel bepaalt dat het college van burgemeester en wethouders uitvoeringstechnische zaken voor de heffing en invordering kan regelen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2022-570003.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.