Gemeenteblad van Diemen
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Diemen | Gemeenteblad 2022, 564012 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Diemen | Gemeenteblad 2022, 564012 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Nadere regels Jeugdhulp Diemen 2022 (januari 2023)
Nadere regels Jeugdhulp Diemen 2022 (januari 2023)
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Diemen;
gelet op de artikelen 2.1 lid 2, 3.2 lid 3, 3.4 lid 7, 3.5 lid 8, 3.6, lid 2, 3.7 lid 3, 3.8 lid 5 en lid 6 en 3.14 lid 3 van de Verordening Jeugdhulp Diemen 2022 (januari 2023)
besluit vast te stellen de Nadere regels Jeugdhulp Diemen 2022 (januari 2023).
Algemene toelichting Nadere regels
De nadere regels bieden een uitwerking van specifieke bepalingen in de verordening. De bevoegdheid voor het opstellen van nadere regels is dan ook opgenomen in de verordening.
Artikelsgewijze toelichting Nadere regels
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Gebruikelijke hulp is opgenomen om een nadere invulling te geven aan de eigen kracht, zoals bedoeld in artikel 3.6 van de verordening.
Hoofdstuk 2 Individuele voorzieningen
Het uitgangspunt is om in samenspraak tussen jeugdige en zijn ouders, de medewerker van de lokale toegang en de te betrekken jeugdhulpaanbieder te komen tot een besluit. Bij de totstandkoming van dit besluit zijn vaak ook het eigen netwerk van de jeugdige en zijn ouders betrokken, omdat ook zij een rol spelen. In de nadere regels is opgenomen wat de route (toegangsproces) is tot het komen van een besluit en wanneer er een besluit wordt genomen. Op het moment dat de jeugdige en zijn ouders en de lokale toegang er niet uitkomen, kan er door de jeugdige en/of zijn ouders en plan worden ingediend dat dient als aanvraag. Op basis hiervan wordt dan door de lokale toegang een besluit genomen en op schrift gesteld, met daarop vervolgens de mogelijkheid om gebruik te maken van de juridische instrumenten van bezwaar en beroep.
Beschikking en het besluit zijn termen vanuit de Algemene wet bestuursrecht. Een besluit is een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling. Van een beschikking is sprake als een besluit van individuele en concrete strekking is. Om deze reden worden besluiten genomen in het kader van de Jeugdwet in een beschikking verwoord.
In het besluit wordt vastgelegd of er sprake is van specialistische jeugdhulp en wat de hulpvragen en beoogde resultaten zijn.
De inhoud van het besluit (beschikking) is beperkt. Andere zaken – zoals omschrijving hulpvraag– worden vastgelegd in het integraal plan. Hiermee wordt ook voorkomen dat te veel privacygevoelige gegevens in de gemeentelijke beschikkingenadministratie vast komen te liggen. De keuze voor een bepaalde aanbieder ligt niet vast in het besluit.
In een besluit voor het toekennen van een persoonsgebonden budget (Pgb) is ook altijd de hoogte van het persoonsgebonden budget en hoe dit berekend is opgenomen.
Het besluit voor zorg in natura wordt in de regel afgegeven voor onbepaalde tijd. Dat wil zeggen dat bij het afgeven van het besluit de duur niet vaststaat. De gecontracteerde jeugdhulpaanbieder moet (binnen de afspraken die daarover in het contract gesteld zijn) hulp kunnen inzetten zo lang als nodig is om het beoogde resultaat te bereiken. De geldigheidsduur van het besluit eindigt als het jeugdhulptraject (met wederzijdse instemming) is beëindigd. De jeugdhulpaanbieder brengt de gemeente hiervan op de hoogte middels het stop-zorgbericht. Dit is contractueel vastgelegd.
Pgb-besluiten worden wel altijd met een beperkte geldigheidsduur van maximaal 1 jaar afgegeven. De systematiek van het stop-zorgbericht bestaat niet in het Pgb, waardoor een besluit zonder einddatum eindeloos door zou blijven lopen.
Wanneer bij het afgeven van een besluit nog niet bekend is welke jeugdhulpaanbieder betrokken wordt, dient de jeugdige en/of zijn ouders binnen zes maanden een jeugdhulpaanbieder te vinden, zich daar te melden en de jeugdhulpaanbieder gestart te zijn met de zorg. De jeugdhulpaanbieder meldt de start van de zorg aan de gemeente. Wanneer de jeugdhulpaanbieder niet binnen zes maanden gestart is, kan het besluit ingetrokken worden. De gemeente is van mening dat na die periode de omstandigheden binnen het gezin dusdanig gewijzigd kunnen zijn dat een nieuw gesprek noodzakelijk is om de ondersteuningsbehoefte opnieuw vast te stellen. Ook wordt hiermee voorkomen dat besluiten die niet ‘verzilverd‘ worden eindeloos open blijven staan. Het gaat hier om een kan-bepaling, omdat er ook bijzondere omstandigheden denkbaar zijn waarin de termijn van zes maanden overschreden wordt en een nieuw besluit toch niet nodig is.
Als de jeugdige en zijn ouders en de professional van de lokale toegang het eens zijn over de inhoud van het integraal plan bekrachtigen zij dit door ondertekening van het integraal plan. Op dat moment is er ook overeenstemming over de in te zetten specialistische jeugdhulp, indien van toepassing, en kan de beschikking snel afgegeven worden.
Wanneer de jeugdige en/of zijn ouders en de lokale toegang geen overeenstemming kunnen bereiken over de inhoud van het integraal plan en de noodzaak of de aard van de inzet van specialistische jeugdhulp, dienen zij een aanvraag tot een individuele voorziening in de vorm van een door hen eenzijdig ingevuld integraal plan. De lokale toegang besluit dan binnen 2 weken op deze aanvraag. In de regel gaat het dan om een weigeringsbesluit.
In artikel 3.4 derde lid is bepaald dat bij verwijzing van een huisarts, jeugdarts, of medisch specialist naar specialistische jeugdhulp in het geval dat er geen vraag om meerdere levensgebieden is, en in crisissituaties een gesprek met de lokale toegang niet verplicht is. In die gevallen maakt de jeugdhulpaanbieder zich via een verzoek om zorgtoewijzing bekend bij de gemeente. Op basis van dit verzoek (JW315) wijst de gemeente dan de jeugdhulpaanbieder de zorg toe (via een JW301-bericht). De facto neemt het college hiermee een besluit over de inzet van specialistische jeugdhulp. Er is in die gevallen geen integraal plan opgesteld in samenspraak met de lokale toegang.
In de reguliere route is de beschikking onderdeel van het integraal plan. NB Het integraal plan is niet in zijn totaliteit een beschikking. In een aantal gevallen is het noodzakelijk om een aparte beschikking af te geven. In dit lid zijn deze gevallen beschreven. Als het een beschikking op verzoek betreft gaat het in de regel om een huisartsverwijzing die bekrachtigd wordt in de vorm van een beschikking.
Artikel 2.2 Verlening jeugdhulp
In de verordening is opgenomen dat een individuele jeugdhulpvoorziening in crisissituaties kan starten zonder dat een integraal plan is opgesteld. In de nadere regels is bepaald dat met crisishulp begonnen kan worden zonder voorafgaand besluit van het college.
In dit lid is geregeld dat het college (de facto de lokale toegang) de noodzaak van de voortzetting van specialistische jeugdhulp periodiek kan herbeoordelen. Als bij de herbeoordeling blijkt dat hulp nog steeds nodig is, hoeft geen nieuwe besluit genomen te worden. Wanneer er geen of andere zorg nodig is, wordt dit natuurlijk wel in een nieuw besluit vastgelegd.
In het vierde lid is opgenomen dat het college de geldigheidsduur van het besluit kan beperken. Er is sprake van een ‘kan’ bepaling. Dit wil zeggen dat op basis van de nut en noodzaak wordt gekeken of de geldigheidsduur van het besluit wordt beperkt. Bijvoorbeeld als een jeugdige ouder wordt, van school wisselt of er veranderingen in de omgeving van het kind te verwachten zijn. Na het verstrijken van de termijn is er een nieuw besluit nodig. Het is in het belang van alle partijen dat er een besluit ligt dat aansluit bij de daadwerkelijke zorgvraag. Als het besluit wordt beperkt wordt deze altijd voor een zo lang mogelijk tijdsbestek afgegeven om onnodige herindicaties te voorkomen.
De hier opgenomen afbakening van de doelgroep van ernstige dyslexie komt overeen met de huidige praktijk en professionele (landelijke) normen. Dit houdt onder meer in dat ook wordt aangesloten bij benamingen en terminologie uit deze protocollen.
De jeugdige van 7 jaar en ouder die op het basisonderwijs zit kan in aanmerking komen voor dyslexiezorg. Een jeugdige tot 13 jaar, waarvan de behandeling op de basisschool is gestart, kan deze behandeling afmaken op het vervolgonderwijs.
Artikel 2.4 Criteria jeugdhulp
In de verordening is in artikel 3.6 opgenomen dat specialistische jeugdhulp wordt toegekend voor zover de jeugdige op eigen kracht, of met zijn ouders of andere personen uit zijn naaste omgeving, geen afdoende oplossing voor zijn ondersteuningsvraag kan vinden. Bij de beoordeling of sprake is van een afdoende oplossing, wordt in elk geval rekening gehouden met de te bieden gebruikelijke hulp. Er wordt verwacht dat mensen elkaar hulp geven als zij een gezin vormen of samenleven. De gemeente werkt in beleidsregels uit hoe ze omgaat met gebruikelijke hulp. Voor gebruikelijke hulp geldt wel dat ouders dit aan hun kind moeten kunnen geven. Als ouders bijvoorbeeld zelf een beperking hebben kan het zijn dat ze niet in staat zijn de gebruikelijke hulp te bieden die voor ouders zonder beperking wel van toepassing zou zijn. Daarbij geldt ook dat als ouders meer doen dan gebruikelijk er niet vanzelfsprekend specialistische jeugdhulp wordt ingezet. Van ouders wordt verwacht dat zij vanuit eigen kracht doen wat binnen hun mogelijkheden ligt, waarbij gebruikelijke hulp wordt gezien als een ondergrens.
Artikel 2.5 Kwaliteitseisen lokale toegang
In dit artikel is geregeld dat een oordeel of, en zo ja, welke, specialistische jeugdhulp nodig is altijd genomen wordt door een gemandateerde professional van de lokale toegang op basis van het gesprek met de jeugdige en/of zijn ouders. Dit alles binnen de geldende professionele standaarden.
Het kan zijn dat een jeugdige jeugdhulp ontvangt zonder dat er een integraal plan aanwezig is, bijvoorbeeld omdat de jeugdige is verwezen door een huisarts. Mocht de jeugdhulpaanbieders signaleren dat er een ondersteuningsbehoefte is op meerdere levensgebieden, dan overlegt de jeugdhulpaanbieder met de lokale toegang Op deze manier kan er breed gekeken worden naar de ondersteuningsbehoefte. Het betrekken van de lokale toegang gebeurt in overleg met ouders en jeugdige.
Hoofdstuk 3 Aanvullende regels persoonsgebonden budget
Artikel 3.1 Vaststellen hoogte van persoonsgebonden budget
1. De tarieven op basis waarvan de hoogte van het persoonsgebonden budget berekend wordt, bedragen voor professionele ondersteuning:
2. De tarieven op basis waarvan de hoogte van het persoonsgebonden budget berekend wordt, bedragen voor ondersteuning uit sociaal netwerk:
€ 25,60 1 |
|||
3. De tarieven voor het persoonsgebonden budget worden jaarlijks geïndexeerd conform de Verordening Jeugdhulp 2022 Artikel 3.11 Vaststellen hoogte van persoonsgebonden budget (PGB) lid
4. De nieuwe tarieven worden kenbaar gemaakt middels jaarlijkse aanpassing van deze Nadere regels Jeugd en publicatie daarvan.
Artikel 4.1 Intrekking oude nadere regels
De oude nadere regels worden ingetrokken.
Deze nadere regels treden in werking op de dag van bekendmaking.
Deze nadere regels worden aangehaald als: Nadere regels Jeugdhulp Diemen 2022 (januari 2023)
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2022-564012.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.