Verordening Precariobelasting 2023

De raad van de gemeente Nissewaard;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 30 november 2022;

 

gelet op artikel 228 van de Gemeentewet;

 

gezien het advies van de commissie Bestuur van 22 november 2022;

 

besluit vast te stellen

 

de Verordening Precariobelasting 2023.

Artikel 1 Belastbaar feit

Onder de naam ‘precariobelasting’ wordt een belasting geheven ter zake van het hebben van voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond.

Artikel 2 Belastingplicht

Belastingplichtig is degene die de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond heeft, dan wel ten behoeve van wie die voorwerpen worden gehouden.

Artikel 3 Maatstaf van heffing en belastingtarieven

De belasting wordt geheven naar de volgende maatstaven en tarieven, waarbij een gedeelte van een eenheid wordt aangemerkt als een volledige eenheid:

  • a.

    voor het hebben van leidingen, buizen, antennedraden of -staven, kabels en dergelijke, anders dan bedoeld in artikel 228, tweede lid, van de Gemeentewet, daaronder niet begrepen die welke krachtens een wettelijk voorschrift moeten worden gedoogd, per strekkende meter per belastingjaar: € 3,99;

  • b.

    voor het innemen van een standplaats met kraampjes, wagens of dergelijke voorwerpen met commerciële doeleinden, uitgezonderd de standplaatsen op de markt gedurende de aangewezen marktdagen:

    • 1.

      per vierkante meter per jaar voor één dag per week: € 50,15;

    • 2.

      per vierkante meter per jaar voor twee dagen per week: € 100,40;

    • 3.

      per vierkante meter per jaar voor drie dagen per week: € 144,03;

    • 4.

      per vierkante meter per jaar voor vier dagen per week: € 174,60;

    • 5.

      per vierkante meter per jaar voor vijf dagen per week: € 196,40;

    • 6.

      per vierkante meter per jaar voor meer dan vijf dagen per week: € 205,16;

    • 7.

      per vierkante meter per dag, indien niet gedurende een geheel jaar een standplaats wordt ingenomen: € 1,74;

  • c.

    voor standplaatsen ingenomen door:

    • 1.

      overdekte, aan drie zijden gesloten verkoopwagens, aan drie zijden gesloten verkoopstallen, of andere overdekte en aan drie zijden gesloten bouwsels, wordt het in het tweede lid berekende bedrag vermenigvuldigd met 1,00;

    • 2.

      open verkoopwagens, kramen of andere bouwsels welke niet aan drie zijden gesloten zijn, wordt het in het tweede lid berekende bedrag vermenigvuldigd met 0,80;

    • 3.

      de waren in hoofdzaak op de grond uit te stallen, wordt het in het tweede lid berekende bedrag vermenigvuldigd met 0,60;

    • 4.

      een eigendom dat niet rechtstreeks is te rangschikken in van de categorieën als bedoelt in het derde lid onder a,b of c, dan wordt het eigendom gerangschikt in die categorie waarmede het de meeste overeenkomst vertoont;

  • d.

    voor het innemen van een standplaats:

    • 1.

      in een woonwijk, wordt het in het tweede en derde lid berekende bedrag tot slot vermenigvuldigd met 0,90;

    • 2.

      op of nabij een winkelcentrum of een metrostation, wordt het in het tweede en derde lid berekende bedrag tot slot vermenigvuldigd met 1,00;

    • 3.

      op of nabij het stadswinkelcentrum, wordt het in het tweede en derde lid berekende bedrag tot slot vermenigvuldigd met 1,10;

  • e.

    voor het innemen van een evenemententerrein voor het organiseren van markten, anders dan voor markten ingevolge de marktverordening en anders dan van houders van een evenementenjaarvergunning, per vierkante meter per dag: € 0,13;

  • f.

    voor het hebben van voorwerpen onder, op of boven een terras: € 0,00;

  • g.

    De kosten van voornoemde te dekken uit de Coronamiddelen welke inmiddels zijn opgegaan in de Bestemmingsreserve Energiecrisis, zoals vastgelegd bij raadsbesluit van 9 november 2022.

Artikel 4 Belastingjaar

Voor de tarieven die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 5 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1.

    De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

Artikel 6 Wijze van heffing

De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 7 Termijn van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moet de belasting worden voldaan binnen een maand na de dagtekening van het aanslagbiljet.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op het in het eerste lid gestelde termijn.

Artikel 8 Vrijstellingen

De belasting wordt niet geheven voor:

  • a.

    het hebben van wegwijzers en verkeersaanwijzingen van de ANWB en van andere overeenkomstige instellingen;

  • b.

    het hebben van openbare aankondigingen op, aan of in de nabijheid van een mobiele onderzoeksunit die wordt gebruikt voor het doen van bevolkingsonderzoek als bedoeld in artikel 1, onder c, van de Wet op het bevolkingsonderzoek, voor welk onderzoek op grond van die wet vergunning is verleend, voor zover die aankondigingen een relatie hebben met het bevolkingsonderzoek;

  • c.

    het hebben van voorwerpen op een terras, indien of voor zover de oppervlakte van het terras niet groter is dan 10 m2.

Artikel 9 Kwijtschelding

Bij de invordering van de precariobelasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 10 Intrekking oude verordening

De Verordening precariobelasting 2022 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13 genoemde datum van ingang van de heffing.

Artikel 11 Overgangsrecht

De Verordening precariobelasting 2022 blijft van toepassing op de belastbare feiten die zich vóór de in artikel 13 genoemde datum van ingang van de heffing hebben voorgedaan.

Artikel 12 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.

Artikel 13 Datum van ingang van de heffing

De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2023.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening Precariobelasting 2023.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Nissewaard van 7 december 2022,

de griffier,

S.J.M. Mackaij

de voorzitter,

F. van Oosten

Toelichting Verordening Precariobelasting 2023

 

Artikel 8 Vrijstellingen

 

In de tabel hieronder is opgenomen:

  • -

    het onderdeel van artikel 8 waarin de facultatieve vrijstelling is opgenomen

  • -

    de omschrijving van de facultatieve vrijstelling

  • -

    de motivering van de facultatieve vrijstelling

 

 

Omschrijving

Motivering

a

het hebben van wegwijzers en verkeersaanwijzingen van de ANWB en van andere overeenkomstige instellingen;

Algemeen belang. Verkeersveiligheid.

b

het hebben van openbare aankondigingen op, aan of in de nabijheid van een mobiele onderzoeksunit die wordt gebruikt voor het doen van bevolkingsonderzoek als bedoeld in artikel 1, onder c, van de Wet op het bevolkingsonderzoek, voor welk onderzoek op grond van die wet vergunning is verleend, voor zover die aankondigingen een relatie hebben met het bevolkingsonderzoek;

Algemeen belang. Volksgezondheid.

c

het hebben van voorwerpen op een terras, indien of voor zover de oppervlakte van het terras niet groter is dan 10 m2.

Efficiency.

 

Naar boven