Beleidsregel Wet aanpak woonoverlast gemeente Coevorden

De burgemeester van de gemeente Coevorden;

 

gelet op artikel 151d Gemeentewet;

 

gelet op artikel 2:79 Algemene plaatselijke verordening Coevorden 2020;

 

gelet op titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;

 

B E S L U I T:

 

vast te stellen de:

 

Beleidsregel wet aanpak woonoverlast gemeente Coevorden

 

1. Afbakening/begripsomschrijving

Het gebruiken van de gedragsaanwijzing van artikel 2:79 APV komst pas in beeld als andere bestaande bevoegdheden geen oplossing bieden. Zoals gebruik van civiel recht, Gemeentewet, Opiumwet, Woningwet, Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg. Het hiervoor genoemde moet worden onderbouwd in de dossiervorming.

 

In deze beleidsregel verstaan we onder:

 

  • a.

    Awb: Algemene wet bestuursrecht;

  • b.

    APV: Algemene plaatselijke verordening Coevorden 2020;

  • c.

    andere geschikte manier: de burgemeester legt pas een gedragsaanwijzing op als de ernstige en herhaaldelijke hinder niet op een andere manier kan worden voorkomen. Dit betekent dat de burgemeester pas overgaat tot het geven van een last met een gedragsaanwijzing als minder zware middelen geen oplossingen bieden. De burgemeester komt beleidsvrijheid toe in de keuze of er geen andere geschikte manier is om de hinder tegen te gaan. Voorbeelden van andere manieren om overlast tegen te gaan zijn het geven van een waarschuwing, buurtbemiddeling of mediation.

  • d.

    gebruiker van de woning: de persoon die in de woning woont. De gebruiker hoeft geen huur- of eigendomsrechtelijke relatie tot de woning of het erf te hebben. Ook hoeft de gebruiker niet een rechtmatige gebruiker van de woning te zijn, dus ook illegale onderhuurders of krakers vallen hieronder.

  • e.

    ernstige en herhaaldelijke hinder: overlast, in alle vormen. Die naar algemene maatstaven in het maatschappelijke verkeer als ernstig valt te kwalificeren en die herhaaldelijk wordt veroorzaakt;

  • f.

    omwonenden: personen die dichtbij het adres wonen waarop overlast wordt veroorzaakt;

  • g.

    bestuurlijke waarschuwing: een schriftelijke waarschuwing van de burgemeester. Waarin hij de geadresseerde duidelijk zegt te stoppen met het veroorzaken van hinder. Dit is geen besluit.

  • h.

    last onder bestuursdwang of last onder dwangsom: de burgemeester is alleen bevoegd tot het geven van een last als de hinder niet op een andere manier voorkomen kan worden. De burgemeester heeft wettelijk het recht om tot het geven van een last onder bestuursdwang, maar ook om een last onder dwangsom op te leggen. Dit volgt uit artikel 5:32 van de Algemene wet bestuursrecht. De last kan de vorm aannemen van een gedragsaanwijzing, waartegen bezwaar en beroep open staat.

  • i.

    gedragsaanwijzing: ter bestrijding van ernstige en herhaaldelijke woonoverlast is de burgmeester bevoegd tot het geven van een gedragsaanwijzing. In juridische zin gaat het dan over een last onder bestuursdwang of een last onder dwangsom. In de last staat dat de overlastgever bepaalde handelingen moet doen of juist moet laten zodat de hinder ophoudt. Het is dus een op maat gemaakt gebod of verbod.

2. Melding of signalering

Signalen of meldingen van ernstige woonoverlast kunnen de gemeente via verschillende wegen bereiken. Omwonenden of anderen kunnen woonoverlast zelf direct melden bij de gemeente. Ook kan de gemeente, de politie, een woningcoöperatie of één van de andere samenwerkingspartners situaties van ernstige en herhaaldelijke hinder melden.

3. Dossieropbouw

Meldingen die bij de gemeente binnenkomen worden gecontroleerd. Dit gebeurt in sommige gevallen met hulp van politie of andere partijen die betrokken zijn bij de aanpak van de woonoverlast. Naar verwachting zal alleen bij een deel van de meldingen van woonoverlast sprake zijn van “ernstige en herhaaldelijke hinder” als bedoeld in artikel 2:79, APV.

 

De gemeente verzamelt de meldingen, registraties, gespreksverslagen, sfeerrapportages, aantekeningen, enzovoort, per casus in een dossier. De belangrijke informatie wordt verzameld in een dossier, met nakoming van de regels rondom privacy.

4. Handelwijze burgemeester

1.

De burgemeester geeft eerst een bestuurlijke waarschuwing aan de overtreder. Voordat hij gebruik maakt van zijn bevoegdheid in artikel 2:79 van de APV.

 

2.

Als de veroorzaker van de overlast na de bestuurlijke waarschuwing de hinder niet beëindigt, kan de burgemeester op grond van artikel 2:79 van de APV besluiten tot het opleggen van een last onder dwangsom in de vorm van een gedragsaanwijzing.

 

Hierbij wordt gekeken welke interventies of maatregelen ingezet kunnen worden. Met als doel het de-escaleren, normaliseren en voorkomen van de overlast. Hierbij moet rekening worden houden met de vereisten van proportionaliteit en subsidiariteit;

 

3.

Als de veroorzaker na het verbeuren van de dwangsom (lid 2) de overlast niet beëindigt, kan de burgemeester op grond van artikel 2:79 van de APV besluiten tot het geven van een last onder bestuursdwang;

 

4.

In sommige situatie is er sprake van financiële, psychische en/of andere bijzondere omstandigheden van de veroorzaker. In dit soort gevallen kan de burgemeester besluiten de fase van het geven van een last onder dwangsom (lid 2) over te slaan. In plaats daarvan kan de burgemeester meteen een last onder bestuursdwang (lid 3) opleggen (o.g.v. artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht);

 

5.

Het kan zijn dat de vereiste spoed zich verzet tegen een bestuurlijke waarschuwing (lid) en/of een last onder dwangsom (lid 2). In dit soort situaties kan de burgemeester besluiten tot het direct geven van een last onder bestuursdwang (lid 3);

 

6.

Het kan voorkomen dat de genoemde maatregelen in lid 2 en 3 van dit artikel geen effect hebben en/of de verwachting bestaat dat deze maatregelen niet (binnen de gestelde termijn) tot het beoogde resultaat leiden. In dit geval kan de burgemeester een verbod geven om aanwezig te zijn in of bij de woning, waaruit de hinder wordt veroorzaakt. Dit voor de duur van tien dagen (o.g.v. artikel 151d, derde lid, Gemeentewet). Bij ernstige vrees voor verdere overtreding kan het verbod worden verlengd tot maximaal 4 weken.

 

7.

Bij het toepassen van een bestuursrechtelijke herstelsanctie (lid 2, 3 & 6) wordt de betrokken bewoner als belanghebbende op grond van artikel 4:8 van de Algemene wet bestuursrecht in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze naar voren te brengen. Hierbij zal standaard een begunstigingstermijn van twee weken worden aangehouden, waarvan in bijzondere gevallen wordt afgeweken.

 

Na kennisneming van de zienswijze(n) besluit de burgemeester gemotiveerd de gedragsaanwijzing wel of niet (of in aangepaste vorm) op te leggen.

5. Kosten van de maatregel

De kosten verboden aan het gebruik van bestuursdwang zijn voor rekening van de overtreder van de zorgplicht (artikel 2:79 APV). Wanneer wordt vastgesteld dat er een dwangsom is verbeurd, wordt een invorderingstraject gestart.

6. Handhaving

Het toezicht op de naleving van de opgelegde last is taak van de buitengewone opsporingsambtenaren (BOA’s) van de gemeente Coevorden en de politie.

7. Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt in werking op de dag na haar bekendmaking.

Aldus vastgesteld bij besluit van de burgemeester op 22 november 2022

De burgemeester van de gemeente Coevorden

R. Bergsma

Naar boven