Gemeenteblad van Drechterland
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Drechterland | Gemeenteblad 2022, 524718 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Drechterland | Gemeenteblad 2022, 524718 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
4e wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening Drechterland 2019
De raad van de gemeente Drechterland;
Overwegende dat het nodig is regels vast te stellen betreffende de huishouding van de gemeente die onder andere zijn opgenomen in de Algemene Plaatselijke Verordening;
Overwegende dat het wenselijk is een aantal wijzigingen in de Algemene Plaatselijke Verordening door te voeren;
Gelet op de bepalingen in de Gemeentewet;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 20 september 2022
Vast te stellen de navolgende Verordening tot de 4e wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening Drechterland 2019
Artikel I Wijziging verordening
De Algemene Plaatselijke Verordening wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 2:48a wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 2:48a Verboden lachgasgebruik
Het is verboden op een openbare plaats lachgas recreatief als roesmiddel te gebruiken, voorbereidingen daartoe te verrichten of ten behoeve van dat gebruik voorwerpen of stoffen bij zich te hebben, indien dit gepaard gaat met overlast of andere gedragingen die de openbare orde verstoren, het woon- of leefklimaat nadelig beïnvloeden of anderszins hinder veroorzaken.
Het is verboden op een openbare plaats die deel uitmaakt van een door het college ter bescherming van de openbare orde of het woon- en leefklimaat aangewezen gebied lachgas recreatief als roesmiddel te gebruiken, voorbereidingen daartoe te verrichten of ten behoeve van dat gebruik voorwerpen of stoffen bij zich te hebben.
Artikel 2:50a komt te vervallen.
Artikel 2:73a wordt als volgt gewijzigd:
Afdeling 3 wordt als volgt gewijzigd:
AFDELING 3. HET BEWAREN VAN HOUTOPSTANDEN
Artikel 4:10 Begripsbepalingen
In deze afdeling wordt verstaan onder:
boomstructuur: lijnvormige boombeplantingen zoals deze zijn vastgelegd in het Omgevingsprogramma bomen 2021 (ook de aangewezen parken groenstroken begraafplaatsen maken deel uit van de bomenstructuur). Particuliere bomen staande op erven waarvan de voor- of zijkant is gesitueerd aan een boomstructuur maken onderdeel uit van de boomstructuur.
In deze afdeling wordt onder vellen mede verstaan: rooien, verplanten maar ook handelingen zoals het voor de eerste keer knotten of kandelaberen, snoeien van meer dan 20% van de kroon in één groeiseizoen, graven binnen de stabiliteitskluit van houtopstanden (kwetsbare zone) en andere handelingen die de dood of ernstige beschadiging of aantasting van de (natuurlijke) habitus van de boom ten gevolge kunnen hebben.
Artikel 4:12 Aanvraag vergunning
Artikel 4:12a Toewijzingscriteria
Het bevoegd gezag verleent de omgevingsvergunning voor het vellen van bomen op grond van de volgende criteria:
Een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het vellen van een waardevolle boom dient gepaard te gaan met een rapport van een onafhankelijke boomtechnisch deskundige waaruit de levensverwachting en/of het risico voor de omgeving blijkt. Of indien er sprake is van een zeer groot maatschappelijk belang dient de afweging van de belangen bij de aanvraag duidelijk gemotiveerd te worden.
Een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het vellen van een potentieel waardevolle boom dient gepaard te gaan met een rapport van een onafhankelijke geregistreerde boomtaxateur waaruit de levensverwachting en/of het risico voor de omgeving blijkt. Of indien er sprake is van een groot maatschappelijk belang dient de afweging van de belangen bij de aanvraag duidelijk gemotiveerd te worden.
Indien een boom waarop het verbod tot vellen als bedoeld in deze afdeling van toepassing is, in het voortbestaan ernstig wordt bedreigd kan het bevoegd gezag aan de zakelijk gerechtigde van de grond waarop zich de houtopstand bevindt dan wel aan degene die uit andere hoofde tot het treffen van voorzieningen bevoegd is, de verplichting opleggen om overeenkomstig de door hen te geven aanwijzingen binnen een door hen te stellen termijn voorzieningen te treffen, waardoor die bedreiging wordt weggenomen.
Het bevoegd gezag geeft onverwijld kennis van de beslissing om een omgevingsvergunning in een of meer dag-, nieuws- of huis-aan-huisbladen of op een andere geschikte wijze.
Artikel 4:12c Vervaltermijn vergunning
Artikel 4:12d Bijzondere vergunningsvoorschriften
Wordt een voorschrift als bedoeld in het eerste lid gegeven, dan wordt daarbij tevens bepaald dat wordt herplant in een passende groeiplaatsinrichting conform de richtlijnen van Handboek Bomen, met tenminste 3 jaar nazorg. Als de jonge aanplant tussentijds uitvalt, is inboet (vervangende aanplant) verplicht. De nazorgperiode gaat dan opnieuw in.
Indien een boom waar voor het vellen een omgevingsvergunning is verplicht zonder omgevingsvergunning van het bevoegd gezag is geveld, kan het bevoegd gezag aan de zakelijk gerechtigde van de grond waarop zich de boom bevond, dan wel aan degene die uit andere hoofde tot het treffen van voorzieningen bevoegd is, dan wel aan degene die de boom zonder omgevingsvergunning heeft geveld of daartoe opdracht heeft gegeven, een schadevergoeding opleggen ter hoogte van de waarde van de boom.
Artikel 4:12f Afstand van de erfgrenslijn
De afstand als bedoeld in artikel 5:42 Burgerlijk Wetboek wordt vastgesteld op 0,5 m voor bomen en nihil voor heggen en heesters.
Artikel 4:12g Bestrijding van ziekte
Als op een erf of terrein één of meer bomen aanwezig zijn die volgens het college gevaar opleveren voor het verspreiden van een boomziekte of voor vermeerdering van de ziekteverspreiders zoals insecten, is de rechthebbende die daarvoor door het college is aangeschreven verplicht binnen de daarvoor gegeven termijn:
Artikel 4.12h Verhouding tussen kap- en bouw- of aanlegvergunning
Een omgevingsvergunning voor het vellen van bomen staande in bomenstructuren of parken zoals genoemd in artikel 4:11 lid 1b kan worden geweigerd op de enkele grond dat de voorgenomen velling voortvloeit uit een bouw- of aanlegplan waarvoor nog geen omgevingsvergunning is verleend.
Artikel 4.12i Bescherming bomen
Artikel 4.12j Activiteiten in de nabijheid van bomen
Als in de nabijheid van (potentieel) waardevolle en/of gemeentelijke houtopstanden werkzaamheden gaan plaatsvinden die mogelijk een negatief effect hebben op de houtopstand, is de uitvoerder verplicht een Boom Effect Analyse op te laten stellen, door een boomtechnisch deskundige, van en voorafgaand aan de werkzaamheden. Het is verplicht de daaruit voortvloeiende maatregelen met betrekking tot bescherming van de houtopstand op te volgen.
Bij aangerichte schade ten gevolge van de aanleg, instandhouding en opruiming van werkzaamheden in de nabijheid van bomen, laat de gemeente het herstel laten verrichten door een door de gemeente geselecteerde aannemer. De marktconforme kosten worden aan de uitvoerder doorberekend. De uitvoerder wordt hiervan vooraf (schriftelijk of per mail) op de hoogte gebracht door de gemeente;
De schade aan bomen wordt achteraf vastgesteld op basis van de Richtlijnen NVTB (Nederlandse vereniging van taxateurs van bomen). De aansprakelijkheidsstelling voor de schade vindt plaats volgens het civiele aansprakelijkheidsrecht. Het totale schadebedrag wordt opgebouwd uit de getaxeerde schade inclusief taxatiekosten, beredderingskosten en overige bijkomende kosten zoals voor verhalen van schade
Artikel 4:12k Hardheidsclausule
Het college is bevoegd, in gevallen waarin de toepassing van de artikelen van afdeling 3 van deze verordening naar zijn oordeel leidt tot onaanvaardbare gevolgen voor de betrokkene(n), ten gunste van de aanvrager af te wijken.
In hoofdstuk 5, afdeling 6, wordt na artikel 5:25 een artikel ingevoegd, luidende:
Aldus besloten door de raad van de gemeente Drechterland in zijn openbare vergadering van 24 oktober 2022.
De raad voornoemd,
de griffier,
J.N.M. Commandeur
de voorzitter,
M. Pijl
Een algemeen, voor de gehele gemeente geldend gebruiksverbod stuit op belangrijke juridische bezwaren en is vanuit oogpunt van proportionaliteit ook niet te verdedigen. Daarmee zou er geen evenredigheid meer zijn tussen middel en doel, en dat zou in strijd met artikel 3:4 van de Algemene wet bestuursrecht. Daarom beperkt het verbod in het eerste lid zich tot concrete situaties van oneigenlijk lachgasgebruik, voorbereidingen of het bij zich hebben van hulpmiddelen voor dat gebruik, die gepaard gaan met verstoring van de openbare orde, nadelige beïnvloeding van het woon- of leefklimaat of anderszins hinder tot gevolg hebben. Bij de handhaving moet de gemeente kunnen aantonen dat genoemde situaties de oorzaak zijn van de overlast en dergelijke.
Op grond van het tweede lid kan het college openbare plaatsen aanwijzen waar het oneigenlijk lachgasgebruik, voorbereidingen of het bij zich hebben van hulpmiddelen voor dat gebruik op voorhand verboden is, los van de vraag of dat in de concrete situatie tot ordeverstoring en dergelijke leidt. In het aanwijzingsbesluit moet het college motiveren waarom het verbod in dat specifieke gebied geldt (het belang van de openbare orde of bescherming van het woon- of leefklimaat). Uit politierapportages kan bijvoorbeeld blijken dat op bepaalde openbare plaatsen sprake is van aantoonbare en structurele overlast door lachgas. Het college kan – als dat afdoende lijkt te zijn – in het aanwijzingsbesluit opnemen dat het verbod op bepaalde tijden geldt, bijvoorbeeld tijdens de uitgaansavonden (derde lid).
Dit artikel reguleert het carbidschieten tijdens oud en nieuw binnen de gemeente. Door middel van nadere regels kan het college nog extra beperkingen opleggen om de overlast te minimaliseren en de veiligheid te waarborgen.
AFDELING 3. HET BEWAREN VAN HOUTOPSTANDEN
In 2021 is het Omgevingsprogramma Bomen vastgesteld. In dit programma worden regels en richtlijnen beschreven die tot doel hebben bomen beter te beschermen en met name de (potentieel) waardevolle bomen en boomstructuren.
De regels en wensen en normen die in het omgevingsprogramma zijn beschreven zijn de uitwerking van de visie op bomen. Bomen dienen een bijdrage te leveren aan EEN PRETTIGE, VEILIGE, GROENE LEEFOMGEVING ,en maken deel uit van EEN DUURZAAM BOMENBESTAND
Met de regels in deze afdeling worden enerzijds waardevolle bomen en boomstructuren beschermd en anderzijds geeft het de boomeigenaren meer handelingsvrijheid om bij de overige bomen zelf een keuze te maken in het beheer van de bomen waarbij wel rekening gehouden dient te worden met de uitgangspunten zoals deze zijn vermeld in het Omgevingsprogramma Bomen.
Voor technische uitvoeringmaatregelen wordt verwezen naar het Handboek Bomen. Het Handboek Bomen is opgesteld door het Norminstituut Bomen en geldt als een standaard waarmee door groenaannemers en opdrachtgevers wordt gewerkt. Voor de hantering van de richtlijnen en maatregelen is het meest recente Handboek van toepassing
Met de begripsbepalingen wordt een definitie gegeven van bomen waarop deze verordening van toepassing is. Kleinere bomen (bomen met een dwarsdoorsnede van maximaal 40 cm) hebben (nog) geen grote impact op de leefomgeving, daarom zijn deze bomen niet vergunningsplichtig.
Onder bomen wordt tevens verstaan alle knot- en vormbomen en coniferen met een dwarsdoorsnede van de stam groter dan 40 cm.
Voor het dunnen van een houtopstand die onderdeel uitmaakt van een boomstructuur is geen vergunning vereist indien deze maatregel het behoud of de bevordering van de kwaliteit van houtopstand bevorderd.
De burgemeester kan toestemming verlenen voor het kappen van bomen indien sprake is van spoedeisend belang.
Van spoedeisend belang is sprake wanneer direct gevaar dreigt voor personen of goederen maar ook voor het bestrijden van infectiegevaar van overige boombeplantingen zoals bijvoorbeeld iepziekte.
Uit de aanvraag van de omgevingsvergunning dient duidelijk te worden aangegeven om welke boom of bomen het gaat. Er mag hier geen enkele onduidelijkheid over bestaan.
Met het toekennen van de status waardevolle boom wordt een dusdanig waarde toegekend aan de betreffende boom dat deze boom onvervangbaar is door zijn beeldbepalendheid, de ecologische waarde, de cultuurhistorische waarde of zijn zeldzaamheid (solitair of als samenhangende groep) of zeldzaamheid, en dat de boom daarom behouden moet blijven. Alleen als er sprake is van een zeer groot maatschappelijk belang kan het college besluiten een omgevingsvergunning te verlenen.
Een potentieel waardevolle bomen staat op een locatie waarbij deze alle mogelijkheden heeft om uit te groeien en te ontwikkelen tot een waardevolle boom. Dergelijke bomen zijn de waardevolle bomen voor de volgende generatie en genieten een zeer hoge bescherming. Alleen bij groot maatschappelijk belang kan het college toestemming verlenen de bomen te kappen.
Boomstructuren bepalen mede de ruimtelijke indeling en het karakter en identiteit van de leefomgeving. Boomstructuren dienen behouden te blijven. Wel bestaat de mogelijkheid individuele bomen te kappen mits de structuur behouden blijft of door aanvullende maatregelen voldoende wordt gecompenseerd.
Bomen die plaats bieden aan bijzondere of beschermde planten of dieren genieten een hogere bescherming. Ook dode bomen die een hoge ecologische waarden vertegenwoordigen moeten zoveel mogelijk behouden blijven.
Het dunnen van houtopstanden heeft als doel het behoud en het verbeteren van de houtopstand als geheel. Het om deze reden vellen van bomen is niet vergunningsplichtig. Ook hier geldt indien de boom andere ecologische waarden vertegenwoordigt dan moet de boom indien mogelijk behouden blijven.
Een vergunning is twee jaar geldig. Hierdoor heeft de aanvrager voldoende gelegenheid om rekening te houden met de bepalingen uit de Wet natuurbescherming. De vergunning kan verlengd worden.
Niet altijd kan op dezelfde plaats een boom herplant worden. Bij het verwijderen van een vergunningsplichtige boom of een gemeentelijke boom dient herplant plaats te vinden:
Bij de herplantplicht behoort ook een verzorgingsplicht. Hiermee moet voorkomen worden dat door nalatige zorg een geplante boom alsnog verloren gaat en daarmee uiteindelijk niet aan het gewenste resultaat van een herplantplicht wordt voldaan.
Voor de waarde van de boom en de berekening van de schade wordt verwezen naar de boomwaarde-indextabel van het Handboek Bomen.
De afstand van bomen tot de erfgrens is van toepassing op nieuw aan te planten bomen. In bestaande situaties is de oude regelgeving van toepassing of is sprake van verjaring.
Het vervangen van bomen (inboet) op de oude plantplaats wordt gezien als het handhaven/herstellen van een bestaande situatie.
Het college is bevoegd om ten behoeve van het behoud van houtopstanden en overige beplantingen dwingende aanwijzingen te geven om verspreiding van ziekte en plagen te voorkomen of te beperken.
Om te voorkomen dat bomen gekapt worden voordat er daadwerkelijk een bouw- of aanlegvergunning is verleend zal een kapvergunning alleen worden verleend gelijktijdig of nadat en bouw- of aanlegvergunning. Weigeringsgronden voor bomen met een aangewezen status blijven onverkort van kracht.
Werken aan of in nabijheid van bomen dient met alle voorzorgsmaatregelen en zorgvuldigheid te geschieden om daarmee onnodige schade en kwaliteitsverlies van de bomen te voorkomen. Mede hierom moet een Boom Effect Analyse worden opgesteld en deze ter goedkeuring aan de boombeheerder worden voorgelegd.
Onder werkzaamheden wordt ook verstaan het transport en opslaan van grond en bouwmaterialen, het plaatsen van keten en containers en het parkeren anders dan op de reguliere parkeerplaatsen.
Met de bepaling over ‘vaartuigwrakken’ kan de gemeente handhaven op vaartuigwrakken die worden aangetroffen in de openbare wateren. Vaartuigwrakken kunnen leiden tot verrommeling van de openbare ruimte, kunnen overlast geven, de bruikbaarheid van het water verminderen of teniet doen, maar bovenal kunnen zij zorgen voor onveilige situaties. Middels dit artikel kan doorgepakt worden bij dit soort overlast en ongewenste situaties.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2022-524718.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.