Gemeenteblad van Huizen
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Huizen | Gemeenteblad 2022, 519928 | gemeenschappelijke regeling |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Huizen | Gemeenteblad 2022, 519928 | gemeenschappelijke regeling |
Gemeenschappelijke regeling Gemeentebelastingen Huizen, Blaricum en Laren
Hoofdstuk 2. Centrumgemeente-regeling
Artikel 3. Centrumgemeente, portefeuillehoudersoverleg
Ter bevordering van een goede uitvoering door de centrumgemeente en ten behoeve van de beleidsafstemming vindt tenminste tweemaal jaarlijks een portefeuillehouders-overleg plaats. In de dienstverleningsovereenkomst op grond van artikel 7 wordt dit nader uitgewerkt, inclusief de ondersteuning van dit overleg door de uitvoeringsorganisatie.
Artikel 4. Mandaat collegebevoegdheden
Het college van de centrumgemeente wordt mandaat verleend om namens de colleges van de gastgemeenten alle besluiten te nemen ter uitvoering van de artikelen 230 tot en met 257 van de Gemeentewet in samenhang met de Algemene wet inzake rijksbelastingen, de Invorderingswet 1990 en de Kostenwet invordering rijksbelastingen, de Wet waardering onroerende zaken en de door de raden van de gastgemeenten vastgestelde belastingverordeningen, voor zover deze besluiten betrekking hebben op belastingen waarvan de heffing of invordering krachtens artikel 6 van deze regeling, is opgedragen aan de ambtenaren van de centrumgemeente.
Artikel 5. Ambtelijke bevoegdheden
De colleges van de gastgemeenten wijzen, met inachtneming van artikel 232, tweede lid onder a van de Gemeentewet en artikel 30, zevende lid, van de Wet waardering onroerende zaken de door de centrumgemeente aangewezen ambtenaar zoals bedoeld in artikel 231, tweede lid onder b van de Gemeentewet én zoals bedoeld in artikel 1, tweede lid van de Wet waardering onroerende zaken, aan als heffingsambtenaar van hun gemeente.
De colleges van de gastgemeenten kunnen bepalen dat voor de toezending of uitreiking van aanslagbiljetten ingevolge artikel 8, eerste lid, van de Invorderingswet 1990, een andere ambtenaar van de centrumgemeente in de plaats treedt van de in artikel 231, tweede lid onder c van de Gemeentewet bedoelde ambtenaar.
Artikel 8. Informatievoorziening door gastgemeente
De colleges van de gastgemeenten geven het college van de centrumgemeente alle inlichtingen die het college of een ambtenaar van de centrumgemeente voor de uitoefening van de taken, bedoeld in de artikelen 4, 5 en 6 nodig heeft.
Artikel 9. Informatievoorziening colleges
Het college van de centrumgemeente geeft de colleges van de gastgemeenten vooraf inlichtingen over de uitoefening van bevoegdheden, indien een college van een gastgemeente daarom verzoekt of indien de uitoefening ingrijpende gevolgen kan hebben voor een van de gastgemeenten. In het laatste geval neemt het college van de centrumgemeente geen besluit dan nadat het college van de betreffende gastgemeente in de gelegenheid is gesteld zijn wensen en bedenkingen ter kennis van het college van de centrumgemeente te brengen binnen een termijn van dertig dagen.
Artikel 10. Ambtelijke informatievoorziening
De ambtenaren van de centrumgemeente geven de colleges, de regisseur belastingen en de bij het proces betrokken ambtenaren alle door hen gevraagde inlichtingen omtrent de uitoefening van de hen opgedragen taken en bevoegdheden voor zover deze een van de gastgemeenten betreffen en onverminderd de verantwoordelijkheden van het college van de centrumgemeente krachtens de wet of deze regeling binnen de afspraken zoals die conform de dienstverleningsovereenkomst (artikel 7) zijn gemaakt.
Artikel 11. Overige informatievoorziening
De artikelen 155a tot en met 155e van de Gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing op ambtenaren of gewezen ambtenaren werkzaam door of vanwege het gemeentebestuur van de centrumgemeente aangesteld of daaraan ondergeschikt, wanneer de raad van een gastgemeente besluit een onderzoek in te stellen, als bedoeld in artikel 155a, eerste lid, van de Gemeentewet.
Hoofdstuk 3. Uitvoering ambtelijke bevoegdheden
De heffingsambtenaar heeft de bevoegdheden en verplichtingen die bij of krachtens de Algemene wet inzake rijksbelastingen, de Invorderingswet 1990, de Gemeentewet, de Wet milieubeheer en de Wet waardering onroerende zaken zijn toegekend aan de inspecteur, respectievelijk de ambtenaar belast met de heffing van gemeentelijke belastingen.
Bij de uitoefening van zijn bevoegdheden en verplichtingen als bedoeld in het eerste lid, neemt de heffingsambtenaar de nadere regels van de colleges van de gastgemeenten in acht en houdt hij rekening met de beleidsregels die die colleges hebben geformuleerd ter zake van de uitoefening van zijn bevoegdheden.
Artikel 13. Invorderingsambtenaar
De invorderingsambtenaar heeft de bevoegdheden en verplichtingen die bij of krachtens de Algemene wet inzake rijksbelastingen, de Invorderingswet 1990, de Kostenwet invordering rijksbelastingen en de Gemeentewet zijn toegekend aan de ontvanger, respectievelijk de ambtenaar belast met de invordering van gemeentelijke belastingen.
Bij de uitoefening van de bevoegdheden en verplichtingen als bedoeld in het eerste lid, neemt de invorderingsambtenaar de kwijtscheldingsregels van de gastgemeenten en de nadere regels van de colleges van de gastgemeenten in acht, alsmede houdt hij rekening met de beleidsregels die die colleges hebben geformuleerd ter zake van de uitoefening van zijn bevoegdheden.
Artikel 14. Belastingambtenaren
De belastingambtenaren oefenen de bevoegdheden en verplichtingen uit die bij of krachtens de Algemene wet inzake rijksbelastingen, de Invorderingswet 1990, de Kostenwet invordering rijksbelastingen, de Gemeentewet, de Wet milieubeheer en de Wet waardering onroerende zaken, zijn toegekend aan de ambtenaren van de Rijksbelastingdienst, respectievelijk de ambtenaren belast met de heffing of invordering van gemeentelijke belastingen.
Bij de uitoefening van de bevoegdheden en verplichtingen als bedoeld in het eerste lid, nemen de belastingambtenaren de kwijtscheldingsregels van de gastgemeenten en de nadere regels van de colleges van de gastgemeenten in acht, alsmede houden zij rekening met de beleidsregels van die colleges ter zake van de uitoefening van zijn bevoegdheden.
Artikel 15. Belastingdeurwaarder
Bij de uitoefening van de bevoegdheden en verplichtingen als bedoeld in het eerste lid neemt de belastingdeurwaarder de kwijtscheldingsregels van de gastgemeenten en de nadere regels van de colleges van de gastgemeenten in acht en houdt hij rekening met de beleidsregels die die colleges hebben geformuleerd ter zake van de uitoefening van zijn bevoegdheid.
Hoofdstuk 5. Wijziging, toetreding, uittreding en opheffing
De uittreding uit de regeling geschiedt, tenzij anders bepaald, per 1 januari van het kalenderjaar volgend op het besluit tot uittreding en de bekendmaking daarvan door de colleges van de gemeenten. Tussen het besluit tot uittreding en de feitelijke uittreding moeten ten minste 2 jaren gelegen zijn.
Hoofdstuk 7. Verwerken van persoonsgegevens
Daar waar het college van de centrumgemeente bij de uitvoering van deze regeling dan wel de te sluiten dienstverleningsovereenkomst of eventueel andere te sluiten overeenkomsten die onder deze regeling vallen, persoonsgegevens in de zin van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) verwerkt, treedt het college van de centrumgemeente op als ‘verwerker’ voor verwerkingen van de gegevens van belastingplichtige van gastgemeente. De colleges van de gastgemeenten treden op als ‘verwerkingsverantwoordelijke’.
Hoofdstuk 8. Overgangs- en slotbepalingen
Deze regeling, alsmede de dienstverleningsovereenkomst bedoeld in artikel 7, en de uitvoering van deze regeling worden 2-jaarlijks geëvalueerd. Het eerstvolgende moment vindt plaats voor 1 september 2024 de evaluaties hierna vinden 2-jaarlijks aansluitend voor 1 juli van dat betreffende jaar plaats.
Ondertekening
Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van gemeente Blaricum (instemming raad d.d. 25 oktober 2022);
Ondertekend en hiertoe gemachtigd door de burgemeester, door
Wethouder A.M. Kennis
24 november 2022
Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van gemeente Laren (instemming raad d.d. 26 oktober 2022);
Ondertekend en hiertoe gemachtigd door de burgemeester, door
Wethouder van J.G. van Midden
24 november 2022
Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van gemeente Huizen (instemming raad d.d. 27 oktober 2022);
Ondertekend en hiertoe gemachtigd door de burgemeester, door
Wethouder G. Rebel
24 november 2022
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2022-519928.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.