Gemeenteblad van Doetinchem
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Doetinchem | Gemeenteblad 2022, 513279 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Doetinchem | Gemeenteblad 2022, 513279 | beleidsregel |
Beleidsregels voor de toepassing van de Wet Bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur voor de gemeente Doetinchem
De burgemeester van de gemeente Doetinchem
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Doetinchem,
ieder voor zover het zijn/haar bevoegdheden betreft;
overwegende, dat de Wet bevordering integriteitbeoordelingen door het openbaar bestuur (Wet Bibob) hen beleidsruimte verschaft bij de besluitvorming omtrent het toepassen van hun uit deze wet voortvloeiende bevoegdheden;
de Algemene plaatselijke verordening gemeente Doetinchem,
de vergunning op grond van artikel 2:28 voor het exploiteren van een horecabedrijf (daaronder vallen o.a. ook de coffeeshops), artikel 2:25 voor zover het betreft een dancefeest, houseparty of vergelijkbaar feest in de openlucht of in een niet daartoe bestemd en uitgerust gebouw, een vechtsportevenement of –gala, een motortreffen of vergelijkbaar feest van een motorclub en een race met één of meer motorvoertuigen, en artikel 3:4 voor het exploiteren van een seksinrichting en/of escortbedrijf
Beleidsregels voor de toepassing van de Wet Bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur voor de gemeente Doetinchem.
Artikel 1.1 Begripsomschrijvingen
De begripsbepalingen in artikel 1.1 van de wet Bibob zijn van overeenkomstige toepassing op deze beleidsregels, tenzij in artikel 1.2 anders is bepaald.
Artikel 1.2 Begripsomschrijvingen
In deze beleidsregels wordt verstaan onder:
betrokkene: de aanvrager van een beschikking, de houder van een beschikking, de subsidieontvanger, de gegadigde die wil deelnemen aan een aanbestedingsproces, de natuurlijke persoon of rechtspersoon aan wie een overheidsopdracht is of zal worden gegund, de onderaannemer, de natuurlijke persoon of rechtspersoon met wie een vastgoedtransactie is aangegaan of zal worden aangegaan;
Bibob-toets: de wijze van behandelen van een aanvraag waarbij met toepassing van de wet door het bestuursorgaan, aan de hand van een Bibob-vragenformulier, wordt beoordeeld of er redenen aanwezig zijn om de aanvraag te weigeren, respectievelijk de beschikking in te trekken of te beëindigen, daaraan voorschriften te verbinden dan wel een advies bij het Bureau Bibob aan te vragen;
Hoofdstuk 2: Publiekrechtelijke beschikkingen.
Artikel 2.1 Toepassingsbereik bij nieuwe beschikkingen.
Het bestuursorgaan zal de Bibob-toets in beginsel toepassen bij elke aanvraag om een beschikking zoals vermeld in:
artikel 3 Alcoholwet voor de uitoefening van het horecabedrijf, met uitzondering van een dergelijke aanvraag ingediend door een para-commerciële rechtspersoon als bedoeld in artikel 1 van die wet en waarvan de horeca-inrichting in eigen beheer van de rechtspersoon is en niet is verpacht aan een derde;
artikel 2:25 van de Algemene plaatselijke verordening, voor zover het betreft een dancefeest, houseparty of vergelijkbaar feest in de openlucht of in een niet daartoe bestemd en uitgerust gebouw, een vechtsportevenement of -gala, een motortreffen of vergelijkbaar feest van een motorclub en een race met één of meer motorvoertuigen.
Het bestuursorgaan zal de Bibob-toets in beginsel toepassen met betrekking tot aanvragen om een beschikking als bedoeld in:
artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder e van de Wet Algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover dat onderdeel betrekking heeft op een inrichting als bedoeld in artikel 1.1., eerste lid van die wet (omgevingsvergunning inrichtingen Wet Milieubeheer). Na inwerkingtreding van de Omgevingswet wordt dit artikel 5.1 lid 2 sub b Omgevingswet;
artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder i van de wet Algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover dat onderdeel betrekking heeft op een activiteit waarvoor bij algemene maatregel van bestuur op grond van artikel 2.17 van die wet is bepaald, dat de beschikking in het geval en onder de voorwaarden, bedoeld in artikel 3 van de wet kan worden geweigerd (omgevingsvergunning beperkte milieutoets);
De Bibob-toets met betrekking tot een aanvraag als bedoeld in het tweede lid, aanhef en onder b blijft in beginsel beperkt tot de inrichtingen die vallen onder specifieke risicocategorieën zoals genoemd in bijlage 2 Categorie B of waarbij het een locatie betreft die gelegen is in een door het college aangewezen risicogebied en betreft zowel de aanvraag van een vergunning als ook een wijzigingsvergunning.
Artikel 2.2 Bestuursorgaan altijd bevoegd tot Bibob-toets bij signalen
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande artikelen, zal het bestuursorgaan in geval van een aanvraag om een beschikking ook overgaan tot een Bibob-toets, als er vanuit:
aanwijzingen zijn die het vermoeden rechtvaardigen dat er sprake is van een ernstige mate van gevaar als bedoeld in artikel 3 van de Wet Bibob.
Artikel 2.3 Toepassingsbereik bij reeds verleende beschikkingen
Het bestuursorgaan past de wet in beginsel toe met betrekking tot reeds verleende beschikkingen indien:
vanuit eigen informatie of informatie van een of meerdere partners binnen het samenwerkingsverband RIEC of van het Openbaar Ministerie informatie als bedoeld in artikel 26 van de wet er aanwijzingen zijn die het vermoeden rechtvaardigen, dat bij de aanvraag sprake was van een ernstig gevaar als bedoeld in artikel 3 van de wet;
Een melding wijziging vergunninghouder op grond van artikel 2.25 lid 2 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt ingediend, indien sprake is van een categorie van inrichtingen waar het beleid voor vergunningsaanvragen, zoals bepaald in artikel 2.1 lid 2 onder b, juncto lid 4 op van toepassing is.
Hoofdstuk 3: Privaatrechtelijke transacties
De rechtspersoon met een overheidstaak kan in iedere fase van een aanbesteding ter zake een overheidsopdracht, als in het eerste lid van dit artikel bedoeld, een Bibob-toets uitvoeren. Derhalve kunnen aan een Bibob-toets worden onderworpen zowel degenen die de rechtspersoon met een overheidstaak voornemens is te selecteren tot een volgende fase van de aanbesteding, dan wel degene(n) aan wie de rechtspersoon met een overheidstaak voornemens is de betreffende overheidsopdracht te gunnen.
De rechtspersoon met een overheidstaak kan ook na gunning van een overheidsopdracht als bedoeld in lid 1 van dit artikel besluiten een Bibob-toets uit te voeren. Daartoe zal in de betreffende aanbestede (concept)overeenkomst(en) een nadere bepaling moeten worden opgenomen. Die bepaling heeft als strekking dat de overeenkomst zal kunnen worden ontbonden door het bestuursorgaan indien (alsnog) feiten en omstandigheden in relatie tot het bedrijf of de persoon van de opdrachtgever bekend zijn geworden die, ware deze bekend geweest vóór het tot stand komen van de overeenkomst, aanleiding zouden zijn geweest om de opdrachtnemer uit te sluiten van verdere deelname aan de aanbesteding. De rechtspersoon met een overheidstaak kan in het hiervoor bedoelde geval besluiten niet tot ontbinding over te gaan indien zij van oordeel is dat uit de Bibob-toets gebleken mate van gevaar in voldoende mate valt te reduceren door het stellen van (nadere) uitvoeringsvoorwaarden.
Artikel 3.2 Verhuur van onroerend goed
Indien wordt overgegaan tot verhuur van onroerend goed, dan wordt in de overeenkomst een integriteitsclausule opgenomen, op basis waarvan kan worden overgegaan tot ontbinding, opzegging, vernietiging of opschorting van de overeenkomst, indien blijkt van ernstig gevaar, zoals bedoeld in artikel 3 van de Wet Bibob.
Artikel 3.3 Verkoop van vastgoed
Indien wordt overgegaan tot een vastgoedtransactie met als doel de verkoop van vastgoed, dan wordt in de overeenkomst een integriteitsclausule opgenomen, op basis waarvan kan worden overgegaan tot ontbinding, opzegging, vernietiging of opschorting van de overeenkomst, indien blijkt van ernstig gevaar, zoals bedoeld in artikel 3 van de Wet Bibob.
Indien wordt overgegaan tot het aangaan van een vastgoedtransactie met als doel gronduitgifte, dan wordt in de overeenkomst een integriteitsclausule opgenomen, op basis waarvan kan worden overgegaan tot ontbinding, opzegging, vernietiging of opschorting van de overeenkomst, indien blijkt van ernstig gevaar, zoals bedoeld in artikel 3 van de Wet Bibob.
Hoofdstuk 4: Toepassingsbereik bij subsidies
Artikel 4.1 Aanvragen subsidies
Onder feiten en omstandigheden als bedoeld in het eerste lid worden in ieder geval verstaan:
Het risico dat blijkt uit een risicoanalyse, die kan worden uitgevoerd door het college naar aanleiding van de subsidieaanvraag of subsidievaststelling. Bij deze analyse wordt de indicatorenlijst Bibob en subsidies uit de Handreiking voor de implementatie en toepassing van de Wet Bibob bij subsidies van de Dienst Justis (Ministerie van Justitie en Veiligheid) betrokken;
Aldus vastgesteld op 15 november 2022 door het college van burgemeester en wethouders van Doetinchem,
Toepassingscriteria geldend voor de uitvoering van de Bibob-toetsing bij de aanvraag voor een beschikking als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder a van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (omgevingsvergunning bouwactiviteit). Na inwerkingtreding van de Omgevingswet wordt dit artikel 5.1 lid 2 sub a Omgevingswet.
Uitgaande van het doel van de Wet Bibob, het waarborgen van de integriteit van het bestuursorgaan en het voorkomen van ongewild faciliteren van criminele activiteiten en daarmee het tegenhouden van vergunningen waarbij een bepaalde mate van criminele beïnvloeding te verwachten valt, zal de uitvoering van de Bibob-toetsing plaatsvinden bij aanvragen, die vallen onder één van de hierna genoemde gevallen:
In geval van een aanvraag voor een omgevingsvergunning-bouwactiviteit, waarbij sprake is van een bouwsom van meer dan € 500.000,- (exclusief btw). De bouwsom wordt door de gemeente berekend.
Vanaf de 4e aanvraag op jaarbasis van dezelfde aanvrager en/of betrokkene met een bouwsom van meer dan € 50.000,- en minder dan € 500.000,-. In geval reeds aanvang is genomen met de realisatie van een vergunningsplichtig bouwwerk, zonder dat daarvoor de vereiste vergunning is aangevraagd en de bouwsom meer bedraagt dan € 50.000,- (exclusief btw) en minder bedraagt dan of gelijk is aan € 500.000,- (exclusief btw).
Indien de bouwsom meer bedraagt dan € 50.000,- (exclusief btw) en minder bedraagt dan of gelijk is aan € 500.000,- (exclusief btw) en de aanvraag een locatie betreft die gelegen is in een door het college aangewezen risicogebied.
Vrijplaatsen (locaties waar en/of groepen waartegen een effectief overheidsoptreden wordt belemmerd, leidend tot een maatschappelijk ongewenste situatie, waarbij aanwijzingen bestaan voor het aanwezig zijn van strafbare gedragingen waaronder (fiscale) fraude en waarbij we spreken over handhavingsknelpunten. De belemmering betreft soms een bestaande of vermeende dreiging, soms een sociaal-culturele hindernis);
N.B.: Bovenstaande opsomming van risicocategorieën is niet limitatief. Deze risicocategorieën kunnen, indien nieuwe ontwikkelingen dit noodzakelijk maken, door het college van burgemeester en wethouders worden aangepast.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2022-513279.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.