Wijziging Nadere regeling Sociaal Domein

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Eindhoven, maakt bekend dat het in de vergadering van 25 januari 2022 heeft besloten,

 

- Gelet op artikel 31, tweede lid 2, sub j Participatiewet;

- Gelet op de artikelen 4 van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs, op het gestelde in de Verordening Sociaal domein Gemeente Eindhoven en artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

 

vast te stellen de Nadere Regeling Sociaal Domein als volgt te wijzigen:

 

 

I.

A. Onder paragraaf 3.4 een nieuw artikel invoegen, luidende: “Artikel 3.10 (Inkomstenvrijlating)” , artikel 3.3. lid 4 a tot en met e vernummeren naar Artikel 3.10 (Inkomstenvrijlating) a tot en met e, daarmee komt artikel 3.3. lid 4 a tot en met e te vervallen.

 

B. Onder paragraaf 3.4 een nieuw artikel invoegen, luidende: “Artikel 3.11 (werkbonus)

  • 1.

    Het College stelt het recht op werkbonus als bedoeld in artikel 31 lid 2 sub j Participatiewet ambtshalve vast voor een belanghebbende van 27 jaar of ouder die:

    • a.

      de pensioengerechtigde leeftijd nog niet heeft bereikt; en

    • b.

      in de periode van 1 januari tot en met 31 december 2022 vanuit de (bijstands)uitkering voor de duur van minimaal zes aaneengesloten maanden volledig uitstroomt naar arbeid in loondienst en/of dienstverband, al dan niet met toepassing loonkostensubsidie; en

    • c.

      daarmee inkomsten verwerft gelijk of hoger dan de op belanghebbende en eventuele partner van toepassing zijnde bijstandsnorm en daardoor bijstandsonafhankelijk is en blijft; en

    • d.

      voorafgaand aan de aanvaarding van arbeid in loondienst en/of dienstverband ten minste negen maanden ononderbroken uitkering voor levensonderhoud heeft ontvangen op grond van de Participatiewet, IOAZ, IOAW; en

    • e.

      in de periode van drie jaar voorafgaand aan de aanvaarding van arbeid in loondienst en/of dienstverband geen werkbonus heeft ontvangen.

  • 2.

    De hoogte van de werkbonus bedraagt per kalenderjaar eenmalig € 1.500,-.

  • 3.

    De werkbonus wordt verminderd met het bedrag aan inkomstenvrijlating dat in de periode drie jaar voorafgaand aan de volledige uitstroom naar arbeid in loondienst en/of dienstverband aan belanghebbende is verstrekt.

  • 4.

    Belanghebbende die gezamenlijk met een partner een (bijstands)uitkering ontving, ontvangt het bedrag genoemd in lid 2 van dit artikel voor beide partners gezamenlijk.

  • 5.

    De werkbonus wordt achteraf in één keer uitgekeerd, nadat belanghebbende binnen maximaal negen maanden na beëindiging van de uitkering bewijsstukken heeft overlegd waaruit blijkt dat belanghebbende gedurende een periode van minimaal zes aaneengesloten maanden na beëindiging van diens uitkering arbeid in loondienst en/of dienstverband had.

  • 6.

    Bewijsstukken zoals bedoeld in lid 5 van dit artikel bestaan uit loonstroken van minimaal zes aaneengesloten maanden en 1 of meerdere arbeidsovereenkomsten.

  • 7.

    De werkbonus wordt niet verrekend met gemeentelijke vorderingen.

 

C. Hoofdstuk 5. Leerlingenvervoer als volgt te wijzigen:

  • Artikel 1 Bij aanvraag in te dienen gegevens (grondslag 5.2 Verordening SD) wordt vernummerd tot artikel 5.1 Bij aanvraag in te dienen gegevens (grondslag 5.2 Verordening SD);

  • Artikel 2 Berekenen afstand (grondslag 5.5, 5.6 en 5.12 Verordening SD) wordt vernummerd tot artikel 5.2 Berekenen afstand (grondslag 5.5, 5.6 en 5.12 Verordening SD);

  • Artikel 3 Vaststellen reistijd en kosten van openbaar vervoer (grondslag 5.14 en 5:15 Verordening SD) wordt vernummerd tot artikel 5.3Vaststellen reistijd en kosten van openbaar vervoer (grondslag 5.14 en 5:15 Verordening SD);

  • Artikel 3 Kilometervergoeding voor de fiets (grondslag 5.14 en 5.16 Verordening SD) wordt vernummerd tot artikel 5.4 Kilometervergoeding voor de fiets (grondslag 5.14 en 5.16 Verordening SD);

  • Artikel 4 Declaratie kosten (grondslag 5.14, 5.16 en 5.17 Verordening SD) wordt vernummerd tot artikel 5.5 Declaratie kosten (grondslag 5.14, 5.16 en 5.17 Verordening SD);

  • Artikel 5 Adviezen van deskundigen (grondslag 5.7 en 5.13 Verordening SD) wordt vernummerd tot artikel 5.6 Adviezen van deskundigen (grondslag 5.7 en 5.13 Verordening SD);

  • Artikel 6 Ontzegging van toegang tot het aangepast vervoer (grondslag 5.4 Verordening SD) wordt vernummerd tot artikel 5.7 Ontzegging van toegang tot het aangepast vervoer (grondslag 5.4 Verordening SD);

  • Artikel 7 Terugvordering van ten onrechte genoten bekostiging (grondslag 5.4 Verordening SD) komt te vervallen.

 

D. Artikel 6.3 (Terugvordering) als volgt aan te vullen:

In het eerste lid wordt in de tekst tussen ‘2.7’ en ‘Verordening SD’ toegevoegd ‘en 5.4’.

 

II.

dat het bepaalde:

  • onder I. B. in werking treedt met ingang van de eerste dag na de bekendmaking in het gemeenteblad met terugwerkende kracht tot 1 januari 2022 en vervalt op 1 januari 2023;

  • onder I. A. en C. en D. in werking treedt met ingang van de eerste dag na bekendmaking in het gemeenteblad.

Eindhoven, .

Het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven,

,burgemeester

, secretaris

Mij bekend,

De gemeentesecretaris van Eindhoven

Naar boven