Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente Geertruidenberg 2022

De raad van de gemeente Geertruidenberg;

 

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 14 december 2021;

 

gelet op artikel 213a van de gemeentewet:

 

Besluit:

 

Vast te stellen de verordening voor periodiek onderzoek door het college naar de doelmatigheid

en doeltreffendheid van het door het college gevoerde bestuur, van de gemeente Geertruidenberg.

 

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Doelmatigheid: de mate waarin de gewenste prestaties worden gerealiseerd met een zo beperkt mogelijke inzet van middelen, of de mate waarin met de beschikbare middelen zoveel mogelijk resultaat wordt bereikt.

  • b.

    Doeltreffendheid: de mate waarin de gemeente erin slaagt de beoogde maatschappelijke effecten van het beleid ook daadwerkelijk te bereiken.

  • c.

    Rechtmatigheid: het handelen in overeenstemming met alle wet-- en regelgeving.

  • d.

    Onderzoeksplan: plan waarin de werkzaamheden gericht op het onderzoek worden beschreven. Dit onderzoek heeft als doel de doeltreffendheid, doelmatigheid en rechtmatigheid in het functioneren van de gemeentelijke organisatie en de uitvoering van het gemeentelijk beleid te beoordelen en verbeteren.

 

Voor de gehanteerde begrippen in de verordening gelden de definities uit de Gemeentewet. Overige begrippen uit de verordening zijn in dit artikel gedefinieerd.

 

Hoofdstuk 2. Onderzoeksplan

Artikel 2. Onderzoek naar doelmatigheid en doeltreffendheid

  • 1.

    Het college onderzoekt minimaal één keer in de twee jaar de doelmatigheid van (onderdelen van) de organisatie-eenheden van de gemeente en de uitvoering van taken door de gemeente.

  • 2.

    Het college gaat minimaal één keer in de twee jaar na of de uitvoering van onderdelen van in de programmabegroting opgenomen programma’s en paragrafen beantwoordt aan de vooraf vastgestelde doelen.

 

In artikel 2 wordt het college opgedragen onderzoek te verrichten naar de doelmatigheid van het gevoerde bestuur. De onderzoeken naar de doelmatigheid betreffen onderzoeken naar de uitvoering van het beleid en het beheer van middelen. Daarnaast biedt het artikel de mogelijkheid - naast de reguliere preventieve bedrijfsdoorlichting - andere doelmatigheidsonderzoeken te verrichten binnen één of (tussen) meerdere clusters.

Dit artikel bepaalt tevens, wat betreft de doeltreffendheid, dat het college de raad inzicht geeft in de vraag of het uitgevoerde beleid heeft geleid tot (van te voren) bepaalde maatschappelijke effecten. De onderzoeken naar de doeltreffendheid vinden plaats op basis van het in de programma's of paragrafen van de beleidsbegroting geformuleerde beleid. Dit beleid kan gehele begrotingsprogramma's omvatten of delen daarvan. Ook kunnen dergelijke onderzoeken paragrafen van de begroting en jaarstukken of delen daarvan omvatten.

 

Artikel 3. Onderzoeksplan

  • 1.

    Het college stelt minimaal één keer in de twee jaar een onderzoeksplan op. De gemeenteraad ontvangt het onderzoeksplan ter kennisname

  • 2.

    In het onderzoeksplan wordt globaal aangegeven:

    • a.

      het object van onderzoek;

    • b.

      de reikwijdte van het onderzoek;

    • c.

      de onderzoeksmethode;

    • d.

      doorlooptijd van het onderzoek;

    • e.

      de wijze van uitvoering;

    • f.

      de kosten.

  • 3.

    Indien er aanvullende kosten zijn verbonden aan de onderzoeken, zal in het onderzoeksplan worden vermeld ten laste van welke budgetten deze worden gebracht.

     

Periodiek wordt een onderzoeksplan opgesteld waarin twee-jaarlijks een onderzoek wordt gepland. De beslissing wat te onderzoeken is aan het college.

 

Hoofdstuk 3. Voortgang en rapportage

Artikel 4. Voortgang onderzoeken

Het college rapporteert in de bedrijfsvoeringsparagraaf van de jaarstukken over de voortgang van de onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid.

 

De paragraaf bedrijfsvoering in de jaarstukken geeft inzicht in de stand van zaken van de beleidsvoornemens op gebied van bedrijfsvoering van de organisatie. Het ligt voor de hand om eveneens te rapporteren over de stand van zaken bij de interne onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het gevoerde bestuur.

 

Artikel 5. Rapportage en gevolgtrekking

  • 1.

    De uitkomsten van de onderzoeken worden vastgelegd in een rapportage. Elke rapportage bevat tenminste een analyse van de onderzoeksresultaten en indien nodig aanbevelingen voor verbeteringen.

  • 2.

    Op basis van de resultaten van ieder onderzoek stelt het college indien nodig een verbeterplan op. Het college neemt op basis van dit plan, waar nodig, organisatorische maatregelen.

  • 3.

    De gemeenteraad wordt geïnformeerd over de uitkomsten van de onderzoeken en het op basis van dit onderzoek opgestelde verbeterplan.

 

Met de instelling van de onderzoeken beoogt de gemeente de transparantie van gemeentelijk handelen te vergroten en de publieke verantwoording daarover te versterken. De gemeenteraad wordt dan ook geïnformeerd over de uitkomsten van de onderzoeken, zoals voorgeschreven in artikel 213a, tweede lid van de Gemeentewet. De uitkomsten van de onderzoeken dienen volgens artikel 197 tweede lid van de Gemeentewet te worden gevoegd in de jaarstukken. Dat betreft uiteraard de onderzoeken die lopende het verslagjaar zijn afgerond. Dat sluit echter geenszins uit dat het college de uitkomsten eerder kan aanbieden aan de gemeenteraad.

Systematische aandacht voor doelmatigheid en doeltreffendheid impliceert ook het doel om te leren, om te denken over en te streven naar verbetering. Daarom is in deze verordening opgenomen, dat evaluatie en aanbevelingen voor verbetering onderdeel zijn van de rapportage en dat zo nodig door middel van een plan van verbetering het vervolgtraject moet worden ingezet. De bedrijfsvoering is een zaak van het college. Het is dan ook het college, dat maatregelen moet nemen tot verbetering.

 

Hoofdstuk 4. Slotbepalingen

Artikel 6. Intrekken oude verordening en overgangsrecht

De ‘Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid gemeente Geertruidenberg 2004’ vastgesteld met raadsvoorstel 1 april 2004 wordt ingetrokken, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de jaarrekening en het jaarverslag en bijbehorende stukken van het begrotingsjaar voorafgaand aan het jaar waarin de nieuwe verordening in werking treedt.

 

Artikel 7. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2022.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid gemeente Geertruidenberg 2022.

 

 

Aldus vastgesteld in zijn openbare vergadering van 27 januari 2022,

Geertruidenberg,

de raad voornoemd,

de griffier,

de voorzitter,

drs. K.M.C. Millenaar-Rammelaere

M. Witte

Naar boven