Regeling Toekenning gehandicapten parkeerplaats gemeente Waalre

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waalre tot vaststelling van beleidsregels voor de uitvoering van de regeling toekenning gehandicaptenparkeerplaats.

 

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waalre

overwegende dat,

het gewenst is om beleidsregels vast te stellen omtrent gehandicaptenparkeerplaatsen.

 

Er bestaat geen wettelijke regeling ten aanzien van de beoordeling van een aanvraag gehandicaptenparkeerplaats. Het RVV 1990 kent op het punt van gehandicaptenparkeerplaatsen slechts de bepaling dat daarop mag worden geparkeerd door een invalidenvoertuig of een motorvoertuig op meer dan twee wielen waarin een geldige gehandicaptenparkeerkaart duidelijk zichtbaar is aangebracht (art. 26 RVV 1990).

 

besluit vast te stellen de volgende beleidsregels:

 

Regeling toekenning gehandicaptenparkeerplaats van de gemeente Waalre.

 

 

 

 

 

Deze regeling houdt in dat een verzoek voor het instellen van een gehandicaptenparkeerplaats, waarbij de parkeerplaats voor een bepaald voertuig wordt gereserveerd, pas wordt gehonoreerd, indien voldaan wordt aan onderstaande voorwaarden.

 

Artikel 1. Aanvraag

De aanvrager van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken kan gebruik maken van het aanvraagformulier op www.waalre.nl.

Om een verzoek voor een gehandicaptenparkeerplaats in behandeling te kunnen nemen dient het aanvraagformulier volledig te worden ingevuld. Naast de persoonlijke gegevens dient ook de reden voor aanvraag aangegeven te worden.

Bij het aanvraagformulier moeten kopieën van de volgende documenten zijn toegevoegd:

  • Kopie gehandicaptenparkeerkaart

  • Kopie legitimatiebewijs

  • Kopie van het kentekenbewijs van uw auto

Om de aanvraag in behandeling te nemen dient de aanvrager minimaal in het bezit te zijn van een gehandicaptenparkeerkaart (bestuurderskaart of passagierskaart).

 

Artikel 2. Voorwaarden:

De aanvraag wordt beoordeeld op een aantal punten:

1. Allereerst moet worden bepaald of de invaliditeit van de betrokkene van permanente of progressieve aard is. Is dat niet het geval, dan komt de aanvrager niet in aanmerking voor de aanleg van een gehandicaptenparkeerplaats.

2. De aanvrager moet voldoen aan de volgende voorwaarden:

  • a.

    Aanvrager is de bestuurder:

  • Voor een gehandicaptenparkeerplaats bij een woning staat aanvrager ingeschreven in de Basisregistratie Personen (BRP) op dat adres.

  • Voor een gehandicaptenparkeerplaats bij een werkplek heeft aanvrager een verklaring van de werkgever dat aanvrager daar werkt.

  • Het kenteken van het voertuig staat op naam van de aanvrager of op naam van een huisgenoot.

  • Als het kenteken op naam van een leasemaatschappij of bedrijf staat, heeft aanvrager een verklaring van de kentekenhouder dat aanvrager de dagelijkse bestuurder is.

  • Aanvrager heeft een gehandicaptenparkeerkaart voor een ‘bestuurder’ of ‘bestuurder/passagier’.

  • Aanvrager heeft geen eigen adequate parkeergelegenheid, zoals een inrit op eigen terrein of een garage.

  • Aanvrager moet motiveren waarom hij/zij meent in aanmerking te komen voor een gehandicaptenparkeerplaats.

  • b.

    Aanvrager is de passagier:

  • Aanvrager kan niet alleen bij de woning achterblijven als de bestuurder de auto ophaalt en parkeert.

  • Aanvrager is voor het vervoer van deur tot deur altijd afhankelijk van de hulp van de bestuurder.

  • Er zijn geen mogelijkheden om voor de woning of werkplek in of uit te stappen.

  • Aanvrager staat ingeschreven in de Basisregistratie Personen (BRP) op hetzelfde adres als de bestuurder van de auto.

  • Het kenteken van de auto staat op naam van de aanvrager of op naam van de bestuurder.

  • Als het kenteken op naam van een leasemaatschappij of bedrijf staat, heeft aanvrager een verklaring van de kentekenhouder waarin staat dat de bestuurder de dagelijkse gebruiker van de auto is.

  • Aanvrager heeft een gehandicaptenparkeerkaart ‘passagier’.

  • Aanvrager heeft geen eigen adequate parkeergelegenheid, zoals een inrit op eigen terrein of een garage.

  • Aanvragen moet motiveren waarom hij/zij meent in aanmerking te komen voor een gehandicaptenparkeerplaats.

3. De aanvraag moet ook ruimtelijk beoordeeld worden. Er vindt een ruimtelijke beoordeling plaats door het team Openbare Ruimte. Hierbij wordt onder andere gekeken naar:

  • De parkeerdruk in de directe omgeving;

  • De mogelijkheid voor de aanvrager om zelf in een eigen parkeerplaats te voorzien;

  • De verkeersveiligheid en de doorstroming van het verkeer;

  • Het type gehandicaptenparkeerkaart van de aanvrager (bestuurder/passagier);

  • De aantasting van het straatbeeld en/of groenvoorzieningen

4. In alle gevallen een afweging of er binnen een voor de betrokkene haalbare loopafstand voldoende en adequate parkeervoorziening aanwezig is. Ook wordt in alle gevallen een afweging gemaakt of een gehandicaptenparkeerplaats geen gevolgen heeft voor de omgeving. De beoordeling van team Openbare Ruimte maakt onderdeel uit van de besluitvorming.

5 . Voldoet de aanvrager aan alle hierboven vermeldde voorwaarden, dan moet worden overgegaan tot het aanleggen van een individuele gehandicaptenparkeerplaats (op kenteken). Een zogenoemde gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats wordt aangeduid door bord E6 waaronder een onderbord is aangebracht met het kenteken van het betreffende motorvoertuig, artikel 26c RVV 1990.

 

Artikel 3. Bezwaarmogelijkheid belanghebbenden

Indien aanvrager volgens het onderzoek in aanmerking komt voor een gehandicaptenparkeerplaats, wordt dit besluit eerst gepubliceerd op de gebruikelijke manier. De aanvrager ontvangt gelijktijdig een brief dat men in aanmerking komt voor een gehandicaptenparkeerplaats en uitleg over het vervolg van de procedure. Belanghebbenden hebben namelijk de mogelijkheid om hiertegen binnen 6 weken in bezwaar te gaan. Na deze termijn of na de behandeling van het bezwaarschrift wordt definitief besloten over de aanleg van een gehandicaptenparkeerplaats.

 

Artikel 4. Intrekken gehandicaptenparkeerplaats op kenteken

  • 1.

    Een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken wordt ingetrokken bij:

  • Bij een verhuizing van de belanghebbende;

  • Bij overlijden van de belanghebbende;

  • Bij het vervallen van de landelijke gehandicaptenparkeerkaart van de belanghebbende;

  • Bij het niet meer in bezit hebben van een auto;

  • Bij het vervallen van het rijbewijs.

  • 2.

    Intrekking van een persoonlijke gehandicaptenparkeerplaats is een besluit dat valt onder de bezwaar- en beroepsprocedure van de Algemene wet bestuursrecht. Het intrekken is een verkeersbesluit, op basis van artikel 12a van het BABW.

 

Artikel 5. Wijzigingen van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken

De belanghebbende is verplicht wijzigingen schriftelijk door te geven aan de gemeente bij o.a.:

  • bij verhuizing van de belanghebbende.

  • bij overlijden van de belanghebbende (wijziging door erfgenamen);

  • bij het vervallen/wijzigen van de landelijke gehandicaptenparkeerkaart van de belanghebbende;

  • bij het niet meer in bezit hebben van een auto of rijbewijs;

  • wijziging kenteken van de belanghebbende;

     

Artikel 6 Intrekking oude beleidsregels

De ‘toewijzingskriteria invalidenparkeerplaats 1994’ worden ingetrokken met ingang van de datum waarop deze beleidsregels in werking treden.

 

Artikel 7. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze beleidsregels treden in werking op de dag na bekendmaking.

  • 2.

    Deze beleidsregels worden aangehaald als: Regeling toekenning gehandicaptenparkeerplaats van de gemeente Waalre.

 

 

Aldus vastgesteld door het college van de gemeente Waalre in de vergadering van 11-10-2022

Burgemeester en wethouders van de gemeente Waalre,

Gemeentesecretaris, Burgemeester,

Mr. drs. R.L. Franken dr. A.J.W. Boelhouwer

Naar boven