Wijzigingsverordening Jeugdhulp gemeente Overbetuwe 2022

De raad van de gemeente Overbetuwe;

 

gelezen het raadsvoorstel van burgemeester en wethouders van 15 juni 2022;

 

gelezen het advies van de voorbereidende vergadering van 6 september 2022;

gelet op artikel(en) 2.9 van de Jeugdwet en artikel 5:11 van de Algemene wet bestuursrecht;

 

b e s l u i t :

 

Wijzigingsverordening Jeugdhulp gemeente Overbetuwe 2022 vaststellen.

 

Wijzigingsverordening Jeugdhulp gemeente Overbetuwe 2022

Artikel I Wijziging van de verordening

De Verordening Jeugdhulp gemeente Overbetuwe 2018 wordt als volgt gewijzigd:

 

A Na artikel 12a wordt een nieuw artikel 12b toegevoegd, luidende:

 

Artikel 12b. Onderzoek naar recht- en doelmatigheid individuele voorzieningen en pgb’s

  • 1.

    Het college onderzoekt periodiek, al dan niet steekproefsgewijs, het gebruik van individuele voorzieningen en pgb’s met het oog op de beoordeling van de recht- en doelmatigheid daarvan.]

  • 2.

    Het college wijst een toezichthouder ‘rechtmatigheid’ aan die belast is met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de Jeugdwet.

Artikel II Wijziging van de toelichting bij de verordening

Na de toelichting bij artikel 12 wordt de volgende tekst toegevoegd:

 

Artikel 12b Toezicht

Deze bepaling betreft –net als artikel 11- grotendeels een uitwerking van de verordeningsplicht in artikel 2.9, aanhef en onder d, van de wet, waarin is bepaald dat in de verordening in ieder geval regels worden gesteld voor de bestrijding van het ten onrechte ontvangen van een individuele voorziening of een pgb, alsmede van misbruik of oneigenlijk gebruik van de wet.

 

Op grond van artikel 8.1.3 van de wet moet het college periodiek onderzoeken of er aanleiding is om een beslissing aangaande een pgb te heroverwegen. Soms bestaat er echter twijfel over de kwaliteit, doelmatigheid en rechtmatigheid van geleverde ondersteuning, het onderzoek in het kader van artikel 8.1.3 van de wet biedt dan onvoldoende houvast om hier goed naar te kijken. Daarom is artikel 15 toegevoegd, dat bovendien ook ziet op beslissingen aangaande de verlening van individuele voorzieningen. Op grond van deze bepaling moet het college in aanvulling op het onderzoek overeenkomstig artikel 8.1.3 van de wet ook periodiek, al dan niet steekproefsgewijs onderzoeken of de verstrekte individuele voorzieningen in natura en pgb’s worden gebruikt, respectievelijk besteed ten behoeve van het doel waarvoor ze zijn verstrekt, of de besteding op een rechtmatige manier gebeurt en of de geleverde ondersteuning van goede kwaliteit is. Een onderzoek kan zowel betrekking hebben op het handelen van de jeugdige, de ouders of een pgb-houder, als op de ondersteuningsverlening door een aanbieder. Het onderzoek kan onder meer bestaan uit: dossieronderzoek, bezoek aan de jeugdige of de ouders, bezoek aan de locatie waar de jeugdige of de ouders ondersteuning krijgen en gesprekken met de aanbieder.]

 

Anders dan in de Wmo 2015 (artikel 6.1.) kent de Jeugdwet geen wettelijke verplichting om een gemeentelijk toezichthouder aan te wijzen, maar sluit deze mogelijkheid ook niet uit. Met deze bepaling in de verordening wordt hiervoor een grondslag geboden. De aan te wijzen toezichthouder handelt op basis van de bestuursrechtelijke bevoegdheden. Deze zijn vastgelegd in de artikelen 5:11 tot en met 5:20 van de Algemene wet bestuursrecht. Het toezicht betreft de uitvoering van de wet (de rechtmatigheid). Het toezicht op de kwaliteit is belegd bij de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) en de Inspectie Veiligheid en Justitie (IVenJ).

Artikel III Inwerkingtreding

Deze wijzigingsverordening treedt in werking de dag na datum van bekendmaking.

Artikel IV Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Wijzigingsverordening Jeugdhulp gemeente Overbetuwe (2e wijziging).

Aldus besloten in zijn openbare vergadering

van 20 september 2022.

DE RAAD VOORNOEMD,

de griffier,

drs. D.E. van der Kamp

de voorzitter,

R.P. Hoytink-Roubos

Naar boven