Ondermandaatbesluit Wet bag 2022

Van afdelingshoofden aan medewerkers

 

Het hoofd van de afdeling Bedrijfsvoering, T.W.G. Meulen en met ingang van 1 maart 2022 afdelingshoofd Bedrijfsvoering A.J.P. Philips en het hoofd van de afdeling Dienstverlening, M.E.A. van Deursen;

 

Gelet op het Mandaat-, volmacht- en machtigingsbesluit gemeente Nederweert 2021;

 

Gezien de Organisatieregeling Nederweert waarin de besturings- en managementfilosofie is beschreven en waarin de structuur van de organisatie, alsmede taken van organisatieonderdelen uitgewerkt en vastgelegd zijn,

 

Overwegende dat het doelmatig is dat de hoofden van de afdeling Bedrijfsvoering en de afdeling Dienstverlening gebruik maken van ondermandaat bij de uitoefening van de aan hem/haar gemandateerde bevoegdheden ten behoeve van de uitvoering van de Wet basisadministratie adressen en gebouwen (Wet Bag);

 

Gelet op artikel 10:3, eerste lid en artikel 10:12 van de Algemene wet bestuursrecht;

 

BESLUITEN:

Artikel 1. Ondermandaat

  • 1.

    De (plaatsvervangend) BAG-beheerder van de afdeling Bedrijfsvoering heeft binnen door het hoofd eventueel te geven richtlijnen, ondermandaat ten aanzien van het nemen van besluiten en afdoen van stukken betreffende alle aangelegenheden die behoren tot de taken betreffende de uitvoering van het beheer van de basisadministratie adressen en gebouwen (BAG) en het vaststellen van de afbakening van panden, verblijfsobjecten, standplaatsen en ligplaatsen, nader uitgewerkt in de instructiebijlage.

  • 2.

    De medewerkers, zoals genoemd in de instructiebijlage, hebben binnen door het hoofd eventueel te geven richtlijnen, ondermandaat ten aanzien van de werkzaamheden zoals genoemd in de instructiebijlage.

Artikel 2. Beperkingen ondermandaat

In afwijking van het bepaalde in artikel 1 wordt geen ondermandaat verleend voor:

  • Het nemen van besluiten aangaande de inhuur van externen.

Artikel 3. Ondertekening

De ondertekening van uitgaande stukken zal luiden als volgt:

“Burgemeester en wethouders van Nederweert,

namens dezen,”

gevolgd door de functienaam van de ondergemandateerde,

de handtekening,

en onder vermelding van de naam van de ondergemandateerde.

Artikel 4. Verantwoording

De BAG-beheerder en de aangewezen ambtenaren leggen in algemene zin verantwoording af via de reguliere P en C cyclus en desgewenst specifiek in een nadere rapportage, over de uitvoering van de aan hen opgelegde taken en het gebruik van verleende bevoegdheden. Toezicht op de uitvoering van dit besluit vindt plaats overeenkomstig de interne kaders.

Artikel 5. Bekendmaking, inwerkingtreding en intrekking

  • 1.

    Bekendmaking van dit besluit vindt plaats door publicatie in het elektronische gemeenteblad.

  • 2.

    Dit besluit treedt in werking op dag na de dag van bekendmaking.

  • 3.

    Op het tijdstip van inwerkingtreding van dit besluit wordt ingetrokken: het Ondermandaatbesluit Wet Bag 2021 van 5 oktober 2021 en het Ondermandaatbesluit Wet Bag 2021 van 21 december 2021.

  • 4.

    Dit besluit wordt aangehaald als Ondermandaatbesluit Wet bag 2022.

Nederweert, 12 januari 2022

Het hoofd van de afdeling Bedrijfsvoering,

T.W.G. Meulen

Het hoofd van de afdeling Dienstverlening,

M.E.A. van Deursen

Het hoofd van de afdeling Bedrijfsvoering m.i.v. 1 maart 2022

A.J.P. Philips

Goedkeuring:

Burgemeester en wethouders van Nederweert

Namens dezen,

De gemeentesecretaris van Nederweert,

J.C.T. Bakens

lnstructiebijlage behorende bij het Ondermandaatbesluit Wet bag 2022 van 12 januari 2022 t.b.v. de uitvoering Wet bag

 

De hoofden afdelingen Bedrijfsvoering (BV) en afdeling Dienstverlening (DVL)

 

overwegende:

 

  • dat de gemeenteraad van Nederweert in de vergadering van 26 mei 2020 heeft vastgesteld de ‘Verordening naamgeving en nummering Nederweert 2020’;

  • gelet op artikel 3 van de ‘Verordening naamgeving en nummering Nederweert 2020’ het afbakenen van panden en verblijfsobjecten, het benoemen en afbakenen van standplaatsen en ligplaatsen en het toekennen van nummeraanduidingen aan verblijfsobjecten, standplaatsen en ligplaatsen, zoals bedoeld in artikel 6 van de Wet basisregistratie adressen en gebouwen (Wet bag), is gedelegeerd aan het college van burgemeester en wethouders;

  • dat in artikel 2 van de Wet bag het houden van een adressenregister en een geautomatiseerde adressenregistratie alsmede een gebouwenregister en een geautomatiseerde gebouwenregistratie wordt opgedragen aan het college van burgemeester en wethouders;

  • dat het wenselijk is voor de uitoefening van deze taken een ambtelijk beheerder en plaatsvervanger(s) aan te wijzen;

  • dat het voorts wenselijk is ambtenaren aan te wijzen die belast zijn met het opmaken van specifieke brondocumenten respectievelijk het vaststellen van geometrie in het kader van de uitvoering van de Wet bag;

  • dat het college van burgemeester en wethouders in hun vergadering van 4 oktober 2016 hebben besloten een algemeen mandaat vast te stellen waarbij aan de afdelingshoofden mandaat is verleend tot het namens en onder verantwoordelijkheid van het college van burgemeester en wethouders nemen van besluiten ter uitoefening van de bestuurs- en beheersbevoegdheden;

  • dat het hoofd van de afdeling ter uitoefening van een aan hem gemandateerde bevoegdheid schriftelijk ondermandaat kan verlenen aan afdelingsmedewerkers;

gelet op de Algemene Wet Bestuursrecht en het algemeen mandaatbesluit van burgemeester en wethouders van 21 december 2021;

 

gelet op het Ondermandaatbesluit Wet bag van 12 januari 2022;

 

besluiten als volgt:

 

  • A.

    De beheerder van de basisregistraties adressen en gebouwen

  •  

  • 1.

    Als beheerder van de basisregistratie adressen en gebouwen aan te wijzen: de BAG-beheerder;

  • 2.

    Als plaatsvervangend beheerder van de basisregistratie adressen en gebouwen aan te wijzen: de vakspecialist Geo & Ruimte;

  • 3.

    De (plaatsvervangend) BAG-beheerder van de basisregistratie adressen en gebouwen ondermandaat te verlenen de navolgende taken en bevoegdheden namens burgemeester en wethouders uit te (doen) voeren of te (doen) verrichten:

    • a.

      het houden van een geautomatiseerde basisregistratie adressen en gebouwen, zoals bedoeld in artikel 2 van de Wet bag, conform hetgeen daarover in de Wet bag, het Besluit basisregistratie adressen en gebouwen en de Regeling basisregistratie adressen en gebouwen is bepaald;

    • b.

      het opstellen van ambtelijke verklaringen Wet bag en documenten van constatering wet bag;

    • c.

      het, op grond van het bepaalde in artikel 10 van de Wet bag, inschrijven van de in of op grond van die bepaling aangewezen brondocumenten in de basisregistratie;

    • d.

      het toetsen van (overige) brondocumenten aan de vereisten voor inschrijving ingevolge artikel 11 van de Wet bag;

    • e.

      het ingevolge artikel 13 van de Wet bag zorgdragen dat brondocumenten waaraan een in de basisregistratie opgenomen gegeven is ontleend, blijvend bewaard worden;

    • f.

      het, ingevolge artikel 14 van de Wet bag, zorg dragen voor een goede beschikbaarheid, werking en beveiliging van de basisregistratie adressen en gebouwen;

    • g.

      het onderhouden dan wel doen onderhouden van het berichtenverkeer met de Landelijke Voorziening basisregistratie adressen en gebouwen zoals bedoeld in artikel 31 van de Wet bag;

    • h.

      het op verzoek aan eenieder verlenen van inzage in de basisregistratie adressen en gebouwen, alsmede het aan eenieder verstrekken van de in de basisregistratie opgenomen gegevens, zoals bedoeld in artikel 32, eerste lid, onder a, van de Wet bag;

    • i.

      het ontvangen, doorgeleiden en afhandelen van meldingen zoals bedoeld in artikel 37 en verzoeken zoals bedoeld in artikel 38 van de Wet bag, inclusief de verwerking daarvan zoals bedoeld in de artikelen 31, 39, 40 en 41 van de Wet bag;

    • j.

      het ingevolge artikel 42 van de Wet bag één maal per jaar controleren van de inrichting en de werking van de basisregistratie alsmede de verwerking van gegevens in de basisregistratie, en het zenden van een afschrift van de controleresultaten aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

B. Ambtenaren bevoegd tot het vaststellen van de afbakening van panden, verblijfsobjecten, standplaatsen en ligplaatsen

 

Als ambtenaren bevoegd tot het afbakenen van panden en verblijfsobjecten en het benoemen en afbakenen van standplaatsen en ligplaatsen, zoals bedoeld in artikel 3 van de Verordening naamgeving en nummering Nederweert 2020, aan te wijzen: de (plaatsvervangend) BAG-beheerder.

 

C. Ambtenaren belast met vaststelling definitieve geometrie

 

Als ambtenaren belast met het vaststellen van geometrische gegevens van panden en verblijfsobjecten, zoals bedoeld in artikel 8 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen, aan te wijzen: de vakspecialist Geo & Ruimte van de gemeente Nederweert en de BAG-beheerder.

 

D. Ambtenaren belast met het opmaken van een constatering zoals bedoeld in art. 10, onder b van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen

 

Als ambtenaren belast met het opmaken van documenten waarin constateringen zijn vastgelegd zoals bedoeld in artikel 10, onder b van de Wet basisregistratie adressen en gebouwen, aan te wijzen:

  • a.

    de toezichthouders;

  • b.

    de medewerkers van het team Ruimte en Wonen;

  • c.

    de BAG-beheerder;

  • d.

    de vakspecialist Geo & Ruimte.

E. Ambtenaren belast met het opmaken van de ambtelijke verklaring

Als ambtenaren belast met het opstellen van een verklaring, zoals bedoeld in artikel 7, onder m van het Besluit basisregistratie adressen en gebouwen aan te wijzen:

  • a.

    de toezichthouders;

  • b.

    de medewerkers van het team Ruimte en Wonen;

  • c.

    de medewerkers Burgerzaken van het team Inwoners;

  • d.

    de BAG-beheerder;

  • e.

    de vakspecialist Geo & Ruimte.

F. Bekendmaking

 

Dit besluit treedt met terugwerkende kracht in werking op op dag na de dag van bekendmaking.

 

G. Intrekking

 

Het Ondermandaatbesluit Wet Bag 2021 van de afdelingshoofden van 5 oktober 2021 het Ondermandaatbesluit Wet bag 2021 van de afdelingshoofden van 21 december 2021 worden hierbij ingetrokken.

 

Aldus vastgesteld op 12 januari 2022.

 

Het hoofd van de afdeling Bedrijfsvoering,

 

T.W.G. Meulen

 

Het hoofd van de afdeling Dienstverlening

 

M.E.A. van Deursen

 

 

Toelichting op het Ondermandaatbesluit Wet bag 2022

Algemeen

De Basisregistratie Adressen en Gebouwen (hierna: BAG) is een registratie die gegevens bevat van de woonplaatsen waarin het grondgebied van een gemeente is ingedeeld, alle door een gemeente vastgestelde openbare ruimten en van door gemeenten aan verblijfsobjecten, standplaatsen en ligplaatsen toegekende nummeraanduidingen. Verder bevat de registratie gegevens over door gemeenten vastgestelde standplaatsen en ligplaatsen en van door gemeenten afgebakende panden en verblijfsobjecten. De Wet basisregistratie adressen en gebouwen (hierna: Wet bag) bepaalt in artikel 2 dat de geautomatiseerde registratie wordt gehouden door burgemeester en wethouders. De Dienst voor het kadaster en de openbare registers beheert op grond van art 26 van de Wet bag een geautomatiseerde landelijke voorziening waarin een afschrift van de gegevens uit de in de gemeenten gehouden basisregistraties is opgenomen. Bijhouding van de BAG vindt op grond van artikel 10 van de Wet bag plaats op basis van brondocumenten. In artikel 3 van de ‘Verordening naamgeving en nummering Nederweert 2020’ is het afbakenen van panden en verblijfsobjecten, het benoemen en afbakenen van standplaatsen en ligplaatsen en het toekennen van nummeraanduidingen aan verblijfsobjecten, standplaatsen en ligplaatsen, zoals bedoeld in artikel 6 van de Wet basisregistratie adressen en gebouwen (Wet bag), gedelegeerd aan het college van burgemeester en wethouders.

 

lnhoud van het besluit

Het beheer van de BAG omvat meerdere aspecten, zoals gegevensbeheer, het beheer van het register, de beveiliging van de geautomatiseerde systemen en de communicatie met de landelijke voorziening BAG. De gemeente kan deze taken aan één beheerder toewijzen, maar kan eventueel ook specifieke taken aan anderen toewijzen. Bij dit laatste kan bijvoorbeeld worden gedacht aan het bij een gemeentelijke ICT afdeling beleggen van de beveiligingsaspecten en het onderhouden van de communicatie met de Landelijke Voorziening BAG, of aan het beleggen van het feitelijke beheer van de registers bij de afdeling die is belast met het beheren van het archief. In dit ondermandaatbesluit zijn de taken en verantwoordelijkheden zoveel mogelijk aan de BAG-beheerder toegewezen, met de bevoegdheid delen daarvan door te mandateren. Alleen het beleggen van een aantal bijzondere in de Wet bag benoemde taken bij daartoe aangewezen ambtenaren, zijn afzonderlijk in het besluit beschreven. Dit is onder meer gedaan omdat deze in de praktijk bij verschillende afdelingen worden belegd.

 

Handelingen op grond van de schakelbepaling

Het beheer van de BAG omvat daarnaast meerdere aspecten, zoals gegevensbeheer, het doen van onderzoek naar aanleiding van terugmeldingen en het uitvoeren van een jaarlijks onderzoek naar de kwaliteit van de registratie en de bijhouding daarvan. Deze aspecten zijn in de wet voornamelijk (geformuleerd als) zorgplichten die het bestuursorgaan bij zijn handelen op grond van de wet te respecteren heeft. Dergelijke andere handelingen dan besluiten kunnen onder een mandaatregeling gebracht worden via de schakelbepaling van artikel 10:12 van de Algemene wet bestuursrecht. Dit zal dan in de aanhef van het mandaatbesluit moeten worden opgenomen. In dit model mandaatbesluit is van deze mogelijkheid geen gebruik gemaakt omdat een dergelijke keuze door gemeenten zal moeten worden gemaakt. Mocht een gemeente toch van deze mogelijkheid gebruik willen maken, dan zou kunnen worden gedacht aan het aan een beheerder (of voor verschillende onderdelen aan verschillende beheerders) opdragen van:

 

  • a.

    het houden van een geautomatiseerde basisregistratie adressen en gebouwen, zoals bedoeld in artikel 2 van de Wet bag, conform hetgeen daarover in de Wet bag, het Besluit basisregistratie adressen en gebouwen en de Regeling basisregistratie adressen en gebouwen is bepaald;

  • b.

    het opstellen van ambtelijke verklaringen Wet bag en documenten van constatering wet bag;

  • c.

    het, op grond van het bepaalde in artikel 10 van de Wet bag, inschrijven van de in of op grond van die bepaling aangewezen brondocumenten in de basisregistratie;

  • d.

    het toetsen van (overige) brondocumenten aan de vereisten voor inschrijving ingevolge artikel 11 van de Wet bag;

  • e.

    het ingevolge artikel 13 van de Wet bag zorgdragen dat brondocumenten waaraan een in de basisregistratie opgenomen gegeven is ontleend, blijvend bewaard worden;

  • f.

    het, ingevolge artikel 14 van de Wet bag, zorg dragen voor een goede beschikbaarheid, werking en beveiliging van de basisregistratie adressen en gebouwen;

  • g.

    het onderhouden dan wel doen onderhouden van het berichtenverkeer met de Landelijke Voorziening basisregistratie adressen en gebouwen zoals bedoeld in artikel 31 van de Wet bag;

  • h.

    het op verzoek aan eenieder verlenen van inzage in de basisregistratie adressen en gebouwen, alsmede het aan eenieder verstrekken van de in de basisregistratie opgenomen gegevens, zoals bedoeld in artikel 32, eerste lid, onder a, van de Wet bag;

  • i.

    het ontvangen, doorgeleiden en afhandelen van meldingen zoals bedoeld in artikel 37 en verzoeken zoals bedoeld in artikel 38 van de Wet bag, inclusief de verwerking daarvan zoals bedoeld in de artikelen 31, 39, 40 en 41 van de Wet bag;

  • j.

    het ingevolge artikel 42 van de Wet bag één maal per jaar controleren van de inrichting en de werking van de basisregistratie alsmede de verwerking van gegevens in de basisregistratie, en het zenden van een afschrift van de controleresultaten aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Daarnaast verwijst de Wet bag op een aantal plaatsen naar “aangewezen ambtenaren”. Ook de regeling hiervan kan door gemeenten volgens de eigen gebruiken worden vormgegeven. Mocht een gemeente van deze mogelijkheid gebruik willen maken, dan zou kunnen worden gedacht aan de volgende bepalingen:

 

  • 1.

    Als ambtenaar belast met het vaststellen van geometrische gegevens van panden en verblijfsobjecten, zoals bedoeld in artikel 8 van de Wet basisregistratie adressen en gebouwen, is aangewezen: [functie].

  • 2.

    Als ambtenaar belast met het opmaken van documenten waarin constateringen zijn vastgelegd, zoals bedoeld in artikel 10, onder b, van de Wet basisregistratie adressen en gebouwen, is aangewezen: [functie].

  • 3.

    Als ambtenaar belast met het opstellen van een verklaring, zoals bedoeld in artikel 7, onder m, van het Besluit basisregistratie adressen en gebouwen, is aangewezen: [functie].

Ambtenaren belast met het vaststellen van de geometrische gegevens van panden en verblijfsobjecten zijn meestal medewerkers van de afdeling Geo-informatie. In andere gevallen zal het de ambtenaar zijn die is belast met de uitbesteding van de inwinning van deze geometrie. De ambtenaren belast met het opstellen van een brondocument voor constateringen en het opstellen van verklaringen, kunnen naast de beheerder van de BAG ook andere medewerkers zijn. Er kan bijvoorbeeld worden gedacht aan de afdeling WOZ die constateert dat een (vergunningsvrije) dakkapel is gebouwd, als gevolg waarvan het oppervlak van het betreffende verblijfsobject is toegenomen. De WOZ-functionaris kan in dat geval een verklaring opstellen, die als brondocument voor de noodzakelijke wijziging in de BAG kan worden gehanteerd. Hetzelfde zou voor bepaalde mutaties kunnen gelden voor medewerkers van een afdeling Bouw- en Woningtoezicht en Geo-informatie. Voor elk van dit soort mutaties dienen ambtenaren bevoegd te zijn om de noodzakelijke verklaringen op te stellen.

 

In dit ondermandaatbesluit zijn de taken en bevoegdheden van de beheerder in onderdeel A uitgewerkt, met zoveel mogelijk verwijzingen naar de relevante bepalingen uit de Wet bag. De genoemde taken en bevoegdheden behoeven over het algemeen geen toelichting.

 

Onderdeel B van het ondermandaatbesluit betreft het aanwijzen van ambtenaren die belast zijn met het vaststellen van de definitieve geometrie van panden en verblijfsobjecten, zoals is opgenomen in artikel 8 van de Wet bag. Dit zijn in Nederweert de vakspecialist Geo en Ruimte en de BAG-beheerder.

 

Onderdeel C van het ondermandaatbesluit heeft betrekking op de ambtenaren die bevoegd zijn een proces-verbaal op te maken inzake de constatering van de feitelijke aanwezigheid van registreerbare objecten en benamingen, zoals opgenomen in artikel 10, eerste lid onder b van de Wet bag.

 

Onderdeel D van het ondermandaatbesluit heeft betrekking op de situaties waarvoor in de Wet bag geen specifiek brondocument is opgenomen en waarvoor het wenselijk is dat deze taken niet onder de algemene bevoegdheid van de beheerder vallen. Het gaat hierbij vooral om statusmutaties, zoals de constatering dat een pand in aanbouw is genomen, en om feitelijke mutaties. Bij dit laatste kan bijvoorbeeld worden gedacht aan het team Ruimte en Wonen die constateert dat een (vergunningsvrije) dakkapel is gebouwd, als gevolg waarvan de gebruiksoppervlakte van het betreffende verblijfsobject is toegenomen. De medewerker van het team Ruimte en Wonen kan in dat geval een schriftelijke verklaring opmaken, die als brondocument voor de noodzakelijke wijziging in de BAG kan worden gehanteerd. Hetzelfde zou voor bepaalde mutaties kunnen gelden voor de toezichthouders Bouwen/RO, medewerkers Burgerzaken van het team Inwoners en de vakspecialist Geo & Ruimte. Voor elk van dit soort mutaties dienen ambtenaren bevoegd te zijn om de noodzakelijke brondocumenten op te maken.

Naar boven