Gemeenteblad van Baarn
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Baarn | Gemeenteblad 2022, 402900 | overige overheidsinformatie |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Baarn | Gemeenteblad 2022, 402900 | overige overheidsinformatie |
HORECACONVENANT “VEILIG UITGAAN”
Horecaondernemers gemeente Baarn
Koninklijke Horeca Nederland (KHN)
Politie eenheid Midden Nederland
Sinds 2008 wordt in de gemeente Baarn gewerkt met een horecaconvenant. Uitgaan in de Gemeente Baarn moet veilig, verantwoord en natuurlijk ook gezellig zijn. Om de veiligheid te waarborgen, sociale controle te stimuleren en te waken voor overlast is een gedragen en structurele aanpak nodig. De basis van deze aanpak is het horecaconvenant dat voor u ligt. Bij het opstellen van het convenant is aansluiting gezocht bij het Integraal Veiligheidsplan 2019-2022 van de gemeente Baarn. In dit plan zijn de aanpak van de overlast in de woon-en leefomgeving en de aanpak van Jeugd, alcohol en drugs als prioriteiten aangemerkt.
Het horeca-convenant bevat de afspraken tussen de horecaondernemers, Koninklijke Horeca Nederland (hierna: KHN), de politie en de gemeente Baarn, met als doel de kwaliteit van het uitgaan in de gemeente te bevorderen en daarnaast de veiligheid in brede zin te optimaliseren. Het convenant dient verder om partijen met elkaar in contact te brengen, communicatie te verbeteren, vertrouwen en bekendheid met elkaars taken te vergroten en lokale samenwerking te stimuleren en te structureren. Het is essentieel dat alle partners, op basis van het gedeelde belang, zich vinden in de inhoud van het convenant. Hiermee wordt bereikt dat de daarin gemaakte afspraken breed worden gedragen. Partners dienen elkaar dan ook aan te spreken op naleving van het convenant.
In het horeca-convenant zijn voor alle partijen die zich hieraan verbinden afspraken opgenomen, waarbij een proactieve houding het uitgangspunt vormt. Een aantal van deze afspraken is zo geformuleerd dat deze het komende jaar opgepakt en uitgewerkt zullen worden. Zo zijn actieve verplichtingen opgenomen om overlast situaties te onderzoeken en waar mogelijk nieuwe oplossingen aan te dragen.
Het horeca-convenant vormt de basis van de samenwerking tussen de hierboven genoemde partners voor de komende drie jaar (1 november 2020 – 1 november 2023). Tijdens het halfjaarlijkse horecaconvenant-overleg zal telkens met de partners worden gesproken over vorderingen en naleving van gemaakte afspraken. Deze evaluatie biedt mogelijkheden om te kijken of er nieuwe ontwikkelingen gaande zijn waardoor aanpassing van afspraken nodig zijn of waardoor nieuwe afspraken gemaakt moeten worden. Uiteraard wordt dan het convenant indien nodig tussentijds aangepast
Zoals gezegd bevat het convenant afspraken tussen de hierboven genoemde partijen. Daarnaast geldt uiteraard onverminderd alle andere van toepassing zijnde wet-en regelgeving. Daaronder valt in ieder geval de Drank-en Horecawet, de Wet Milieubeheer, de Opiumwet en de Algemene Plaatselijke Verordening Baarn (hierna: Apv).
Het doel is het bevorderen van de kwaliteit van het uitgaan in het algemeen. Daarbij wordt de veiligheid voor een ieder die daarbij betrokken is optimaal gediend.
Om dit te verwezenlijken zijn de volgende (sub)doelstellingen geformuleerd:
De deelnemende horecaondernemers in de gemeente Baarn, hierna te noemen ‘de horeca’, in deze vertegenwoordigd door de voorzitter van de afdeling Baarn/Soest/Eemnes van Koninklijke Horeca Nederland: mevr. I. Overhand.
De gemeente Baarn, hierna te noemen ‘de gemeente’, in deze vertegenwoordigd door de burgemeester: Jhr. M.A. Röell.
De politie Eenheid Midden-Nederland, Basisteam De Bilt | Eemdal | Soest , hierna te noemen ‘de politie’, in deze vertegenwoordigd door Korpschef Eenheid Midden Nederland: dhr. M. Sitalsing
Komen daarom het volgende overeen:
Het convenant omschrijft de inspanningsverplichting van de onderscheiden partners verdeeld in een aantal paragrafen.
1.1. Openbare inrichting: de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was logies wordt verstrekt of dranken worden geschonken of rookwaren of spijzen voor directe consumptie – al dan niet ter plaatse - worden bereid of verstrekt. Onder een openbare inrichting wordt in ieder geval verstaan: een hotel, restaurant, pension, café, waterpijpcafé, cafetaria, snackbar, discotheek, buurthuis, clubhuis, fastfood- en maaltijd- afhaalpunten of bezorging. Onder de openbare inrichting is tevens begrepen het aan het bedrijf van gemeentewege vergunde terras;
1.2. Horecabedrijf: De activiteit in ieder geval bestaande uit het bedrijfsmatig of anders dan om niet verstrekken van alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse;
1.3. Horecaondernemer: De exploitant van een horecabedrijf gelegen in de gemeente Baarn als bedoeld in 1.1. die dit convenant heeft ondertekend;
1.4. Politie: Politie eenheid Midden-Nederland, District Utrecht-Oost,
Basisteam De Bilt | Eemdal | Soest;
1.6. Uitgaansgeweld: Uitgaansgeweld is niet gelegitimeerd, expressief geweld - niet zijnde
huiselijk geweld - in een uitgaansgebied of op de wegen naar dit gebied, bestaande uit een verbale, fysieke en/of seksuele handeling gericht tegen personen.
openbare inrichting: Het gebied en omgeving (minimaal een straal van 25 meter) van een openbare inrichting.
2. Beheer en veiligheid in het uitgaansgebied
De zorg voor het beheer van en de veiligheid in het publieke domein is primair de verantwoordelijkheid van de overheid. Met betrekking tot het uitgaansgebied accepteert de horeca, naast andere partners, daarin ook een deelverantwoordelijkheid. Deze zorg vereist de voortdurende collectieve aandacht en inspanning van alle betrokken partijen.
Het horecaconvenant-overleg dat in de gemeente twee keer per jaar wordt georganiseerd is een structureel overleg waarbij (vertegenwoordigers van) de convenantpartners op uitvoerend niveau met elkaar overleggen. In dit overleg worden afspraken gemaakt over de uitvoering van het vastgestelde convenant, wordt de wijze van samenwerking besproken en worden praktische zaken besproken en opgelost. Vanuit dit overleg wordt ook praktische informatie aangeleverd op grond waarvan het beleid mede wordt bepaald of aangepast. Afhankelijk van de te bespreken onderwerpen en om belangen breed op elkaar af te stemmen, kunnen ook derden bij de besprekingen worden uitgenodigd zoals bijvoorbeeld vertegenwoordigers van winkeliers en/of bewoners van het gebied of personen die (vak)inhoudelijk bij de problematiek zijn betrokken.
Maatregelen en inzet van de gemeente
Maatregelen en inzet van de politie
Maatregelen en inzet van de horeca
De gemeente spant zich in om over een voldoende functionerend bestuurlijk instrumentarium te beschikken, waarmee om in voorkomende gevallen adequaat kan worden opgetreden tegen excessen. Waar mogelijk pleit de gemeente hier ook voor in intergemeentelijk verbanden. Het doel hiervan is om in voorkomende situaties preventief bestuursrechtelijke maatregelen te kunnen treffen.
De gemeente zet zich samen met andere partners in voor ontwikkeling van aanvullend beleid op het gebied van horeca en geweld. Het convenant is aanvullend. Alle wettelijke regels met betrekking de horeca blijven van toepassing
In navolging van omliggende gemeenten is in de gemeente Baarn besloten dat de sluitingstijden van de horecagelegenheden in de gemeente verlengd kunnen worden. Het is wenselijk dat jongeren in hun eigen kern uitgaan; dit vanwege de verkeersveiligheid en de sociale controle. Gebleken is uit voorgaande periode dat de ruimere openingstijden leiden tot een meer gefaseerde uitstroom van bezoekers en dus een geringere kans op escalatie en overlast. Daarnaast wordt met deze beslissing voldaan aan de wens van de horeca en wordt eerlijke concurrentie, met horeca in de omliggende gemeentes, bevorderd.
Uitgangspunt is dat er een uniform sluitingstijdstip voor binnenkomende bezoekers wordt gehanteerd, rekening houdend met de woon-, werk- en recreatieve functie van het uitgaansgebied. De openingstijden voor de horeca zijn vastgesteld op 07.00 uur - 00.00 uur door de week en 07.00 uur - 01.00 uur in het weekeinde. Indien wordt deelgenomen aan dit convenant, gelden er geen sluitingstijden. De horecaondernemer is verantwoordelijk voor het ordelijk laten verlopen van de uitstroom van zijn bezoekers bij sluitingstijd.
Maatregelen en inzet door de gemeente
Maatregelen en inzet van de politie
Maatregelen en inzet van de horeca
4. Toezicht tijdens uitgaanstijden
Effectief toezicht heeft een preventieve en een repressieve functie en heeft tot doel om zowel feitelijke vormen van onveiligheid als gevoelens van onveiligheid te verminderen. De aanpak van de veiligheidsproblematiek in het uitgaansgebied heeft de aandacht en het is de bedoeling om dit zoveel mogelijk projectmatig, samen met de partners uit dit convenant, aan te pakken.
Het zichtbaar uitoefenen van toezicht binnen en in de directe omgeving van de horeca-inrichtingen heeft een positieve invloed op sfeer en veiligheid en kan incidenten tegengaan of in de kiem smoren waardoor later, tijdens of na het sluitingstijdstip, overlast en problemen in het publieke domein kunnen worden voorkomen. Verplichte legitimatie heeft daarbij extra aandacht in verband met de wetgeving in de Drank- en Horecawet. De convenantpartners stemmen de komende jaren gezamenlijk de mogelijkheden af voor een zo efficiënt mogelijke uitvoering van toezicht, zowel in het uitgaansgebied als in de inrichtingen. Het eventueel inschakelen van professioneel beveiligingspersoneel en/of technische hulpmiddelen is daarin een optie.
De gemeente is verantwoordelijk voor de inzet van de boa’s. De boa’s houden zich in het uitgaansgebied bezig met laagdrempelig toezicht. Hieronder wordt verstaan het toezicht op wildplassen, vervuiling, geluidsoverlast, glasoverlast en parkeeroverlast (met name de fietsenproblematiek). Waar nodig zullen zij in deze taak bijgestaan worden door de politie.
Horecaondernemers vervullen hun deelverantwoordelijkheid voor de openbare orde en veiligheid in het uitgaansgebied door het hanteren van huisregels, het eventueel aanstellen van portiers en het uitvoeren van een consequent ontzeggingenbeleid. De portiers, indien aanwezig, moeten voldoen aan de eisen gesteld in de Wet op de Beveiligingsbedrijven en particuliere recherchebureaus. Zij zijn de uitvoerders van het ‘deurbeleid’ (zie paragraaf 5) en houden zowel toezicht in de inrichting als in de directe omgeving daarvan.
Maatregelen en inzet van de gemeente
Maatregelen en inzet van de politie
Maatregelen en inzet van de horeca
Personen met een toegangsontzegging voor de betreffende inrichting worden consequent uit de inrichting geweerd. Indien de leidinggevende een beroep doet op de politie, omdat een persoon met een ontzegging zich in het horecabedrijf bevindt, komt de politie zo snel mogelijk om de betreffende persoon te verwijderen. Indien betrokkene niet meer wordt aangetroffen doet de horecaondernemer in ieder geval aangifte.
Deurbeleid en huisregels maken het voor bezoekers duidelijk welk gedrag wel en niet wordt getolereerd in de horeca. Toegangsregels gelden aan de deur en zijn de basis voor de portier om het deurbeleid te handhaven. Dit deurbeleid dient helder en maar voor één uitleg vatbaar te zijn, bij het publiek bekend te zijn en mag niet discriminerend zijn. Het beleid is tevens gericht op het handhaven van de kwaliteit van het verblijf in de inrichting en op het voorkomen van geweld (in welke vorm dan ook) en het weren van wapens en drugs uit de inrichting. Ingeval een horecagelegenheid portiers aan de deur heeft staan is het mogelijk om bezoekers toegang te verlenen en ongewenste bezoekers de toegang te weigeren op grond van het deurbeleid.
Ten tijde van de start van het horecaconvenant voert geen van de horecabedrijven in de gemeente Baarn een expliciet deurbeleid en wordt alleen bij Café de Karseboom gebruik gemaakt van de inzet van een portier, gastheer of beveiligingsbedrijf. Tot op heden is er geen sprake van het regelmatig plaatsvinden van conflicten en discussie tussen het personeel van de horeca en het uitgaanspubliek. Evenmin hebben zich ernstige incidenten voorgedaan waarbij de veiligheid van bezoekers dan wel omwonenden in het geding is gekomen. Gelet hierop heeft de gemeente Baarn gemeend dat er –vooralsnog– geen aanleiding bestaat om vanuit veiligheidsoverwegingen de aanwezigheid van een portier verplicht te stellen. Wanneer echter blijkt dat het verruimen van de sluitingstijd en/of het invoeren (en het toezien op de naleving) van de instaptijd leidt tot problemen aan de deur of in het horecabedrijf, en die een onevenredige druk op de woon-en leefomgeving met zich mee brengt, kan door de gemeente overwogen worden de inzet van een portier alsnog verplicht te stellen. Hetzelfde geldt wanneer concrete veiligheidsaspecten hiertoe aanleiding geven.
De huisregels (zoals besproken in paragraaf 4 over het toezicht tijdens de uitgaanstijden) vormen een stok achter de deur; het is de basis waar portiers en het horecapersoneel op kunnen terugvallen als zij bezoekers aanspreken op ongewenst gedrag. Tijdens het vorige convenant is afgesproken dat alle horecaondernemers huis- en gedragsregels heeft. De huis- en gedragsregels worden duidelijk voor of bij binnenkomst aan de gasten kenbaar gemaakt. Alle horecabedrijven hanteren hierbij de collectieve huis- en gedragsregels, minimaal conform het gezamenlijk vastgestelde model:
De horecaondernemer kan het model met eigen huis- en gedragsregels aanvullen die in dat geval ook
duidelijk kenbaar worden gemaakt in de horecagelegenheid. Alle partners hebben zich met het opstellen van dit model tevens ten doel gesteld om de bezoekers (meer) bewust te maken van hun eigen verantwoordelijkheid en goede sociale controle.
Bij het signaleren van geweldsdelicten en/of vernielingen in of bij de horecagelegenheid, licht de horecaondernemer te allen tijde onmiddellijk de politie in. In het belang van de veiligheid in de horecagelegenheid is het uitgangspunt dat de portier (of eigenaar, of aangewezen vervanger) na een geweldsdelict bij de deur van de horecagelegenheid blijft. Voor het onderzoek door de politie meldt de eigenaar (of aangewezen vervanger) zich op korte termijn bij de politie. Bij ernstige incidenten is het mogelijk dat de politie anders bepaalt. Uitgangspunt is dat de horecaondernemer te allen tijde aangifte doet indien een strafbaar feit is gepleegd en dat de horecaondernemer medewerking verleent aan het opsporingsonderzoek.
Maatregelen en inzet van de gemeente
Maatregelen en inzet van de politie
Indien een persoon met ontzegging in de inrichting verblijft, of zich de toegang tracht te verschaffen, zal de politie, na melding, deze persoon als verdacht van lokaalvredebreuk aanhouden en proces-verbaal opmaken. Ook indien betrokkene niet meer wordt aangetroffen zal een aangifte worden opgenomen en proces-verbaal worden opgemaakt.
Maatregelen en inzet van de horeca
De horecaondernemer deelt deze ontzegging schriftelijk mee aan de ongewenste gast(en) en verzendt hiervan een afschrift aan de politie. Een ontzegging van de toegang geldt voor een bepaalde duur. De duur van de ontzegging wordt de betrokkenen medegedeeld.
Nb. Weigeren aan de deur is niet hetzelfde als een gast de toegang ontzeggen. Bij een ontzegging wordt gehandeld naar aanleiding van vertoond norm overschrijdend gedrag en zal de ontzegging worden toegepast.
Overmatig gebruik van alcohol tijdens de uitgaansuren levert veiligheidsrisico’s op. Met name geldt dit bij groepen, vaak jongeren, die veel hebben gedronken. Daar gaat voor veel mensen een gevoelsmatige dreiging van uit. Daarnaast zorgen mensen die veel hebben gedronken in de regel ook voor plas-, glas- en geluidsoverlast en vandalisme. Het beleid zal dan ook gericht zijn op een verantwoorde verstrekking van alcoholhoudende dranken en het stimuleren, speciaal bij jongeren, van het gebruik van niet alcoholhoudende dranken.
De horecaondernemer verkoopt of verstrekt geen alcoholhoudende dranken aan bezoekers die in kennelijke staat van dronkenschap verkeren. De horecaondernemer zal bezoekers in kennelijke staat van dronkenschap de toegang tot de horecagelegenheid ontzeggen. De horecaondernemer neemt de wettelijke leeftijdsgrenzen m.b.t. het verstrekken van alcoholhoudende dranken in acht en controleert zo nodig het identiteitsbewijs van de bezoeker(s). Het is niet toegestaan om glaswerk mee naar buiten te (laten) nemen. Bij evenementen die zich (ook) buiten afspelen, wordt gebruik gemaakt van plastic drinkgerei. Indien zich problemen voordoen rondom het alcoholgebruik waardoor de veiligheid van de (andere) bezoeker(s) in het geding komt, dan zal de horecaondernemer (of diens aangewezen vervanger) te allen tijde onmiddellijk de politie inlichten. Alle partners verplichten zich om medewerking te verlenen aan acties en projecten die zijn opgezet om het alcoholmisbruik te voorkomen, dan wel een verantwoord alcoholgebruik te bevorderen.
Maatregelen en inzet van de gemeente
Het gebruik van alcohol op of aan de openbare weg is in de Algemene plaatselijke verordening (Apv) strafbaar gesteld. Het in bezit hebben van drinkglazen en/of flessen met alcoholische drank op of aan de openbare weg (behalve op de terrassen), is verboden in/op parken, pleinen, winkelcentra, schoolpleinen.
Maatregelen en inzet van de politie
Maatregelen en inzet van de horeca
De horecaondernemer draagt er zorg voor dat de wettelijke bepalingen ten aanzien van de verstrekking van alcoholhoudende drank aan minderjarigen consequent worden nageleefd. Zo wordt aan personen jonger dan 18 jaar in het geheel geen alcohol verstrekt. De horecaondernemer heeft hiervoor een beleid en maakt deze kenbaar aan de gemeente.
Drugs in een horeca-inrichting en in het uitgaansgebied, al dan niet in combinatie met het gebruik van alcoholhoudende drank, zijn een gevaar voor de veiligheid en de volksgezondheid. Partners spannen zich in voor het terugdringen van drugsmisbruik alsmede het gebruik van lachgas.
Koninklijke Horeca Nederland weigert dan ook het lidmaatschap aan inrichtingen waarvan het vermoeden bestaat dat zij de Opiumwet overtreden. Ook wapens horen niet bij uitgaan! De convenantpartners spannen zich daarom gezamenlijk in voor een drugs- en wapenvrije horeca.
Maatregelen en inzet van de gemeente
Maatregelen en inzet van de politie
Maatregelen en inzet van de horeca
8. Kwaliteit van de openbare ruimte
De gemeente plaatst voldoende afvalbakken in de omgeving van de horecagelegenheden. Niettemin zorgt de horecaondernemer ervoor dat eventuele verontreiniging, zoals afval in de directe omgeving van zijn/haar horecagelegenheid dat kennelijk afkomstig is van zijn horecagelegenheid, na sluitingstijd wordt verwijderd. De horecaondernemer is verantwoordelijk voor de verlichting bij en van zijn/haar horecagelegenheid. In voorkomende gevallen zullen partners in overleg treden bij onveilige situaties waar deze verantwoordelijkheid redelijkerwijs bij zowel de gemeente als de horecaondernemer ligt.
De horecaondernemer treedt direct in contact met de politie indien in of in de directe omgeving van de horecagelegenheid zich onveilige situaties voordoen met betrekking tot parkeren en/of verkeer. Voertuigen mogen alleen daar verkeren en parkeren in het gebied dat hiertoe door de gemeente is aangewezen, m.u.v. korte parkeertijd ten behoeve van bevoorrading van de betreffende horecagelegenheid. Het stallen van tweewielers dient zodanig te gebeuren dat het geen gevaar vormt voor de openbare orde en dat (nood-)in- en uitgangen niet geblokkeerd worden.
Maatregelen en inzet van de gemeente
Maatregelen en inzet van de politie
Maatregelen en inzet van de horeca
Glas dat buiten de inrichting wordt gebracht levert een extra gevaarrisico op en kost de horeca onnodig geld. Glas gaat gewild of ongewild stuk en kan als wapen worden gebruikt.
Maatregelen en inzet van de gemeente
Maatregelen en inzet van de politie
Maatregelen en inzet van de horeca
Wonen en werken in een uitgaansgebied vraagt een zekere mate van tolerantie. Het is de taak van de gemeente om de overlast in het uitgaansgebied binnen redelijke proporties te houden. Het is dan ook een inspanningsverplichting van alle betrokken partners een balans te vinden tussen het bedrijfsbelang van de horecaondernemer en een goed woon- en leefklimaat.
De horecaondernemer dient dusdanige geluidwerende maatregelen te treffen dat hij binnen de wettelijke (geluidsvoorschriften Wet Milieubeheer en APV) geluidsgrenzen blijft. De horecaondernemer dient overlast van geluidsinstallaties, levende muziek en bezoekers te voorkomen. Horecaondernemer en personeel dienen er voor zorg te dragen dat de toegangsdeuren bij komen en gaan van bezoekers niet onnodig open staan. De politie dient gesignaleerde geluidsoverlast door te geven aan de Regionale Uitvoeringsdienst Utrecht (RUD). De RUD zal vervolgens namens de gemeente het relevante handhavingsbeleid toepassen. Ruimere geluidsgrenzen voor het horecabedrijf mogen maximaal drie dagen per kalenderjaar. Het loslaten van deze geluidsgrenzen mag echter geen overmatige hinder veroorzaken. De horecaondernemer moet de drie dagen middels een schriftelijke melding of digitaal verzoek kenbaar maken bij de gemeente.
Maatregelen en inzet van de gemeente
Klachten die gemeld worden bij de gemeente, geeft de gemeente door aan de RUD. De RUD voert bij aanhoudende klachten vervolgens een geluidsmeting uit. Bij een overschrijding van de norm zal contact op worden genomen met de betreffende horecaondernemer. De gemeente zal indien nodig handhavend optreden.
Maatregelen en inzet van de politie
Maatregelen en inzet van de horeca
De horecaondernemer draagt er zorg voor dat de horecagelegenheid een veilige plaats is voor personeel en bezoekers. Dit betekent dat de horecagelegenheid onder meer voldoet aan de brandveiligheidseisen, Arbo-eisen en het Bouwbesluit.
Maatregelen en inzet van de gemeente
Maatregelen en inzet van de politie
Maatregelen en inzet van de horeca
NB. De horecaondernemer is zelf verantwoordelijk om, bij onduidelijkheden, contact op te nemen met de gemeente over wet- en regelgeving met de contactpersoon.
12. Slotbepalingen en accordering
Partners komen overeen dat, mochten zich situaties voordoen waarin dit horecaconvenant niet voorziet, er dan in overleg wordt getreden met de partners. Partners komen overeen dat, indien één van de partners van mening is dat dit convenant gewijzigd of aangevuld dient te worden, dit in overleg gebeurt met alle betrokken partners. Een herziening van het horecaconvenant is pas geldig als dit op schrift is gesteld en door alle partners ondertekend is.
Aldus opgemaakt en, al dan niet bij afzonderlijke verklaring, ondertekend op .............................. 2020 te Baarn.
Gemeente Baarn Politie district Midden-Nederland
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2022-402900.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.