Gemeenteblad van Drechterland
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Drechterland | Gemeenteblad 2022, 35437 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Drechterland | Gemeenteblad 2022, 35437 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Drechterland van 14 december 2021 tot vaststelling Nadere regels Gemeentelijke tegemoetkoming voorschoolse voorzieningen
Op deze nadere regels zijn de begripsbepalingen van de Verordening tegemoetkoming voorschoolse voorzieningen gemeente Drechterland van overeenkomstige toepassing.
In deze nadere regels worden de in artikel 1.3. van de Verordening gemeentelijke tegemoetkoming voorschoolse voorzieningen gemeente Drechterland (hierna: Verordening) aan het college gegeven bevoegdheden nader uitgewerkt.
De volgende doelgroepen worden vastgesteld:
Doelgroep voorschoolse educatie (VE) peuters (doelgroeppeuters)
De doelgroep voor voorschoolse educatie bestaat uit kinderen van ingezetenen van de gemeenten Stede Broec, Enkhuizen en Drechterland, vanaf de leeftijd van 2 jaar tot de leeftijd dat zij naar het basisonderwijs gaan, die (een risico op) een taal- of ontwikkelingsachterstand hebben.
Doelgroep sociaal medische indicatie (SMI)
De doelgroep voor SMI bestaat uit kinderen van ouder(s) met lichamelijke, zintuigelijke, verstandelijke, een psychische beperking, een chronisch of psychosociaal probleem, waarbij is vastgesteld dat een of meer van deze problematieken kinderopvang noodzakelijk maken voor een goede ontwikkeling van het kind.
2. Bepalingen gemeentelijke tegemoetkoming reguliere peuterplaatsen
Artikel 2.2. Maximum aantal uren tegemoetkoming
De gemeentelijke tegemoetkoming wordt verstrekt tot maximaal 8 uur per week, voor 40 weken per jaar.
Artikel 2.4. Berekening tegemoetkoming reguliere peuteropvang
In afwijking op het eerste lid verleent de gemeente een volledige tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang aan de houder voor tienerouder(s). De hoogte van de tegemoetkoming voor de kinderopvang betreft de totale kosten voor 8 uur, zonder toepassing van de ouderbijdrage. Het recht op deze gemeentelijke tegemoetkoming vervalt met zodra de ouder van het kind de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt.
3. Bepalingen gemeentelijke tegemoetkoming Voorschoolse educatie (VE)
Artikel 3.1. Doelgroep voorschoolse educatie (doelgroeppeuters)
De doelgroep voor voorschoolse educatie bestaat uit kinderen van ingezetenen van de gemeenten Stede Broec, Enkhuizen en Drechterland, vanaf de leeftijd van 2 jaar tot de leeftijd dat zij naar het basisonderwijs gaan, die voldoen aan één of meerdere van de volgende kenmerken wat naar verwachting leidt tot een taal- of ontwikkelingsachterstand:
Kinderen waarbij de jeugdverpleegkundige op basis van een omgevingsanalyse risico bij het kind ziet met betrekking tot achterstand in één of meerdere ontwikkelingsgebieden (motorische ontwikkeling, sociaal-emotionele ontwikkeling, zelfredzaamheid) die van invloed zijn op de spraaktaal ontwikkeling of algemene ontwikkeling. Dit kan berusten op andere factoren in het gezin of bij het kind.
Artikel 3.2. Indicatie doelgroep
De doelgroep van voorschoolse educatie wordt geïndiceerd door het consultatiebureau van de GGD Hollands Noorden. Bij een wijziging in de situatie of verloop van indicatie, vindt er een heronderzoek plaats, waarbij de noodzaak voor voortzetting van de opvang bepaald wordt en de inkomensgegevens opnieuw getoetst worden.
Artikel 3.5. Berekening tegemoetkoming VE-plaatsen
De houder ontvangt voor maximaal 8 uur van een (16 uur) VE-plaats indien de ouders niet in aanmerking komen voor een kinderopvangtoeslag het resterende deel van de kosten voor de aanvullende uren na aftrek van de ouderbijdrage, die ouders betalen aan de organisatie. Als ouders minder dan 16 uur willen deelnemen hebben ze geen recht op een tegemoetkoming.
4. Bepalingen gemeentelijke tegemoetkoming Sociaal medische indicatie (SMI)
Artikel 4.1. Doelgroep Sociaal Medische Indicatie (SMI)
De doelgroep voor SMI bestaat uit kinderen van ouder(s) met een lichamelijke, zintuigelijke, verstandelijke, een psychische beperking, een chronisch of psychosociaal probleem, waarbij is vastgesteld dat een of meer van deze problematieken kinderopvang noodzakelijk maken voor een goede ontwikkeling van het kind.
Artikel 4.2. Indicatie doelgroep
De doelgroep SMI wordt geïndiceerd door een medewerker van een gebiedsteam van de gemeenten Stede Broec, Enkhuizen of Drechterland of de consulent Wmo en/of Jeugdhulp eventueel in samenspraak met een jeugdarts of jeugdverpleegkundige van de GGD. Het indicatieadvies bevat de volgende gegevens:
Artikel 4.5. Berekening tegemoetkoming dagopvang
De houder ontvangt een tegemoetkoming van het resterende deel van kosten voor het aantal geïndiceerde dagdelen na aftrek van de ouderbijdrage, die ouders betalen aan de organisatie. De houder verstuurd hiervoor maandelijks een afrekening.
Artikel 4.6. Berekening tegemoetkoming SMI plaats Buitenschoolse opvang
De houder ontvangt een tegemoetkoming van het resterende deel van kosten voor het aantal geïndiceerde dagdelen na aftrek van de ouderbijdrage, die ouders betalen aan de organisatie. De houder stuurt hiervoor maandelijks een afrekening.
Artikel 4.7. Berekening tegemoetkoming SMI plaats gastouderopvang
De gastouderopvang ontvangt een tegemoetkoming van het resterende deel van kosten voor het aantal geïndiceerde dagdelen na aftrek van de ouderbijdrage, die ouders betalen aan de organisatie. De houder stuurt hiervoor maandelijks een afrekening.
5. Bepalingen gemeentelijke tegemoetkoming houder
Artikel 5.1. Doelgroep tegemoetkoming houder
Aanvullend op de definitie in de verordening wordt onder een houder verstaan de rechtspersoon die een opvang biedt aan kinderen woonachtig in de gemeente Stede Broec, Enkhuizen en Drechterland tussen de 0 en 12 jaar als bedoeld in de Wet Kinderopvang. Deze aanvulling maakt grensverkeer tussen de 2 gemeenten mogelijk.
Artikel 5.2. Indicatie doelgroep
De houder die een voorziening exploiteert is geregistreerd in het Landelijk register kinderopvang (LRK) en daarmee voldoet de houder aan de vereisten zoals gesteld in de Wet kinderopvang. Indien tussentijds de registratie wordt beëindigd vervalt het recht op een gemeentelijke tegemoetkoming.
Artikel 5.3. Hoogte Tegemoetkoming en maximaal aantal uren vaste voet
De gemeente vergoedt alleen voor de voorschoolse educatie een aanvullend bedrag bovenop de gemeentelijke tegemoetkoming, de zogeheten vaste voet. De vaste voet bedraagt € 3,- per uur aanvullend voor voorschoolse educatie per daadwerkelijke bezette peuterplek met een minimum van 12 uur en maximum 16 uur per week voor 40 weken per jaar.
Op basis van de geldende wettelijke regelingen is een aanvullende locatie gebonden tegemoetkoming voor de inzet van de hbo-coach/hbo pedagogisch beleidsmedewerker voorschoolse educatie en het bieden van extra zorg op de groep noodzakelijk. Hiervan bedraagt de tegemoetkoming: Uurtarief hbo-coach/pedagogisch beleidsmedewerker x verplichte wettelijke 10 uren per vve kind/640 uur (40 weken x 16 uur per week per vve kind).
Voor de bepaling van het uurtarief wordt uitgegaan van het landelijk gemiddelde uurtarief van een hbo pedagogisch medewerker. Het uurtarief zal jaarlijks worden berekend en vastgesteld.
Artikel 5.4. Wijze van vergoeding
Op grond van artikel 1.5 van de Verordening wordt de gemeentelijke tegemoetkoming verstrekt aan de houder. Daarnaast ontvangt de houder indien van toepassing een aanvullende gemeentelijke tegemoetkoming voor de vaste voet.
6. Slotbepalingen en overgangsregeling
Het college kan in bijzondere gevallen deze nadere regels buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover toepassing onevenredig is in verhouding tot de met de beleidsregel te dienen doelen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2022-35437.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.