Gemeenteblad van Amsterdam
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Amsterdam | Gemeenteblad 2022, 331320 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Amsterdam | Gemeenteblad 2022, 331320 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Subsidieregeling Ongedocumenteerden Amsterdam 2023
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:
perspectiefplan: een plan waarin het persoonlijk perspectief en de activiteiten en doelen staan beschreven waar de ongedocumenteerde aan gaat werken om dat perspectief te realiseren en op welke termijn er verwacht wordt het perspectief te bereiken en op welke termijn er tussentijdse evaluatiemomenten worden ingepland. Deze evaluatie zal ten minste iedere zes maanden plaatsvinden. Werken aan zelfredzaamheid is een onderliggend thema in ieder perspectiefplan;
Artikel 2 Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013
De Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013 is van toepassing, tenzij daarvan in deze regeling uitdrukkelijk wordt afgeweken.
Artikel 5 Intake, screening en casusregie en ketenregie
Ten behoeve van de activiteit intake en screening, casusregie en ketenregie kan het college periodieke subsidie verlenen waarbij wordt begrepen onder:
Ten behoeve van de activiteit woonbegeleiding kan het college periodieke subsidie verlenen voor het:
Artikel 7 Juridische begeleiding, casemanagement en maatschappelijke begeleiding
Ten behoeve van de activiteit juridische begeleiding, casemanagement en maatschappelijke begeleiding kan het college periodieke subsidie verlenen voor het:
Artikel 8 Toekomstoriëntatie en terugkeerbegeleiding, casemanagement en maatschappelijke begeleiding
Ten behoeve van de activiteit toekomstoriëntatie en terugkeerbegeleiding, casemanagement en maatschappelijke begeleiding kan het college periodieke subsidie verlenen voor het:
Ten behoeve van de activiteit participatie aanbod kan het college periodieke subsidie verlenen voor het:
Artikel 10 Aanvullende begeleiding van bijzondere doelgroepen ongedocumenteerden
In aanvulling op het bepaalde in de artikelen 6, 7 en 8 hierboven kan het college ten behoeve van de aanvullende begeleiding van bijzondere doelgroepen periodieke subsidie verlenen voor het:
Artikel 12 Verdeelsleutel subsidieplafond
De rangschikking wordt bepaald door het aantal punten dat wordt gehaald op basis van de volgende criteria:
Financiën en begroting: de mate waarin de activiteiten kosteneffectief zijn, waarbij wordt gekeken naar de verhouding tussen het gevraagde subsidiebedrag, het bedrag dat direct ten goede komt aan de activiteiten en het bedrag dat besteed wordt aan overhead (organisatiekosten en dergelijke); (20 punten)
Artikel 13 Vaststelling op basis van realisatie
In het geval een aanvrager twee of meerdere van de in artikel 4, a tot en met g, van deze regeling gemelde subsidiabele activiteiten uitvoert, is, indien de realisatie lager is dan in de beschikking tot subsidieverlening betreffende specifieke activiteiten is bepaald, compensatie tussen de verleende activiteiten mogelijk, mits het college daarvoor voorafgaand schriftelijke toestemming heeft verleend en het totale voor deze gezamenlijke activiteiten aan deze aanvrager verleende subsidiebedrag niet wordt overschreden.
Artikel 16 Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens
In aanvulling op artikel 5, tweede lid, van de ASA 2013 worden bij de subsidieaanvraag de volgende gegevens en stukken overgelegd:
Artikel 17 Aanvraagtermijn periodieke subsidies
In afwijking van artikel 6 van de ASA 2013 wordt een aanvraag voor een subsidie vóór 1 september 2022 ingediend bij het college.
In aanvulling op artikel 9, tweede lid, van de ASA 2013 weigert het college een subsidie te verlenen als:
Artikel 19 Aanvullende verplichtingen
Naast de verplichtingen op grond van artikel 10 en 11 van de ASA 2013, zijn aan de subsidie de volgende verplichtingen verbonden:
Artikel 20 Vervallen Subsidieregeling Ongedocumenteerden Amsterdam 2022
De Subsidieregeling Ongedocumenteerden Amsterdam 2022 zoals vastgesteld in de collegevergadering van 22 juni 2021 vervalt op het moment van inwerkingtreding van deze Subsidieregeling ongedocumenteerden Amsterdam 2023, met uitzondering van de op basis van deze subsidieregeling nog vast te stellen subsidies.
Aldus vastgesteld in de vergadering van 12 juli 2022.
De burgemeester
Femke Halsema
De gemeentesecretaris
Peter Teesink
Met het coalitieakkoord ‘Een nieuwe lente en een nieuw geluid’ werd de ambitie gepresenteerd om voor ongedocumenteerden 24-uursopvang te organiseren waarbinnen wordt gewerkt aan perspectief. Het coalitieakkoord geeft verschillende kaders voor de opvang. Zo zijn er 500 plekken beschikbaar, is de maximale verblijfsduur anderhalf jaar en wordt gedurende de opvang gewerkt aan perspectief. In het najaar van 2018 is een Uitvoeringsplan opgesteld dat tot stand is gekomen in nauwe samenwerking met landelijke en lokale partners, vrijwilligers en ongedocumenteerden. Dit Uitvoeringsplan is 11 december 2018 vastgesteld door het college. Het Uitvoeringsplan is nader uitgewerkt in het Handboek programma ongedocumenteerden Amsterdam.
De belangrijkste elementen van het nieuwe beleid voor ongedocumenteerden zijn:
De Amsterdamse opvang is gericht op een duurzaam perspectief voor de ongedocumenteerde. Het is geen permanente opvangplek, maar een veilige omgeving waar mensen in staat worden gesteld om aan toekomstperspectief te werken. Van de mensen die hier worden opgevangen wordt dan ook verwacht dat zij actief werken aan het vormgeven van hun eigen toekomst, in of buiten Nederland. Daarvoor krijgt elke ongedocumenteerde een casemanager.
De opvang is niet vrijblijvend. Gedurende de opvang werkt de ongedocumenteerde aan zijn/haar perspectief. Tijdens een periodieke evaluatie wordt aan de hand van criteria door een casemanager vastgesteld of er voldoende wordt gewerkt aan perspectief.
Wanneer de ongedocumenteerde niet voldoende werkt aan perspectief, kan de opvang en begeleiding worden beëindigd. De casemanager, in samenspraak met alle uitvoerende organisaties, bereidt dit besluit voor. Bij de uiteindelijke beslissing over het beëindigen van de opvang wordt het vier-ogenprincipe toegepast.
De Vreemdelingenwet 2000 vormt het wettelijk kader met betrekking tot voorzieningen voor al dan niet uitgeprocedeerde vreemdelingen; daarmee is de staatssecretaris als enige verantwoordelijk. Er is geen enkele wettelijke of verdragsrechtelijke bepaling die de gemeente de bevoegdheid geeft, of verplicht, enige opvang of voorziening te bieden.
Doordat vreemdelingen zonder recht op verblijf of rijksopvang niet altijd terugkeren naar hun land van herkomst worden Rijk en gemeenten geconfronteerd met de problematiek van deze vreemdelingen die zich in gemeenten bevinden en daar een beroep doen op voorzieningen. In het Regeerakkoord “Vertrouwen in de Toekomst” van 10 oktober 2017, het Interbestuurlijk Programma en de Integrale Migratieagenda is bepaald dat Landelijke Vreemdelingenvoorzieningen (LVV’s) zullen worden ontwikkeld. Daartoe is op 29 november 2018 een samenwerkingsafspraak met de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) gesloten. Het doel is dat gemeenten en het Rijk intensief samen gaan werken om een landelijk netwerk van begeleidings- en opvangvoorzieningen te realiseren voor migranten zonder recht op verblijf of rijksopvang. Door hen te begeleiden naar zelfstandige terugkeer, doormigratie of, indien aan de orde, legalisering van verblijf, wordt ook de bijbehorende zorg- en/ of veiligheidsproblematiek aangepakt.
Centraal in het programma LVV staat een aantal pilot-LVV’s waarin lokaal en regionaal de samenwerking tussen betrokken organisaties vorm krijgt en verschillende instrumenten en werkwijzen worden beproefd die een bijdrage aan de doelstelling leveren. Met het Rijk is afgesproken dat de pilot loopt tot 1 juli 2022. De opbrengst van de pilot-LVV’s vormt mede de inhoudelijke basis voor een uiteindelijk te sluiten bestuursakkoord tussen Rijk en gemeenten. Amsterdam is gevraagd een pilot LVV te worden en heeft daartoe het Convenant Pilot-LVV in gemeente Amsterdam ondertekend, waarin de afspraken en uitgangspunten rondom de pilot-LVV’s zijn uitgewerkt en vastgelegd.
Om er geen enkele twijfel over te laten bestaan dat op basis van de Vreemdelingenwet 2000 onderdak en begeleiding kan worden geboden aan vreemdelingen zonder rechtmatig verblijf zoals hierboven bedoeld zal een wetsvoorstel tot wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 in procedure worden gebracht. Dit wetsvoorstel voorziet in de mogelijkheid voor een beperkte periode onderdak te bieden aan vreemdelingen zonder rechtmatig verblijf, waarbij ook gemeenten een taak kunnen krijgen. In afwachting van de implementatie van dit wetsvoorstel is het noodzakelijk – mede ter uitvoering van het regeerakkoord en de samenwerkingsafspraken die tussen de rijksoverheid en de VNG op 29 november 2018 tot stand zijn gekomen - dat de gemeenten met een pilot-LVV de middels een convenant aan hen toebedeelde werkzaamheden in de pilot-LVV ter hand kunnen nemen.
Het is aan de gemeente, in overleg en samen met de diverse partijen, te besluiten een ongedocumenteerde die zich meldt, onderdak en individuele begeleiding te bieden conform dit uitvoeringsplan. In de praktijk zullen de betrokken partners zoals beschreven in het Uitvoeringsplan inhoudelijk adviseren wie wordt toegelaten tot de opvang (en samen met ongedocumenteerde een perspectiefplan opstellen), wie wordt geweigerd (met redenen omkleed) en wie wordt beëindigd (met redenen omkleed). De gemeente zal dit met een standaardformulier vastleggen.
Bij gebreke van een specifieke publiekrechtelijke bevoegdheid tot het verstrekken van deze voorzieningen zijn de besluiten die conform dit uitvoeringsplan ten aanzien van een ongedocumenteerde worden genomen geen besluiten in de zin van artikel 1:3, eerste lid, van de Awb, maar aan te merken als feitelijke handelingen jegens de ongedocumenteerden, die hen in hun hoedanigheid van vreemdeling raken, en derhalve feitelijke handelingen in de zin van artikel 72, derde lid, van de Vreemdelingenwet 2000.
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft aan gemeenten een machtiging verleend voor het verrichten van feitelijke handelingen die verband houden met de toelating tot de pilot-LVV, het verblijf in de pilot-LVV en het beëindigen van het onderdak in de pilot-LVV Tevens wordt mandaat verleend voor zo ver vereist en mogelijk voor het nemen van beslissingen op bezwaarschiften en het afhandelen van ingediende (hoger) beroepschriften tegen eventuele besluiten.
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In dit artikel is de toepasselijkheid van de ASA 2013 geregeld. Voor zover deze nadere regel geen afwijkende bepalingen bevat, gelden de bepalingen van de ASA 2013 onverkort.
Artikel 2 Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013
De Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013 is van toepassing, tenzij daarvan in deze regeling uitdrukkelijk wordt afgeweken.
Artikel 3 Doel subsidieregeling
De Subsidieregeling ongedocumenteerden Amsterdam 2022 biedt het juridisch kader voor het college om subsidie te verlenen voor de uitvoering van activiteiten die bijdragen aan het doel van het Uitvoeringsplan. Deze subsidieregeling is aanvullend op de subsidieverordening ASA 2013.
De uitvoering van de activiteiten kan tevens een pilot vormen voor de ontwikkeling van het landelijke netwerk van begeleidings- en opvangvoorzieningen die als doel hebben bestendige oplossingen te vinden voor vreemdelingen zonder recht op verblijf of rijksopvang.
Artikel 4 Subsidiabele activiteiten
De inrichting en het technisch beheer van de opvanglocaties die door de gemeente Amsterdam geleverd worden is geen subsidiabele activiteit. Het college wijst op basis van subsidieaanvragen per opvanglocatie aan de hand van de kenmerken van de betreffende locatie(s) één organisatie aan voor de subsidiabele activiteit woonbegeleiding als omschreven in artikel 6 van deze regeling.
Artikel 10 Aanvullende begeleiding van bijzondere doelgroepen ongedocumenteerden
Het gaat hierbij om activiteiten gericht op aanvullende begeleiding van bijzondere doelgroepen zoals bijvoorbeeld vermeend minderjarigen, ouderen, LHBTIQ+, slachtoffers mensenhandel etc. Dit ter aanvulling op de activiteiten woonbegeleiding, casemanagement juridisch en terugkeerbegeleiding ten behoeve van het bereiken van duurzaam perspectief voor de ongedocumenteerde in het kader van de pilot LVV en in de gemeentelijke opvang
Artikel 13 Verdeelsleutel subsidieplafond
Aanvragen worden gerangschikt op basis van aantal behaalde punten. Voor de aanvraag die voldoen aan de overige bepalingen geldt de toekenning op basis van het aantal behaalde punten. Aanvragen die op basis van hun rangschikking bij honorering zouden leiden tot overschrijding van het subsidieplafond worden niet gehonoreerd.
Scoringsformulier subsidieaanvragen Ongedocumenteerden 2023
Artikel 1 4 V aststelling op basis van realisatie
In het geval een aanvrager twee of meerdere subsidiabele activiteiten van deze regeling uitvoert, en er sprake is van een overschot voor de een activiteit en een tekort op een andere activiteit, dan is, compensatie tussen de verleende activiteiten mogelijk, mits het college bij de beschikking daarvoor toestemming heeft gegeven, het totale voor de gezamenlijke activiteiten aan deze aanvrager verleende subsidiebedrag niet wordt overschreden en het expliciete bij de aanvraag van de vaststelling van de subsidie wordt verantwoord.
Artikel 16 Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens
De beschrijving van hoe invulling wordt gegeven aan de criteria dient per criterium te worden gemaakt. De beschrijving moet concreet zijn en aansluiten op het Uitvoeringsplan.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2022-331320.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.