Beleidsregels Eenmalige energietoeslag 2022 gemeente Wageningen

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Wageningen

gelet op:

 

  • titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • artikel 35 van de Participatiewet;

overwegende dat:

  • het college het wenselijk vindt om aan te geven in welke situaties en onder welke voorwaarden huishoudens in aanmerking kunnen komen voor een eenmalige energietoeslag 2022;

  • het daarom wenselijk is voor dit doel beleidsregels vast te stellen

besluit vast te stellen de Beleidsregels Eenmalige energietoeslag 2022 gemeente Wageningen.

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    wet: Participatiewet;

  • b.

    college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Wageningen;

  • c.

    inkomen: totaal van het inkomen als bedoeld in artikel 32 en 33 van de Participatiewet, met uitzondering van de middelen bedoeld in artikel 31 lid 2 Participatiewet en artikel 33 lid 5 Participatiewet;

  • d.

    huishouden: de alleenstaande, alleenstaande ouder of het gezin, zoals bedoeld in artikel 4, lid 1 onderdeel a, b, of c van de wet;

  • e.

    peildatum: aanvraagdatum of de datum waarop ambtshalve het recht wordt vastgesteld;

  • f.

    referteperiode: bij een vast inkomen één maand direct voorafgaand aan de maand van aanvraag. In geval van wisselende inkomsten drie maanden direct voorafgaand aan de maand van aanvraag.

Artikel 2. Doelgroep eenmalige energietoeslag 2022

  • 1.

    De eenmalige energietoeslag 2022 van € 800,- is bedoeld voor een huishouden met een laag inkomen en wordt ambtshalve of op aanvraag als bijzondere bijstand verleend.

  • 2.

    Voor de toepassing van deze regeling wordt het vermogen niet in aanmerking genomen.

  • 3.

    Een huishouden (alleenstaande of gezin) heeft een laag inkomen als gedurende de referteperiode het in aanmerking te nemen inkomen niet hoger is dan of 130 % van de toepasselijke bijstandsnorm.

  • 4.

    Tot een huishouden wordt niet gerekend de persoon die op de peildatum:

    • a.

      in een inrichting verblijft als bedoeld in artikel 1 aanhef en onderdeel f van de wet;

    • b.

      jonger is dan 21 jaar;

    • c.

      aanspraak maakt op studiefinanciering op grond van de Wet studiefinanciering 2000;

    • d.

      is ingeschreven in de basisregistratie personen als ingezetene met enkel een briefadres; of

    • e.

      een kostendelende medebewoner van de hoofdbewoner(s) is als bedoeld in artikel 19a van de wet.

    Deze personen komen niet voor de eenmalige energietoeslag in aanmerking.

Artikel 3. Ambtshalve toekenning

  • 1.

    De eenmalige energietoeslag 2022 wordt ambtshalve toegekend en uitbetaald aan huishoudens die tot de doelgroepomschrijving van artikel 2 behoren en:

    • a.

      in de periode 1 januari 2022 tot 1 april 2022, of een gedeelte van deze periode, van de gemeente Wageningen algemene bijstand, IOAW of IOAZ hebben ontvangen; of

    • b.

      aan wie uiterlijk op 1 april 2022 door de gemeente Wageningen kwijtschelding is verleend van de gemeentelijke belastingen voor het belastingjaar 2022; of

    • c.

      in de periode 1 januari 2022 tot 1 april 2022 de individuele inkomenstoeslag hebben ontvangen; of

    • d.

      in de periode 1 januari tot 1 april 2022 periodieke bijzondere bijstand hebben ontvangen en waarvan kan worden vastgesteld dat zij in die periode een inkomen hadden beneden de grens van 130% van de bijstandsnorm; of

    • e.

      in de periode 1 januari tot 1 april 2022 recht hadden op een bijdrage van het Ik doe mee fonds; of

    • f.

      over het jaar 2022 recht hebben op de tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten of de Collectieve Aanvullende Ziektekostenverzekering; of

    • g.

      waarbij op 1 april 2022 sprake was van een lopend minnelijk traject in het kader van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening of de Wet schuldsanering natuurlijke personen; of

    • h.

      een aanvullende inkomensvoorziening ouderen ontvangen van de Sociale Verzekeringsbank op grond van artikel 47a van de wet op de datum waarop de Sociale Verzekeringsbank een bestandsselectie heeft gedaan op basis waarvan gegevens aan het college zijn verstrekt ter uitvoering van deze regeling.

Artikel 4. Aanvraag

  • 1.

    Huishoudens die niet in aanmerking komen voor een ambtshalve toekenning van de energietoeslag 2022 kunnen een aanvraag indienen met gebruikmaking van het aanvraagformulier.

  • 2.

    De aanvraag voor de energietoeslag wordt digitaal ingediend via een aanvraagformulier op de website van de gemeente Wageningen.

  • 3.

    In afwijking van de digitale aanvraag zoals bedoeld in het vorige lid kan een schriftelijke aanvraag worden ingediend, indien naar het oordeel van het college bijzondere omstandigheden in het individuele geval hiertoe aanleiding geven.

  • 4.

    Een aanvraag voor de eenmalige energietoeslag kan worden ingediend tot en met 31 december 2022.

  • 5.

    De energietoeslag wordt maar één keer per huishouden verstrekt. Indien deze al toegekend is in een andere gemeente, dan bestaat er geen recht op deze toeslag en wordt de aanvraag afgewezen.

Artikel 5. Hardheidsclausule

Als de aanvrager niet in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag kan het college, gelet op alle omstandigheden, in het individuele geval beoordelen of de aanvrager in afwijking van de beleidsregels alsnog in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag, indien dringende redenen hiertoe noodzaken.

Artikel 6. Inwerkingtreding en duur beleidsregels

Deze beleidsregels treden in werking met ingang van de dag na publicatie, werken terug tot en met 15 maart 2022 en vervallen per 1 januari 2023.

Artikel 7. Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels eenmalige energietoeslag 2022 Gemeente Wageningen.

Aldus vastgesteld op 21 juni 2022.

Het college van burgemeester en wethouders,

de secretaris,

J. de Wit

de burgemeester,

F. Vermeulen

Toelichting

De beleidsregels eenmalige energietoeslag 2022 staat niet op zich zelf, maar is gebaseerd op artikel 35 van de Participatiewet. Dit betekent dat wie niet aan de voorwaarden van de wet voldoet, bijvoorbeeld omdat die persoon op de peildatum geen rechthebbende is of omdat een uitsluitingsgrond geldt, geen aanspraak kan maken op de energietoeslag. Soms kan dat een hardheid inhouden. Daar voorziet artikel 5 in.

Artikel 1 Begripsbepalingen

Bij de ‘referteperiode’ is aansluiting gezocht bij het beleid dat daarvoor al in de gemeente geldt bij bijzondere bijstand. Indien er in de referteperiode sprake is van een wisselend inkomen wordt het gemiddelde inkomen over de afgelopen 3 maanden berekend.

 

Artikel 2 Doelgroep

In lid 2 is bepaald dat het vermogen buiten beschouwing wordt gelaten. Dit is met name ingegeven door uitvoeringstechnische redenen. Het beoordelen van het vermogen in het kader van deze regeling maakt het nodeloos gecompliceerd en past bovendien niet bij het doel van de regeling.

 

In lid 3 is bepaald dat gekeken wordt naar het aanmerking te nemen inkomen. Dit betekent dat als sprake is van een minnelijk of wettelijk schuldsaneringstraject of van beslag op het inkomen, alleen gekeken wordt naar het daadwerkelijk beschikbare en in aanmerking te nemen inkomen en dus niet naar het totale inkomen. Daardoor kan in veel situaties alsnog aanspraak op de eenmalige energietoeslag bestaan. Verder houdt deze formulering in dat wordt aangesloten bij de systematiek van de PW.

 

In lid vier wordt aangegeven welke (groepen) inwoners niet voor de energietoeslag in aanmerking komen:

  • a.

    in een inrichting verblijft als bedoeld in artikel 1 aanhef en onderdeel f van de wet.

    Bewoners van zorg-, revalidatie- en verpleeginstellingen en van instellingen voor beschermd of begeleid wonen kunnen worden uitgesloten van de energietoeslag, omdat de instelling voorziet in de energiekosten.

  • b.

    jonger is dan 21 jaar.

    Voor 18-, 19- en 20-jarigen geldt dat zij voor de energiekosten een beroep kunnen doen op de ouders. Deze hebben een wettelijke onderhoudsplicht (artikel 12 Participatiewet). Wanneer de ouders hier niet aan kunnen voldoen, kan een jongere voor de sterk gestegen energiekosten individuele bijzondere bijstand aanvragen.

  • c.

    Aanspraak maakt op studiefinanciering op grond van de Wet studiefinanciering 2000

    De woonsituatie van studenten is zeer divers, ook voor wat betreft de energiekosten. Vanwege deze diversiteit is voor deze doelgroep de individuele bijzondere bijstand een geschikter instrument dan de categoriale bijzondere bijstand. Op deze wijze komt de financiële ondersteuning vanuit de bijzondere bijstand uitsluitend terecht bij de studentenhuishoudens die het daadwerkelijk nodig hebben.

  • d.

    is ingeschreven in de basisregistratie personen als ingezetene met enkel een briefadres.

    Inwoners met alleen een briefadres (dak- en thuislozen) worden uitgesloten van de eenmalige energietoeslag omdat zij geen energiekosten hebben. Dit geldt ook voor inwoners die verblijven in het AOP en hiervoor een eigen bijdrage betalen. Huishoudens die verblijven in een woning van het AOP waarvoor zij zelf de huur en vaste lasten betalen komen wel in aanmerking voor een toeslag.

  • e.

    Een kostendelende medebewoner van de hoofdbewoner(s) is

    In geval van kostendelende medebewoners is de hoofdbewoner verantwoordelijk voor het voldoen van de energienota, waardoor het niet in de rede ligt om ook aan de kostendelende medebewoner een eenmalige energietoeslag toe te kennen. De hoofdbewoner kan, mits voldaan aan de voorwaarden, wel in aanmerking komen voor de toeslag.

 

Artikel 3 Ambtshalve toekenning

Een ambtshalve toekenning is mogelijk op grond van artikel 35 lid 5 van de PW en als vaststaat dat de aanvrager een laag inkomen heeft in de zin van deze regeling. Van de in lid 1 opgesomde groepen is bij het college in beginsel bekend dat sprake is van een laag inkomen als bedoeld in deze regeling. Ook zijn de overige noodzakelijke gegevens voor het vaststellen van het recht op de energietoeslag en de uitbetaling ervan veelal al bekend.

 

Voor zover sprake is van een AIO-aanvulling die door de SVB wordt verstrekt: de SVB zal de gegevens van deze groep beschikbaar stellen door tussenkomst van het Inlichtingenbureau.

 

Vanuit dienstverlenend oogpunt is er voor gekozen om de energietoeslag aan al deze groepen ambtshalve toe te kennen en uit te betalen. Dit voorkomt bovendien dubbele uitvraag van gegevens en is ook minder belastend voor de uitvoering die minder aanvragen te verwerken krijgt.

 

Artikel 4 Aanvraag

Als er geen ambtshalve toekenning heeft plaatsgevonden, kan er een aanvraag worden ingediend.

Een aanvraag kan worden ingediend tot en met 31 december 2022. Heeft men in een andere gemeente al een energietoeslag ontvangen, dan heeft men er in de gemeente Wageningen geen recht meer op.

 

Artikel 5 Hardheidsclausule

Er zijn situaties denkbaar waarbij niet aan alle voorwaarden wordt voldaan om in aanmerking te komen voor de energietoeslag, maar dat de uitsluitingsgrond slechts van korte duur was of bijvoorbeeld dat het strikt vasthouden aan de bepalingen onevenredig nadelig uitpakt in het licht van het doel van deze regeling. In dergelijke situaties kan een toets op hardheid van de voorgenomen afwijzing worden uitgevoerd op grond dit artikel. De dringende redenen als bedoeld in artikel 16 Participatiewet voorzien hier niet in.

 

Artikel 6 Inwerkingtreding en vervallen van het besluit

Hiermee wordt aangesloten bij de werkingsduur van artikel 35 lid 4 en lid 5 PW.

 

Artikel 7 Citeertitel

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting

Naar boven